Op en om het Binnenhof.
Marine-brieven uit Indië
ZATERDAG 1
4 JULI 1394
PAG. 5
T JUTTERTJE
aanwezigen wordt er op zijn wijze door
getroffen. Men moet zooiets meege
maakt hebben, om te weten, dat zelfs
de grootste nuchterheid daar niet tegen
bestand is. En dan, tijdens zoo'n week
van samenzijn, worden er banden ge
legd tusschen allerlei menschen van
verschillende nationaliteit, die wel niet
altijd bestendig blijken (we zijn nu een
maal menschen) maar die toch niet na
laten, een invloed ten goede in de we
reld te doen gelden. Het kan immers
niet anders, of, hoe meer vriendschaps
banden er tusschen menschen uit ver
schillende landen bestaan, des te ge
ringer moet de kans op oorlog worden.
Dit gebeurde (want het is historisch)
tusschen 2 menschen, die elkaar nooit
eerder ontmoet hadden. Hoe zal het
dan zijn, als zij reeds jaren door vriend
schapsbanden verbonden waren?
Ik hoop, dat niemand mij ervan ver
denkt, dat ik behoor tot degenen als ze
bestaan, die denken, dat Esperanto de
eenige weg tot den wereldvrede biedt.
Verre van dat! Maar dat het er iets toe
bij kan dragen, geloof ik wel. En daar
om zou ik zoo graag willen, dat alle be
wegingen met een soortgelijke strek
king, zich aaneensloten tot een krach
tige samenwerking, vóór het te laat is.
Er rest mij nog, u mijn nederige
excuses aan te bieden voor een zoo
donker getint stuk. Ik weet wel, dat het
eigenlijk heelemaal geen geschikte
Zondags- oftewel ontspanningslectuur
is en daarom had ik willen eindigen
met een aardige, historische anecdote!
Maar de plaatsruimte laat mij weer
eens in den steek! Mag ik er dan de
volgende week mee beginnen?
MOLLY KEISER,
2e Schuytstraat 155, Den Haag.
„Geneerde je je niet een beetje voor
den photograaf, toen hij je in bad-
costuum kiekte?"
„Och, wel nee! De man had zijn hoofd
onder een zwarten doek!"
Weekkroniek
De parlementaire werkzaamheden weer hervat.
Intusschen kwam het Kabinetsbesluit inzake de ver'
eenvoudigde spelling. Zal de storm niet weer op-
steken? Een geweigerde interpellatie over de
Amsterdamsche onlusten. De nieuwe minister,
mr. Steenberghe, voör het voetlicht I
Den Haag, 12 Juli '34-
Een week van nationalen rouw. ligt
voer achtër ons'besloten en het'ge
wone leven heeft opnieuw z'n loop her
nomen! Op het Binnenhof zijn de
werkzaamheden ijlings hervat na den
dag, waarop Prins Hendrik naar zijn
laatste rustplaats werd gedragen. Men
is door het oponthoud met werk be
klemmend ten achter geraakt, want ge
lijk door den voorzitter van de Tweede
Kamer werd aangekondigd zullen deze
week nog twee avondzittingen en een
(zeldzame!) Zaterdagvergadering noo-
djg worden, wil het hooge college
werkelijk de aanhangige zaken in de
huidige week-periode afdoen. Men
hunkert naar het recès 't is thans
toch stellig geen weer meer om uren-
en dagenlang in een bedompte zaai
zwaarwichtig te „boomen"! en ook
de Regeering stelt blijkbaar den hoog-
sien prijs op tijdige afwikkeling der
agenda.
Voordat de onverwachts onderbro
ken parlementaire werkzaamheden
weer werden hervat is bekend gewor
den het besluit, door den ministerraad
genomen inzake het spelling-compro
mis. Zooals men weet heeft de Tweede
Kamer zich kort geleden door middel
van de motie-Tilanus uitgesproken
tegen invoering van het spelling-com
promis, gelijk dat zoo vurig door mi
nister Marchant werd verdedigd.
De Ministerraad heeft echter toch
bepaald, dat op 1 Septepmber de nieu
we spelling zal worden ingevoerd. De
Kamer krijgt haar zin dus niet de
Regeering is in deze de eenige bevoeg
de instantie doch men moet nu niet
denken, dat de meening van onze
volksvertegenwoordigers heelemaal
geen gewicht in de schaal heeft ge
legd. 't Is gelijk ik bij het relegeeren
der desbetreffende debatten in ons La
gerhuis heb geschreven, namelijk, dat
het Kabinet zeer waarschijnlijk toch
wel iets zal voelen van het gevallen
votum.
Dit is thans ondubbelzinnig geble
ken, want geheel ongewijzigd heeft
men het compromis niet gelaten. Aller
eerst wordt voorloopig het lager on
derwijs buiten het geding gehouden.
Wel zullen de nieuwe onderwijzers mei
de gewijzigde spelling vertrouwd wor
den gèmaakt. Voorts wordt het mid
delbaar en voorbereidend hooger on
derwijs onder de vleugelen der ver
eenvoudigingen gebracht.
Een en ander beteekent dus een ver
langzaming van het tempo, waarmes
men de nieuwe richting wenscht in te
slaan. Daarnaast dient vooral niet ver
geten te worden, dat het besluit van
den Ministerraad lang niet indenti,-K
is aan de oorspronkelijke methode-
Marchant. Verschillende belangrijke
concessies aan de tegenstanders der
vereenvoudiging worden gedaan, voor
al wat betreft de büigings-n, welke iu
beperkte mate behouden blijft (namelijk
voor mannelijke personen en ten aan
zien van mannelijke dieren). Ook da
uitzonderingen wat betreft woorden
die eindigen op eelen en eeren zijn
vervallen, hetgeen de zuiverheid der
vereenvoudigde methode zeer ten
goede komt. Er zijn nog enkele min
der belangrijke wijzigingen aange
bracht, doch de hoofdzaak heb ik hier
toch genoemd. Naturlijk zal tegen de
invoering op 1 September wel sterke
1 oppositie blijven bestaan, doch veel zal
i er niet meer aan te doen zijn. En nu
onze ministers getoond hebben wel de
gelijk rekening te willen houden met
ernstige bezwaren, nu zal het verzet
toch zeker wel zijn scherpste kanten
verloren hebben.
Minister Marchant krijgt intusschen
voor een goed deel zijn zin en ten aan
zien van één punt zal bij niemand over
dit feit teleurstelling optreden. Ik
doel op de zekerheid, dat nu eindelijk
krachtig gestreefd wordt naar meer
eenheid in onze spelling, welke zoo
broodnoodig is. Want in elk geval is
thans bereikt, dat het door zoovelen
afgekeurde keuze-systeem, hetgeen im
mers beteekende, dat de scholen vrij
zouden worden gelaten in de spelling,
welke zij wenschte toe te passen, niet
werd gehandhaafd.
We zullen moeten afwachten in hoe
verre het nieuwe besluit stof doet op
waaien. Het is niet te veel gewaagd
als men zegt, dat de spelling-herrie
voorloopig althans wel geluwd zal zijn.
En het gaat er nu verder maar om of
het nieuwe systeem bij allen ingang
zal vinden.
Wat het behandelde in de Tweede
Kamer betreft, er werd aanstonds een
interpellatie-aanvrage geweigerd en er
een toegestaan. De geweigerde betrof
een poging van den communist De
Visser om aan de Regeering vragen te
stellen aangaande de ongeregeldheden
te Amsterdam en den aankleve van
dien (steunverlaging). President-Ruys
stelde al dadelijk voor, de aanvrage
niet toe te staan, hetgeen eenige „bra-
vo's" ten gevolge had. De heer Vlie
gen (s.d.) bleek van meening, dat de
interpellatie wel diende te worden toe
gestaan, doch mr. Joekes vertolkte
stellig de meening der Kamer toen hij
zei 't daarmee wel eens te zijn, doen
dat 't oogenblik thans niet gunstig is,
wijl de Regeering nog maatregelen
treft om de orde te handhaven. Later
achtte de afgevaardigde een bespre
king stellig g6wenscht. Het presiden
tieels voorstel werd in stemming ge
bracht en haalde 58 van de 82 stem
men. De interpellatie zal dus voor
loopig althans niet worden gehouden.
Vervolgens kreeg mevr. Bakker-
Nort (v.d.) verlof om den minister van
Onderwijs te mogen interpelleeren
over de subsidie voor 1934 aan het Lo-
renz-lyceum te Eindhoven. Nog deze
week krijgt de afgevaardigde gelegen
heid haar vragen te stellen.
Het verdere en grootste deel van den
Donderdagschen vergaderingsdag
heeft de Kamer besteed aan de behan
deling van het wetsontwerp-wijziging
van de Landbouwcrisiswet-1933, dat
ten doel heeft de Tarwewet-'31, de Cri-
siszuivelwet-'32 en de Crisisvarkenswet
'32 uit te schakelen om de gansche ma
terie, behoorend tot de genoemde wet
ten, samen te brengen onder één rege
ling. Deze centraliseering beoogt aller
eerst een belangrijke bezuiniging door
een betere samenwerking en een ver
minderde paperasserij, en daarnaast
een meer effectieve controle.
De nieuwe bewindsman van Econ.
Zaken, mr. Steenberghe, zat achter de
groene tafel ter verdediging van het
gebodene en hoewel men 't Z.Exc. niet
lastig maakte de groote meerder
heid was vóór de centralisatie ook
wijl hij immers pas sedert kort minis
ter is, zich nog moet inwerken in de
materie, kwamen toch verscheidene
leden met hartewenschen. De bewinds
man antwoordde en zijn eerste rede in
het Parlement klonk duidelijk, onge
dwongen; hij bleek allerminst last te
hebben van„plankenkoorts"! Spe
ciaal ging hij in op de pleidooien van
de leden Hiemstra (s.d.), Loerakker
(r.k.) en Van Dijke (a.r.) ten aanzien
van de positie der landarbeiders. De
minister wijdt aan deze anagelegenheid
zijn volle attentie, hetgeen zeer duide
lijk uit zijn woorden bleek. De boeren-
organisaties zullen in de toekomst de
arbeidersorganisaties moeten erken
nen, overleg plegen, de gesloten colL
arbeidscontracten moeten nakomen en
arbitrage aanvaarden. Voorts hadden
de leden Westerman (n.h.) en Duys
(s.d.) allerlei fraaiigheden verteld van
de crisisorganisaties, er zou door het
personeel op allerlei wijze corruptie
gepleegd worden. De minster ging
daar niet op in, zei er alleen van, dat
de reuzenorganisatie bij haar opzet on
mogelijk feilloos werken kon, docS
dat de aanhangige wet juist de moge
lijkheid op onregelmatigheden zeer
verkleind.
De heer Ebels (v.d.) had categorisch
antwoord verlangd op zijn vraag, wat
nu eigenlijk waar is omtrent het ge
rucht, als zou binnenkort de benoe
ming van een directeur-generaal van
den landbouw te wachten zijn. Z.Exc.
maakte de logische opmerking, dat
ieder wel kon begrijpen hoezeer ge
noemd gerucht uit de lucht gegrepen
moest zijn. De minister is zelf op zijn
departement nauwelijks eenigszins
wegwijs of hij zou al dadelijk over
gaan tot het aanstellen van een zoo
danige gewichtige autoriteit! De waar
heid is dus, dat zekér nog niemand
ernstig op de nominatie staat om be
noemd te worden, maar ook. dat de
minister beslist voornemens is een di-
retceur-generaal te benoemen. Wan
neer de nieuwe dignitaris kan worden
verwacht is echter nog een onbekend
iets!
Omtrent de eindstemming over het
ontwerp kan ik nog niets melden,
want op den dag dat ik dit schrijf
(Donderdag) is de behandeling tot den
anderen dag geschorst door het bin
nenkomen van een niet onbelangrijke
Nota van Wijziging der regeering.
Doch dat het wetje wordt aangenomen
slaat heden vast.
In de Donderdagsche avondvergade
ring werd de voordracht tot wijziging
van de Winkelsluitingswet-1930 aan
gesneden. Men weet: de „gewijzigde
gewijzigde"! Over de „avonturen daar
mee in mijn volgend Overzicht!
Menschenvijand te zijn is een voor
recht, dat slechts bedelaar en millio-
nair gegund is.
Beste Maat,
We staan op het oogenblik geheel in
het teeken van de sport. Nu de velden
weer droog zijn kunnen we weer met
goeden moed beginnen. De voetbal
competitie is weer aangevangen, met
zoo je weet, Zeemacht nog steeds in de
eerste klas.
Of deze vereeniging het vol zal hou
den, moeten we afwachten, in ieder ge
val heeft ze bewezen nog ver boven de
tweede klas uit te steken en heeft ze
haar plaats in de eerste klas het vorige
jaar in de degradatie-competitie weten
te handhaven. Gisteren nu, wisten de
menschen van sergeant Ales met 33
gelijk te spelen tegen een der sterkste
elftallen van Soerabaja, het vorige jaar.
In de radio werd zelfs het uitstekende
spel van Zeemacht omgeroepen. Ook
het 2e elftal weet zich veel beter te
handhaven. Ook op athletiekgebied
hoort men hier van Zeemacht. We heb
ben hier een uitstekenden 1500 M. loo-
per en een pracht van een speerwer
per. Deze laatste bedreigt het Neder-
landsch-Indische record van Harry de
Keyzer, ook wel van de Nederlandsche
sportvelden een bekende. Het record
staat nog op diens naam met 52.16 M-,
maar de heer Nïessink haalde bij oefe
ningen reeds eenige malen 50 M.
Gisteren was zeemacht dan ook wel
vertegenwoordigd op de athletiek-wed-
strijden te Batoe, je weet wel, het land
van de Djeroeken. Daar is momenteel
een landbouwtentoonstelling, waaraan
alle mogelijke gebeurtenissen verbon
den zijn, o.m. de bovengenoemde sport
wedstrijden. A.s. Zaterdag gaan ws
beginnen aan de afstandsmarschen. Het
is, geloof ik, de bedoeling om uiteinde
lijk te komen tot de vierdaagsche af-
standmarsch, zooals zulks in Holland
jaarlijks gebeurt. Maar alvorens hier
toe over te gaan wordt begonnen met
een soort training en dan te zien of de
prestaties hier even hoog zijn als iu het
koude land. Zoo beginnen we dan Za
terdag met 15 K.M. door de stad. We
loopen 's avonds, om minder last van
„het koperen dingetje" te hebben. De
marine is hier ook al weer zwaar bij
vertegenwoordigd, waarbij ook Zee
macht zich alweer niet onbetuigd zal
laten. Werkelijk er wordt veel aan
sport gedaan bij ons momenteel, waar
bij onze Marine-commandant een der
eersten is.
Verder denkt men hier in Soerabaja
een Roode Kruis-afdeeling op te rich
ten onder leiding van den marine
dokter van den Berg de Bruyn (de
zelfde, welke op Prinsenverjaardag
werd begiftigd met de Roode Kruis-
medaille).
Daarstraks had ik het al over die
landbouwtentoonstelling daar in Batoe.
Weet je wel, dat we tegenwoordig dje
roeks, zoo groot als appels, verpakt in
een vloeipapiertje zooals jij in Hol
land manderijntjes, op tafel krijgen.
En lekker man, werkelijk, zooals je ze
nog nooit in Indië gehad hebt. Ik
schrijf je een dergelijke bijzonderheid
omdat jij, evenals ik, nog steeds de
kers boven de doekoe, de meloen boven
de papaja en de ananas uit blik boven
de Indische ananas verkiest, maar
heusch, deze vruchten van het land
zouden jou in Holland ook perfect sma
ken.
Het eskader komt aan het eind van
deze week weer binnen, hetgeen weer
een heele drukte hier zal geven (en
het tevens na vastwerken weer erg
moeilijk maakt om een taxi beneden te
krijgen). Wat er dan verder op 't vaar-
j programma staat is nog niet bekend.
Wel gaat de Gouverneur-Generaal
weer een reis maken, maar of de Ma
rine Zijne Excellentie zal begeleiden,
daar weet ik niets van.
De jaarlijksche beproeving van de
oorlogsmunitie moet nog plaats hebben,
er moet dus nog op het dok op Goen-
toerrif geschoten worden en wellicht
ook op de Gili's. Ja, welke marineman
kent zoo langzamerhand die plaatsen
niet, waar we jaarlijks plegen samen te
komen.
Nu, beste Lange, meen ik je weer ge
noeg op de hoogte te hebben gehouden
tot de volgende week maar weer. het
beste hoor. Zijn de boomen op de West
straat al gerooid? Ik zal Nieuwediep
niet meer terug kennen als ik nog eens
in 't oude land kom, want ik hoorde,
dat op de Zuidstraat ook al alle boomen
verdwenen zijn endat er op den
Kanaalweg een trottoir is gemaakt,
zoodat we niet meer per ongeluk met
onze fiets over de kleine steentjes kun
nen rijden.
Tabé,
HENK