ÉT 'ÊÊÊSïPi 1:1
Het Menu
Het leven
Jer Australische vrouw
T -IUTTFRTJE
ZATERDAU
Geen dienstboden, doch een
sterk huiselijk leven
Een land in een overganstijd
door
ELINE D'ORIOTTE.
Zuid-Australië is een merkwaardig land,
In zooverre, dat men er geen inboorlingen
aantreft, terwijl de blanken niet bezeten
zijn door de Amerikaansche geldkoorts,
door de eenige begeerte, om zoo gauw mo
gelijk rijk te zijn. In Australië heeft men
nog tijd; het land ontwikkelt zich voor-
oopig nog slechts langzaam in de richting
van de economische verhoudingen, die te
genwoordig in bijna alle andere landen
heerscher. De Austra'ische vrouw begint
dan ook slechts een moderne vrouw te
worden. Ondanks haar ontwikkeling maakt
eigenlijk alleen haar auto haar modern. In
Australië vindt men n.1. op elke zes blan
ken een auto; in welgestelde gezinnen ziet
men vaak, dat er een tweede wordt ge
kocht, speciaal voor het gebruik van de
vrouw, terwijl de man den ouden auto
bljjft gebruiken. De belasting is niet hoog,
een uiterst eenvoudige plankenschuur kan
reeds dienst doen als garage. Als de men-
schen 's Zondags naar de kerk gaan, ziet
men een bonte auto-parade. Maar wat uit
stapt, is niet zoo elegant. De vrouwen
dragen rokken, die tot op de voeten rei
ken, ingesnoerde lijfjes met een schootje
en platte, groote hoeden. Deze oude klee
derdracht handhaaft zich even hardnek
kig als het gebruik, dat in de kerk de
vrouwen aan den eenen kant zitten en de
mannen aan den anderen kant, elke groep
met de kinderen vóór zich.
De inboorlingen hebben zich in de bin
nenlanden teruggetrokken, zoodat men
van hun gewoonten weinig bemerkt. Zij
behooren, merkwaardig genoeg, tot een
ruiver Arisch ras, al hebben zij een don
kere huidskleur. Zij zijn groot en slank
van gestalte, terwijl het haar bijna blond
is. Ze wonen in reservaten, evenals de In
dianen in sommige streken der Vereenigde
Staten. Velen werken ook op de farms. In
Noord-Australië zijn echter nog stammen,
die evenals hun voorouders in het oerwoud
leven.
De Europeesche vrouwen op de farms
leiden een leven, zooals men buiten deze
bevolkingsgroep wellicht nergens ter we
reld aantreft. Er zijn in de binnenlanden
van Australië streken, waar het jaren ach
tereen niet regent. De farmer rekent hier-
°P- Als er eenige jaren goede oogsten zijn
geweest, verdient hij véél geld, doch hij
weet, dat dit niet zoo kan blijven en dat hjj
och spoedig weer temidden van een woes-
zal bevinden, wanneer de regen uit
blijft. Het is niet zoo'n zeldzaamheid, dat
farmersgezin na langdurigen strijd
och de farm verlaat en weer naar het
hiden trekt. Als de vreemdeling bij zulk
jjen boerderij of zelfs een verlaten dorp
ornt, komt hij diep onder den indruk van
ellende, die zij symboliseeren. Vooral
700r de farmersvrouw is deze ellende
Uh' Na eerst al baar toekomstdroomen
bben begraven, moet zij in de wijn-
van het Zuiden druiven plukken
die "t re!tenin£ van anderen. Daarmee ver-
iJn 60 shillinS Per week en zij mag
zéé "°gblS zÜn' want °°lc Australië heeft
te lijden van de werkloosheid,
er b ,farmersvrouwen In het Zuiden zijn
)jU r o-3-11 toe. Deze streken worden
bevloeid; men heeft er bijna
lei(j matig goede oogsten en deze vrouwen
geno^ tlet aangename leven, dat de echt-
ov 0 e van een rijken grootgrondbezitter
Ove ter were,d ten deel valt-
vrou het al£emeen is de Australische
aan W e°bter een stadsmensch. Zij wordt
mente rol'ken door de modern»- amuse
er en 3e rijke farmers hebben ook
comfort*3 'n Stad' we' niet bijzonder
Ojim r abe'- maar voor een weekend toch
st®ok ^°'r,oende- Als regel heeft het één
3laank aatS 'n de buiskamer en verder drie
aruers, een badkamer, een keuken
en een garage. De kinderen slapen het ge-
heele jaar op een waranda, ook in den
winter die wel niet bijzonder s'.reng is,
doch vaak koude nachten brengt Elk huis
is aan alle zijden omgeven door een groo-
ten tuin, zoodat de steden zeer uitgestrekt
zijn.
De groote moeilijkheid in het leven van
de Australische huisvrouw is het feit, dat
zij het in het huishouden zonder hulp moet
stellen, tenminste in de stad. Op het plat
teland heeft zij inheemsch personeel. Een
Europeesche dienstbode kan men alleeen
krijgen in de groote steden, waar een
menigte van amusementen te vinden is. De
Engelsche regeering geeft aan meisjes en
vrouwen, die in Australië haar brood als
huishoudster willen verdienen, dan ook
evengoed een vrijen overtocht als aan
meisjes, die zich daarheen begeven om te
trouwen.
Doordat er practisch geen dienstboden
zijn, doen ook de mannen veel in het huis
houden. De vrouwen zijn zeer huiselijk en
zelfs de ongetrouwden oefenen zelden een
zelfstandig beroep uit. Hierin zijn de Au
stralische vrouwen dus volkomen het te
gengestelde van de Amerikaansche. Zij
gaan geheel op in haar huishouden en
hebben zelfs als zij uitgaan nog een hand
werk bij zich. Voor politiek tnteresseeren
zij zich niet en intellectualistisch zijn zij
evenmin als de Australische mannen. Dat
komt, omdat ook de man, al heeft hij zelfs
een academischen graad, in zijn vrijen
tijd tamelijk veel in het huis moet doen,
wanneer er niet een paar groote dochters
in het gezin zijn.
Men heeft bij dit alles het gevoel, dat dit
primitieve en tegelijk moderne land met
zijn hooge loonen en zijn korte werkuren
voor een groote verandering staat. Hoe
kan het concurreeren met het vlijtige, wei
nig eischende gele ras, waarmee het be
trekkelijk in zoo nabij contact staat? Op
de eilandenwereld ten Noorden van
Australië is de handel reeds grootendeels
in hun handen. Voeg hierbij, dat het in
Australië volkomen ingeburgerde socialis
me zich het meest uit in de gelijkheid van
alle menschen en zijn belemmerenden in
vloed zelfs in het huishouden doet gevoe
len. Een Australische vrouw durft haar be
diende eenvoudig niet te zeggen, dat hij
de schoenen moet poetsen; hij zou het
waarschijnlijk niet doen ook. Over het al
gemeen heeft de Australiër het bevelen
verleerd; alles, wat hij wenscht, kleedt hij
in den vorm van een verzoek.
De schoolopleiding van de Australische
meisjes is grondiger en practischer dan in
vele Europeesche landen. Gratis bezoeken
zij de instituten, die door eersterangs leer
krachten worden geleid. De sport neemt
op het leerplan een groote plaats in. De
leerlingen worden in sportafdeelingen ver
deeld, die weer onder leiding staan van
oudere leerlingen. Bij de sportwedstrijden
begint verder elke groep met een aantal
plus- of minuspunten, die worden toege
kend al naar gelang van de cijfers, die de
leden der groep voor de wetenschappelijke
vakken en voor haar gedrag hebben ge
kregen. Deze origineele regeling heeft na
tuurlijk een zeer goeden invloed op de
discipline en den leerijver.
's Zaterdags zijn de scholen gesloten,
terwijl de fabriek óf niet, of slechts enkele
uren werken. Het weekend speelt dan ook
een groote rol. Zaterdag gaat reeds het ge-
heele gezin met den auto die ook de ar
beiders bezitten naar buiten om daar
den tijd door te brengen. Natuurlijk komt
deze gewoonte het gezinsleven zeer ten
goede. Terwijl van den eenen kant het le
ven der Australische vrouw dus het nuch
terste is, wat wij ons kunnen voorstellen,
is zij aan den anderen kant werkelijk de
moeder van een nieuwe, wellicht gelukki
ger generatie, waarvoor zij slechts den
bodem helpt voor te bereiden.
van deze week.
Mijn vrouw kuiuc uil «u groot gezin.
„Jij bent een geluksvogel. Mijn vrouw
bracht een groot gezin mee".
Zondag.
Tomatensoep.
Gebraden kip met
Gestoofde pruimen.
Geglaceerde appels.
Maandag.
Pikante sla.
Spiegeleieren.
Spinazie.
Aardappelen.
Dinsdag.
Runderlapjes.
Andijvie.
Aardappelen.
Chocolade-vanille pudding.
Woensdag.
Koolsoep.
Gehakt.
Stoofsla.
Aardappelen.
Donderdag,
Rijstschotel.
Aardappelkoekjes.
Zoete appeltjes.
Vrijdag.
Vischgehakt.
Worteltjes.
Aardappel-purée.
Watergruwel.
Zaterdag.
Leverrolletjes.
Groene kool.
Aardappelen.
Joghurt.
Geglaceerde appels.
250 gr. witte suiker, 2 dl. water, kleine
tafelappels, b.v. Jonathans.
We brengen het water aan de kook en
lossen er de suiker in op en koken de
vloeistof zóó dik in, dat de druppel, die
we op een schoteltje laten vallen niet meer
uitloopt. We zorgen voor een pan met
warm water, plaatsen hierin het pannetje
met de suikerstroop, om te voorkomen, dat
deze niet t e dik wordt.
De kleine tafelappeltjes worden gewas-
schen, goed afgedroogd en aan dunne
houtjes geprikt, daarna om en om in de
suikerstroop gedompeld. We laten het gla
zuur geheel en al koud en droog worden
en herhalen de bewerking daarna nog
eens. Als de appeltjes op deze manier be
werkt zijn en droog, worden de stokjes er
uit gehaald en de geglaceerde vruchten op
een glazen schaaltje opgediend.
I Pikante sla-
100 gram ham, 200 gram resten van de
kip, 5 koude aardappelen, 2 tomaten,
eenige augurken, 1 eetlepel fijn gehakte
ui, 2 eetlepels geraspte selderij knol, peper,
zout, mayonnaise. Een sausje gemaakt van
3 lepels slaolie en 2 lepels azijn en wat fijn
gewreven aardappelkruim.
Dit voorgerecht kan het best eenige
uren voor het opdienen klaar gemaakt
worden, waardoor de verschillende smaak
jes beter tot hun recht komen.
De ham en de kip worden aan reepjes
gesneden evenals de koude aardappelen.
In een kom wordt het sausje geklopt,
peper en zou bijgevoegd en hierbij de ver
schillende ingrediënten gevoegd als: ham,
kip, aardappelen, selderij en ui, daarna
met een houten lepel of het slacouvert
goed dooreen gemengd en weggezet, afge
dekt met een bord of deksel. Even voor
het opdoen wordt de sla op een langwer-
pigen schotel overgebracht, bedekt met een
paar lepels mayonnaise (die steeds in een
afgesloten fleschje in voorraad houden)
en gegarneerd met plakjes tomaat en
augurkjes.
Chocolade-vanille pudding.
1 liter melk, 150 gram suiker, 1 stukje
boter, 1 pakje chocolade-custard pudding,
1 pakje vanille-custard pudding.
Deze toespijs is heel gauw te maken en
tevens zeer voordeelig, een factor die
tegenwoordig zeker van groot belang is.
We koken in twee pannetjes de melk,
in elk ongeveer 4 kleine theekopjes, de
rest blijft om in twee kommetjes de cho
colade en de vanille-custard aan tè maken.
Is er reeds suiker bij de custard, dan
verdient het toch aanbeveling nog één
flinke eetlepel bij de kokende melk te voe
gen. In geval er geen suiker in de pud
dingpoeder is, dan doen we bij de vanille
ons: theekopje en bij de chocolade
ruim een half kopje.
We maken eerst de vanille-vla, door de
aangemengde custard bij de kokende melk
te voegen en alles roerende even door te
laten koken, pan van het vuur, helft van
de boter bijvoegen en daarna flink gedu
rende eenige minuten opkloppen. De an
dere custardpoeder wordt op dezelfde ma
nier klaar gemaakt en daarna vullen we
een glazen schaal laag om laag met witte
en bruine pudding.
Het kloppen mag niet vergeten worden,
daar de pudding hierdoor, alhoewel geen
eieren gebruikt zijn, veel luchtiger wordt.
Koolsoep.
500 gram schenkel met been. 2 liter wa
ter, 1 groen kooltje, 75 gram boter, 50
gram bloem, zout en kerry, takje peter
selie, 1 worteltje, 1 stukje ui, 1 laurier
blad.
We wasschen de poulet en zetten ze op
met de twee liter koud water, een afge
streken eetlepel zout, en de kruiden, die
we mee laten trekken om de pikante
smaak aan de bouillon te geven. We hou
den de pan goed gesloten, opdat de geu
rige bestanddeelen in de bouillon blijven
en laten het vleesch 2 a 2% uur zachtjes
trekken. Het vleesch wordt uit de bouillon
gehaaid en deze gezeefd. De kool wordt
schoongemaakt en aan fijne reepen ge
schaafd, daarna gewasschen en met het
aanhangende water, 'n stukje van de botér
en kerry 15 a 20 minuten gesmoord, daar
na komt er zooveel bouillon bij, dat de
kool zonder dat ze aan de bodem zal blij
ven zitten, kan worden gekookt.
De rest van de boter wordt gesmolten
en vermengd met de bloem, waarbij dte
overige bouillon wordt gegoten en daarna
opgediend met dobbelsteentjes oud brood,
die in boter, delfrite of slaolie gebakken
zijn.
Het vleesch bewaren we voor morgen
om in een schoteltje te verwerken.
Rjjstschoteltje.
iy2 kopje rijst, soepvleesch, 1 groote ui,
zout, 50 gram boter, 2 bouillonblokjes, 3
a 4 dl. water.
De rijst wordt gaar gekookt met 2 maal
zooveel water en zout, nadat we ze eerst
herhaaldelijk hebben gewasschen om het
aanhangende rijstmeel te verwijderen
Zien we, dat er putjes in den bo
venkant komen, dan nemen we de
pan van het vuur en plaatsen deze in de
hooikist of wikkelen er 6 of meer lagen
couranten-papier om, zoodat de inhoud
goed warm blijft en de rijst op zuinige
wijze gaar wordt.
De ui wordt fijn gesnipperd en het
vleesch gehakt, terwijl de bouillonblokjes
in 3 dl. warm water worden opgelost. De
boter of overgebleven vet van jus wordt
warm gemaakt en de uien met de kerry
hierin ljcht bruin gebakken, daarna ge
hakt vleesch en kerry, alsmede de bouil
lon er bijgevoegd en alles even met elkan
der verwarmd. Een ingevette vuurvaste
schotel, die bestrooid is met paneermeel
wordt gevuld met de rijst, waardoor de
uienmassa is geroerd en daarna 20 a 25
minuten in den oven geplaatst om eert
bruin korstje te krijgen.
Vischgehakt.
600 gram visch (gekookt), 60 gram oud
brood, 1 ei, peper, zout, boter, gehakte
peterselie paneermeel.
De gekookte visch wordt ontgraat en
van de velletjes ontdaan en fijn gehakt en
moet dan 600 gram wegen. Het brood, dat
in water of melk geweekt is. wordt flink
uitgeknepen en op de zelfde wijze als
vleeschgehakt gekneed met de visch, het
ei, peper, zout en noot, daarna worden
meerdere balletjes gevormd, die in paneer
meel gerold worden. In een braadpan
wordt de boter gesmolten en als deze
flink warm is, wordt het gehakt er licht
bruin en crocquet in gebakken.
Wij krijgen van gehakt weinig of geen