Buitenlandsch Overzicht.
4 GROOTE
Ttu-
IS
STUKKEN
De nieuwe spelling
De Tweelingzusters
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
BINNENLAND
cent
7439 EERSTE BLAD
DONDERDAG 31 MEI 1934
62ste JAARGANG
Het Japansche bevolkings
overschot.
Nog tien millioen werk
loozen in de Ver. Staten.
De stakingsepidemie in de
Ver. Staten
N.S.B. en Nat. Herstel.
Patricia Wentworth
xxm.
No>
HELDERSCHE COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet. Heidersche Courant f 1.60; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, W ieringen en 'lexei f 1.65: binnen
land f 2.- Nederl. Oost- en West Indië per zeepost i 2.10, dem per
mail en overige landen I 3.20 losse tos. 4ct. fr.p.p Pet. Zondagsblad
resp f 0.50 f 0.70, f 0.70,f 1.- Modeblad resp. f 1.20, f1.50, fl.50. I 1.70
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V Drukkerij v/h C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 7S - Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN
20 ct. per regel (galjard). Lngez. meded (kolombreedte als redaction.
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
bij vooruitbetaling 10 ct. per regel, min. 40 ct.; bij niet-contante be
taling 15 ct. per regel, min. 60ct. (Adres Bureau van dit blad en met
brieven onder no.10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct.
Behandeling van het veiligheidsvraagstuk op de ontwapeningS'
conferentie. - De Fransche minister van buitenlandsche zaken
over de Fransch-Duitsche betrekkingen.
De
ontwapeningS'
conferentie
Er bestaat belang
stelling voor de ont
wapeningsconferen
tie. Natuurlijk, men is
uitermate benieuwd
wat er nog van de be
sprekingen terecht zal komen en de ver
gaderzaal van de ontwapeningsconferentie
was Dinsdag heel dicht bezet met regee-
ringsvertegenwoordigers, journalisten en
andere belangstellenden. Het veiligheids
vraagstuk is bij de besprekingen van
Dinsdag op den voorgrond geplaatst. Men
wil eerst absolute veiligheid, voordat men
ART HU R HENDERSON,
Voorzitter der Ontwapeningsconferentie.
wil denken over ontwapening en de vei
ligheid zoekt men in „militaire en mari
tieme veiligheid", zoodat men op zijn
vingers na kan tellen dat van een ontwa
pening niets zal komen.
Dinsdag waren de sprekers, de voorzit
ter Henderson. de Amerikaansche gede
legeerde Norman Davis en de Sowjet-
minister, Litwinof.
Van deze hebben Henderson en Nor
man Davis heel stellig het standpunt in
genomen, dat nog ernstig naar een con
ventie tot vermindering van wapening
moet worden gestreefd, zegt de Geneef-
sche corr. van de N. R. Crt., terwijl daar
entegen Litwinof geenerlei mogelijkheid
meer ziet hieromtrent tot overeenstem
ming te komen en evenmin aan de kans
op een conventie tot stabiliseering van de
tegenwoordige wapening nog eenige
waarde toeschrijft.
Litwinof kwam daarom met de aan
beveling maar ronduit te verklaren,
dat op het oogenblik noch aan wape
ningsvermindering, noch aan bewa
peningsbegrenzing door een conventie
te denken is en alle krachten voort-
^nnrflrniiQPn f 11 doorons ze,f gereid,
OjJUI IftUUoGll zijn ijzersterk,en kosten
niet duurdeï dan andere. JAAP SNOR, Zuidstr. 19
(Let op den gelen winkel). Ie klas reparatie-inr.
voor alle soorten wollen Kleeding, Kousen en
Sokken (ook de alletfijnste).
aan er aan te wijden, dat door een be
tere organisatie der veiligheid althans
het oorlogsgevaar zal worden vermin
derd.
Hij gaf in overweging, dat de ontwa
peningsconferentie zich permanent zou
verklaren als conferentie voor de hand
having van den vrede. Misschien zou dan
later, als het veiligheidsgevoel vergroot
zou zijn, een poging tot wapeningsver
mindering met meer succes kunnen wor
den ondernomen.
Opmerkaelijk was, dat ook Henderson
met betrekking tot het veiligheidsvraag
stuk, evenals Litwinof, krachtig het
Fransche standpunt van een colletieve
internationale actie tegen den aanvaller
ondersteund heeft. Henderson wil echter
deze versterking van de veiligheid met
een wapeningsvermindering doen gepaard
gaan, terwijl Litwinof daarentegen voor
het oogenblik alle krachten op de orga
nisatie van de veiligheid wil concentree-
ren, ook al zou Sowjet-Rusland ieder aan
vullend ontwapeningsvoorstel van welken
aard ook ondersteunen, indien daarover
eenstemmigheid te verkrijgen zou zijn.
Qok Norman Davis heeft nog een
schuchtere pog.ng gedaan om aan het
Fransche veiligheidsstandpunt eenigszins
meer dan vroeger tegemoet te komen. Hij
verklaarde, dat de Amerikaansche regee
ring op iedere mogelijke wijze behulp
zaam wil zijn den oorlog te ontmoedigen
en te verhoeden, doch de Amerikaansche
regeering wil zich niet verbinden tot het
verleenen van eenigen militairen bijstand.
Wellicht zou uit deze laatste woorden kun
nen worden afgeleid, dat Amerika des
noods wel bereid zou zijn zich tot eenige
oeoonomische of financieel e sancties
tegen een aanvaller te verbinden.
Een Fransch blad,
de „Paris Soir", pu
bliceert een onder
houd met den Duit-
schen rijksminister
van buitenlandsche zaken, von Neurath,
waarin deze 0. m. verklaarde, dat de
kwestie der rechtsgelijkheid slechts kan
worden opgelost door een directe gedach-
tenwisseling met Frankrijk.
Toen rijkskanselier Hitler aan de regee
ring .was gekomen, bevatte zijn eerste
rijksdagrede de verzekering: wij zoeken
verstandhouding met Frankrijk. Men
heeft hem niet geantwoord. Verdere po
gingen hebben geen resultaat opgeleverd.
De tragiek van beide landen ligt ih
het feit, dat wü genoodzaakt zijn tot
toenadering te komen, maar dat een
gedachtenwisseling daarover telkens
weer afstuit.
Bij de oude moeilijkheden zün nog
kwesties van sociale politiek gekomen.
Bepaalde Fransche ministers meenen, dat
men met de nat.-socialisten niet mag spre
ken, wat gelijk staat met een niet meer
spreken met Duitschland. Als een kanse
lier van het oude Duitsche rijk, een Bis-
marek, op dezelfde wijze over Frankrijk
gesproken zou hebben als Adolf Hitler in
üen Rijksdag, zou men dat in Frankrijk
als een triomf voor Frankrijk beschouwd
hebben en als een van de beste kansen op
vrede, die de geschiedenis van Europa
ooit geboden had.
Frankrijk schijnt evenwel de voorkeur
te geven aan vijandigheid tusschen beide
landen zoo aeide de minister boven
de verzoening met dengene, dien men
ginds dictator noemt.
Von Neurath zeide vervolgens, dat na
het bezoek van Eden aan Berlijn in Fe
bruari j.1., de Duitsche regeering een ver
klaring heeft afgelegd, welke in het En-
gelsche witboek is gepubliceerd. Voorts
besprak hij de „categorische weigering
van Frankrijk, dat verklaard heeft, de
herbewapening van Duitschland niet te
sanctioneeren". Op de vraag, of het niet
waardiger zou zijn voor Duitschland offi
cieel toe te geven, wat voor niemand meer
een geheim is, n.1. de vervaardiging van
wapens, antwoordde von Neurath: Zoover
zijn we nog niet. Wü hopen nog steeds op
een conventie, welke de wapeningen zal
regelen, doch dit wachten kan niet eeuwig
duren. Wanneer men niet tot een verdrag
komt, zal volgens von Neurath het oogen
blik komen, waarop ook Duitschland aan
grooter veiligheid moet denken.
Ook wü zullen er toe gedwongen worden
ons te verdedigen, doch geenszins uit een
aanvalsgeest. Als een bewijs van het niet
hebben van aanvallende bedoelingen,
noemde de Duitsche minister het verdrag
met Polen. Wü hebben definitief afgezien
van Elzas Lotharingen en voor het Saar-
gebied een oplossing voorgesteld, welke
het prestige der beide naties waarborgt.
Von Neurath zeide een overtuigd aan
hanger te zijn van Duitsch-Fransche toe
nadering. Het nationaal-socialisme zou
het als een harer schoonste triumfen be
schouwen, wanneer haar zou gelukken,
wat geen ander tot stand heeft kunncA
brengen: den Europeeschen vrede.
Ten aanzien van de wapenfabricatie
zeide von Neurath tenslotte nog: „Dat wij
fabrieken bezitten, welke voor de fabri
catie van wapens kunnen worden inge
richt, is een in Europa bekend feit, doch
juist hierin zijn wü ver van gelijk met
andere naties."
VLOOTBESPREKINGEN JAPAN-
AMERIKA.
De Japansche ambassadeur te Wash-
hington heeft den Amerikaanschen mi
nister van buitenlandsche zaken Cordell
Huil voorgesteld diplomatieke besprekin
gen te beginnen ter voorbereiding van de
vlootconferentie van 1935. Huil heeft in
dat voorstel toegestemd.
DE WERKLOOSHEID IN ENGELAND
BLIJFT VERMINDEREN.
Op 14 Mei waren in Engeland 1.659.677
personen ingeschreven in de registers
der verzekering tegen werkloosheid;
341.028 waren tüdelük werkloozen en
90.676 personen waren seizoen werkloos.
In het geheel waren het 2.090.381 perso
nen, d.i. 57.814 minder dan op 23 April
j.1. en 942.498 minder dan verleden jaar.
DREIGENDE MISOOGST IN RUSLAND
Het blükt, dat in Rusland weder een ge
deeltelijke misoogst dreigt. In de belang-
rükste graandistricten is dit voorjaar veel
te weinig regen gevallen, terwül in be
paalde districten vrüwel geen regen is
gevallen. Een gedeelte van de Oekraine,
een gedeelte van den Noordelijken Kauka-
sus, een gedeelte van het Wolgagebied en
gedeelten van de Krim worden met mis
oogst bedreigd. Bovendien blijkt de oogst-
raming van het vorig jaar aanzienlyk
overdreven.
Zal worden afgeleid naar
Mantsjoekwo.
Nu Brazilië de grenzen sluit voor de
Japansche immigratie, zoo wordt uit To
kio gemeld, trekt Mantsjoekwo opnieuw
de aandacht als gebied voor berging van
het overschot der Japansche bevolking,
welke jaarlijks met 1 millioen zielen toe
neemt. Tot nu toe zijn ieder jaar 500 Ja
pansche boeren in Mantsjoekwo gekolo
niseerd met regeeringssubsidie, doch
thans wordt gemeld, dat het emigratie-
plan voor Mantsojekwo zoodanig zal wor
den uitgebreid, dat in de volgende jaren
een half millioen Japanners zich er zui
len vestigen als landbouwers, mijnwer
kers, handelslieden en arbeiders.
Volgens een verklaring van den presi
dent van de Amerikaansche federatie van
den arbeid, Green, hebben gedurende dts
maand April ongeveer 260,000 arbeiders
werk gevonden. Het aantal werkloozen
bedroeg in het begin van de maand Mei
echter nog ongeveer 10,600,000. Naar ra
ming hebben hiervan gedurende de
maand Mei nog ongeveer 600,000 arbei
ders werk gevonden, zoodat het totaal
aantal werkloozen nog ongeveer 10 mil
lioen bedraagt.
Green verklaarde, dat de werkloosheid
in April nog iets grooter was dan in
September van. het vorig jaar, doch iets
minder dan in April 1933. Volgens de
laatste statistieken is er een kleine ver
betering in den stand der werkloosheid
waar te nemen.
tie wordt uitgevoerd. Voorts zyn de arbei
ders in de rubber-industrie van plan, hun
eischen, inzake invoering van een mini
mumloon en verhooging van het uurloon
van 40 tot 75 ets. Maandag aan de fabri
kanten kenbaar te maken.
In de havenwijk van San Franeisco heb
ben de stakende bootwerkers ernstige on
lusten veroorzaakt, waarbij tal van men-
schen zün gekwetst.
Dreigende algemeene staking
te Tolcdo (Ohio).
Na het mislukken van de onderhande
lingen te Toledo (Ohio) wordt algemeen
op algemeene staking gerekend. Tot nu
toe hebben van 103 vakvereenigingen er
86 voor het uitroepen van de algemeene
staking verklaard.
De ministerraad heeft nog geen
definitief besluit genomen.
Blijkbaar toch nog niet bezworen.
Behalve de metaalarbeidersstaking zul
len in de Vereenigde Staten misschien
nog twee andere groote stakingen uitbre
ken; 300.000 textielarbeiders willen Ih sta
king gaan, wanneer het besluit van de
Nira, inzake de beperking van de produc-
Minister Marchant heeft op een vraag
van de Maasbode, in welke verhouding hy
met het spellingvraagstuk staat tegen
over het Kabinet, geantwoord:
„Men doet het voorkomen, alsof mijn
toeleg is, zoowel den ministerraad als het
volk van Nederland en België te overrom
pelen. Men wil weten, hoe de ministerraad
tegenover de vraag staat en wat tot dusver
in den ministerraad is geschied. Ik wil
het nog wel eens herhalen. Ik was over
tuigd, dat het scheppen van orde op dit
gebied noodzakely'k was. Met het oog op
de ervaring van myn ambtsvoorganger,
mr. Waszink, wilde ik echter geen moeite
doen, indien de ministerraad niet bereid
zou zyn, een aannemelük compromis te
aanvaarden als officieele schryfwyze.
Daarom stelde ik de vraag: Is de minis-
raad daartoe bereid, indien wü zullen ko
men tot een aannemelijk compromis? Het
antwoord luidde bevestigend. Toen ben
ik aan het werk getogen, heb de com
missie benoemd en daarna de verantwoor
delijkheid aanvaard voor het door haar
ontworpen compromis. By een volgende
bespreking in den ministerraad is beslo
ten, het compromis te publiceeren en de
critiek af te wachten, voordat een defini
tief besluit zou worden genomen. Daar
tegen had ik niet het minste bezwaar. Al
dus is geschied. Ziedaar alles, wat in den
ministerraad is voorgevallen."
De minister wilde zyn radiorede
niet beschouwd zien als het woord van
i''BLIJVEN GEHANDHAAFD!
den ministerraad. Wat hy daarin ge
zegd heeft, zei hy op eigen risico
Hy kreeg voor het uitspreken van die
radiorede volgaarne medewerking van
binnenlandsche zaken en heeft den in
houd na het uitspreken aan zijn ambt-
genooten toegezonden.
Geen Invoering met 1 September?
De Maasbode heeft ook gevraagd, of de
aankondiging, dat de nieuwe regeling met
1 Sept. zou worden ingevoerd, niet was
vooruit loopen op de beslissing van den
ministerraad. Ziehier 's ministers be
scheid:
„Zooals u het formuleert, heb ik het niet
gezegd. Men met name drukkers en
uitgevers vroeg zekerheid. Dat is vol
komen verklaarbaar. Zoodra een voor
nemen tot wyziging is gepubliceerd, zyn
de uitgevers huiverig om een boek, dat
onderhanden is, in de afgesleten spelling
van De Vries en Te Winkel, af te werken.
Zü vreezen minder afzet, als de nieuwe
schryfwyze zal zyn ingevoerd. Dit had
zelfs tydelyke werkloosheid van zetters
tengevolge. D a a rom heb ik gezegd: abso
lute zekerheid kan ik niet geven; de cri
tiek wordt afgewacht en er is overleg
gaande met de Vlamingen. Wilt gij onder
die omstandigheden echter het maximum
van zekerheid, dat ik kan geven: „Rekent
er dan op, dat met September voor het
onderwijs de schryfwyze van het compro
mis wordt ingevoerd." Kon ik iets anders
zeggen? Nu heb ik al onder meer een
adres van alle organisaties van werk
gevers in het drukkersbedrüf ontvangen.
Onafhankelük van de vraag, of de rege
ling wenschelyk is of juist, dringen zy
op zoo spoedig mogeüjke invoering aan,
nu de zaak aan de orde is. De organisaties
van leerkrachten doen hetzelfde. Allen
zien naar de invoering reikhalzend uit.
Moet ik, die verantwoordelyk ben voor
den goeden gang van zaken bij het onder-
wys, zelf overtuigd van de juistheid van
de gevonden oplossing, dan niettemin van
het scheppen van orde afzien of dit uit
stellen?"
De tegenstand.
De minister trad vrij scherp in het ge
richt met enkele tegenstanders.
Fusie
Naar verluidt, worden er onderhande
lingen gevoerd tusschen de Nationaal So
cialistische Beweging en het Nationaal
Herstel om tot samensmelting te komen.
De onderhandelingen zouden worden ge
voerd tusschen ir. B. Wiegersma voor de
N. S. B. en generaal Snijders voor het
Verbond voor Nationaal Herstel.
Naar aanleiding van bovenstaand be
richt ontkent het hoofdbestuur van het
Verbond voor Nationaal Herstel met na
druk, onderhandelingen te voeren 0111 tot
een fusie met de N.S.B. te komen.
STOPZETTING KALVEREN-
AFSLACHTING.
Het laatste restje der rundvee-afslach
ting van overheidswege, n.1. van nuchtere
vaarskalveren, zal thans ook verdwy'nen;
de gelegenheid tot inlevering eindigt
Vrijdag a.s.
Feuilleton
Uit het Engelsch van
Nadruk verboden.
29)
uohn liep nog in de nabyheid der win
kels toen hy zyn gastvrouw van den
vor.gen avond aan zag komen, in een sta
tig wandeltoilet. Ze naderde langs het
trottoir aan de overzyde, mrs. Fossick
Yates had nog geen drie stappen gedaan,
nadat John haar in 't oog had gekregen of
bij had reeds een heenkomen gezocht in
den dichtstbüzünden winkel, een groente
en fruitzaak, zooals het tot hem doordrong,
toen hy" zich omringd zag door bananen,
sinaasappelen, appelen, vroege aardbeien
en andere voortbrengselen van moeder
«arde. Wat kon je in hemelsnaam in een
dergelüken winkel koopen? Op een plank
stonden pruimen in flesschen, lagen bos
sen uien en doozen dadels en de vloer
was gestoffeerd met manden aardappelen.
11 ij kocht een -doos dadels, vroeg toen
et ze een pond konden wisselen en na een
elik over zyn schouder geworpen te heb
ben voegde hy het verzoek er aan toe hem
z,'s stuivers te geven voor een six-pence.
Ge vrouw, met kortgeknipt rood haar,
die hem hielp, slaagde er niet zonder
moeite in twaalf halve stuivers bijeen te
brengen. Daarna bleek de kust vry te
zün. Mrs. Fossick Yates was uit het ge
zicht verdwenen. John stopte het doosje
dadels in zyn zak en verliet flu tende den
winkel. Iemand die om drie uur 's middags
uitging, in kleeren zooals hy daarnet had
gezien, had gedecideerd de bedoeling een
poos weg te blyven. Mrs. Fossick Yates
was dus van de baan, hetgeen echter niet
beteekende, dat hij ook maar een flauw
idee had, hoe hü Anne te pakken moest
krügen.
Hü liep het flatgebouw voorMj en be
gon langzaam den heuvel op te klimmen.
Het was een by'zonder mooie middag, de
hemel was helder blauw en er woei een
zachte wind. De huizen op den heuvel
hadden tuinen, waarin Goudenregen en
roode Meidoorn begonnen te bloeien. Hü
zag sneeuwballen, seringen en goed on
derhouden perken vol muurbloemen en
vergeet-me-niet.
Maar de kleurige, zoetgeurende( voor-
jaarsweelde kon hem niet lang boeien,
zyn geest was te zeer vervuld van het
doel van zün tocht; niet ver van het hoog
ste punt van den heuvel keerde hij om en
wandelde terug. Toen hü zoowat halver
wege de helling was, zag hü iemand ui'
het flatgebouw komen en op het trottoi*
blijven staan. De zon scheen verblindend
op het wit van een schortje en muts Het
mewje, dat het schortje en muts droeg,
had een brief in de hand. Ze keek de
straat af in de richting van de winkels
en daarop in die van den heuvel De
brievenbus stond aan den linkerkant van
den weg tegenover het derde huis met
een tuin. Na nog een snellen blik naar
beide zyden liep het meisje naar de
brievenbus.
Het was Anne Belinda.
John had het gevoel alsof er plotseling
hard tegen hem geschreeuwd werd. Hy
zou zelf hard hebben willen schreeuwen,
gillen uit alle macht, als een bezetene
den heuvel afhollen naar haar toe. Hij
beheerschte zich echter en toen hü by
de brievenbus was, begon hy een oogen-
schijnlyk geboeide studie van de lich-
tingsuren.
Hjj leunde zoo tegen de bus, dat Anne
haar brief er niet in kon doen. Ze stond
er nu vlak bij en hy' was zich bewust,
dat ze daar stond, geen halve meter van
hem af en wachtte tot hjj den weg voor
haar zou vry laten.
Plotseling richtte hjj zich op en keek
haar aan met een vreemde ontroering.
Ze was nog erg bleek, 't Was niet alleen
het zwart en wit, dat haar bleek maakte;
ze zag er uit alsof ze gehuild had. Nu
moest hü gauw iets zeggen, anders zou
ze denken, dat hjj gek was.
Hij hield zy'n hand op de brievenbus
en zei:
„Anne Belinda."
Anne had van den man bü de brieven
bus nauwelijks notitie genomen, tot by
zich oprichtte en haar aankeek. Toen
herkende ze den gast van den vorigen
avond en ze begreep er niets van. waarom
hy zich zoo vreemd gedroeg. Hij zag er
heelemaal niet uit als de soort mannen,
die je op straat aanspreekt.
Plotseling voelde ze zich trillen van
drift, want hjj sprak haar toch aan. Ze
had juist tijd om boos te worden en langs
hem heen te kiiken. alsof bij niet bestond.
\,Mr ze besefte, dat bij Anne RpUnU.
tegen haar gezegd had. Het bewustzijn
daarvan joeg een vuurroode blos naar
haar wangen'. Even richtten haar oogen
zich op den brief, in haar hand en ze zei:
„Laat u me alstublieft door."
„Anne."
„Ik ken u niet."
„Ik moet je spreken."
Anne draaide zich woedend om en be
gon snel den heuvel af te dalen.. Maar
met een paar groote passen was John bü
haar.
„Ik lyk warempel wel mal. Natuurüjk
weet je niet, wie ik ben. Maar luister nu
eens even. Ik ben John Waveney
John Maurice Waveney Je eigen neef."
Anne bleef staan. Daarop, zonder een
woord te zeggen, keerde ze zich om en
liep terug naar de brievenbus.
Haar neef, John Waveney hij had
haar Anne Belinda genoemd hij was
.Tohn Maurice Waveney; maar zij was
nu niet meer Anne Waveney. Ze was nu
Annie Jones, die in de gevangenis ge
zeten had wegens diefstal en die nu een
nieuwe kans had gekregen als binnen-
meisie bij Mrs. Fosick Yates.
Zii liet den brief in de bus glijden en
stond een oogenblik stil Ze voelde zich
duizelig: er dansten sterretjes voor haar
oogen.
„Tk heb me werkelijk als een idioot
aangesteld, ik heb je aan het schrikken
gemaakt het snijt me verschrikkelük.
Maar ik wist heusch niet meer, hoe ik je
anders te pakken moest krijgen. Ik was
hang. dat als ik je zoo liet ontsnappen.
maar zeg. voel je je niet goed?"
..O. het gaat alweer over," fluisterde
Anne. Haar woorden klonken onzeker;
de grond onder haar voeten scheen te
golven.
Maar dat trok voorbij. Ze had de oogen
gesloten en die sterretjes voor haar
oogen niet te zien; nu opende ze ze weer
en er was alleen maar heldere, zonnige
lucht tusschen haar en John. Hy keek
haar zoo bezorgd aan, dat ze glimlachte.
„Ik ben weer in orde. Ik moet naar
huis."
„Maar ik wil je absoluut even spreken."
„Hier? Het lijkt me toe...
„Neen, niet hier natuurlyk. Maar ik
moet je heusch spreken. Mrs. Fossick
Yates is uitik heb haar zien weg
gaan. Is de kleine baas thuis?"
„Ja."
„Ga dan vragen of je een half uurtje
uit mag. Ik zal verderop by de winkels
op je wachten."
Anne boog het hoofd en ging terug
naar huis. Haar hoofd duizelde. John
Maurice Waveney! hoe was het mogelijk!
Ze had gehoord, dat ze hem gisteravond
„Sir John" noemden. Hoe had hij haar
gevonden en waarom had hü getracht
haar te vinden? En hoeveel menschen
hier in de buurt hadden haar in haar
schort en muts, daar by' die brievenbus
uiet een man zien praten?
John liep eveneens den heuvel af en
keek op zijn horloge. Als ze binnen een
kwartier niet op de afgesproken plaats
was. dan zou hij naar het dichtstbijzijnde
postkantoor gaan om haar op te hellen.
He tmoest nu maar uit zyn met dat ver
stoppertje spelen. Hij had haar gevonden
en hjj zou haar spreken, terwijl de kust
veilig was.
Het duurde lang, maar Anne kwam, in
een grijs mantelpak met een zwart hoedje
op. precies zooals hij haar beschreven
had aan Messing.
Anne zelf kon je eigenlijk niet be
schrijven; alleen baar kleeren. De ma
nier, waarop zy haar mondhoeken optrok
en waarop haar oogleden zich over haar
oogen legden, waarop ze keek als ze boos
was en wanneer ze verdriet had neen,
dat was allemaal niet te beschrijven. Nie
mand kon dat. Het was alsof lijj dat altijd
van haar gekend had en het verborg een
mysterie, dat hü met al zyn kracht ver
langde ontsluierd te zien. Dat alles met
elkaar was Anne Belinda.
Ze kwam naar hem toe met een kleur
op de wangen.
„Ik hoefde het niet te vragen hy
vroeg of ik een pakje voor hem naar het
postkantoor wilde brengen; hü veront
schuldigde zich wel een keer of drie
omdat hjj me ook al met dien brief had
bad weggestuurd."
„Ik moet naar het postkantoor."
John fronste de wenkbrauwen.
„Ik kan straks dat ding wel afgeven.
Laten we een rustige lunchroom opzoe
ken, waar we kunnen praten."
„Neen," verzette Anne zich. „Ik heb
maar een half uurtje tijd en moet het
pakje zelf versturen."
„Onzin."
„Ik heb gezegd, dat ik het zelf zou
doen Waarom wil je me eigenlük spre
ken?"
„Ik heb je gezocht van het oogenblik
af. dat ik terug ben." De smartelijke
schaduw die over haar oogen trok, deed
hem nijn.
„Waarom?"
„Nu. in de eerste plaats omdat ik je
wilde vinden; ten tweede och, ik heb
nu eenmaal een obstinate natuur. Het
scheen alsof ze allemaal samenspanden
om mij niet te vertellen, waar je was.
(Wordt vervolgd).