Hedenmorgen 9 uur,
is op zijn kasteel te Neu-
deck de Duitsche Rijks-
president Paul Ludwig
Hans Anton von Hin
denburg overleden.
T-VX/FEDE BLAD
HELDERSCHE COURANT VAN DONDERDAG 2 AUGUSTUS 1934.
Paul von Hindenburg
Hindenburg en de humor
De Duitsche Rijkspresident Paul v. Hindenburg
1 overleden S
Tusschen half zeven en zeven uur meld- I van zijn vader erfde: op een vergeeld
den zich de eerste krantenbezorgers aan. stuk papier stond te lezen: Ora et labora.
Alle Bérlijnsche dagbladen werden ge- Tot voor kort hield Von Hindenburg
bracht benevens de bladen uit het rijk en zich zeer intens met iedere kwestie bezig,
de buitenlandsche kranten. I Dagelijks hield hij besprekingen met mi-
Ult den wereldoorlog. - V.l.n.r.: Veldmaarschalk von Hindenburg;
ex-keizer Wilhelm II en generaal Ludendorlf gebogen over de stalkaart
In 1931, toen de crisis Duitschland er
ger dan tevoren in haar greep had, wend
de Hindenburg zich tot den Amerikaan-
schen president Hoover met den volgenden
brief: ,,De groote nood van het Duitsche
volk, die thans zijn hoogtepunt bereidt
heeft, noodzaak mij mij tot u te wen
den. Elke mogelijkheid om onzen toestand
door eigen maatregelen, zonder hulp van
buiten, te verbeteren, is uitgeput. De eco
nomische crisis treft het Duitsche volk,
dat door de gevolgen van den oorlog van
zijn krachtreserve is beroofd, bijzonder
zwaar.
Gij, mijnheer de president, hebt als ver
tegenwoordiger van het groote Araeri-
kaansche volk de mogelijkheid in han
den, stappen te doen, waardoor een on
middellijke verandering in den toestand
van het Duitsche volk kan worden ge
bracht".
Tegen den tijd, dat nieuwe presidents
verkiezingen zouden plaats hebben, won
nen de nationaal-socialisten aan invloed,
en de tegencandidaat van Von Hinden
burg werd Adolf Hitier. Hindenburg
heeft toen per radio da redenen uiteenge
zet, waarom hij zich candidaat liet stel
len. Hij merkte daarbij o.m. het volgende
op: „Ik heb mij candidaat laten stellen
uit plicht jegens het vaderland. Had ik
het niet gedaan, dan zou het gevaar be
staan hebben, dat bij de versplintering
van partijen en voornamelijk bij oneenig-
heid aan de rechterzijde, in de tweede
stemming óf een candidaat van de radi
cale rechterzijde öf iemand van de dfto
linkerzijde tot president van het Duitsche
rijk zou zijn gekozen. Dit zou voor
Duitschland niet te overziene gevolgen
hebben gehad. Mijn plicht verbood mij dit
te verhinderen. Ik begreep, dat vele kie
zers, onder wie helaas vele oude kamera
den, mij deze beslissing kwalijk zouden
nemen. Toch word ik liever persoonlijk
aangevallen, dan dat ik toelaat, dat ons
volk vervalt in nieuwe binnenlandsche
twisten. Ik zal mij slechts verdedigen
tegen bepaalde leugens. Ik kan niet geloo-
ven, dat Duitschland door inwendige par
tijtwisten vervalt tot een burgeroorlog nu
het er op aan komt zich schouder aan
schouder te scharen in de worsteling om
onze veiligheid".
Hindenburg was toen dus een uitge
sproken tegenstander van den tegenwoor-
digeri rijkskanselier Hitier.
Toen hij herkozen was, richtte hij een
boodschap aan zijn volk, waarin hij mee
deelde, dat hij boven de partijen zou
staan en de vaste wil had het vaderland
te helpen aan vrijheid en gelijkgerechtig-
heid. „Laat nu de twisten rusten en sluit
de gelederen".
Nadat Hitier rijkskanselier geworden
was, heeft Hindenburg zich als het ware
teruggetrokken. Belangrijke maatregelen
zijn door hem niet meer genomen en naar
uit zijn gedragingen bij enkele officieele
gelegenheden zou moeten volgen, meende
hij geen bezwaren tegen Hitiers maat
regelen te moeten opperen.
Sinds eenige maanden was Hindenburg
lijdende aan een blaasaandoening, die in
verband met den hoogen leeftijd van den
generaal-veldmaarschalk aanleiding tot
bezorgdheid werd.
Zijn werkdag.
De dag van den rijkspresident begon
's morgens om zes uur. Hij stond op zon
der wekker en zonder hulp van een
dienaar. Een ijzeren discipline heeft zijn
geheele leven beheerscht en daardoor was
hij gewend aan een vaste etmaalindee-
ling. Een paar minuten over zes verscheen
een heer met een politiehond, die een
rondgang door den tuin van het huis aan
de Wilhelmstrasse maakte. Dit was de
huisinspecteur. Om kwart over zes kwa
men de werkvrouwen. Het paleis van den
rijkspresident met zijn vele officieele zalen
en kamers kan niet door een dienstbode
worden schoongehouden. De eerste lich
ten in de naburige gebouwen, worden
daarop ontstoken, en in het halfdonker
kon men de standaard van den rijkspre
sident zien wapperen: het teeken, dat de
president thuis was.
Als cadet Paul von Hindenburg
■Is leerling van de cadettenschool
Wanneer van den domtoren zever):
zware slagen weerklonken, kwant een
bakkersjongen aanrijden met brood vpo$
het geheele personeel. Tevens verscheel)
een bode op een motorfiets, afkomstig var.
den Pruisischen landdag en bracht de eer
ste stukken. De post werd om kwart ovei
zeven in ontvangst genomen. Maar de
belangrijkste brieven kwamen pas om half
negen. Onmiddellijk na de eerste bestel
ling verscheen een bode met de telegram
men. Tegen acht uur verscheen een hdër
met bolhoed in de kanselarij. Het was de
chef van den bewakingsdienst, die zijn
collega van de nachtinspectie kwam af
lossen. En precies om kwart over acht
placht het geheele personeel aanwezig te
zijn, want alle secrearissen en secretares
sen wisten, dat hun chef prijs stelde op i
uiterste stiptheid.
Precies om acht uur kwam Hindenburg
uit zijn kamer. Als het weer het maar
eenigszins toeliet, maakte hij met een
prachtigen herdershond „Rolf" een wande
ling door het uitgestrekte park. Hij ging
blootshoofds en droeg een eenvoudige
donkere overjas. Hindenburg had graag,
dat zijn kleinkinderen hem op deze wan-;
deling vergezelden. Was het weer al te
slecht, dan liet de president zich zijn ont
bijt in de waranda brengen om dan toch
nog een beetje frissche lucht te krijgen.
Onmiddellijk nadat brievenbesteller
Prawitz had gebeld, werd op een groot
blad de particuliere post binnengebracht.
Hierbij waren altijd een groot aantal ver
zoekschriften, waarvan er dagelijks hon
derden binnenkwamen en waarvan geen
enkel mocht worden behandeld zonder dat
de rijkspresident het had gezien.
Op het bureau werd ondertusschen met
koortsachtigen ijver gewerkt. Aanvanke
lijk kwamen er ongeveer honderd brieven
per dag binnen. Maar in de laatste jaren
was dat aantal tot duizend gestegen. Het
waren meest sollicitaties, raadgevingen,
verzoekschriften, klachten en smeekbeden
om gratie. De drie-en-dertig ambtenaren
van de rijkskanselarij hadden hun han
den hiermee vol, want in anderhalf uur
moest alles klaar zijn.
Terwijl in de hal van het paleis de chef
van het protocol hardnekkige, onge-
wenschte bezoekers op beleefde wijze de
deur uitzette, bevindt zich de staatssecre
taris, die precies om tien uur werd aange
diend, in de studeerkamer van den rijks
president. Hij bracht de verslagen van de
belangrijkste gebeurtenissen mee, bene
vens een uitvoerig werkprogramma voor
den heelen dag.
In de woonkamer wachtten dan al eeni
ge bezoekers om tot den rijkspresident te
worden toegelaten. Een zware deur
scheidde hen van Von Hindenburgs werk
kamer.
Deze was als alle kamers in het paleis,
zoo eenvoudig mogelijk ingericht. De don
kere meubels waren zonder eenige versie
ring en een boekenkas nam een geheelen
wand in beslag. Schuin voor het raam
stond de schrijftafel en in een eenvoudige
houten lijst hing tegen de ruggen van een
rij boeken Hindenburgs lijfspreuk, die hij
nisters, en wel direct nadat de staatssecre
taris hun proposities had voorgedragen,
leder wetsontwerp, dat de rijksdag en den
rijksraad had dóorloopen, diende ter af
kondiging van het Staatsblad aan den
rijkspresident te worden gepresenteerd.
Bovendien waren daar de vele ritten naar
den rijksdag, het bezoek aan tentoonstel
lingen, en het houden van gedenkreden.
President von Hindenburg verlaat het
stembureau, tijdens de laatste rijksdsgver*
kiezingen
Steeds stond in zijn slaapkamer er een
handkoffer gepakt, want in heel Duitsch
land kon men althans vóór het tegen
woordige regime in werking trad geen
belangrijke gebeurtenis laten voorbijgaan
zonder de aanwezigheid van den hoog-
sten rijksambtenaar.
Nadat het onderhoud met de ministers
was geëindigd, werd gewoonlijk een pers
chef bij Von Hindenburg toegelaten, die
den president een overzicht gaf van den
inhoud der geheele Duitsche pers en van
haar houding ten opzichte van de be-
langijkste dagelijksche gebeurtenissen.
Intusschen brak het bezoekuur aan:
diplomaten en vertegenwoordigers van
economisch-belanghebbenden uit binnen-
en buitenland, bespraken met Hindenburg
hun speciale wenschen. Dan volgde een
rustpoos tot twee uur 's middags. In dien
tijd werd gegeten; de maaltijden ten huize
van den president waren altijd zeer sober,
daar Hindenburg een vijand was van
overdaad. Na iederen maaltijd werd een
half uur gerust, d.w.z. er werd, wanneer
de weersomstandigheden het toelieten,
een wandeling in het park gemaakt.
Het óverige deel van den middag was
gewijd aan bezoeken en de daaraan ver
bonden uiteenzettingen en wat dies meer
zij. Het kwam slechts hoogst zelden voor,
dat de rijkspresident order gaf geen be
zoekers meer toe te laten. Meestal ge
beurde dat, wanneer hij zich, door nie
mand gestoord, wenschte te verdiepen
in de studie van belangrijke commenta
ren, betreffende diplomatieke kwesties,
's Avonds om half acht had het diner
plaats en niet zelden kwam het voor, dat
dit tevens als gelegenheid moest dienen
om aan maatschappelijke plichten te vol
doen. De grijze president was een zeer
levendig en onderhoudend spreker. Hij
placht echter, hoewel hij humor op prijs
wist te stellen, zwijgzamer te worden,
wanneer zijn gasten zich niet precies vol
gens de etiquette gedroegen. Dikwijls
trok Hindenburg zich na het avondeten
nog in zijn werkkamer terug: en tusschen
half elf en half twaalf kon men het licht
in zijn vertrek zien uitgaan.
Bij het doen van zijn plicht handelde
«ij Volgens zijn bekende uitspraak: „Wij
moeten onze persoonlijke meeningen, hoe
zwaar dit ook mag vallen, op den ach
tergrond stellen, alleen door eensgezinden
ai beid kan het met Gods hulp gelukken
ons arm Duitsch vaderland weer naar
betere tijden te voeren".
Buitenlanders over Hindenburg.
Hindenburg bezat in het buitenland
veel vrienden, en ook lieden, die behoo-
ren tot staten, waarmee Duitschland in
oorlog is geweest, hebben hun waardee
ring voor hem uitgesproken.
Zoo werd in een hoofdartikel van het
belangrijke Engelsche blad „Times" (3
October 1929) een welwillende beschou
wing aan Hindenburg gewijd. Het blad
sprak zijn bewondering uit voor de ma
nier, waarop de, grijze president zich van
zijn moeilijke en verantwoordelijke taak
kweet. De Duitsche natie, zoo meende
de krant, heeft reden dankbaar te zijn
voor zijn krachtige leiding, waardoor de
rust in het land bewaard bleef en Duitsch
land gelegenheid kreeg zich te herstellen
van de slagen, die het tijdens en na den
wereldoorlog waren toegebracht.
In „The Egyptian Gazette" van 9 Mei
1932 wordt Hindenburg de grootste le
vende Duitscher genoemd. „Was presi
dent von Hindenburg op zijn 68ste jaar
gestorven, dan zou de wereld nooit veel
omtrent hem vernomen hebben, In zijn
85ste jaar is hij, zooals niemand anders
de belichaming van zijn natie. Hij is niet
alleen Duitschlands legende, de eenige
glorieuze en opbouwende herinnering uit
den oorlog, maar tevens de grootste le
vende Duitscher".
Het Geneefsche blad „La Tribune"
schrijft in Mei 1.932, dat Hindenburg een
groote figuur van het hedendaagsche
Duitschland is, een toonbeeld van plichts
betrachting en rechtvaardigheid. Zijn So
berheid en krachtige wijze van bewind-
voeren worden in het betreffende ar.tikel
zeer geprezen.
Oppervlakkig bezien zijn humor en de
Duitsche rijkspresident twee verschijn
selen, die weinig met elkaar hebben uit
te staan. Hindenburg was altijd terug
houdend; diepe rimpels plooiden steeds
zijn voorhoofd en men kan zich nauwe
lijks indenken, dat dit stroeve gezicht
door een glimlach kon worden verhel
derd. Toch beschikte Hindenburg, even
als Bismarck, over een goede dosis waar
deering voor komieke gebeurtenissen.
Een aardige zet wist Hindenburg steeds
naar waarde te schatten. Eens was hij in
een onheilspellende stemming geraakt.
Verschillende dingen waren niet in orde
bevonden en daar generaal von Hinden
burg uiterst punctueel was, werd zijn ge
laatsuitdrukking hoe langer hoe barscher.
Hij was boos over het feit, dat men wei
nig rekening hield met den tijd, die hij te
missen had; en óm de officieren een lesje
te geven ging hij op een der recruten toe
en vroeg nijdig: „Hoe lang duren tien
minuten?"
„Hm", stotterde de man verlegen, „tien
minuten, denk ik".
«Dat kan wel", bromde Hindenburg,
„maar weet, dat het noodzakelijk is de
lengte van een tijdruimte te kunnen schat
ten, Kijk, ik haal mijn horloge voor den
dag, jij gaat heen en weer loopen, en als
je denkt, dat er tien minuten om zijn,
roep je halt".
Zijn levensloop.
Paul Ludwig Hans Anton von Hin
denburg werd op 2 October 1847 te Posen
geboren.
In 1866 nam hij, als luitenant in het
derde garderegiment infanterie, deel aan
de veldtocht naar Bohemen. Het IJzeren
Kruis verwierf hij in den oorlog tegen
Frankrijk van 18701871. Daarna maak
te hij een snelle en schitterende carrière.
De generaal voegde de daad bij het
woord en de recruut zétte zich in bewe
ging. Op de seconde af tien minuten later
riep de examinandus: „Halt".
„Hm", zei Hindenburg, „uitstekend.
Hoe komt het, dat je dat zoo precies
weet?"
„Ik heb op de torenklok daarginds ge
keken", zei de man. De generaal nam
hem het niet kwalijk.
Een anderen keer, toen de infanterie
werd geïnspecteerd, was alles prachtig in
orde, maar daar de sergeant-majoor
vreesde voor het figuur, dat Johann Sta-
churak, een Poolsch recruut, zou slaan,
zette hij dezen onsnuggeren landsverde
diger aan het einde van een klein land
weggetje. De kapitein had genoemden
sergeant-majoor bevel gegeven, voortdu
rend met Stachurak contact te houden
en hem tijdens de inspectie nog eenige
keeren duidelijk te maken, wat hij moest
zeggen, als generaal Hindenburg zou ko
men. Dit bevel volgt de sergeant-majoor
op. Hij peddelt eenige keeren op zijn
dienstfiets naar Johann Stachurak en
zegt: „Denk er nu om, Stachurak! Is de
generaal al geweest?" „Nee, majoor".
Eindelijk verschijnt Hindenburg. Hij
werpt een goedmoedigen blik op den een
zamen wachter en vraagt: ,jWat doe je
hier zoo alleen, mijn zoon?" Johann kijkt
stug, blijft in de houding staan en ant
woordt niets. „Kan je niet antwoorden,
mijn zoon? Ik ben de generaal!" „De
generaal?" repliceert Stachurak. „Dan zit
er wat voor je op. De sergeant-majoor
heeft al drie maal naar je gevraagd!"
Iedereen verstijft van schrik, maar Hin
denburg begint eerst te lachen en zegt
dan heel ernstig: „In orde, mijn zoon, zeg
tegen den sergeant-majoor, dat ik voor
taan op tijd zal zijn".
Toen de oorlog kwam, werd Hinden
burg legeraanvoerder. Na zijn overwin
ning bij Tannenberg werd hij in heel
Duitschland beroemd en populair. Op alle
mogelijke manieren wilde men hem hulde
brengen. Men vroeg hem om handteeke»
ningen en kunstenaars wilden zijn „bij
zonder karakteristieken kop vereeuwi
gen. „Het is gek", zei de generaal, „vóór
Tannenberg zag ik er net zoo uit als nu,
maar niemand heeft het gemerkt. Ik had
toen tijd in overvloed. Nu, na Tannen
berg, merkt iedereen het, maar tot mijn
spijt heb ik nu geen tijd meer".
Te Lötzen werd hij door een generaal
op non-actief met een bezoek vereerd.
Deze heer dronk eenige glazen te veel en
werd tenslotte zoo geestdriftig, dat hij bij
herhaling uitriep: „Uwe Excellentie is ge
weldig beroemd, ongewoon beroemd!"
„Jawel", zei Hindenburg, „ik kan er te
gen, maar u schijnt er nog niet tegen te
kunnen".
Generaal-veldmaarschalk von Hindenburg
als hoofd van de Duitsche weermacht
Van 18731876 bezocht hij de oorlogs
academie en in 1877 werd hij bij de ge
nerale staf geplaatst als kapitein van het
tweede legercorps te Koningsbergen.
Zeven jaar later werd hij compagniechef
te Glogau en in 1889 afdeelingschef aan
het ministerie van oorlog, terwijl hij vier
jaar nadien tot bevelhebber van het 91ste
regiment infanterie te Oldenburg werd
benoemd. Vervolgens was hij vier jaar
lang chef van de generale staf van het
achtste legercorps. De rang van brigade
generaal sloeg hij over en in 1900 promo
veerde hij tot chef van de 28ste divisie te
Karlsruhe, In 1903 kwam hij aan het
hoofd van het vierde legercorps te Maag
denburg te staan. Op zijn verzoek werd
"ij in 1911 gepensionneerd; hij vestigde
zich te Hannover. Hij was dus toen 65
jaar.
Bij het uitbreken van den wereldoor-
°9 stelde hij zich onmiddellijk ter be
schikking. maar van zijn aanbod werd
pas gebruik gemaakt, toen de Russen
ost-Pruisen waren binnen gevallen. Hij
Vfcl ^eze daarop. geholpen door den
stafchef von Ludendorff bij de Masuri-
sche meren.
Door verschillende overwinningen werd
von Hindenburg in Duitschland de na
tionale held. Op 29 September 1918 on
gesteunde hij von Ludendorffs verzoek
aan den rijkskanselier om de geallieerden
onverwijld den vrede aan te bieden, „daar
ons, naar menschelijke berekening, geen
°o pmeer is, den vijand tot vrede te
dwingen".
Na de Novemberrevolutie bleef hij op
')n post, terwijl andere hooge officieren
Zlc terstond terugtrokken. Zijn werk
Was het, dat de Duitsche troepen, hoe
vera agen en gedemoraliseerd ook, orde-
'J Binnen den vastgestelden termijn het
,'jandelijk terrein hadden verlaten. Toen
e eerste Duitsche rijkspresident Ebert
cerl stelden de rechtschen Hindenburg
andidaat en hij werd gekozen. Hij legde
>en eec^ af °P do grondwet van Weimar,
'e iii| niet bewonderde en hield zich aan
')n beloften. De zelfbeheersching, waar-
®eo hij de wisseling van waardeering aan
•o voorbij liet gaan in de jaren van
j0r og en opstand, bleef hem gedurende
j^eers^e faren van zijn moeilijk president-
Luitenant von Hindenburg. Een
jeugdportret van den president