Land- en Tuinbouw-
nieuws
Van Ewijcksluis.
Wieringen.
Texel.
6
'HELDERSCHE COURANT VAN DONDERDAG 3 JANUARI 1935.
'ipi
Julianadorp.
Anna Paulowna.
Burgerlijke Stand
van Den Helder
TRAM WIERINGEN SCHAGEN EXIT
De wijziging van de
vleeschkeuringswet.
gen ze ook duizend maal, dat de Volkenbond
ons beschermt.
Wat hebben wij Duitschland voor kwaad
gedaan. Wij waren allen goede Duitschers.
De Frontpartrj beweert wel, dat allen die
nu voor Duitschland stemmen, nadat Saar-
land weer met het Reich is vereenigd, gelijke
rechten zullen hebben, dat hier geen ariër
paragraaf zal zijn, maar wat kan men op be
loften aan?
Toch is die Frontpartij samengesteld uit de
meest heterogene bestanddeelen. Men be
weert dat niet alleen Hitlerianen, maar ook
Joden, katholieken, communisten, sociaal-de
mocraten er deel van uitmaken.
Deze hebben na terugkeer tot het Rijk on
danks hun afwijkende politieke gezindheid
niets te vreezen. 't Gaat hier niet, zoo zeg
gen ze, pro of contra Hitier. maar pro of con
tra 't Vaderland.
Die niet in de FrontpartH is, wordt als
Landverrader uitgescholden.
Op een der landwegen, buiten Saarbrücken,
loopt een padvinder. Op zijn borst hoeft hg
hetzelfde embleem dat ook de Hollandsche
padvinders dragen. Vlug, ondanks de steilte
van den weg, stapt hij voorwaarts, de Rück-
sack op den rug gebonden. Als ik naderSij
kom zie ik in een levendig vriendelijk jon
gensgezichteen oogenblik sta ik ver
baasd... nee ik bedrieg mg niet... de Padvin
derij in Saarland is nog tot den 3en Januari
vrijgebleven van den Rassentwist, de jonge
padvinder, die voor mij staat is een Joodsche
padvinder.
Sjalom, (Vrede) zeg ik.
Sjalom, zegt de jongen, en steekt mij
op padvinders manier de linkerhand toe, dan
vervolgt hij, terwijl hij drie vingers van de
hand opheft:
Gazak! (Wees sterk).
Waarom steek je drie vingers op, zeg Ik
veiwonderd.
Hadad! Heje moegan. Wees bereid, zei de
jongen op militairen toon. Dat is ons devies.
Waar ga je nu zoo heelemaal alleen naar
toe?
Bundesappel (Bondsappel), zegt de jon
gen, daar komt de troep bij elkaar. We zijn
Joodsche padvinders.
Zijn er ook Duitschers bij.
Verwonderd kijkt het jongetje mij aan.
Duitschers gaan niet met ons.
Hou je niet van Duitschland?
Vater en Mütterchen lieben Deutschland,
alhoewel Duitschland hun groot leed heeft
aangedaan, zegt de jongen, maar ik, ich liebe
Palestina. Da können wir Juden uns freuen,
daar kunnen wij leven. Hier in 't Rijk haat
men ons.
Niet-Joden maken herrie met ons. De Fran-
sche Padvinders, die gedragen zich als onze
broeders, die trekken wel met ons op.
Wat heb je in dien zak op je rug, vraag
ii Levensmiddelen?
Brood, dat Mütterchen voor mij gesneden
heeft en een gebedenboek. Want God mogen
wij niet vergeten. Hij zal ons helpen, zooals
hij onze voorouders geholpen heeft. Gazak,
(Wees sterk) zegt de jongen, en" snel ver
volgt hij zijn weg.
Wonderlijk klein 13-jarig Jodenjongetje,
dat reeds veel leed gezien heeft. Zonderling
wijs op kinderleeftijd spreekt hij. Arm Joden
kind, dat door den Eeuwige, een Joodschen
vader en moeder werd toebedeeld. Waarom
deed de Almachtige dit? Er is toch een Ariër
paragraaf. Waarom werden zulke onnutte
niet-Ariërs geschaoen?
•ui teil kiwi „....„iizienlijk café, weggescho
len m een dwarsstraat, komen de emigranten
bij elkaar. Een dichte grijze rook hangt in
't vertrek, daartusschen schimmen in de
avond-duisternis, die over Saarbrücken neer
daalt de gestalten van mannen en vrouwen,
die uit het licht naar de duisternis werden
vei-wezen, die uitgeworpen werden of ge
vlucht zijn uit het Rijk. Hier is 't laatste bol
werk, de laatste verschansing, van hen die in
't groote Rijk, drüben gesignaleerd, gebrand
merkt zijn, als landverraders, schurken,
parasieten. Hier in deze sobere omgeving zit
ten wellicht professoren, doktoren, advocaten,
zwervers, communisten, Polen, Stattus
quo'ers. Hier is 't edelste, en ook de droesem
der menschheid vertegenwoordigd. Hier
komen de eenvoudigen die slechts nagepraat
hebben wat in de Vorwats stond, hier komen
ook de leiders. Hier komen menschen, die
naar zij zeggen, onschuldig mishandeld wer
den en ook zij, die door een verterende angst
aangegrepen, het Reich verlieten.
Als ik binnentreed, heffen enkelen het
hoofd op en gaan dan weer voort met 't kaart
spel, anderen kijken even op van hun
Pariser Tageblatt of Courant uit Polen mon
steren mij scherp en gaan door.
Buiten is het koud en nat, en de kachel in
het vertrek brandt lekker. Om de kachel
heen zit een troep zwijgende mannen. Even
verder een vrouw. Ze is nog jong en mooi.
De eenige vrouw in dit zonderlinge inter
nationale gezelschap.
Goeden avond, zeg ik. De mannen zeggen
iets terug, wat ik niet vesta en gaan voort
met kaartspelen. Een groote, lange, magere
zegt iets in een allervreemdste taal.
Wat zegt die meneer vraag ik de jonge
vrouw in 't Fransch.
't Is iemand uit Warschau, zegt ze en
hij heet u met een Poolschen groet welkom.
Dank u, zeg ik, maar Poolsch verstond
ik niet.
De jonge vrouw knikt, neemt met elegant
gebaar haar kopje koffie op. Rustig blijf ik
ik zitten en roer mijn thee, op mijn beurt het
gezelschap opnemend.
Vele markante koppen, edele voorname ge
stalten, oogen waaruit het intellect spat, de
energie straalt, de strijdlust brandt, en daar
tusschen de gewone, kleinzielige alledag men
schen.
Plots voel ik een hand op mijn schouder.
Was machen Sie hier in Saarbrücken en
waarom komt u hier eigenlijk?
Ik kijk den spreker aan. 't Is een man met
grijzend haar, in zijn oogen lees ik, dat hij
veel leed heeft doorgemaakt.
Ik kom hier alleen om Weihnaehten te
deren, zeg ik. Familiebezoek. Ik dacht, dat
bet in Saarbrücken moord, doodslag zou zijn,
maar alles is rustig. Heel erg rustig!
De oogen van den man fonkelen. Ik ge
loof niet, dat u voor familiebezoek komt, zegt
hij. Ik geloof niemand meer, ook niet, dat het
rustig is. Die rust is schijn. Omdat de troepen
hier binnengerukt zijn, daardoor heeft het
buitenland Duitschland de gelegenheid ontno
men de vrije wilsuiting der Saarbevolking te
beïnvloeden.
En het bewijs er van ligt voor de hand, ver
volgt de man. Deutschland, ondanks dat bet
de onafhankelijke, de alles durvende speelt, is
bahg voor het oordeel der wereld.
Wir brauchen bloss auf die Vorfalle in
Oesterreich hinzuweisen!
De man zwijgt een oogenblik. dan vervolgt
hij: Oostenrijk is, toen Dolfuss op laag
hartige wijze vermoord werd, uitsluitend door
de dreigende houding van het buitenland, ins
besonder durch die drohende Haltung Italiens
(zeer zeker in de eerste plaats door de drei
gende houding van Italië), dat zijn troepen
aan den Brenner concentreerde, onafhankelijk
en vrij gebleven.
Door het ingrijpen van het buitenland werd
datzelfde Duitschland bevreesd en het optre
den van de Italiaansche militairen werkte
preventief. Het voorkwam een catastrophe.
Mussolini is een groot en wijs man! Het leek
toen in Duitschland rustig, maar het gistte
en kookte geweldigtot een uitbarsting
kwam het, dank zij das fremde Militfir niet.
De troepen, die nu in 't Saarland zijn, wor
den als verstarkte Polizei betrachtet en wij
zijn overtuigd, dat elke onrust, van welken
kant deze ook mag worden gestookt, onmid
dellijk onderdrukt zal worden. Wanneer die
troepen er niet waren geweest, dan zou zeer
zeker de sterkste, en ook de meest agres
sieve, en dat is de National Socialistische
Partei, een werkelijk zuivere stemming onmo
gelijk maken.
Wie is u, vraag ik. Is u ook stemgerech
tigde
De man schudt het hoofd.
What is in a name, zegt hgHebben
namen beteekenis? Vandaag schittert een
naam als een glanzende ster aan den politie-
kén hemel, morgen is die naam uitgewischt,
is die ster verdonkerd, onzichtbaar geworden.
Weer zwijgt de man, dan zegt hij:
Wir sind dem Ausland dankbar dafür,
dat het met groote wijsheid alle agressieve
handelingen binnen de dammen houdt. Wij
moeten ons tegenover den Volkerenbond, te
genover de militairen hier dankbaar toonen.
Nooit mag de bevolking van het Saargebied
vergeten, dat de Volkerenbond als eerste
plicht erkend heeft, het recht te verdedigen.
Hiermede heeft de Volkerenbond getoond on
misbaar te zijn in de wereld. Dat Duitsch
land den Volkerenbond verlaten heeft, was
alleen om eigenmachtig té kunnen optreden.
Daarvoor hebt u geen bewijs, merk ik op.
De man haalde medelijdend de schouders
op, dan vervolgt hij:
De troepen, ondanks dat ze in het Saar
land niet met gejuich ontvangen zijn, kunnen
toch, gezien de verhoudingen, er op rekenen,
dat menig Saarlander over hun komst ver
heugd is.
Die Saarbevölkerung wird allen Nationen,
die sich an dieser Aktion beteiligt haben ein
bleibende und ehrendes Andenken bewahren,
(De Saarbevolking zal zeer zeker alle naties,
die daadwerkelijk zich met deze zaak be
moeid hebben, blijvend en eervol gedenken).
Wie is deze zestigjarige man, die zoo ge
makkelijk en zoo vloeiend als een geboren re
denaar spreekt, die zoo prachtig zijn gedach
ten formuleert? Was hjj eens lid van den
Rijksdag... een katholiek... een sociaal-demo
craat?... Een communist was het niet, daar
voor was hij te gematigd. Wie is het?... een
professor, een dokter, een advocaat?
Ik weet het niet, zal het ook nooit weten,
want hij gaat naar het eenvoudige huffet,
betaalt zijn vertering, dan gaat hij mij voorbij
door het café, waar nu het avond-duister voel
baar is...
Grüss Gott, zegt hij... en loopt naar de
deur, die achter hem dicht slaat.
Schepen, die elkaar voorbijgaan in duisteren
nacht
De lichten in het café, waar de emigranten
samenkomen, zijn nu aangeknipt. In den hoek
zitten een paar Joden. Ik ga bij hen zitten.
Sjalem, zeg ikSjalem, antwoor
den ze.
Heeft u haat tegen Duitschland?
Wie is u en waarom vraagt u dat?
What is in a name, zeg ik nu op mijn
beurt... en waarom zou ik niet vragen? Van
vragen wordt men wijs!
Neen, wij haten drüben het Reich niet,
maar wij Joden zijn in Duitschland als in een
gezin, waar vader en moeder de kinderen met
twee maten meten, het eene kind, dat blond
is en blauwe oogen heeft, wordt met alle
liefde omringd, het anders, dat zwart is en
bruine oogen heeft, wordt, niettegenstaande
hij zijn vaderland innig lief heeft, tot de zon
debok van alles gemaakt. Kan hij het helpen,
dat zijn haar zwart is, zijn oogen bruin?
De Joden in het Saargebied moeten kiezen
straks op 13 Januari. Zij hebben Duitschland
liefZij voelen ondanks de stiefmoeder
lijke behandeling, Duitsch.
De man wendt hei gelaat af... Waarom zou
ilpilpl
ÜH. Se!
Zweedsch-Engelsche verbroedering
In hei Saargebied
ik tegenover u, vreemdeling, mjjn hart bloot
leggen? Ik houd van Duitschland, maar haat
het regiem
Een groote tragedie van het Joodsche volk
wordt nu in Saarland opgevoerd, wellicht
zullen er stiefkinderen zijn, die zullen stemmen
voor het Rijk, dat zij liefhebben waar zij ge
leefd en geliefd hebben.
Velen ook hier in 't Saargebied gelooven,
dat de in Duitschland alles overhetrseliende
Judenfrage nooit de huidige proporties zou
aangenomen hebben, wanneer men had kun
nen voorzien, hoe de wereld daarop zou ge
reageerd hebben. Hier in het Saargebied heb
ik verscheidene Hitler-aanhangers gesproken.
Hun oogen stralen van geestdrift, als ze het
over den Führer, den Leider, hebben. Duizen
den zien in hem meer dan een Uebermensch,
zien hem als met een aureool omgeven. Voor
Hitier èn voor Duitschland is synoniem. Hit-
Ier zal brood, Hitier zal arbeid, Hitier zal
welvaart brengen in het R(jk en in het Saar
gebied. Wie zich tegen den Leider verzet, is
een landverrader en toch ook hier in het
Saargebied zijn er ook onder de aanhangers
van Hitier, die een vriend onder de Joden
hebben.
Deze Jood is een nette Jood, hij is mijn
vriend, hoorde ik menigmaal, voor hem sta
ik in. Hem zal geen haar gekrenkt worc|i
na den 13den.
Ik vertelde dit een vooraanstaanden Jood,
een intellectueel. Hoe is dit mogelijk vroeg ik
Ironisch zeide hij: Zoo is het door alle
eeuwen geweest. Zelfs in de duisternis der
middeleeuwen had de landvorst zijn Hofjude,
denk maar aan Jud Süss in Wurtemberg.
Iedere burger had één Jood, waarvan hij
zei, dat is een anstandiger Jude, maar al de
overigen werden gehoond.
Zoo is het helaas weer. De eene Saarlander
zegt van mij, dat is een anstandiger Jude. Ik
ben de Hofjude van een of anderen Hitlerman
maar alle anderen deugen in zijn oog niet. Wat
geeft het of één zegt: Dat is een nette kerel
en duizend overigen haten ons zonder reden
Wat hebben wij misdaan? Wij hadden en heb
ben nog Duitschland lief. Wij wenschen geen
Hof juden te zijn. Wij zijn menschen met pre
cies dezelfde gevoelens als ieder ander. Wij
zijn Duitschers, die ook vrij willen ademen en 1
leven, op de aarde, die de Schepper den men
schen tot woonplaats gaf. Wij willen ook onze
bescheiden plaats in de zon hebben.
Hitier is de beste electricien van de wereld.
Hij wist als met een electrischen schok het
heele Duitsche volk op te richten, één te ma
ken, maar ook wist hij, zooals geen enkele
electricien het hem zal verbeteren, Duitsch
land van de overige wereld te isoleeren.
Lectuur voor de mariniers in het
Saargebied.
De leider van de afdeeling boekverspreiding
van het Algemeen Nederlandsch Verbond,
heeft het voornemen, dezer dagen een partij
Nederlandsche leesstof te zenden aan de af
deeling mariniers in het Saargebied. Hun, die
willen medewerken om onze mannen daar
ginds ontspanning te bezorgen, wordt ver
zocht voor dit nuttige doel gelezen boeken en
tijdschriften af te staan en te zenden aan het
Boekenhuis, Laan 34, Den Haag.
OUDEJAARSAVONDSTEMMING.
l - v-
Den middag van den Oudejaarsdag wilde
blijkbaar Moeder Natuur het menschdom nog
wat milder stemmen. Het wolkengordijn trok
weg en het zonnetje overgoot op dezen win-
ternamiddag het landschap met zijn zilveren
stralen, gevolgd door een in goud- en purper-
kleurigen zonsondergang. Het was dan ook
een prachtige middag om er in het oudejaar
nog eens een rondje fietsen aan te wagen.
Des avonds na den avonddienst in de Ned
Herv. kerk beklommen een viertal leden van
de Harmonie „Kunstzin" den toren en deden
van die plaats hun klanken uit de koperen
monden over het dorp galmen. Gespeeld wer
den o.a. „Wilt heden nu treden" en de bekende
Oudejaarsavondzang Gezang 160 „Uren, dagen,
maanden, jaren".
AUTO-IJOTSING.
Zaterdagavond blijkt op den afsluitdijk naar
Wieringen eene ernstige autoaanrijding te
hebben plaatsgehad. Een wegens benzinenood
aan de zijde van den weg staande luxe-auto
werd door een van de zijde van Wieringen
komenden auto aangereden, juist op het oogen
blik, dat een auto, van Van Ewijcksluis ko
mende, daar gelijktijdig passeerde. De aanrijding
schijnt te zijn veroorzaakt, doordat een dame
uit den stilstaanden auto trachtte door met
een zakdoek te wuiven, andere anto's aan te
houden en zich daarvoor midden op den weg
begaf. De chauffeur van den van Wieringen
komenden auto merkte dat hjj, indien hjj den
weg hield, gevaar liep deze dame aan te rijden
en trachtte dus rechts langs haar te gaan.
Daar de stilstaande auto onverlicht was, zag
hjj dezen te laat en liep er met flinke vaart
van achteren op. Een der inzittenden botste
bij den schok met het hoofd door de voorruit,
waarbij hjj tal van verwondingen opliep.
De aangereden auto kon, na van benzine te
zijn voorzien, zjjn weg vervolgen, de andere is
per kraanwagen weggesleept.
LOOP DER BEVOLKING.
Ingekomen: B. Noordhuis-van Djjk van
AlmkerkJ. Dijkstra en gezin van Wieringen
H. Zweep van Wieringen mej. M. C. Jongejan
van Wieringenmej. G. M. Schaper van Boven-
karspelmej. A. Kamp van Haarlemmermeer
A. Mazer van DelftJ. Kuiken van Zuilen
mej. A. Hempenius, v. Alkmaarmej. G. Arnold
van Dinslaken (Dl.); D. Kossen en gezin van
Schagen.
Vertrokken: J. C. Hartog naar Zaan
dam; J. Kiers naar ZjjpeQ. A. van Nuland
naar Ned. Oost-IndiëA. C. Drost en echtg.
naar Den Helder; wed. H. v. d. Berg-Wassen
en d. naar Den HelderJ. Pranger en M.
Hoogland-Bos naar Alkmaarmej. M. F.
Plagmeyer naar LeidenA. van Eijnsbergen
en echtg. naar Den Helder; A. J. en L. van
Klaveren naar Sassenheim; A. Glim-de Wit
en kinderen naar Den Helder; mej" H. Ellen-
brock naar Epe; W. Breider en gezin naar
Den Heldermej. P. A. J. Kramer naar Haarlem
mej. M. J. Wagemaker naar Wieringerwaard.
POLITIE.
Gevonden Doublé bril met hoornen randen
beursje, rjjwielplaatje, kinderhandschoen met
bontrandje.
Verloren: een rjjwielplaatje, een zwarte
handschoen, een doublé armband-hojloge.
burgelijke stand.
GEBOREN: Franeiscus Bernardus, z. v. B.
Zwirs eD Ph. P. M. van LoonMaria Catharina
Divera, d. v. J. B Lemmens en C van Diepen
Anna d. v P Keppel en P A van Rijswijk;
Anna Cornelia, d v J R. Bottema en 1. M
Klaaver; Maria Elizabeth.d. v J. C v Groeken
en Ch. J van der PijlAli Tine, d. v Jb. Geerligs
en T. Koster; Johan Rens, z. v. R. Rezelman
en C. P. Mnntjewerf, Jenneke, d. v, A. van der
Stelt en W. Jeeninga.
ONDERTROUWD: F. Hoeve en H. Quist
H. Zweep en M. Daalman
GETROUWD: A. P. Kossen en E. Becht
D. Daalder en A. Diepgrond; C. Verschool
J. C. Esseveld.
OVERLEDEN: Mej, A. Bos. oud 75 j.
en
Hippolytushoef.
Deheer L.C. Kollf
burgemeester
van Wieringen,
herdenkt 10 Jan.
a.s. zijn koperen
ambtsjubileum.
EEN RESPECTABEL GETAL.
}In 1934 zjjn door den brigadier der Rijks-
vèldWacht en de andere alhier gestationneerde
vèldwachters, zoomede door de politie-ambte
naren 'in den Wieringermeerpolder, omstreeks
400 processen-verbaal opgemaakt, waaronder
pl.m. 60 misdrjjven.
.MfKDERGM AUTOBUS OP DEN AFSLUIT
DIJK IN BESLAG GENOMEN.
Gedupeerde vacantiegangers.
Woensdagmiddag is op den afsluitdijk nabjj
;d£ vefkeersbrug te Wieringen wederom een
vol bezette passagiersbus uit Friesland af
komstig en op weg naar Amsterdam in beslag
genomen, wijl de papieren van den bestuurder
niet in orde bleken. De bus behoorde aan de
F[A.B.O., ondern. J. B. v. d. Poll teFraneker.
Die passagiers, allen met bagage beladen
vacantiegangers, die op deze wijze voordeelig
den eigen haard dachten te bereiken, werden
genoodzaakt uit te stappen of mee terug te
rijden naar Friesland. Het resultaat was dat
ajlen uitstapten en op andere vervoergelegen-
,heid naar Amsterdam wachtten. Den onder-
,npmer van dezen z.g. wilden dienst was heden
een val gezet. Op alle mogelijke manieren
.wordt getracht tusschen de mazen van het-
nfet door te glippen en zoo gebeurde het de
jlaïatste dagen dat ledige bussen de Friesche
Marechaussees op den afsluitdijk passeerden
'ii de richting Amsterdam. Later bleek dan
d; it de passagiers met taxi's naar den afsluit-
djk voorbij den mareehausseespost werden
gebracht, waar de bus hen opwachtte en over
nam. Zoo passeerde ook gisterochtend ledig
de thans in heslag genomen bus. De Rjjks-
veldwacht te Den Oever werd telefonisch ge-
wjaarschuwd, hield de, inmiddels volgeladen,
büs aan en leverde haar over aan de per auto
gearriveerde marechaussee.
Deze reed thans den bus zelf naar Friesland
terug, daar 't op den afsluitdijk is gebeurd,
dat de contactsleutel werd ingenomen, terwijl
de listige chauffeur met behulp van een draad
toch contact wist te maken, en, na vertrek
van de politiedienaren, er met den bus van
door ging.
WIERINGERMEERPOLDER.
j Bij beschikking van den minister van wa
terstaat is met 1 Januari aan Ir. A. L. H.
Roebroek eervol ontslag verleend als lid van
de voorlcopige directie van den dienst voor
bet in cultuur brengen van de in den Wierin
germeerpolder drooggevallen gronden, met
dankzegging voor de als zoodanig bewezen
belangrijke diensten.
IjEN BANKBILJET' "VAN j 100.— KW1JT-
j GEKAAKT'.
Op de markt is Maandag een veehouder
eer» bankbiljet van 100 kwijtgeraakt. Tot
heden heeft men vergeefs daarna nasporing
gedaan.
AUTO-ONGEVAL,
Nabij De Coeksdorp is dezer dagen wethou
der Parlevliet een auto-ongeval overkomen,
dat goed is afgeloopen In 't duister bespeur
de hjj plotseling dat een vrachtauto voor hem
stond die geen achterlicht had branden; de
heer P. was toen genoodzaakt, om een botsing
te voorkomen, den auto, dien hjj bestuurde in
de sloot te zetten, 't Ongeval liep goed af; de
auto was alleen een weinig beschadigd.
BE ZAC HTE WINTER.
Toen de heer K dezer dagen een zeer
groote oppervlakte van paddenstoelen van
zijn land wilde verwijderen, kwam hjj bij nader
beschouwing tot de ontdekking, dat het een
plek was geheel bedekt met madeliefjes.
van 31 Dec. 19342 Jan. 1935.
ONDERTROUWD: J. Biersteker en A. Tim
mer. G. Vas en H. J. Felkers A G. Koridon
en G. Molenaar. I. Wiennga en C. H. Boutkan.
BEVALLEN: C. R C. Swait—Visser, z. G.
van Keulen—van Darn z. C. Zits—Rarnlcr, d.
8. J. JongsteRoth, z. M. v. d. GeerSchwei-
kert, d. A. PosthumusRensmaag, z.
OVERLEDEN: J. K. Smeets—'t Hait, 69 j.
Maandagavond hebben we de laatste reis
met het trammetje van Schagen naar Van
Ewycksluis gemaakt De laatste dag van 1934
de laatste dag van „onze" tram. Om 8.22
werd van Schagen vertrokken. Het Bestuur
van de N V Spoor-(tram)weg Wieringen
Schagen maakte ook de reis mee: H K. Kos
ter, voorzitter, C. Wijdenes Spaans, ondervoor
zitter, C. Haringhuizen, secretaris, J Bree-
baart Kz. en F, F. Groneman. De belang
stelling voor deze laatste reis was zóó groot,
dat zelfs een tweede personenwagen moest
worden aangehaakt. Vooral van de zijde der
spoorwegambtenai en en werklieden was de
belangstelling groot. De tram werd gereden
door machinist Zwart en stoker Willekens,
terwijl conducteur C. Smit deze laatste maal
onze kaartjes knipte. Eindelijk klinkt dan een
lang fl tsein en voor de aatste maal zet de
tram zich in beweging in de richting Van
Eycksluis. Spoedig knallen een viertal mist-
bommen op de rails en is de rit begonnen. Als
we zoo de verschillende coupé's eens inspec-
teeren, blijkt dat vele vele compartimenten
zelfs overvol zijn met nieuwsgierigen.
Om 8.55 wordt Van Ewijcksluis bereikt
Overal langs overwegen en bij haltes hebben
zich velen opgesteld om voor dezen keer de
tram het afscheid toe te juichen. Wanneer het
Bestuur der N V. in de wachtkamer is aan
gekomen en ook de heeren Verder en Zaad-
noordijk, respectieveljjk chef en assistent te
Van Ewycksluis, zich bij hen hebben gevoegd,
spreekt de Voorz., de heer Koster, ongeveer
als volgt: „Het is vandaag voor u, heeren
Verver en Zaadnoordijk, wel een zeer eigen
aardige dag, zoowel voor u als voor ons. Nu
de N.V. in liquidatie is, is ook voor u de toe
stand ingetreden, dat u niet langer alhier kunt
werkzaaam zjjn. De Vennootschap heeft ge
meend u een klein bewijs van a." mtie te moe
ten aanbieden. Uit naam van het Bestuur
bied ik u beiden deze kist sigaren aan."
De heer N. Verver zegt hartelijk dank voor
het bewijs van attentie. Hierna is reeds weer
de vertrektijd aangebroken voor „ons" tram
metje. Het Bestuur neemt afscheid van het
personeel te Van Ewycksluis, terwijl ook de
Chef van Schagen, de heer Slot, en de heer
Van Orsel uit Schagen hun collega's de hand
ten afscheid drukken. Vóór het stationnetje
heeft zich Intussehen ongeveer gehéél Van
Ewycksluis verzameld. Eén der aanwezige
vrouwen biedt machinist Zwart een schaal
met oudejaarsoliebollen aan. En dan klinkt om
9.17 het sein tot vertrek. En allen, die aan
wezig zijn, zwaaien de hand tot afscheid.
Maargeen gejuich stijgt op. Even voelen
we den toon van weemoed, die in deze af-
scheidssymphonie te beluisteren valt.
Weer knallen de mistsignalen, weer een
lang gerekt fluitseinde allerlaatste reis
zal door ons trammetje naar Schagen worden
afgelegd. En nu maakt ook in onze coupé zich
een weemoedige stemming van ons meester.
„Het oprichten was veel aardiger,", zegt een
der familieleden van een Bestuurslid. „Toen
was ieder blij, en zal zeker niet gemeend heb-
bfen, dat hij ook de liquidatie zou beleven."
i Als Wieringerwaard wordt bereikt, staan
eén paar honderd menschen ons af te wachten.
Hier worden chef Ypenga en de contractant
C. van Zandwijk door den heer Koster op het
emplacement toegespoken en ook deze beide
heeren ontvangen namens het Bestuur een kist
sigaren. Het gejuich der Wieringerwaarders,
het geknal der mistsignalen, het gegil der
stoomfluit en het gedaver der locomotief
trachten hier in een blijde utvaart te doen ge
looven, maar ook hier voelen we terdege den
weemoedigen ondertoon over het verdwijnen
van „Bello".
In Barsingerhorn ook weer veel belangstel
ling. Burgemeester Loggers komt persoonlijk
in den coupé om het bestuur te condoleeren
met het verlies va hun trammetje. En nu het
laatste traject BarsingerhornSchagen nog
en de laatste rit r volbracht. Om 9.48 rolt de
tram het station Schagen binnen.
Wanneer Bestuur der N.V. en personeel in
Schagen met familieleden zich in de 2e klasse
wachtkamer hebben verzameld, en conducteur
Smit, na het afmaken van zijn „laatste werk"
met zijn vrouw binnentreedt, spreekt de heer
Koster als volgt:
Dames en Heeren. Het is zeer zeker wel een
bijzondere gelegenheid, die ons heden samen
brengt. Het lijkt geen begraimis, want hier
heerscht een -ngwekte geest. Wat heeft het
de Comm. van voorbereiding, nu ruim 22 jaar
geleden, een moeite gekost, deze lijn tot
stand te brengen. En dat al dat werk na 22
jaar reeds te niet zal worden gedaan, dat
stemt ons weemoedig. Ik wil echter bij deze
gelegenheid herinneren aan het personeel op
deze lijn, wier welwillendheid overal en door
ieder geroemd werd. Hiervoor dank ik dat
personeel namens di Vennootschap. En üan
doet het ons een bijzonder genoegen, dat Smit
als conducteur dezen laatsten tocht leidde. Als
bewijs van onzen dank voor je groote welwil
lendheid bied ik je deze kist sigaren aan.
De heer C. Smit spreekt woorden van dank.
„Het duurt geen uur meer," zegt hij, „dan
zal ik na 36-jarigen dienst geen uniform meer
dragen. Het doet me evenwel groot plezier,
dat ik altijd zoo met 't overig personeel en pu
bliek heb kunnen meeleven. Dit is weer een
mijlpaal in mijn leven. Ik dank u voor de tot
mij gesproken woorden." Ook mevrouw Smit
dankt voor wat men haar en haar man toe-
wenseht.
Hierna neemt de chef van Schagen, de heer
Slot nog het woord, om afscheid te nemen
van conducteur Smit. „Dit is reeds een 2de
mijlpaal voor jou, Smit", zegt hij. „Je hebt
eerst je 25-jarigen diensttijd gevierd. Nu heli
je een briefje gekregen, dat je met pensioen
kunt gaan. Maar je kameraden hebben ge
meend, dat we je maar niet zóó mochten laten
gaan. We hebben een rooktafel voor je ge
kocht en we hopen allemaal, dat je bij j©
vrouw thuis hieraan nog menig sigaartje en
pijpje zal rooken." Gelijkertijd ontvangt me
vrouw Smit een bouquet.
Mevr. Smit dankt bewogen voor d, bewijs
van kameraadschap. Ook de heer Smit dankt
chef Slot voor het mooie cadeau. Hij doet dat,
zooals Smit altijd is geweest, met een kwink
slag en een ernstig woord. Maar zelfs de
kwinkslag van Smit belet niet, dat de aan
wezigen de tragiek van het oogenblik door
voelen.
Laat ons besluiten met de beste wen
schen voor onzen conducteur Smit en de hoop
uitspreken, dat een nieuw reismiddel in deze
streken in staat zal blijken de oude, getrouw©
tram, waaraan we steeds goede herinneringea
zullen bewaren, op goede wijze te vervangen.
Een kijkje tijdens het vertrek van den laatsten trein
uit Schagen, hetgeen met eenig ceremonieel gepaard ging.
NEDERLANDSCHE VEEHOUDERIJ
CENTRALE.
De Nederlandsche Veehouderijcentrale
maakt hekend, dat in de week van 20 tot 26
Januari 1935 op de onderstaande plaatsen ge
legenheid zal worden gegeven runderen in de
gevraagde soorten aan te bieden.
Maandag 21 Januari. Alkmaar, 8—10 uur
v.m., bij de doorbraak.
Dinsdag 22 Januari. Pui-merend, 810 v.m..
veemarkt.
Donderdag 24 Januari. Schagen, 8—10 uur
v.m., veemarkt.
Plij zen en voorwaarden als vorige week
De aangiftekaarten, welke verkrijgbaar zijn
bij de districtssecretarissen der Gewestelijke
Landbouw-Crisis-Organisaties, moeten vóór
Zaterdag 12 lanuari 1935 zijn ingezonden bij
de Gewestelijke Landbouw-Crisis-Organisaties
waaronder de betrokken veehouders ressortee-
ren. In verband met het geringe aanbod van
vee op de Zeeuwsche levcringsplaatsen, zullen
de aangiftekaarten voor levering op die plaat
sen mogen werden ingezonden tot Dinsdaa 15
Januari 1935.
Het wetsontwerp van de baan?
Naar de Tel. heeft vernomen, zou het ont
werp tot wijziging van de vleeschkeuringswet
het zoo goed als zeker niet brengen tot een
openbare behandeling in de Tweede Kamer.
Minister Slotemaker de Bruine zou door do
critiek, welke sedert de indiening van het ont
werp is losgekomen, overtuigd z(jn dat het
doel, hetwelk hg zich voorstelde te bereiken,
n.1. verlichting van de lasten der slagers, door
de ontworpen wijziging der Vleeschkeurings
wet niet zal worden bereikt.
Van gezaghebbedde zijde wordt aan de Nw.
Rott. Crt. in verband met het bovenstaand©
medegedeeld, dat dit bericht vooralsnog als
voorbarig beschouwd moet worden.
MELK.
De Crisis-Zuivel-Centrale maakt bekend,
dat voor de periode van 6 Januari tot en met
12 Januari de prijs voor het taxegedeelte van
consumptiemelk, gekocht op regeerlngscon-
tract, is bepaald op 6'a cent per liter, niet
dien verstande, dat voor melk van de eerst©