Stadsnieuws J. Onze zaak is weer geopend Ui It WM - IVoa* §aan m hen'? m: vii i&ïMw fc*M//mr XjXum tweede blad HELDERSCHE COURANT VAN DONDERDAG I NOVEMBER 1 934. Licht op voor alle voertuigen. Ontslag-aanvrage van secretaris J. Kamman. Fancy-Fair Oranje Harmonie kapel. De nieuwe etalage is gereed Enig in Den Helder! Komt U ook eens kijken? VMHI SU* si 1 B Bik» keizerstraat 103 De grootste strandjutter van Nederland 80 jaar. IW j! AAN ONZE ADVERTEERDERS „Tzigani shk u isar\^ mmwsL ^ahhl. 1 +W//M 1 ponderdag 1 Nov' 16.32 uur. Vrijdag 2 16.30 uur. UITSLAG VAN DE VERLOTING, GEHOUDEN DOOK DE MISSIËNAAIUIIING „ST. THERESIA". pe hoofdprijs viel op no. 497. pe overige prijzen vielen op de lotnummers: 14, 22, 27, 30, 40, 43, 45, 55, 56, 71, 77, 97, 88 U6, 123, 130, 138, 142, 144, 146, 147,159, 152, 154,-155, 161, 164, 167, 171, 172, 177, 188, 205, 208, 210, 222, 231, 237, 241, 242, 256, 261, 263, 284 286, 289, 293, 307, 319, 336, 353, 369, 371, 37öi 379, 380, 401, 408, 420, 436, 439, 453, 455, *456', 457, 464, 468, 473, 484, 485, 505, 521, 523, 527,' 528, 534, 536, 542, 543, 548, 566, 578, 585, 596, 600, 608, 613, 629, 630, 636, 644, 645, 650, 652! 661, 662, 671, 675, 680, 681, 696, 699, 702, 708, 715, 721, 728, 738, 748, 749, 750, 762, 766, 786^ 788, 794, 802, 804, 808, 823, 830, 842, 844, 855, 864, 866, 876, 882, 890, 913, 915, 916, 921, 936, 939, 978, 989, 995, 997. De prijzen kunnen worden afgehaald aan den Ned. R.K. Volksbond. De sprei viel op no. 80. Het altaar viel op no. 214 A. SOIREE „KUNST AAN HET VOLK". De arbeiderszangvereeniging „Kunst aan het Volk" geeft op Zaterdag a.s., 3 Novem ber, in Casino een soiree voor donateurs en genoodigden, en verder tegen een entrée van f 0.20 per persoon, alles inbegrepen. Het koor zal een programma uitvoeren van humoristische nummers voor gemengd, mannen- en vrouwenkoor. De avond wordt besloten met de opvoering van het blijspel „De Plaatsvervanger". Modern georganiseerde werklooze arbei ders hebben toegang tegen betaling van 0.05 voor belasting. Hierdoor hoopt „Kunst aan het Volk" de werklooze arbeiders een gezelligen avond te kunnen bezorgen. JONG-EUROPA. De Theosofische Vereeniging hier ter stede zal op Dinsdag 6 Nov. een lezing doen houden door den secretaris van bovengenoemde ver eeniging. Wij citeeren uit een strooibiljet: .Song-Europa wil zijn de beweging van jon geren van heel Europa, die dit werelddeel tot een organische eenheid willen opbouwen. Jong-Europa is de draagster van het geloof aan een komenden nieuwen tijd, waarin een heid zal bestaan in plaats van verbrokkeling, cultureele opbouw in plaats van waanzinnige drang tot vernietiging, waarin vrede zal heer- schen in plaats van oorlog, recht in plaats van macht en waarin niet met geweld, maar voor het scheidsgerecht de geschillen tusschen de staten zullen worden beslecht. Deze nieuwe samenleving moet worden voorbereid door de jongeren van thans. Hard moet er gewerkt worden om ons doel te be reiken. Men zie verder de advertentie in dit blad. KAPPERS. Maandag 29 October j.1. had een openbare vergadering plaats van de te Den Helder woonachtige kappers. De vergadering vond plaats in het café A. Snel in de Keizerstraat, en werd gehouden naar aanleiding van de steeds slechter wordende toestanden in het kappersbedrijf. Na een duidelijke uiteenzet ting door het hoofdbestuurslid, den heer N. Met ingang van 1 Mei a.s. Onze gemeente-secretaris, de heer J. Kam man, heeft, naar hij ons mededeelde,beslo ten tot ontslag-aanvrage, met ingang van 1 Mei 1935, een bericht, dat voor velen een verrassing zal zijn en door velen met leed wezen zal worden ontvangen. In tegenstelling met burgemeesters en gemeente-ontvangers, is een secretaris niet aan de leeftijdsgrens van 65 jaar gebonden. Nochtans heeft de heer Kamman, die dien leeftijd heeft bereikt, gemeend, zijn functie met het oog op zijn leeftijd, te moeten neerleggen. Het bericht zal, zeiden wij, in breede krin gen met leedwezen worden ontvangen. De heer Kamman was sedert Mei 1919 hier als secretaris werkzaam; hij was, zooals men weet opvolgers van den heer v. Poelje, den te- genwoordigen directeur-generaal van Onder wijs ten Departemente. De heer Kamman is dus het volgend jaar Mei hier 16 jaar werk zaam. Het toeval wil, dat hij in zijn vorige woonplaats, Delfzijl, ook 16 jaren deze func tie heeft vervuld. Wij hebben destijds in een interview al een en ander uit de loopbaan van den heer Kam man vermeld, en zullen dat thans hier niet herhalen. Zooals bekend, is de heer Kam man voorzitter van den Nederlandschefn J. Vos uit Haarlem, werd met algemeene stemmen de volgende motie aangenomen: De openbare vergadering van kappers, ge houden 29 Oct. 1934 te Den Helder, en uitge schreven door de afdeeling Den Helder van den Nederlandschen Kappersbond, van oor deel, dat de toestand in het kappersbedrijf, ten gevolge van het onevenwichtig groot aan tal en het steeds stijgende aantal kappers zaken, zeer zorgwekkend is; van oordeel dat bescherming van het kap persbedrijf van overheidswege dringend noo- dig is; betreurt het ten zeerste, dat het kappers bedrijf niet is opgenomen in de lijst van be roepen, die vallen onder de Wet, regelende den arbeid van vreemdelingen; dringt er bij de Regeering met klem op aan, het kappersbedrijf alsnog in die lijst op te nemen. De Oranje Harmoniekapel heeft voor een drietal jaren meegedaan aan een concours, dat een vrij aanzienlijk nadeelig saldo opleverde. Tot haar minder aangename verrassing moest ook de O.H.K. alhier aan dit tekort haar aan deel betalen, hetgeen de financiën der vereeni ging niet weinig in de war stuurde. Sindsdien heeft men alle moeite gedaan zich hieruit te werken, maar dit vlotte niet al te best. Tot dat eenige weken geleden een Comité werd gevormd, dat besloot tot het nemen van an dere, ingrijpender maatregelen en met het plan kwam voor een fancy-fair. Dit plan viel in zeer goede aarde en Woensdagmiddag zagen wij de eerste resultaten ervan, opge steld in de bovenzaal van het Militair Tehuis aan den Kanaalweg. Te drie uur werd deze fancy-fair ten bate der kas geopend; hierbij waren tegenwoordig de Schout-bij-nacht, de heer T. L. Kruys, Stelling-commandant, en diens adjudant, de luit. ter zee le kl. Rey- nierse, Burgemeester en Wethouders, verte genwoordigd door de heeren W. de Boer, wet houder en J. Kamman, gemeente-secretaris, de Commisaris van Politie, de heer van der Hoeven, de heer A. M. Engelmann, notaris, de heeren Bot en Eylders, bestuursleden Chr. Oranje-Ver., de heer P. H. L. Maas, directeur der gemeente-reiniging, de heer J. D. Okel, de dames Fey en van Daalen, e.a. Deze allen werden welkom geheeten door den heer A. J. de Jongh, die de oorzaken en de noodzakelijkheid van deze fancy-fair in het kort uiteenzette, zooals wij hierboven weer gaven en den aanwezigen het welkom toeriep. Een groote voldoening is het, dat de pogingen voor deze fancy-fair geslaagd mogen worden genoemd; de O.H.K. verkeerde in ernstige financieele moeilijkheden en wij hopen die door middel van deze fancy-fair te overwin nen. Spr. brengt dank aan de dames en hee ren, die zich de laatste weken zoo hebben uit gesloofd hiervoor; namen kunnen hier niet worden genoemd, omdat men al spoedig een naam zou vergeten, en allen, zonder uitzonde ring, hebben hard gewerkt om deze fancyfair tot stand te brengen. Na het uitspreken van een gebed nam de heer W. de Boer, wethouder dezer gemeente, het woord, om namens den burgemeester, die persoonlijk verhinderd vfas, de fancyfair te openen. Spr. wenscht alle mogelijke succes aan de vereeniging; wij begrijpen, dat de ar beid, die moet worden verricht, niet kan ge schieden zonder de noodigë zilverlingen en uit wat de heer de Jongh ons mededeelde, blijkt wel, dat de financieele moeilijkheden der ver eeniging geenszins door eigen schuld werden veroorzaakt, maar door invloeden van buiten af. Het werk van zoo'n muziekkapel is van opvoedende kracht en wij kunnen ons voor- ste'llen, dat men gaarne de vereeniging in stand wil houden. Met de j beste wenschen voor het succes eindigt spr. en verklaart de fancy fair geopend. Bond van Gemeente-Ambtenaren, welke functie hij, ook na zijn pensionneering, zal blijven vervullen,. Verder is hij voorzitter van de afdeelingen Den Helder van Roode en Witte Kruis, en lid van het College van Kerk voogden der Ned. Herv. Gemeente. Maar ook op ander gebied is de heer Kamman nog werkzaam; sinds 22 jaar namelijk maakt hij deel uit van deexamen-commissie voor gem.-administratie. In de Prov. Noord- Holl. Vereeniging het „Witte Kruis" (niet de plaatselijke afdeeling dus) is hg lid van het scheidsgerecht, een belangrijke functie in verband met de rechtspositie van het per soneel dezer vereeniging. Het is nog onbekend, in hoever de heer Kamman al deze functies zal blijven vervul len; ook omtrent zgn verder verblijf hier ter plaatse na zijn pensionneernig, staat uiter aard nog niets vast, In den heer Kamman verliest de gemeente een man van groote werkkracht en een func tionaris van zeer groote bekwaamheden en scherpzinnig oordeel. Bovendien een hard en intensief werker, in dat opzicht een voor beeld voor zijn personeel. Een mensch, prettig en gemakkelijk in den omgang met anderen, zoowel met ambtenaren als het publiek. Le vendig interesseerde de heer Kamman zich altijd voor de huiselijke omstandigheden van zijn ambtenaren. Zooals men weet, geschiedt de benoeming vari een nieuwen secretaris door den Raad, nadat een voordracht is opgemaakt. m a Horlogerie - Goud- en Zilverwerken \ff Bk Ipkl fTt) lm V'-T t L- Barometers - Optiek - Enz. De dames G. Kokelaar en mevr. van Zweden gaven hierop Jos. Haydns bekende serenade ten beste, en daarop twee coupletten van het Wilhelmus, door de aanwezigen staande mee gezongen, waarna de gebruikelijke thee en ververschingen werden rondgediend en waar na tot slot een rondwandeling langs de stands werd gehouden. Het ontbreekt op deze fancy-fair geeqszins aan vermakelijkheden en attracties. Om' te beginnen is er natuurlijk de grabbelton, het vischvermaak, er zijn niet minder dan twee schiettenten waar men zijn dubbeltje kwijt kan, evenals twee sjoelbakken, er is een trektent (trek aan het touwtje), een attrac tietent, er is de pop met den onbekenden naam, de flesch erwten, welker aantal men raden mag, enz., enz. (want dit is nog lang niet alles). Verder is er, zooals de bezoekers kunnen waarnemen, een groote verscheiden heid in artikelen, die geprijsd zijn voor den verkoop. En het mooiste van alles is, dat al deze dingen geheel gratis aan de vereeniging zijn verstrekt; geen cent hebben ze uit be hoeven te geven voor aankoop, dus alles wat ervan komt, is winst. Tenslotte vermelden wij nog, dat de fancy fair, die gratis toegankelijk is, geopend is Donderdag, Vrijdag en Zaterdag, van des .middags 3 tot des avonds 11 uur (Zaterdag tot half negen). Met de verwachting, dat een druk bezoek en natuurlijk een drukke verkoop of druk be zoek aan de verschillende attracties de Oranje Harmoniekapel in staat zal stellen zich uit haar finantieele moeilijkheden te be vrijden, willen wij dit verslag eindigen. o Willem Bakkér alias de Gorrel voor de warme piano. Driehonderd menëchen en drie zwarte honden redde hij uit de branding. Een leege bark, die hij op zee jutte, moest hij voor 65 gulden terug geven. Doe nog een paar blokken op de piano, Wullem, anders gaat het vuur uit, moppert de Gorrel. Ik zeg maar, laat de boeren maar dorschen, wij zetten de blommetje bui ten. Op de piano staan peren te stooven. Wij eten vanmiddag gestoofde peren is dat effe wat! Dan hei je niks te mopperen, zegt Wul lem. Hij gooit een paar blokken op de kachejl, neemt een vork, prikt uit een pan, die op de vlammen van de piano staat, een bruin ge stoofde peer en houdt deze den Gorrel voor. 1; De oude jutter maakt een afwerend ge baar. ,vi T: IPiSlP Sr wmwÈmit DE GORREL. Ik heb een pruimpie, een keesie achter me kiezen, proef zelf maar, of ze gaar zijn. D'r gaat niks boven een pruimpie en boven een gejut ballekie! Knettert de piano niet effe goed komt er fijne muziek uit? Allemaal brand uit zee! De balkies, die we stoken, (va ren vroeger palen van de zeewering. Een oogenblik pauseert de oude Jutter, dan vervolgt hij: Zooals een kiezentrekker de verotte hei palen uit je mond haalt, zoo trekt de Water staat alle rotte en stukgeslagen, door de zee gerameide palen, uit de zeewering, weg. Nou man, of die palen branden! Voor een futje koop ik een bos van die dingen en dan gane we met ze drieën zagen, wat jij Kromme? En branden! Als pik man! Maar, het is een heel werk voor je ze piano-klaar heb, voor je de brand er in steekt, want ze zitten vol met mosselen en' schulpen. Een goedkoop brandje is het! Wat jij, Wullem? Wullem, de kok van de drie oude vrijgezel len, knikte zwggend. Niks beter, als waar de zee over ge kookt heb, zegt de Gorrel, Iedere morgen sta ik om vier uur op, 's zomers en 's winters, dan kan ik het in me kooi niet uithouden. Dan ga ik onder aan de zeewering loopen, en kij ken, of er een ballcie aan spoelt, dat pik ik, wat van uit zee komt is van mij! Zoo heb ik het geleerd, en zoo is het ook altijd geweest. Mijn vader was ook een jutter en die wist die dingen precies, die kende het zeerecht. Als kleine jongen liep ik al de zee af te kijken, dat is nouw zeker vijf en zeventig jaar ge leden. Me makkers zaten dan bij meester van der Haar op de schoolbanken, maar ik jutte al, toen ik zeven jaar was, alles, wat los en vast was, en dan zei mijn vader: Goed zoo zeun, heb je weer balkies waar de zee over gekookt hebt? Goje, zei ie dan, een best brandje! Nou ben ik tachtig, maar nog kan ik 's morgens om vier uur niet in m'n kooi blgven leggen, dan trekt de zee me, dan roept-ie: Gorrel, oude, waar blijf je? De Kromme is er ngdig over, die zegt: Je bent te oud om te jutten, je hebt niet meer op de steenen te loopen, maar as 't een mooi licht maantje is, dan smeer, ik 'm naar de balkies en plankies. Veel spoelt de zee niet meer an, maar wét er op de golven zit is van mijn. Het gaat ook niet om de rotte balk, maar om de sport van het jutten. De visschen in zee zijn wel van ons, waarom de plankies niet?" Wijsgeerig kijkt de Gorrel naar de goud- vïsschen in de kom. Kijk, die beesies vreten hun buik vol, hebben niks geen last, hoeve geen pere te koken, hoeve niet te jutten en ook geen verrotte tanden van de zeewering te koopen. Die hebben het maar voor 't op scheppen; maar de menschen, och man, die hebben teugeswoordig geen hallavie te com- mandeeren. 't Is geen kruis en ook geen munt. De men schen dachten vroeger dat ze allemaal goud- visschen wasse, 't Zijn knorhane, man, dood gewone, lillijke knorhane! Ik ben geen knorhaan, Gorrel, zeg ik ver ontwaardigd. Nee, jij bent een inktvisch, dat ben jij wel, want je gaat me weer leelijk met inkt bekladden, ik zeg niks meer! Ik ga een tukkie pakken, achter de geblomde gordijnen maf fen. Jij gaat geen tukkie pakken, Gorreltje, zeg ik. Maandag 5 November ben je tachtig jaar, en je moet in de krant! Zeker, dat jij weer een rijksdaalder voor ieder woord krijgt, dat je schrijft, hè, en 't bij mijn kouwe beenen blijft? Niks hoor ik gaan een tikkie pakken. Een gouwe tientje moet je me geven voor ieder woord, dat ik zeg. Niet? goed, dan ga ik naar me kajuitik zeg niks meer. Wou je mijn in het zonnetje zetten? Feest maken omdat ik tachtig jaar ben? Och man, we hebben geen kruis of munt te vertellen. Kouwe beenen, net als ik je zeg. Van kouwe beenen heb de heele Oude Helder nóu last. Heb de haring wat opgeleverd, de geep? Nik, niks. Eén schipbreukie maar, Gorrel. Je hebt er zooveel meegemaakt, zeg ik, hem op zijn stoel terugduwend. Vertel wat van een schip breuk, of ik jut die heele pan pere mee. De Gorrel grinnikt. Zie je zoo moet ik het hebben. D'r zijn er genoeg, die blij zijn, als ze tachtig worre en in de krant komme, maar mijn kan het geen lor schelen. Ik heb dui zend maal in de krant gestaan! Wat hei je an die pret? Niks man, niks, geen kruis of munt. Maar vooruit! Je zal je zin hebben, maar je noemt me niet met me bijnaam, niet Gorrel, maar netjes Willem Bakker. Nou dat ik Maandag tachtig jaar ben, wil ik met me stadhuisnaam in de krant. Willem Bakker, Rensteeg, Den Helder, de grootste Jutter van Nederland En ook een van de dapperste, moedigste menschenredders, vul ik aan. De oude Jutter lacht schaterend, zijn touw- kleurige sik wipt op en neer, zoo'n leut heeft hij. Waarom lach je zoo valsch, Gorrel, vraag ik. Omdat je zei, menschenredder. Ik heb nog eres een soepie honden ook van stukge slagen wrakken gered. Mot je weten, ze magge me opknoope an een endje touw an de ra as ik leuge spreekt, maar bij de honder den menschen, die ik in storm met Dorus Rij kers, Janus en Hein Kuiper gered heb, zijn ook een paar honden geweest. Een reuze storm sting er! Op de kust sloeg een schuit te pletter! Wij d'r naar toe, het was geen lolletje, maar een heele torn en midden in den nacht komme we bij de' schuit. Tjonge, wat hobbelde de zee toen, mot je weten, was het niet, zooals teuges woordig, alles piekfijn voor elkaar, met een stoomreddingboot, maar toen zaten we in een vlet, die ieder oogenblik te barrelen kon slaan. Affijn, we halen er acht-en-twintig lui af. Alleen de kapitein was nog an boord. Hé, ouwe, roep ik, mot je op dat natte perron in de donker blijven? de trein vertrekt direct weer naar Nieuwediep Met veel spul en moeite werkt de kapitein zich in de vlet, en beginnen we tegen de bran ding in te roeien. In eene hooren we aan boord van dat donkere schip akelig blaffen, en staat er een hond te janken en te huilen. Das de scheepshond, zei de kapitein. 't Was een reuze storm, maar een beest mag je ook niet laten verzuipen. Ik zeg, en me broer zegt ook, we gane terug mannen, we halen Fikkie van boord... Tjonge, wat een zeeaje! Wat zeg ik? Grond- zeeën, brokken water kregen we tegen de vlet! Maar met een eind touw lieten we den hond naar de vlet afzakken. Een groote zwarte hond was het, een knar van een hond hij het de heele weg op me oliejas gelegen en hij likte me als maar, en was dankbaar als een hond. Soms is zoo'n hond trouwer als een mensch, zeker wel zoo trouw. Menschen, hoo- pies menschen heb ik levend van de zee gejut, maar de ouwe Gorrel en zijn maats hebben bijna nooit meer wat van ze gehoord. Die hond likte me nog, die hond dankte ons. It Is nog eris gebeurd. Op een andere keer vonden Janus Kuiper, de oud-schipper van de reddingboot en ik op zee een bark. Geen asempie leven gaven ze daar van boord. Wij an boord. D'r was nie- rnand anders as de twee scheepshonden. De beesten hing de tong uit den bek van den dorst. De bemanning had het schip met boo ten verlaten en de honden achtergelaten. Het schip dreef op Gods genade rond. Wij gaven die beesten een puts water. Of ze big waren! Ze sprongen als razend maar teuge ons op! Nou waren wij volgens recht de baas van de honden en het schip! Maartoen we in de haven kwamen, werd het schip weer afgegan- nefdToen kwam een, twee, drie de kapitein weer aan boord, en die zegt: ik neem me schuit weer terug... ik ben d'r weet. We kregen f 65.schadevergoeding, maar die kapitein had ons leelijk te grazen, die bark was ommers van ons. Wij hadden hem gevonden en zeerecht is zeerecht! Maar we konden niet tegen de bierkaai vechten. Hoeveel menschen heb je gered? Zeker wel een driehonderd, zal wel meer zgn, dat weet ik niet zeker, maar honden waren het drie, sekuur drie. De Redding- maatschappg heb het nou op de kust voor elkaar, maar vroeger, 70 jaar geleje! Och man, kouwe beenen was het in on3 vletje, en toch gongen we redden, want verdrinken laat je iemand niet, Wij komen met het bekende „vriendelijke, doch dringende verzoek" Zooals bekend wordt momenteel in Utrecht een tentoonstelling gehouden der graphische bedrijven, bestaande uit 3 deelen, n.1.: tentoon stelling van kwaliteitsdrukwerk, een collec tieve tentoonstelling door den papiergroothan del, en een van graphische machines en mate rialen. Wij behoeven het feit niet te accentueeren, dat ons personeel zich voor het bovengenoem de zéér interesseert, temeer, daar een derge lijke tentoonstelling slechts zelden kan plaats vinden, vanwege de zeer hooge kosten, die daaraan verbonden zijn. Wij hebben dan ook gemeend, ons personeel a.s. Zaterdag in de gelegenheid te moeten stél len, de GRATO te bezoeken, door het een twee tal reiswagens aan te bieden. Men denkt te circa 11 uur te vertrekken, zoodat het noodig zal zijn, dat onze courant vroeger gereed is. Naar aanleiding hiervan richten wij het verzoek tot U, er zoo mogelijk voor te willen zorgen, dat de copy van Uw advertentie uiter lijk Vrijdagavond in ons bezit is. Wg hopen gaarne ,dat U ons personeel hier bij tegemoet zult willen komen. Voor 'n enkele maal kan dit toch geen be zwaar zijn! Bij voorbaat kunt U verzekerd zgn van den dank van ons personeel. Driehonderd menschen en drie honden heeft Willem Bakker, de grootste Heldersche Jutter, gered. Maandag 5 November is hij tachtig jaar. 't Zal feest zijn in zijn paleis in de Rensteeg. 's Avonds brengt het Stedelijke hem een serenade. Den heelen dag houdt Wil lem Bakker zitting. Hij pruimt graag en veel. Misschien zullen op zijn tachtigsten verjaar dag vele menschen het voorbeeld van de hon den volgen, en de Gorrel toonen, dat zijn on verschrokkenheid, zijn dapperheid, zijn stout moedigheid, hoog worden aangeslagen. Hoe Tavenu op glorieuze wijze het seizoen opende. Nadat T.A.V.E.N.U. j.1. Maandagavond met groot succes de generale repetitie voor de Ned. Vereeniging van Huisvrouwen had gege ven, had Dinsdagavond de eigenlijke seizoen opening plaats voor leden en donateurs. Bg een stemming, in het vorige seizoen gehouden, hadden die donateurs en leden zélf uitge maakt, wat zij opgevoerd wilden zien en daar bij was gebleken, dat „Tzigani" de meeste stemmen verworven had. Nu we het stuk gezien en gehoord hebben, kunnen we ons dat best voorstellen. Het is een romantisch spel van zigeuners en zwer vers, vervaardigd door den Nederlandschen auteur Jhr. A. W. G. van Riemsdijk. De om schrijving van het spel zegt reeds, dat de romantiek een groote rol speelt en inderdaad is het ook niet anders. Het stuk is een merk waardige compositie van zwervers-romantiek en tragedie, een strijd van kunst en realiteit, waarin eerstgenoemde zegeviert; een geluk kige vondst van den auteur! In het kort is de inhoud als volgt: Rosni, een lijnrechte afstammeling van den één of anderen beroemden koning van een zi- geunersstam, is door zijn natuurlijken aanleg een beroemd componist geworden. Roem en eer doen hem zijn stam vergeten; hij trouwt Anna, als rijke vrouw uit de upper-ten, die hem geheel vervreemdt van zijn stam. De zi geuners laten hun „koning Andréas" echter niet met rust, door middel van een oude zigeu nervrouw, „Grootmoedertje", bezoeken zij den afvallige van tijd tot tijd, doch alle pogingen om hem terug te brengen in den stam falen. De oude zigeunervrouw spreekt dan een vree- selijke vloek uit over Andréas en zijn vrouw: het ongeluk zal hen vervolgen, het huiselijk geluk zal verwoest worden, een andere vrouw (schoppenvrouw, zeiden de kaartenzal de splijtzwam vormen, het huisgezin zal uit geroeid wordenEn zoo geschiedt. Anna ondergaat een oogoperatie, waarvan zij blind wederkeert. Tijdens haar afwezigheid liet zij haar man en het pleegkind Paolo, een jongen uit den stam, aan de zorgen over van haar wereld- sche zuster Hester. Tusschen Piétro en Hes ter ontwikkelt zich een amoureuze verhou ding, en als Anna teruggekeerd is, is het haar spoedig duidelijk, wat er gebeurd is. De arme vrouw heeft nu zeer veel te doorstaan. De auteur heeft haar als een krachtige per soonlijkheid geschilderd, hoe fraai laat hij ons zien, waartoe een liefhebbende vrouw in staat is. Op Rosni's verjaardag barst de bom; nog kort te voren had Hester haar zuster gezwo ren, dat zij niet van haar man hield. Als ver rassing had Anna tezamen met de vrienden Varillo, organist van de kathedraal en Gig- noni, cellist, een aria ingestudeerd, die Ros ni eens opgedragen had aan zijn toen nog niet door blindheid getroffen echtgenoote. Een hoogtepunt: van een zijkamer klinkt de aria voor sopraan, cello en orgel door tot de huis kamer, waar Rosni en Hester zich bevin den Even later treedt de blinde vrouw binnen, bloemen in de armen voor haar jarigen echt genoot. Doch op dezen heeft de aria een fnui- kenden invloed uitgeoefend. Rosni en Hester openbaren hun liefde voor elkaar. Anna hoort het woord voor woord Het vierde bedrijf moet nu een aanneme lijk slot vormen. De auteur is daar op bevre digende wgze in geslaagd. Anna heeft zich verdronken, gelijk zij gezworen had aan Hes ter, „zoo alles wat ik denk en voel als zeker heid, waarheid blijkt te zijn". Hester, door wroeging dag en nacht gepijnigd, kan niet langer naast Rosni voortleven, wiens compo- sitioneele bron ook reeds sinds geruimen tijd uitgedroogd is. Zij vertelt hem, wat Anna ge zegd heeft; de verdrinking kwam niet voort uit een ongeluk... Het is nu een zware strgd voor den componist, zgn vrienden Varillo en Gignoni helpen hem er echter overheen. Hes ter gaat uit zijn leven De oude zigeunervrouw keert weer, niet als Godin der wrake, doch als de aanvoerdster van den stam, die buiten om den Koning roept. Rosni voert den laatsten strijd, dan legt hij den eed van trouw af aan zgn stam, hij zal het zigeunersleven, het leven van zwerven, romantiek, muziek, hervatten Er werden aan Tavenu zeer hooge eischen gesteld, want het was hier werkelijk een kwes- Tivoli bioscoop, 7 uur. Witte bioscoop, 7% uur. Donderdag 1 November. Fancy-Fair Oranje Harmonie"-kapel, Chr, Militair Tehuis, van 311 uur. Vrgdag 2 November. Fancy-Fair Oranje Harmonie"-kapel, Chr. Militair Tehuis, van 311 uur. Zaterdag 3 November. Soirée M.S.F., Musis Sacrum, 8 uur. Fancy-fair „Oranje Harmonie"-kapel, Chr. Mil. Tehuis, van 3—8.30 uur. Zondag 4 November! Tooneelvoorstelling „Als ouders slapen", Casino, 8.15 uur. Propaganda-avond Maria-vereeniging R.K. Volksbond, 8 uur. pi^anallang tie van tooneelspeelkunst, van een juiste op vatting der rolvertolkers, van een uiterst sub tiel weergeven der situaties, van een logisch voorstellen der conflicten. Het pleit voor de capaciteiten der leden, dat het stuk aan de verwachtingen heeft beantwoord, meer nog: die verwachtingen heeft overtroffen. Voor alles was gezorgd en aan zeer veel gedacht, om va nde opvoering een model te maken. Qua regie vooral stond het stuk op goed peil en het vele werk van den heer K. J. West hoeve zij hier met eere genoemd. Het tooneel was keurig aangekleed met meubels van de fa. M. Klercq, en electrische ornamenten van de fa. J. F. Schellinger, de dames smaakvol gekleed in costuums verzorgd door het Mode huis S. Herschel. In alles zat gratie en be valligheid. Hier moest een brok uit het society-leven gegeven worden, regie en repre- santanten slaagden door volkomen in. Komen we tot een bespreking van de rol len, dan gaan allereerst onze gedachten uit naar mevr. A. W. WesthoeveVisser, die wij al meer de eereplaats inruimden. We hebben al veel over haar spel gezegd, maar willen er nog aan toevoegen, dat haar veelzijdigheid haar in staat stelde op prachtige wijze de tra gedie van Anna uit te beelden. Haar spel was zoo vrij, haar gebaar zoo simpel, haar dictie zoo goed, dat we niet schromen hier te beweren, dat Tavenu wellicht een dergelijke kracht nog nimmer kende. De heer J. H. Wif- ker had de moeilijke opdracht haar tegenspe ler te zijn en ook hij heeft het er uitstekend afgebracht. Zijn uitbeelding was zeer be schaafd, niet altijd echter voldeed zijn fleg matieke houding in gebaar en zegging. Een zuiderling, een zigeuner is opbruisend van aard, is een man, gedreven door den impuls, door hartstocht. Welnu, vooral op de groote oogenblikken, de conflicten, de momenten van strijd hadden we gaarne wat meer actie gezien, meer agitatie. Maaroverigens niets dan lof. Hester werd uitgebeeld door mej. Hetty Polak, van wie we kunnen getuigen, dat zij vlot, natuur lijk spel gaf. Alleen iets meer aandacht voor wat er om haar heen gebeurt zij haar aan bevolen. Zij had zich haar rol te zeer inge leefd, dan dat zij aandacht genoeg had voor de anderen. Ook het reageeren kan iets vlug ger. Een eere-saluut wenschen we hier te bren gen aan mevr. T. BruckmanKnipper, de ver tolkster van de prachtige zigeuner-groot moeder! Haar prestatie, die door gebaar en dictie gevormd werd, slaan wij hoog aan. Evenals die van den gebochelden organist Varillo, een succes-rol van den heer J. L. H. J. Westenberg. De heer Westenberg is een van Tavenu's grootste krachten. Trouwens, ook zijn echtgenoote heeft reeds dikwijls lau weren geoogst. Ditmaal was zij er met het bescheiden rolletje van Maria, het dienst meisje bij betrokken, maar hoe goed weet zij er iets bijzonders van te maken, een eigen cachet eraan te verleenen. Het type van den onvervalschten zigeuner, van den mensch, bruisend van levenslust, den cellist Gignoni, heeft de heer S. Schellinger op succesvolle wijze weergeven. Hij was de note gaie in dit spel van tragiek en een compliment mag hem zeker niet worden onthouden. Tenslotte Paolo, de zigeunersjongen. A. van Gorselen was de uitverkorene om in het illustre gezelschap van zoovéél dilettanten-grootheden, een jongens figuur en nog wel van een zigeuner uit te beelden. Zijn spel is zeer in den smaak ge vallen, hij bewoog zich vrij over het tooneel en toonde zich ook overigens een speler zon der vrees of blaam, die zeker nog wel eens meer op het tooneel zal verschijnen. Wie was toch de zangeres achter de cou lissen, zullen zij vragen, die haar aan haar fraaie stem niet herkend hebben. Het was mej. Roggeveen, die vocale medewerking ver leende op een wijze, die volkomen bekend Is. In het eerste bedrijf was het „Partir c'est mourir un peu", dat de aanwezigen verrukte,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1934 | | pagina 5