Buitenlandsch Overzicht
KOS - KONINGSTRAAT 76
De Tweelingzusters
Nedetlanilschs M'ddenstandsbank
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
2°/„ OBLIGATiBN
LUCHTVAART
Patricia Wentworth
No 7448 ÊERSTE BLAD DONDERDAG 21 JUNI 1934 62ste JAARGANG
1, 2, 5, 10 en 20 maal hetzelfde nummer
Hoofdkantoor
KONINGSTRAAT 7
Spaarbank - Bewaarkluis
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet. Heldersche Courant f 1.60; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringenen 'lexelf 1.65: binnen
land f 2.— Nederl. Oost- en West Indië per zeepost i 2.J0, dem per
mail en overige landen t 3.20 l osse i os. 4 ct. fr.p.p Oct. Zondagsblad
resp f 0.50 f 0.70, f 0.70,f 1._ Modeblad resp. f 1.20, f 1.50, 1 1.50, 1.70
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V Drukkerij v/h C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 73 Telefoon: 50 ën 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded (kolombreedte als redaction.
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
bij vooruitbetaling 10 ct. per regel, min. 40 ct.; bij niet-contante be
taling 15 ct. per regel, min. 60ct. (Adres Bureau van dit blad en met
brieven onder no.10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct.
Mme. MARIE CUIHE,
de beroemde Fransche radioonderzoekster,
die als eereqast is uitqenoodiqd op het
ie Internationale Radioconqres, dat
in Juli te Zilrich wordt qehouden.
Hieraan zullen tweemaal drie toestellen
bemand met leerling-vliegers, d.w.z. vol
leerde vliegers, die echter het militaire
brevet nog niet hebben verworven, deel
nemen
Dan volgt er een pick-up-oefening, die
aan de pratijk van het vliegwezen is ont
leend en hierop neerkomt, dat met een
aan een lange lijn bevestigden haak, die
uit 'n vliegend toestoel wordt neergelaten
een op het veld gespannen lijn, waaraan
een berichtkoker met bericht is bevestigd,
opgepikt en de in het bericht vervatte
opdracht uitgevoerd moet worden. Dan zal
men het bekende formatie-vliegen zien
van het eskader van negen jachtvlieg
tuigen onder bevel van kapitein Poelman,
een earoussel in de lucht waarbij aller
lei manoeuvres zullen worden uitge
voerd. Het volgende nummer zal een
demonstratie zijn van radio-verbinding
tusschen vliegtuig en grondstoffen en
twee of meer vliegtuigen onderling.
De bevelen van den grond af en even-
tueele gesprekken zullen zoodanig ver
sterkt worden, dat zij over het geheele
veld hoorbaar zijn. Een nummertje lucht-
acrobatiek, uit te voeren door luitenant
Sandberg en sergeant-majoor-instructeur
Lambermont, volgt dan. Deze twee zullen
o.a. een spiegelgevecht in de lucht ver-
toonen.
Tot slot van het luchtgevecht zullen de
twee acrobaten nog een solo-nummertje
kunstvliegen geven.
Onmiddellijk nadat dit is afgeloopen,
komt er een zeer interessant nummer:
een bombardementseskader van negen
vliegtuigen, onder bevel van luitenant
Coenen, daagt van den kant van Hilver
sum op, om een aanslag te doen op het
vliegkamp.
Volgen nog: een patrouille-oefening
voor het jachteskader; een nummer, dat
een verrassing moest blijven, maar waar
van wij kunnen vermelden, dat het van
komischen aard zal zijn; een oefening van
drie vliegtuigen in het afwerpen van pa
rachutes, en tot slot en als glansnummer
een aanval van een klein eskader jacht
vliegtuigen op een doel op den grond,
waarbij ook weer de afweer van vlieg
tuigen, geschut en mitrailleurs in actie
komt. Een Roode-Kruis-vliegtuig verleent
hierbij zijn medewerking om „gewonden"
te vervoeren.
Opdat iedereen alles goed begrijpt, zal
luitenant Ralandt per luidspreker tel
kens een toelichting geven. Hiervoor legt
Philips over en rondom het geheele ter-
UNICUM
Op het terrein der buitenlandsche poli-
Dek prees Göring den arbeid van Hitier,
die een aec'oord met Polen tot stand heeft
gebracht te Venetië met succes met Mus-
solini confereerde. Er is een zeer gun
stige ontwikkeling op dit gebied.
Verder zeide Göring o.a. nog: De eer
ste revolutie werd door den leider bevo
len en door hem beëindigd. Als hij een
tweede revolutie wil, staan wij morken op
straat; wil hij haar niet, dan zullen wij
ieder onderdrukken, die tegen den wil
van den leider een revolutie wil maken.
Over dingen, die het geheele staatsbestel
tot in zijn voegen kunnen schokken, mag
alleen de leider het laatste woord spre
ken. -
Het volgende Reuter-bericht is intus-
sehen, ondanks de nog altijd dikke woor
den van Goering, wel teekenend en wijst
er op, dat Hitier wel zeer groote conces
sies heeft moeten doen.
De boycot van de Woolworth-zaken te
Keulen, Kassei, Breslau en andere plaat
sen is n.1. op last der autoriteiten tijde
lijk opgeheven. Officieel wordt verklaard,
dat een in Amerika ingesteld onderzoek
heeft uitgewezen, dat de Woolworthwin-
kels in de Vereenigde Staten niet aan de
anti-Duitsche-boycot-beweging deelne
men. Reuter verneemt evenwel, dat dit
besluit der autoriteiten een gevolg is van
besprekingen door de Amerikaansche
diplomatieke vertegenwoordigers te Ber
lijn gevoerd met de Nazi-autoriteiten.
De Woolworth-zaken zijn voor een deel
in handen van.... Joodsche financiers!
de misdaad, waarbij meer dan een Staat
is betrokkenMet nieuwe hulpmidde
len toegerust, vertrouw ik er op, dat het
(Departement van Justiti) een nog ster
keren aanval op de georganiseerde mis
daad zal doen. Ik beschouw de actie van
vandaag als een gebeurtenis van het
grootste belang. Voor zoover het fede
rale regeering betreft, zal er van geen
toegeven sprake .zijn.
NATIONALE LUCHTVAARTDAG OP
SOESTERBERG.
Voor den 14den Juli staat ons iets bi-
zondei's te wachten: een nationale lucht
vaardag op het vliegterrein te Soester-
berg, georganiseerd door de luchtvaart-
afdeeling.
Het wordt een luchtvaartf eest, zooals
wij er tot dusver nog nimmer een hebben
gehad in ons land.
Op het oogenblik is de voorbereiding in
het vliegkamp reeds in vollen gang.
Er is te Soesterberg gerekend op
60.000 staanplaatsen en 7000 zitplaatsen.
D ezitplaatsen komen op twee tribunes,
die speciaal voor het feest worden ge
bouwd, een eeretribune en een gewone
tribune voor 1200 personen, en verder
op stoelen. De staanplaatsen zijn zóó
ruim berekend, dat er niet de minste kans
is op gedrang, zoodat men een stoeltje
mee kan brengen en het zich tijdens die
demonstraties gemakkelijk kan maken.
Het programma is dat van een vlieg-
demonstratie van geheel ongewoon karak
ter. Het is ontworpen door kapitein A. K.
Steup in samenwerking met kapitein van
Weerden Poelman. Het begint om twee
uur en men rekent erop, dat het om
streeks 5 uur ten einde zal zijn.
In de drie uur, dat de demonstratie
duurt zal er van allerlei te zien zijn.
Het begint met een estafette-vlucht.
In Oostenrijk blijft de toestand
kritiek.
De rggeering-Dollfuss heeft nauwelijks
een week na de hernieuwde invoering
van het standrecht, onder den druk der
omstandigheden, het straf-prpoces weer
moeten verscherpen; zij heeft nu de dood
straf in het gewone proces voor Oosten-
lijk ingevoerd. De doodstraf zal thans
niet alleen worden uitgesproken bij delic
ten tegen een menschenlevcn, maar ook
bij het zoogenaamde hoogverraad.
Vice-kanselier Starhemberg hield in
Biauhau een rede, waarin hij verklaarde:
„Wij moeten ons wel duidelijk voor
oogen houden, dat wij in Februari wel
is waar een overwinning op het bolsje
wisme hebben behaald, doch dat dit in;
het geheel nog niet is neergeslagen. Wij
leven thans in een tijd van permanente
revolutie en de regeering zal er alles op
moeten zetten om deze tweed-? en zelfs
veel zwaardere taak te volbrengen."
Als ware het om de waarheid van deze
woorden te bewijzen, zijn op denzelfden
avond ernstige daden van sabotage in
geheel Oostenrijk gepleegd. Groote hoe
veelheden traangasbommen werden in
schouwburgen tot ontploffing gebracht.
In den nacht van Zondag op Maandag
werden telefoon- en telegraaf-draden ver
nield enz.
Amerika heeft met kracht den strijd
tegen het met alle begrippen van bescha
ving spottend abndietendom aangebonden
en er bestaat alle hoop, dat de wetten,
welke de President de vorige week heeft
Oïiderteekend, een gunstige uitwerking
zullen hebben. Het grootste bezwaar
bleek wel, dat men door dergelijke wetten
meende inbreuk te maken op de rechten
der staten aan wie de handhaving der
openbare orde en den politiedwang toe
komen.
De aangenomen zes ontwerpen bepa
len, dat de volgende handelingen misda
den zijn, vervolgbaar door de federale re
geering: 1. Ontvoering waarbij het slacht
offer zeven dagen of meer vermist wordt;
na verloop van dezen termijn wordt aan
genomen, dat het slachtoffer of de ont
voerder zich bevinden over de grenzen
van don staat, waarin de misdaad is ge
pleegd, waardoor deze valt onder de zoo
genaamde Lindbergh-wet, van Juni 1932;
2. Vervoer van gestolen goed voor een
waarde van ten minste 1000 over de
grens van staten; 3. Afpersoing, „racke-
ieering" of elke andere vorm van kneve
larij, waarbij gebruik gemaakt wordt van
telefoon, telegraaf, radio of een ander
communicatiemiddel in meer dan één
staat gebruikt; 4. Het dooden of aanval
len van agenten der federale regeering;
5. Het vluchten uit een gevangenis of po
gingen om hierbij te helpen, wanneer het
federale instellingen betreft; 6. Beroo-
ving van banken, die leden zijn van het
Federal Reserve-stelsel.
President Roosevelt heeft de onder-
President ROOSEVELT.
teekening van deze wetten gepaard laten
gaan met een verklaring, die aan duide
lijkheid weinig te wenschen overlaat.
„Deze wetten", zoo heet het „zijn
een nieuwe uitdaging van de zijde edr
federale regeering aan de georganiseer-
Von Papen verwekt sensatie. - Minister Göring blaast weer van
den toren. - De kritieke toestand in Oostenrijk. - Roosevelt en
de gangsters.
KANTOOR DEN HELDER
ne redevoering van Von Papen heeft
natuurlijk de noodige sensatie in Duitsch
land gewekt; journalisten hebben, voor
de mogelijke consequenties die daarvan
„evolg zouden kunnen zijn, er hun vacan
te voor onderbroken, eveneens de diplo
maten. De sensatie wordt te grooter nu
blijkt, dat het niet maar een loslippig-
heidjé van von Papen geweest is, maar dat
rijn rede weloverwogen was en doordacht.
Want de vice-kanselier had blijkbaar ver
wacht, dat zij zou worden onderdrukt en
verboden en daarom vooraf haar in bro
churevorm doen drukken, welke aan een
aantal invloedrijke personen in Duitseh-
•and is toegezonden.
In zijn rede trekt de vice-kanselier to
velde 1 óverdreven nationalist!
president Von Hindenburg was goedge
keurd en ook de instemming heeft van de
groot-industrieelen.
Men acht het zoo goed als uitgesloten,
dat Hitier er in zal slagen de beide
radicale vleugels van zijn kabinet met
elkaar te verzoenen. Dat Goebbels en Von
Papen nog lang in een kabinet zullen zete
len, acht men onmogelijk.
Alfred Rosenberg heeft reeds het ont
slag geëischt van alle ministers, die niet
met hart en ziel de nationaal-socialisti-
sche beginselen zijn toegedaan. Dat het
zoover zal komen, is echter niet w«ai
schijnlijk.
De kringen, die achter von Papen staan
zijn er van overtuigd, dat Hitier een der-
gelijken stap niet zal durven doen. Im
mers, de aanhangers van Von Papen heb
ben alle troeven in handen. Zij beschik
ken over de rijksweer en de Stalen Helm
en genieten den steun van den rijkspre
sident. De nazi's daarentegen kunnen
slechts over de S.A. beschikken.
Feitelijk een waardeloos instrument en
maar gedeeltelijk betrouwbaar voor
Hitier. Blijkbaar wordt aangestuurd op
militaire dictatuur.
sclie politiek, waarbij hij klaarblijkelijk de
houding van de Hitler-regeering tegen
over Frankrijk te star vindt en waardoor
hij duidelijk aanstuurt op een meer ver
zoenende houding van Duitschland ten
aanzien van het Volkenbondsvraagstuk.
Volgens andere mededeelingen heeft hij
zich ook, zij het dan niet in ronde woor
den tegen de S.A. gekeerd.
Het meest opvallend echter is een crl-
tiek op minister Goebbels, die in rede
voeringen sprak van de tweede revolu-
liegolf, welke over Duitschland zal gaan,
en die eindelijk het ware nationaal-socia-
lisme zal brengen. Von Papen waarschuw
de er voor, dat op een tweede golf meestal
een derde pleegt te volgen en dat dan
daardoor al het bereikte zou worden ver-
tietigd.
Wij hebben reeds medegedeeld, dat de
rede niet mocht worden uitgezonden en
dat de bladen er niets over mochten ver
melden. Een tweetal brachten nochtans
een kort uittreksel, met het gevolg, dat ze
niet werden verzonden aan de abonné's.
De diplomatieke^ medewerker van de
„Daily Herald" bericht, dat de rede door
Intusschen heeft minister Göring bij
de behandeling van de begrooting in den
Pruisischen staatsraad een uitvoerige
rede gehouden, waarin hij vooral de ver
houding van Pruisen tot het Rijk besprak.
Het rijk zal, aldus Göring, in de toekomst
worden ingedeeld in gouwen, waarvan
Hitier later de grenzen zal vaststellen. Er
zal voor gezorgd worden, dat deze „gou
wen" niet weer afzonderlijke landen wor
den, die de rijkseenheid kunnen bedrei
gen. Voorts erkende Göring, dat „hier en
daar ontevredenheid bestaat".
Zoo begrijpelijk als het is, dat zich na
de overwinning een gevoel van bevrijding
en verademing van iedereen meester
HERMANN GOERING,
Pruisisch minister-presiden t.
maakte, zoo begrijpelijk is het ook, dat
die geestdrift niet altijd kan voortduren;
er komen periodes van inzinking. Daar
om moeten de leiders voortdurend in con
tact blijven met het volk, terwijl ander
zijds alles moet worden gedaan om de
oorzaken van gerechtvaardigde ontevre
denheid weg te nemen.
.„e-Kanselier VON PAPEN.
Feuilleton
Uit het Engelsch van
1 nadruk verboden.
38)
„Maar u hebt ze toch teruggekregen,
nietwaar?" vroeg John, in gedachten
langs den voet van een der candelabres
strijkend.
„•'a; het is in één woord ongelooflijk,
Uat ik voor geluk gehad heb. Den vol-
génden dag sta ik buiten om even iets
jn de étalage te zien. Er schiet een taxi
langs en w.e kijkt uit het raampje? Nie
mand anders dan die jongedame van gis
teren met haar grijs mantelcostuum en
naar zwart hoedje. Ik holde zooals ik nog
nooit in mijn leven gehold heb ik zie
net nog voor me. Ik .spring in een taxi
a'e juist stiltaat voor een kantwinkel om
ee'i dame te laten uitstappen. "Houd dien
wagen voor je in de gaten!" schreeuw ik
tegen den chauffeur ik ben Pollard
hen bestolen! Je krijgt vijf pond als
ine, t.?xi inhaalt - de dievegge zit er
Wjj volgen. Ik zie den andere auto
en honderdvijftig meter verder in een
hnn rsop.stopping. Ik eruit en weer
Plotseling zie ik het grijze mantel-
p k ze was ook als de wind eruit ge-
g an en rende voort. Ik schreeuw. Zij
den hoek om ik den hoek om; „Houd
de dief!" roep ik en een agent pakt haar
bij den arm. Wij gaan naar het politie
bureau. Mijn parels zitten in haar tasch.
Ze zegt niets geen woord ze htilt
niet eens. Ze vertelt dat haar naam Annie
Jones is; ze bekende direct voor de rech
ter en krijgt een jaar gevangenisstraf, als
afschrikkend voorbeeld, omdat er zooveel
dergelijke diefstallen hebben plaats ge
had."
„Nu," meende John John, „u was wel
gelukkig. Ze moet een deksels koelbloe
dige jongedame zijn. Wat voor type was
het eigenlijk zoo op het oog?"
„Heel elegant, wat je noemt chic, dat
had ik al dadelijk in de winkel opge
merkt."
„Op de films," hernam John, „hebben
dames, die parels stelen, altijd donker
haar en schitterende oogen. Was het een
van dat slag?"
Pollard glimlachte 'n tikje sarcastisch.
„Haar haar was donker, dat heb ik in
het politiebureau en later in de rechtzaal
gezien, maar als iemand in de beklaagden
bank staat of door een inspecteur ver
hoord word, schitteren de oogen in den
regel niet
„Neen, dat zou ik ook niet denken.
Maar in den winkel, toen u haar voor het
éérst zag zijn haar haren en oogen u
toen niet opgevallen?"
De juwelier haalde de schouders op.
„Och, in den winkel zag ik alleen een
knappe, goed-gekleede jongedame. Van
haar haar en oogen heb ik geen notitie
genomen. Ik zag het elegante costuum en
haar ring met een steen, dien ik best had
willen koopen."
„Wat voor steen zat erin?"
,',Een smaragd, een zeldzaam-mooi
exemplaar, zooals ze niet veel voorkomen.
Later vroeg ik me af van wien ze dien
ring wel gestolen zou hebben en waar ze
hem had verborgen want toen ze den
volgenden dag gepakt werd, droeg ze hem
niet meer. De parels waren in haar tasch,
maar de ring met den smaragd was ner
gens."
„Dus in den winkel zag u niet of ze
donker was?"
Met zijn intelligente oogen keek Pollard
John plotseling onderzoekend aan.
„Interesseert u zich dan voor die jonge
dame, mijnheer?" vroeg hij.
„De geschiedenis interesseert me
ja."
„En het haar van de jongedame dat
interesseert u ook?"
„Dus het komt hierop neer," klonk
John's wedervraag de laatste vraag
van den juwelier negeerde hij dat u
er in den winkel geen acht op geslagen
hebt, nietwaar?"
Mr. Pollard knikte.
„Juist; zoo is het."
Even bleef het stil; toen zei John:
„Ik geloof dat ik die candelabres maar
neem. Hoe zwaar zijn ze ook weer?"
XXIX.
Anne haalde de mooiste japon te voor
schijn den anderen dag.
Ze voelde een haast onbedwingbaren lust
om het grijze mantelpak te verbranden,
maar een binnenmeisje zonder een cent
op zak moet nu eenmaal aan dergelijke
gevoelens weerstand bieden.
Het was een dag van zachten wind, zei
lende wolken, en helderen, verkwikken-
den zonneschijn. Ze deed de dunne crêpe
japon aan, met het blauwe fond dat zoo
voortreffelijk met het blauw van haar
oogen harmonieerde en het patroon van
groen en een lichtere tint blauw, waar
van ze altijd zooveel gehouden had, om
dat het haar deed denken aan blauwe
grasklokjes in een groen voorjaarsbosch.
Het was nog al een dunne japon en ze
trok een blauwen mantel er over aan. Ze
wilde eigenlijk dat ze een nieuwen hoed
had; juffrouw Jones had een klein vilt-
I hoedje meegestuurd dat opgerold in den
koffer kon. Het groen en blauw ervan
was een tikje verschoten. Maar ten slotte
stond het toch wat aardig.
„Wel kind, wat zie jij er piekfijn uit,"
prees juffrouw Brownling.
i „Je gaat zeker met hem uit. Nou, tot
vanavond en veel pleizier, hoor!"
Anne wandelde Ossington Road af en
haar hart was vervuld van goede voor
nemens. Na vandaag zou ze niet meer met
John afsprekejihij mocht niet meer
komen. Dit besluit stelde haar geweten
zoo zeer tevreden, dat ze bereid was van
het gevaarlijk-toegeeflijke „nog-een-keer-
tje", met volle teugen te genieten.
John was zichtbaar verheugd toen hij
haar zag.
„We gaan naar Wisley," kondigde hij
aan. „Zeg, wat een schat van een jurk
heb je aan. Zat die in den koffer?"
Anne knikte.
„Waar is Wisley?"
„In de tuinen van de „Horticultural
Society". Mrs. Courtney had het erover,
ze beweerde, dat de azalea's daar 'n droom
waren en dat iemand die ze niet had ge
zien, het mooiste miste wat een mensch
ooit in zijn leven van bloemen kon zien.
Daar kwam het tenminste op neer. En ze
zei dat ik haar kaart kon krijgen wanneer
ik maar wilde, daarom ben ik die vanmor
gen maar eens gaan halen. Hou je van
azalea's"
„Ik houd in 't algemeen veel van bloe
men. Ik heb ze ik-weet-niet hoe lang ge
zien. Ik bedoel zoo'n echte bloemenweelde
buiten."
„In Spanje ook niet?"
Hij flapte de vraag eruit, maar het vol
gend oogenblik had hij er al diep berouw
van, want Anne hield even pijnlijk den
adem in en zei met een geforceerde stem.
„Je weet immers heel goed dat ik
heelemaal niet in Spanje geweest ben."
„Hoe kan ik dat weten, als je het me
nooit verteld hebt."
Anne zweeg. Jenny had hem gezegd dat
ze in Spanje was geweest. En het was
duidelijk dat John geen woord geloofde
van wat Jenny hem voorgepraat had.
Wat wist lijj? Wat dacht hij? Maar ten
slotte, wat kwam het erop aan wat hij
precies dacht?
„Vandaag" zou voorbijgaan en „mor
gen" komen. En „morgen" zou voorgoed
de deur achter John Waveney sluiten.
Dus waarom niet „vandaag" aan plezier
plukken, wat ervan te plukken viel? Wat
'n mal schepsel was ze, om een skelet uit
zijn kist te laten kruipen en het te ver
oorloven met klapperende botten tusschen
haar en dezen laatsten dag van genoegen
te 'gaan staan.
Stralend-opgewekt opeeas, wendde ze
zich naar John.
„Laten we net doen alsof," stelde ze met
een lach in haar stem voor.
„Hoe bedoel je?"*
„Wel, doen alsof er geen wereldsche
zorg bestaat; alsof ik niet Annie Jones
ben, maar al datgene wat ik ooit weer
worden kan. Kun jij goed doen alsof,
John?"
Onder hooge, ruischende dennen verlie
ten zij den auto en liepen de tuinen in.
De rotsplanten in het lager gelegen ge
deelte voor het huis gaven vroolijke
kleuren, blauwe waterlelies begonnen te
bloeien in een kleinen vierkanten vijver.
Ze gingen een paar treden af, passeerden
een rij broeikassen, daalden nog verder
omlaag langs een vochtig, windend pad
dat voerde naar den wilden tuin op het
diepste punt van de vallei, waarin de tui
nen gelegen waren.
Bossen blauwe irissen bewogen in den
wind, ze leken op diep blauw water met
witte schuimkopjes. Iets verder verhieven
zich witte en paarse Japansche irissen uit
het kabbelende riviertje, waarin bleek
gele waterlelies tusschen de gladde, platte
bladeren dreven.
Een uitbundige massa van lila rodon-
dendrons keek op het water, de lelies en
de irissen neer. Die stond verder op deri
oever; daarachter rees de rots, die be
groeid was met oranje, scharlaken, vuur-
roode, rose en diep-blauwe bloemen steil
omhoog. Overal tusschen de felle kleuren
was groen in een eindelooze verscheiden
heid van tinten.
„Kolossaal, vind je niet?" vroeg John.
Roerloos staarde Anne naar de bloe
men. Ze sprak niet en ze was bleek. Toen
John zijn hand door haar arm stak, liet
ze het zonder verzet toe.
Ze had een gevoel alsof ze een teer
sprookjesland was binnengetreden en de
lichtste ademtocht de betoovering zou
kunnen verbreken. Ze stond nog onbe
weeglijk te kijken, toen iemand haar
naam riep.
„Anne! Lieve deugd! Anne!"
(Wordt vervolgd).