fywm van dat ié ikke m m m lm MÉ ISI 2WÜ WW. m m m 'M SINT NICOLAASNUMMER HELDERSCHE COURANT VAN 24 NOV. 1934, ^ÜH JU! 1® HH. "1 i^n IsS? iplü IP 15 Ja, wat moe', ik nou van de week schrij ven. Wel, we gaan uiveren, zooals we alle maal geuiverd hebben hè, maar nou niet met stijve nekken van naar die pampieren te kijken, nee nouw hebben we naar de radijoo geluisterd. Maar m'n zussie (die hep nog geen ra dijoo bij d'r thuis, die kwam bij ons luis teren) die hep er ook nog televiesie van gemaakt, want de een of andere minister was net zoo iets aan 't vertellen voor de mlkrofoon toen m'n zussie ineenen zei: Wat heeft die Moll toch een lekker snor retje, hè? Ik dacht dat ik buikpijn kreeg, wat hep dat snorretje der nouw Ineenen mee te ma ken hè en om 't zaakie heelemaal vol te maken zeg m'n zwager (dat is die man die met 'r getrouwd is, maar dat weet u nouw ondertussehen wel want dat neb ik nouw al zoo dikwijls gezegd) nouw die zwager dan zeg tegen m'n zussie: Maar schatte bout je wilt geen eens hebben dat ik 'n snorretje hebben mag... Ik wou eerst ook wat zeggen maar m'n vader keek me effetjes aan nóuw en toen dacht ik bij m'n eigen laat ik m'n mond maar' houwen. Weet u wat de meester tegen mjj gezegd heb. Wlmple zegt ie, je bent een papegaai. Weer wat nieuws. Nouw heeft ie zeker door de radijoo gehoord dat Parenmtler gezegd heeft, dat zij geen papegaaien zjjn, omdat een papegaai goed ken praten en slecht vliegen, maar dat zullie goede vlie gers en slechte maters zijn. Hoe komt de meester er dan bij om te zeggen dat ik een papegaai ben, ik ken d'r heelemaal niks van om ze te laten vliegen. Flauw hè om dat te zeggen. En nouw roepen die apen die bij mijn op school zitten allemaal Wimpie koppie krauwNouw ik heb d'r een paar gekoppiekrauwa, maar nouw wil k maar zeggen, dat 't toch lollig is weest. hè, met de Uiver en as Prins in de Jutterö komp, now dan gaan we nog eens uiveren hè en Winnubst heeft nouw ook weer gewinnubst met een hoop muziek en andere dingen In Kassienoo en Morgen rood gaat dat nouw ook doen en gaan ze zingen van: 't Zonnetje gaat van ons schel den...... Dat is een mooi moppie, voor een verèenlging die Morgenrood is, ja, je moet er tegenwoordig zo van alles op vinden in deze tijd hè, ik ben eens benieuwd hoeveel Sinterklaasen der ook zoo over denken, ik ga ze toch eens tellen voor deze keer, 's kijken hoeveel d'r weer b(j zijn met een rooje neus. Zij schijnen met dat verkeerseksamen 't toch niet allemaal goed gedaan te hebben want ze hebben toch niet allemaal 't diplo- ma gekregen. Ze kenne dat nog niet alle maal persies, maar das niks. dat leeren ze wel en anders moet die meneer de kom- missaris van politie 't maar eens gaan voordoen, want dat heeft die minister Mar- chant ook gedaan hè met dat vanne: „Niet zóó maar zó". Nouw dan moeten ze alle Jutters maar eens erregens neerzetten en dan gaat die meneer de commisaris van politie maar op 'n autoped en een fiets zitten en dan doet ie dat ook maar van: „Niet zóó maar zó", dan leeren alle menschen weer eens wat. En weet u wat dan ook moest gebeuren, dan moest le eens een agent met 'n kinder wagen door de stad laten loopen dan ken nen die Juffrouwen die met die dingen loopen ook nog een hoop leeren want ze fljen maar altijd tegen Wimpies pas gebro- ken-opnieuw-genezen been op en as ik nouw vandaag of morgen dan ook nog eens ondei zoo'n kinderwagen lig dan kenne ze me naar 't ziekenhuis rijjen. Nou ik zou er toch liever in, as er onder liggen, want dan lachen alle menschen tegen Je en dan ken je ook gerust Je tong tegen iemand uitstéken want daar zeggen ze niks van want die vinden ze dan lollig. ,t Is een gekke wereld hé, wat eerst mag, mag Je nouw niet meer doen, maar ik vjnd 't nog gekker, dat ikke vandaag met de Uiver begonnen ben en met een kinderwagen opgehouwen heb. Dat doen veel groote journalisten me niet na hè en daaróm zeg m'n vader ook: „Ja Wimpie, maar jij bent nou ook eenmaal Wimpie..." O, zoo. DE VERSCHILLENDE „COUPS". Een juiste vertaling van het Fransehe woord „coup" is eigenlijk niet te geven, noch in de Hollandsche, noch in een an dere taal, zoodat het woord als zoodanig in de andere talen werd overgenomen. De beteekenis geeft een bijzondere han deling aan, waardoor iets bereikt wordt, dat op een andere manier moeilijk of in 't geheel niet te bereiken zou zijn geweest. Ook in het bridge-spel en wel voorname lijk bij het afspeler komen verschillende coups voor, die in vele gevallen den naam van den eersten toepasser, of misschien beter gezegd van den eersten publiceerden dragen. Dr. Lasker bespreekt de verschillende coups in zijn boek ,3ridge, Bieden en Spe len", uitgave N. V. Bolle, Rotterdam, op itstekende wijze, waaruit nogmaals dui delijk blijkt, dat de schaakmeester zonder eenlg voorbehoud onder de grootste brldge- meesters kan worden gerekend. Hü begint dan te vertellen van een door hem gezien spel, door een met durf en verbeeldingskracht begiftigd speler in Pa rijs. De bewuste durfal zat links van den gever met een zoodanige kaart in handen, dat Dr. Lasker in gedachten de tegenpartij al naar klein-slam hoorde opbieden. Deze minimale kaart was ongeveer als volgt: S. 7. 3; T. 6. 2; R. h. V. 9. 5. 3; K. 9. S. 6. 4. De gever opende het bieden met 1 R., de bezitter van de slechte kaart doubleer de!, de derde hand bood 1 S. en de vierde 2 H., waar-op de gever weer met 2 R. ant woordde, die door de tweede hand weer werden gedoubleerd j, waarop allen pasten. Het gevolg van de doublé was. dat de lelde: telkens verkeerd ging snijden en ten slotte nog de 5 troeven tegen zich zag, het resultaat was 3 down. De Bath-coup is waarschijnlijk één der oudste, elke speler zal er bij het afspelen op letten dat een aas, in zijn hand of in die van zijn partner, zooveel mogelijk wordt benut om eten heer van de tegenpartij te vangen. De Bath-coup nu beoogt juist de heer te laten maken, echter in de hoop. dat direct in dezelfde kleur wordt terugge speeld, waardoor de kans bestaat dat de boer, die voor het toepassen van deze coup. bij het aas moet zitten een slag kan maken. Eveneens tot de oude behoort de Deseha- pelles-coup, waarbij een speler, die in de mogelijkheid is een slag te nemen, dit niet doet doch een ander hooge kaart, die ech ter lager moet zijn dan de hoogste door de tegenpartij gespeelde, bij speelt en zoo doende de tegenpartij in de waan brengt, dat de missende hooge kaart niet bg hem zit. Een mooi voorbeeld hiervan is het vol gende: R. a. v. 10. x. x. K. x. R. x. x. K. x. x. x. x. R. h. b. K. h. v. x. x. N. W. O. z. R. x. x. x. x. K a. x. Er wordt door N/Z S.A. gespeeld, ter wijl Z. aan slag is. Zoo op 't eerste oog zou men zeggen, dat de R., door één slag aan de tegenpartij te geven allen vrij te spelen zijn, de De- chapelles-coup heeft daar echter iets op gevonden, waardoor de R. niet vrij te spe len zijn en de tegenpartij zelfs alle res- teerende slagen op één na maakt. De beste oplossing voor Z. is natuurlijk uit de hand met een kleine R. naar de tafel te spelen en dan te snijden met de vrouw. Zelfs indien de heer bij O. zit, is er .nog niets verloren, want Z. komt altijd weer aan slag om nogmaals R. naar de tafel te spelen, waardoor de tegenpartij in die kleur geen slagen meer kan maken. Desehapelles vond er echter Iets anders op en nam de v. niet over met de heer, waardoor'Z. natuurlijk in de veronderstel ling werd gebracht, dat de heer Dij W. zat zoodat hij met de kleine K. weer naar zijn hand toespeelde en toen de nger niet bi) W. viel, deze in die hand derde vermoedde en de 10 inlegde. Nu deed de heer van O. zijn plicht, waar door echter tevens de K. slagen allen voor O. waren. Inderdaad mooi gevonden, en moeilijk te ontgaan, want er is in werke lijkheid evenveel kans dat de heer derde bij W. zit als dat de ontbrekende R. 2 aan 2 verdeeld zitten. N. D. 3. De oplossing van het probleem van de Andrade zal ik de volgende maal ge van. Het volgende probleem heeft een verrassende sleutelzet. C. Mansfield. Western Morning News 1933, le prijs. Wit begint en geeft mat in twee zetten. Wit: Ke7, Dc2, Td3, Pf6 en f7, pi d5, en h5. Zwart: Kf5, Lal en a6, Pc3 en d2, pi b7, f4, g4 en g3. De volgende partij is uit de onlangs gehouden match tusschen van den Bosch en Landail. Van den Boseh d4 Pf3 e3 Pbd2 c3 Landau d5 Pf6 e6 c5 Pbd? 1 2 8 4 6 De z.g.n. Co 11e variant. De idee is, later e4 door te spelen. 6 Ld3 Ld6 7 0-0 Dc7 8 Tel b6 Nu moet wit wel e4 spelen, anders belet Lb7 dit. 9 e4 cd4 Direct gaat zwart aan wit een geïsoleerde d pion bezorgen. 10 cd4de4 11 Pe4x^e4 12 Le4: Lb7 13 Lb7: Db7 14 d5 e5 Toch blijkt nu, dat zwart beter gedaan had, maar op de 8e zet te rocheeren. Zwart verliest door d5 een pion. 15 Pe5 Pe5 16 f4 0-0-0 Een zeer gewaagd idee. Veel beter was 0-0 17 f e5Lc51 18 Khl Dd5: Wit heeft nu wel door 0-0-0 een pion terug gewonnen, maar zijn koning loopt groote gevaren. 19 Dg4f Dd7 20 e6 fe6: 21 Lg5 Tde8 22 Tadl h5 23 Dc4 Dc7 Er dreigde b4. 24 b4 Lf2 25 De4 Kb8 Er dreigde Tel. 26 Tel Lel: Zwart moet wel de dame geven. Na Dc6 volgt Tedl en na Df8 (het eenige) en Td7 is het uit. 27 Tc7 Kc7 28 Lf4f e5 29 Le5f Kd7 30 Del: Thf8 31 b.3 gs- 32 Dd2f KeS 33 Dd6f Kf5 Ook Rf7, Df6f„ is slecht. 34 Dd5 Tg8 35 Lc3f Kf4 36 Df3f Kg5 37 Ld2f opgegeven. Dr. P. FEENSTRA KUIPER. Oplossing probleem: Zwart: 2, 4, 7/9, 13, 14, 17/19, 25, 26 'Vit: 24, 27 30, 32,5, 37, 43, 45 29—23 18X49 2 34—29 25 X23 3 45—40 19 XS0 4 28X10 4X15 5 35 X24 49 X19 6 27—22 17X28 7 32X1 Probleem van Ir. V Vrijlandt, Dordrecht. (Vingtième Siècle) üi m mw ut V/Y/st. '^7/7/ 7T&&, 7s I Zwart: 7, 9, 13, 17/19, 22, 23, 25, 36. Wit: 16, 27, 30, 33, 34, 39, 41/44 Wit speelt en wint. Van dezen zeer goeden Hollandschen problemist, die bekend staat voor natuur lijke afwerking, ziet men tegenwoordig geregeld werk verschijnen in bovengenoemd blad. Probleem van F. Denoel, Luik (Le Grognard) ■ZW6 W VW Zwart: 3, 8/12, 14, 18, 20, 21, 25, 26, 36 Wit: 23, 28, 29, 32, 35, 37/40, 43, 44, 46, 50 Voor hen, die het systeem weinig of in het geheel niet kennen, is het een der grootste verrassingen, die het damspel kan bieden. In hetzelfde blad komt van den heer Eekhoud, die zich specialiseert op slag- zetten in het bizonder wat de opening be treft, de volgende eenvoudige middenstand voor, waarin op anverwachte wijze een slagzet ligt verborgon: Zwart: 12 14, 16, 17. 19, 21, 23,25 Wit: 27, 28, 32, 34, 35, 37 40, 45 Wit speelt 3731, zwart verleidend tot 21—26, waarop volgt27—22, 26X3732X41, 23X4339X48, 17X2834—30, 25X34 40X7. Alles betreffende deze rubriek te adres- seeren aan: G. L. GORTMANS, 61 Sinclair Road, Flat 2, Kensington, London W. 14.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1934 | | pagina 31