WIJ WILLEN NIET!
Duur betaald
POPULAIR BIJVOEGSEL VAN DE HELDERSCHE COURANT
ZATERDAG 4 AUGUSTUS 1934
Niemand verlangt naar oorlog.
Oorlog is geen voordeelig zaakje 1
Populaire Rubriek
(AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN)
Wij herinneren ons levendig, hoe
Rposevelt onlangs nog de groote ma
noeuvres der Amenkaansche vloot bij
woonde Vreemd stak zijn burgerklee-
dine af bij de fraaie parade-uniformen.
Achter hem stonden de bolwerken van
het kapitalisme, de New-Yorksche wol-
kenkrabbers der groote handelshuizen,
tegen de lucht afgeteekend. Intusschen
keek hij een lorgnetje op den neus,
een ronden stroohoed op het hoofd
naar de reusachtige pantserschepen
met zware geschuttorens, gaswerpers,
nevelvormers, machinegeweren en ma
chine-kanonnen, die voor hem langs
voeren, in het kielzog gevolgd door
dreadnoughts, kruisers, destroyers,
duikbooten, moederschepen voor vlieg
tuigen. Een indrukwekkende ma-
rine!
Zijn de Vereemgde Staten bezig, zich
te bewapenen? Ongetwijfeld. Verlan
gen zij oorlog? Zeker niet!
Zij' zijn de eersten geweest, die inza
gen, dat in een modernen oorlog nie
mand wint. Zij verwachten, door den
oorlóg goede zaken te maken. Doch
wat krijgen zij nu voor hun leeningen
en credieten terug? Op zijn best „sym
bolische" betalingen.
Een Roosevelt kan nuchter rekenen.
Hij is op de hoogte van de balans van
den oorlog. Zij ziet er somber genoeg uit
Hij heeft tenminste de les geleerd!
'„Oorlog is een onvoordeelig zaakje!"
zegt de doorsnee-Amerikaan met hem.
Geen van beiden willen den oorlog. De
Amerikanen verlangen naar vrede, on
danks het feit, dat zij bewapenen. Zullen
zij, met hun president aan het hoofd,
opgewassen blijken tegen de machtheb
bers van Wallstreet.
Frankrijk „op zeek naar veilig
heid".
Frankrijk is aan alle kanten op zoek
naar bondgenooten. Vooral onder de
Slavische volkeren. Wel heeft het Polen
vermoedelijk als bondgenoot verloren,
doch daartegenover staat een bijna on
begrensde verscheidenheid van andere
staten: de communistische Sovjet-Unie,
de professorenrepubliek in Praag
de beide monarchieën in Boekarest en
Belgrado, de modernistische dictatuur
van Kemal Pasja in Angora. En de laat
ste reis van den zeventigjarigen Bar-
thou ging naar Engeland.
Ook in het eigen land worden alle
zeilen bijgezet. Zelfs de kolonie Ma
rokko moet manschappen leveren; aan
de groote voorjaarsmanoeuvres nemen
vele negers deel. Aan de Duitsche grens
worden in werkverschaffing forten en
vestingen gebouwd. Aan de Quai
d'Orsay worden groote redevoeringen
gehouden. In de Middellandsche Zee
houdt de Fransche vloot manoeuvres.
Twee meeningen in Rusland.
Kowno, Augustu^ 1934.
In Rusland werken twee meeningen,
twee machten elkaar tegen. De eene
die van Stalin. verlangt vrede met de
geheele wereld. Deze partij heeft de
oude leuzen van wereldrevolutie en
wereldproietariaat reeds lang verge
ten. Zij wil slechts rust, om eindelijk
tot binnenlandschen opbouw te kunnen
komen, om den hongersnood en de on
tevredenheid meester te worden.
Lijnrecht hiertegenover staan Wo
rosjiiow en zijn aanhangers. Deze mi
nister van oorlog is er vast van over
tuigd, dat alle binnen- en buitenland-
sche moeilijkheden met een slag uit
den weg geruimd worden door een oor
log. Hij is een groote annexionist van
de oude school, waartoe ook de groot
vorst Nikolaj Nikolajewitsj behoorde,
evenals Reunenkampf en Samsonow.
Het is teekenend, dat het Russische
leger eenigen tijd „Leve Rusland"
roept inplaat? van „Leve de sovjet
unie!" Groot-Rusland is de droom van
Worosjiiow. Hij is Tannenberg, de
Masiorische Meren, Baranowitsji en
Grodno, vergeten. Wanneer dat alles
zich herhaalt, is het in de eerste plaats
de schuld van Worosjiiow.
Toch is er in het Oosten een nog
oorlogszuchtiger Russische militairist:
K. J. Blucher, de roode Czaar! Hij is
niet alleen de chauvinist. Hij is mate
loos eerzuchtig, eigenzinnig en belust
op macht. Niemand weet, wat er wordt
voorbereid in zijn hoofdkwartier te
Chabarowsk. Doch het is niet veel
goeds voor den wereldvrede.
„Mussolini weet, wat oorlog
is." Hij wil den vrede.
Rome, Augustus 1934.
Mussolini heeft, van het begin zijner
machtsaanvaarding af, consequent af
stand gedaan van medewerkers als
Cadorna, die het land door hun eer
zucht en persoonlijke intriges telkens
opnieuw in verwarring en strijd stort
ten. En dat, hoewel Cadorna in den
oorlog bewezen had, een der bekwaam
ste mannen van Italië te zijn. De reden
hiervan is niet, dat het „sacro egoismo"
heeft afgedaan! dit wórdt tegenwoor
dig zelfs nog duidelijker gepronoceerd.
Doch Mussolini heeft getoond, dat dit
alles ook mogelijk is zonder oorlog en
bloedvergieten.
Mussolini wil den vrede, zelfs al
tracht hij daarnaast onvermoeid, zijn
invloed op den Balkan, in Oostenrijk,
in Noord-Afrika uit te breiden. Als hij
den oorlog had gewild, had hij daar de
laatste jaren gelegenheid genoeg toe
gehad. Doch hij heeft altijd den oor
log vermeden, want hij is zelf aan het
front geweest, hij heeft in den modder
der voorste loopgraven gelegen, hij
heeft ontelbaar velen zien sterven. Hij
zal doen, wat hij kan, om den vrede te
behouden.
Vrede? Graag maar niet
die van Versaiiles!
Berlijn, Augustus 1934.
De grootste bedreiging van den
Vrede in Europa was tot voor kort
volgens de landen om Duitschland
heen het enorme leger der S:A„
Ook wanneer de verwachte ontbinding
daarvan niet plaats zou hebben, moet
toch de groote rede van Hitier ieder
een er thans van overtuigen, dat de
S.A. nooit iets anders mag zijn en kan
zijn, dan een hulpmiddel bij het pro-
pageeren van de nationaal-socialisti-
sche gedachte, de nationaal-sociaiisti-
sche wereld-theorie, een hulpmiddel
dus. dat bij de landgrenzen „halt"
houdt en geen kracht of invloed tot
over die grenzen bezit of invloed tot
bezitten. De verdediging naar buiten
is, volgens Hitier, enkel en alleen de
taak van de Rijksweer.
Is de Rijksweer gereed tot den oor
log? Wie de staat van bewapening van
Duitschland en zijn ooriogskraeht met
die van één der nabuurlanden, die in
den wereldoorlog tot zijn tegenstan
ders behoorden, vergelijkt, zal inzien,
dat Duitschland aan geen oorlog zal
kunnen denken! Bij de groote proble
men, waarmede Hitler-Duitschland
vanaf het begin van zijn machts-aan-
vaarding tot aan de inschakeling van
meer dan zes millioen werkloozen in
het arbeidsproces, te kampen had, is
wel het grootste geweest: de absolute
rust en vrede! En omdat dit het groot
ste probleem was, heeft men er de
meeste aandacht aan besteed! De eco
nomische opbouw zal echter niet tot
oorlog leiden, wanneer men er voor
op past, de verarming van Duitsch
land te gaan beschouwen als. het gevolg
van de uitpersing door de vroegere
vijanden, door de tributen, die van het
Derde Rijk geëischt worden..
En zelfs indien Duitschland nu eens
goed-uitgerust was.... zou dan het
Nationaal-soc-ialisme wel oorlog wil
len?.
Duitschland heeft misschien meer
reden, dan welke andere staat ook
voor oorlogvoeren: de zware nederlaag
van 1918, die het „dictaat" van Ver
saiiles opleverde, Revisie van „Ver
saiiles" is zeer zeker de eerste wensch
van alle Duitscïfers! Maar.... niet
door middel van oorlog.
De voormannen der Rassenkunde in
het bijzonder wijzen erop, dat het volk
een nieuw bloedverlies, zooals dit in
den wereldoorlog lijden moest, niet
meer zou kunnen verdragen! Dit ge
vaar wordt door het geheele volk aan
gevoeld! Een revisie van Versaiiles
wil men langs wegen van vrede berei
ken, door gebruik te maken van Tde
revisiemogeiijkheden, die in het Ver
drag zelf besloten liggen!
Daarbij moet men in de eerste plaats
voor oogen houden, dat revisiegeen
imperialisme beteekent. Het nieuwe
Duitschland wil niet imperialistisch
zijn. De buitenlandsche politiek steunt
op de grondslagen der Hitlerrede van
7 Mei 1933: „Houdt het vreemde ele
ment in Duitschland hoog: maar houdt
ook het Duitsche element in den
vreemde hoog, vooral daar, waar
groote minderheden samenvallen." Dat
het Hitier met deze stelling ernst is,
bewijst zijn verdrag met Polen. Ook i
„Jij vraagt nou altijd en eeuwig om
geld. Hoe zul je het maken als ik dood
ben? Dan zal je moeten bedelen!"
„Nou, dan hen ik toch beter af dan
al die vrouwen, die geen ervaring op
dit gebied hebben."
door
AND-RE HARDING.
Het publiek verafgoodde, de critici
waardeerden in prijzende bewoordin
gen den groote violist, die geregeld op
trad in de groote steden van Europa
ttn Noord-Amerika. Vele gramofoonph-
en schonken genot aan de stille ken-
fler|s; die 's avonds in hun schemerig
verlichte kamer zaten en zich verdiep-
'en in het melodieuze spel van den
weester. Aandachtig luisterden zijn be
wonderaars in alle werelddeelen naar
d'e composities, waaraan Franz
bristopher den voorkeur gaf, de wer
en, die hij tot de kleinste geluids
'Uance doorwerkte en beheerschte: de.
ooiconcerten van Beethoven en
j'Schaikowsky en de korte, moeilijke,
^aar zoo aantrekkelijke werken van
^arasate en Paganini.
Eenmaal was Franz Christopher als
'ange. veel te mageren jongen met
nk bruin haar zijn geboorteplaats, een
eiersch bergplaatsje uitgetrokken
m twaalf mark op zak, een slecht zit -
na pak en een oude viool was hij do
qd§ wereld ingetrokken en na vijf
tien jaren van. strijd en teleurstellingen
was hij ér eindelijk gekomen. De kans
keerde, 'toen. hij op een avond te Wee-
ren optrad. Hierop volgde een triomf
tocht door de concertzalen van Europa,
een reeks van Uitvoerige, enthousiaste
oritieken in de groote dagbladen. Al
spoedig verlangde ook de Nieuwe We
reld hem te hooren en in de schaduw
van de Wolkenkrabbers, in het licht van
de schijnwerpers werd zijn succes iev»
ongehoords.
Maar hier begon ook het „bedrijf"
waar Christopher zoo afkeerig van was
Hier werd hij rijk, hoewel hij vele
concerten uitsluitend voor liefdadige,
doeleinden gaf en uit zijn persoonlijk
inkomen duizenden wegschonk aan cte
arme kunstenaars. Wat hem echter
meer en meer bedrukte, was de recla
me die er met zijn naam gemaakt werd.
Onverschillig en eerlijk als hij was.
noemde hij dat een „weerzinwekkende
rommel". Toch schikte hij zich naar de
raadgevingen van zijn manager, die
uit dezelfde streek afkomstig was als
hjj, doch reeds jong naar Amerika ge
gaan was. De kleine, beweeglijke Bill
Tillesen was een menschenkenner en
een betrouwbaar compagnon in zaken.
Christopher zag heel goed in, dat Bill
de koersen der Tetroleum-aandeelen en
de tips, die hij op de renbaan kreeg,
beter wist te beoordeelen dan cle sym-
pPontën der groote meesters. Doch Til
lesen hield alle „vervelende zakeng;-
tloe" van hem vandaan en wanneer hij
hem de onvermijdelijke corresponden
tie ter teekening voorlegde, maakte hij
daarbij steeds een opmonterend
grapje. Franz luisterde dan maa"
half, wanneer Bill hem een „nieuw
idee" uitlegde; hij teekende, zonder
zich teveel te verdiepen in de détails
van wat hem werd voorgelegd.
Zoo gebeurde het, dat hij op zekeren
morgen, toen hij na zijn bad zat te ont
bijten op het terras van het hotel te
Philadelphia, hevig schrok, van het
nieuwste bericht, dat van de overgroote
ijver der rapporters in de kranten was
gekomen. Hij las, dat de wereldbe
roemde violist zijn handen voor 200.000
dollar verzekerd had. Hier was natuur
lijk een overdreven beschouwing aan
toegevoegd over deze „ongeëvenaard-
smalle, fijn-gevoelige handen", deze
kostbare instrumenten der natuur",
deze „begenadigde handen" van
Christopher.
Franz wist niet, of het ergernis oi
schaamte was, die hem het bloed naar
het gezicht dreef. Hij herinnerde zich
nu wel, dat Bill hem midden onder een
droog komiek verhaal een verzeke
ringsspolis nad laten teekenen.
„Je weet nooit, wat er gebeurt", had
Bill sussend gezegd en Franz had ge-
teekend, denkend, dat het om een ge
wone levensverzekering ging. Nu werd
hij gestraft voor zijn "geringe kennis
van zaken, zijn vluchtig afdoen der
oingeu.
Hoe kwam het, dat hij op dit oogen-
hlik voortdurend moest denken aan do
bleeke, armelijke figuur van zijn moe
der, aan het armoedig ouderlijk huis,
waar hij eenmaal tusschen zes broertjes
»n zusjes zat te lepelen uit een gemeen-
schappelijken schotel. 200.000 dollar
voor zijn handen!
Franz bekeek zijn vingers. Ja, zij
waren inderdaad gevoelig en edel van
lijn, doch het was zondig om met dit
Godsgeschenk te coquetteeren het
was een tarten van het noodlot, om op
die manier reclame te maken.
Bill Tillesen, lachte onbezorgd, toen
Christopher hem vlak voor zijn optre
den in de grootste concertzaal van Phi
ladelphia met verwijten overlaadde..„Je
bent een groot kunstenaar, maar je
kent de wereld niet. Kijk eens naar bui
ten naar de lichtreclames, dat schreeu
wen en dringen! Je moet huilen met de
wolven in het bosch!"
Maar Christopher kon zich niet vrij
maken van de onrust, die hem sinds
dien morgen achtervolgde. Men kon het
hooren aan zijn spel. Hij verwierf
slechts een succes d'estime en toen hij
de volgende dagen te Boston en Was
hington speelde, waagden enkele cri
tici zelfs te zinspelen op een „tijdelijks
risis in de ontwikkeling van den mees
ter" op „niet gedisponeerd" zijn, op
„vermoeienis dooi' de zware tournee".
Franz voelde zelf, dat hij minder
goed speeide. „Ik moet dadelijk rust
nemen," zei hij tot Tillesen. „Maar ho-i
kom je er bij?" riep deze verschrikt uit.
„Wij hebben nog voor vijf steden con-
trai t, je moet je er tegenin zetten
„Het komt alles door je verzekering.