PAG. 6
VYEL DLAWNURC
Beste jongens en meisjes!
Als jullie Woensdag al die glundere ge
zichten eens had gezien in Wieringer-
waard. Wat hebben we daar een plezier
gehad en wat waren de jongens en meis
jes dankbaar voor het gebodene. Ze heb
ben gebruld van het lachen, ze hebben ge
zongen als lijsters, ze hebben met oogen
als theeschoteltjes gekeken van verbazing.
Wfl hadden er plezier in. Met die wij be
doel ik ons twaalftal met hun leidsters, en
professor Samir Haofim. Toen we om
half vijf eindigden vonden we het eigenlijk
allemaal jammer, maar ja, er waren kin
deren bij die nog een uur moesten loopen
en wij moesten toch ook zo langzamer
hand weer op huis aan. Ik denk wel dat
we nog eens naar Wieringerwaard gaan,
want de wederzijdsche kennismaking was
te aangenaam om ze niet nog eens te her
halen.
En nu komen we 4n Casino. Daar heb
ben we eigenlijk al een paar weken naar
uitgekeken, want we vinden het natuur
lijk leuk om ons programma voor onze
Heldersche vriendjes en vriendinnetjes,
met hun moeders, te vertonen. De zaal zal
vol worden. Reeds nu loopt het heel druk
met de kaartverkoop en ik raad jullie
allen aan, als je een plaatsje wilt hebben,
vraag aan vader of moeder of je bijtijds
je kaart kopen mag, omdat je anders
zeker teleurgesteld wordt. Aan de zaal
worden beslist geen kaarten meer ver
kocht.
En nu heb ik ook voor m'n trouwe
raadselvriendjes en -vriendinnetjes nog
een verrassing. Alle jongens en meisjes,
die bijna iedere week zoo trouw hun raad
sels inzenden, dat waren er vandaag 776,
krijgen een gereserveerde plaats, voor
aan in de zaal. Die jongens en meisjes dus,
kunnen Woensdagmiddag meteen naar
voren in de zaal gaan, ze vinden daar dan
hun plaats gereserveerd. Natuurlijk niet
voor vader en moeder, alleen voor jullie.
Het spreekt vanzelf dat jullie wel een
kaart moeten kopen, maar de eerste ver
rassing is dat je een fijn plaatsje krijgt.
Er volgen nog meer verrassingen, doch 3ïe
verklap ik niet, dat zal je Woensdag wel
zien.
Een gratis toegangskaart krijgen de
jongens en meisjes die dezen zomer hun
biljet hadden ingezonden voor de gratis
kampeertocht naar Texel en die ik toen
heb moeten teleurstellen. Ik heb die biljet
ten toen bewaard en nu mogen die vriend
jes en vriendinnetjes Maandagmiddag tus-
schen 4 en 5 uur, die gratis entrée-kaart
komen halen. Alleen tusschen 4 en 5 uur,
wie na die tijd komt, betaalt evenals de
anderen.
Dus, tot Woensdag, jongens en meisjes,
't Zal leuk zjjn als we elkaar nu ook eens
zien.
Ik heb van de vorige week nog enige
briefjes te beantwoorden, die zijn dus eerst
aan de beurt. Maar laat me eerst vertellen
wie het boek gewonnen heeft. Dat is deze
week:
STIENTJE BEEKMA, Oranjestraat 49.
Rie v. Yperen, Julianadorp. Dat be
grijp ik heel goed, Rie, dat je het fijn vond
dat je herfstvacantie had en dat je het
toch ook op school fijn vindt, vindt ik hele
maal niet in strijd met de vreugde over
zo'n vrije week. Laat ik je vertellen dat
ik ook op m'n hoofd wil staan voor een
paar vrije dagen en toch doe ik m'n werk
ook graag.
Stientje Beekma. Wat kom ik nu
heel laat met m'n gelukwens voor je ver
jaardag, Stientje, had ik dat geweten, dat
jij de vorige week jarig was geweest, dan
had ik je briefje zeker niet laten liggen.
Maar evengoed mijn gelukwensen, hoor,
hier heb je m'n beide handen.
Lena v -Zandwijk. Je vraag van de
vorige week, of de kinderen van abonné's
ook een entrée-kaart moeten hebben, is
deze week al in de krant beantwoord,
trouwens als je gelezen hebt wat hierbo
ven staat, dan weet je het nog eens.
Gerda Groote. In m'n ijver om d e nieu-
spelling voor jullie te gebruiken had ik je
naam bijna met een „O" gespeld, Gerda,
maar toen schoot me gelukkig net te bin
nen, dat minister Marchant op die naam
van jou niet bezuinigen kan en dat het dus
altijd Gr„oo"te blijft. Nog gefeliciteerd,
hoor, met je vader en je broertje.
Dina Wismeyer. Nou, dat weet ik eigen
lijk niet, Dina, of ik Marie Leys en Nellie
Boot, zal bedanken voor de kaart die ze
je gestuurd hebben op je verjaardag. Want
dat is eigenlijk nadelig voor de post, maar
enfin, het spaart jou weer 12 cent, ik zal
het dus toch maar doen. Je schrijft ze bij
gelegenheid zelf maar eens een dikke
brief.
Agatha Koelemey. Ja, Agatha, er zijn
hele rijmelaressen (wat een woord, hé?)
onder m'n vriendjes en vriendinnetjes.
Springt die dichtader van jou nog eens
niet open?.
Nellie Jongepier. Zo, zou jij het wel eens
leuk vinden, om ook eens op het toneel te
staan. Nou, wie weet kom je niet spoedig
op de planken.
Femmie Hoelandt. Heb je je zo verveeld
met de vacantie, Femmie. Wat zal je dan
blij geweest zjjr toen de schoolbel weer
luidde, dat was net muziek. Of verveel je
je soms alweer op school ook.
Tini Wilmink. Brrr. Tini, wat een lee-
lflke hond was dat, die je neefje in z'n
been gebeten heeft, zodat er zeven gaat
jes in waren. Ik ben ook eens in m'n been
gebeten, toen ik zo klein was als je ne^
of eigenlijk in m'n kous. Daar was een
grote hap uit en de volgende dag liep die
hond op sokken. Gemeen, hé?
Annie Klik. Hé, Annie, dat spijt me dat
nu juist de vorige week jouw briefje is
blijven liggtn. je zocht Zaterdag natuur
lijk tevergeefs en ik zie in gedachten je
teleurgesteld gezicht voor me. Gelukkig
dat het vandaag weer lachen kan, want
dit briefje is heus voor jou.
Greta v. Twuyver. Een eerste briefje
een eerste versje, en dan niet in 't Jutter-
tje. Jij moet wel niet veel vriendelijks
over me gedacht hebben, Gretha, en ik
wil toch ook graag jou „grote vriend,, zijn,
Kijk maar, hier staat ook je versje, al
moet ik er bij vertellen, dat het niet hele
maal goed was. De eerste vier regels gaan
goed, maar de laatste zijn minder ge
slaagd. Lees ze zelf nog maar eens na en
nu heb ik ze nog een beetje bijgeschaafd.
ZIEK POPJE.
Ik heb een heel lief popje
Een heel lief krullekopje
Zij heeft de naam van Riek,
Maar och, zij is ziek.
Ik leg haar in 't bedje gauw
De dokter zegt: „z'heeft zware kou".
En of ik nu al zucht heel veel.
t Popje krijgt toch haar zieke deel.
Kees Dol. De meisjes komen Woensdag
Kees. Kijk maar of Tiny het goed doet,
hoor. Ben je er al „dol" van Kees. Of ben
Ir-fw r°g maar Kees Do1 en niet
„dol Wat een raar briefje, hè, dat kwam
door die dolle naam van jou, snap je?
Tiny Dol De helft van onze middagen
m eLai -T66' °P' Tiny" GinS Woensdag
ijn, hèVoor het ruilen van bonnen, moet
je alleen opgeven wat je te ruilen hebt.
Ziezoo, de briefjes van de vorige week
rijn beantwoord. Nu komen die van deze
week aan de beurt. Ik kan jullie vooruit we!
vertellen, dat ik ze lang niet allemaal kan
beantwoorden. Wie deze week echter geen
antwoord krijgt, die krijgt volgende week
een beurt.. Dan mogen jullie me wel raad
sels inzenden, maar geen briefjes schrij
ven, anders raak ik teveel op achter.
Eerst m'n vriendjes en vriendinnetjes van
buiten, want die mogen me, ook om de
porto-kosten die ze maken, iedere week
schrijven en die krijgen ook iedere week
antwoord. Daar is dan in de eerste plaats:
Marietje en Frans Dirks, De Kooij. Jul
lie zjjn nog het dichtst bij huis, ik bedoel
bij Den Helder, Marietje en Frans. Ben jij
nu weer heelemaal beter, Frans en waren
de raadsels deze week zo gemakkelijk dat
je ze zoo maar uit je mouw kon schudden?
Tlne Dros, Eierland (T.). 't Is de laatste
weken zo erg druk, Tine, anders had je je
verrassing al thuis gehad, hoor, maar ik
denk dat ze voor Zondag wel in de deur
ligt.
Rie v. Yperen, Julianadorp. Wat leuk,
dat je gewezen Texelsche buurmeisje nu
vlak boven jou staat, Rie. Zo zie je dat de
Heldersche Crt. de vriendschapsbanden
weer hersteld. Je dacht misschien niet
veel meer aan Tine, en nu zag je plotse
ling haar naam weer staan in 't Juttertje
en je schrijft mij gauw dat ze een vriendin
van je geweest is.
Corrie en Frans Bakker, Schiedam. Ja,
dat vind ik leuk, dat jullie van plan zijn
me iedere week te schrijven, Corrie en
Frans, zulke verre vriendschap stel ik
heel erg op prijs. Julie wonen aicht btj m'n
Rotterdamsche vriendinnetje, Marie Leys.
Misschien kom je haar nog wel eens tegen,
want het is een kippeneindje naar Rotter
dam, hè? Doe haar dan maar de groeten
van jullie gemeenschappelijken Kinder
vriend.
Marie Leys, Rotterdam. Die brief van
,jou heb ik met grote verbazing gelezen,
Marie, want toen ik je de vorige week
schreef, dat je maar aan den directeur van
de K.L.M. moest schrijven of hij je naar
Den Helder wilde brengen, toen bedoelde ik
dat meer als grap, dan als ernst, en je be
grijpt dus dat ik grote ogen opzette toen
ik las dat jij geschreven had en de direc
teur je antwoord gezonden had dat je tot
Amsterdam gratis mee kon vliegen. Leve
de K.L.M.! Wat is dat aardig, dat jij nu
een van onze middagen bij kunt wonen en
natuurlijk vind ik het leuk als jij ook iets
doet. Een korte voordracht (5 minuten)
of een zangstukje zijn zeer welkom. Wat
zullen je kampeervriendinnetjes het fijn
vinden. Als je met den trein van 11.59 uit
Amsterdam gaat ben je om half twee in
Den Helder en om twee uur begint het
feest, dus dan ben je prachtig op tijd. Een
plaats wordt natuurlijk voor je gereser
veerd. Je mag welop tijd uit Rotterdam
vertrekken, hoor, want Schiphol ligt niet
vlak bij het Centraal Station. Nu, Marie,
tot Woensdag. Als Lieny je eventueel niet
zou kunnen logeeren, kan je bij mij thuis
overnachten, hoor, dus 's avonds behoef je
niet terug naar Rotterdam.
Wim Koorn, Den Burg (T.). Dat begrijp
ik best, Wim, toen jij zo zat te genieten
van de kinderen en van den goochelaar,
dat je er niet aan dacht om even op het
toneel te komen en mij een hand te druk
ken. Maar als ik nog eens op Texel kom,
dan kom jij natuurlijk ook even kennis
maken met je Helderschen Kindervriend,
hè. Dat is dus afgesproken.
Nanie Plaatsman, De Waal (T.). Dat is
fjjn, Nanie, dat ik nu ook iedere week met
jou een babbeltje kan maken, want nu zijn
jullie ook abonné, je doet dus ook mee met
de verloting en je bent echt een raadsel
vriendinnetje geworden.
Nellie Boot, De Waal (T.). Jullie kunnen
je best vermaken op De Waal, Nellie. Nu,
waar zoveel vriendelijke mensen wonen,
moet het toch ook wel raar zijn als je je
verveelt. Dat jullie goochelen hebt geleerd,
vertelde een van de vriendjes van Den
Burg mij al. Leuk als Siska du Porto ook
meedoet. Dat kan best, alle drie in een
envelop. Ik had nog geen tijd je ouders te
schrijven. Wat ik vorige week stuurde is
zeker wel begrepen en toch ontvangen? Ik
hoop vandaag of morgen even te schrijven.
Rieka Slnnige, Julianadorp. Lachen mag
je op het toneel beslist niet doen, als je
staat te zingen. Rieka, achter het toneel
of in de zaal wel. dan mag je zo lachen dat
ze een aardappel in je mond kunnen
gooien.
Tony Sinnige, Julianadorp. Dat zal je
jarige broertje Woensdag niet leuk ge
vonden hebben. Tony. dat jullie de heele
middag weggingen, maar gelukkig dat de
autobus nogal vroeg terugging, zoodat
jullie nog op tijd thuis waren om feest te
vieren.
En nu ben ik aan m'n Heldersche i
vriendjes en vriendinentjes toe, maar het
is al zo laat geworden dat ik me een aan
zal moeten werken om m'n werk nog 0n
tijd klaar te krijgen, want jullie begrijpt
wel, dat er aan een krant meer te doen ig
dan een „Kinderhoekje" te verzorgen. Dug
moet ik heus stoppen, het spijt me heel
erg. Volgende week beantwoord ik de
grote stapel andere briefjes. We spreken
dus af dat jullie me niet schrijven, alleen
de raadsels insturen.
Tot volgende week dus, maar eerst de
Woensdag in Casino.
Wimpie^
door een auto Wtyj
overreden werd en zijn been brat
door
IN 'T CLOWNSPAK.
Ik wil best mee met jullie kermis
wagen, herhaalde Wimpie.
Als je me nou! riep Jonnie, zo heette
de zigeunerjongen. Jij zal met ons, met
den baas van de wagen meegaan? Die zai
je zien aankomen, die is zo lekker niet.
Alleen als je inbrengt, voor hem verdient!
Ik kan goed gymnastiek, op de Heldersche
gymnastiekvereeniging zeggen ze altijd,
dat ik net een slingeraap ben, zegt Wimpie
enthousiast. Ik kan op mijn hoofd staan,
op mijn handen lopen, vijf maal achter
elkaar de reuzenzwaai maken, en daarbij
nog allerlei gekke geluiden maken. Ik móét
naar Maasrticht, en heb maar dertig cen
ten. Al mijn brood en ponen heb jij opge
geten. En ik moet toch ook ergens van
nacht slapen?
Jij vertelt me, dat jullie ook naar
Maastricht gaan, nou, dan ga ik zo ver
mee.Hoe meer zielen, hoe meer vreugd. Ik
wil den baas van de woonwagen en Nocy,
en de slangenkoningin Cleopatra ook wel
eens zien, aldus besloot Wimpie zijn toe
spraak.
Je wilt dus in dienst komen bij
bijden baas van de wagen?
Voor een weekie wil ik het wel eens
proberen, herhaalde Wimpie, ik houw van
avonturen, en als ik eenmaal wat in mijn
bovenkamer heb zitten, komt het er niet
meer makkelijk uit Ik ben niet bang, ik
heb het al van den veldwachter in Krom
me Mie gewonnen!
Het is een kwartiertje lopen, zei de
jongen opstaande en zijn marmotje over
de kop strelend. D'r zal weer wat voor me
opzitten. Ik heb niks bij elkaar geschooid.
Wimpie pakte het glimmende stuur van
zijn nieuwe „Hemito"-fiets beet en stapte
naast den zwerver over de weg naar Breu-
kelen.
Kijk, zie je, daar loopt onze ket te
grazen aan de andere kant van de greppe'-
Ik zal even vooruit gaan. Zonder verder
een woord te spreken, verhaastte de jon
gen zij schredenmaar bij de wagen
beef hij aarzelend staan. Een dikke man,
met een rood gezicht, stond bij het aftand
se vehikel. Van verre schreeuwde hij den
jongen reeds dreigend toe:
Zo luiwammes, niksnut! Wat ben j®
weer laat! We motte direct optreje in
Breukelen. Waar zijn je spieë Ik heb
dorst, drommelse dorst.
Ze woue me niks geven an de huizen,
zei de jongen bevend.
Zo, wouen ze je niks geven, lelijke
dagdief, niksnut, kom hier, dan zal ik .1®
broekzakken omkeren, en as er niks inzit,
en jü niks te geven hebt, zal ik je wat
geven, dan zal je weten dat je lijngetrok-
ken hebt. Dacht je, dat ik je voor niks te
bikken gaf? Woedend kwam de man nars
den jongen toe. greep hem bij de schou
ders en schudde hem bruusk door elkaar.
Ik zal je, ik zal je, riep hij, de grot®