Buitenlandsch Overzicht PUROLS leder pak HONIG'S VERMICELLI honig GRATIS NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA U aeb georani No. 7537 EERSTE BLAD DINSDAG 8 JANUARI 1935 63ste JAARGANG verzacht- geneest. Onvriendelijke uitlatingen van Hitier over Frankrijk. De Volksstemming in het Saargebied. Naden moord te Marseille DE MOORD OP DE KEIZERSGRACHT Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65; binnenland f 2. Nederi. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10. idem per mail en overige landen f 3.20. Losse nos. 4 ct.; fr. p. p. 6 ct. Weekabonnementen 12 ct. Zondagsblad resp. f 0.50, f 0.70, f 0.70, f 1.Modeblad resp. 1.20, f 1.50, f 1.50, f 1.70. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag Redacteur: P. C. DE BOER Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. ADVERTENTIËN: 20 ct per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele prys. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling 10 ct. per regel, minimum 40 ct.; bij niet-contante betaling 15 ct. per regel, minimum 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder nummer: 10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct Een accoord bereikt tusschen Italië en Frankrijk.De onbloedige revolutie in Amerika. - Begint Hitler's positie te wankelen? Hoe zal de uitslag zijn van de stemming in het Saargebied. Een accoord tusschen Frankrijk en Italië. Het bezoek van den Franschen minister van buitenlandsche zaken, Laval, aan Mussolini, schijnt niet onvrucht baar te zijn geweest. Het eindresultaat is nog wel niet bekend, omdat de besprekingen nog voortduren, maar uit A% berichten, die over de besprekingen over de grens gekomen zijn blijkt, dat althans iets bereikt is. Havas meldde, dat het onderhoud over alle Europeesche diplomatieke problemen heeft geloopen en dat het van een tamelijk alge meen karakter was. De conventies over de stabiliteit van Cen- traal-Europa zullen niet terstond na de para feering gepubliceerd worden, maar eerst ter stond nadat de instemming van de direct be langhebbenden, met inbegrip van Roemenië en Polen, verkregen zal zijn. Desniettemin zou er een communiqué gepubliceerd worden, waarin geconstateerd wordt, dat een overeen komst tusschen Italië en Frankrijk is bereikt omtrent de essentieele lijnen van een gemeen schappelijke politiek, gebaseerd op het weder- keerig begrip van de collectieve belangen, welke de beide landen in Europa hebben. Reuter vulde dit op zijn beurt weer aan met de mededeeling, dat ten aanzien van een pact voor Centraal Europa overeen stemming bereikt was en dit accoord was medegedeeld aan de Duitsche regeering Het is een consultatief accoord tusschen Frankrijk en Italië, krachtens hetwelk de beide landen elkaar zullen raadplegen in geval inbreuk gemaakt wordt op de onaf hankelijkheid van Oostenrijk en behelst verder de aanbeveling, dat het verdrag van niet-inmenging zal worden onder teekend door alle grenslanden van Oosten rijk, met inbegrip van Duitschland. Duitschland is echter nog niet uitgenoo- om deel te nemen. Ook beveelt het ac coord aan, een dergelijke uitnoodiging te richten tot Polen en Roemenië. Het pact behelst, dat de onderteekenaars zich zul len onthouden van inmenging in elkanders binnenlandsche aangelegenheden, geen intiatief zullen nemen tot welke daad van agressie ook en in het geheel geen terro ristische activiteit zullen dulden. Roosevelt. Over de prestaties van den Amerikaan- schen president, Roose velt, verwondert zich de wereld. Men had nooit gedacht, dat in het in vele opzichten zoo conservatieve Amerika, dergelijke experi menten mogelijk waren, zonder hevig verzet. Zaterdag hebben wij een uittreksel gegeven van de Nieuwjaarsboodschap van den pre sident. De Nw. Rott. Crt. schrijft daarover en over het optreden van Roosevelt o.m.: Dat er geen omverwerping van constitutio- neele vormen noodig is voor een revolutie, is Roosevelt bezig te bewijzen. „Duur, - uitslag en waarlijk revolutionnair kaarkter van zijn omwenteling zijn dan ook weinig gewaar borgd", zullen op het oogenblik velen zeg gen die meenen, dat alles eerst terecht kan komen als men aan volmaakt onervarenen een noch door tijd, noch door constitutioneele bepalingen beperkte macht verleent. De op merking is op zich zelf juist, maar zij geldt precies evenzeer voor de echte revoluties, die evenmin hun eigen verloop kunnen bepalen, en hun bedding aangewezen vinden door dezelfde oeconomische wetten, waaraan men nergens ter wereld kan ontsnappen zelfs op de Galapagoseilanden niet. Het voordeel van de voorzichtiger Amerikaansche methode is, dat men niet met de ruggegraat van den staat experimenteert, zooals niet het ge raamte hoeft aangetast te zijn, als h^t expe riment misloopt. Men ziet nu in Amerika een leerzaam tafe reel. Aan de rechten der constitutioneele in- aan gegevens aan mededeelingen armelijke berichten over het gebeurde, dat iedereen, zelfs de ervarenste vreemde correspondenten te Berlijn, schijnt te hebben verward, vinden President ROOSEVELT. stellingen is niets veranderd. De constitutio neele lichamen doen echter al hun best, zich zooveel mogelijk naar de behoeften van het beleid van den president te plooien. Over de boodschap van Roosevelt schrjjft het blad o.m. Roosevelt heeft maatregelen aangekondigd die een gematigd leider van de Britsche La- bourparty niet licht op een kiezersvergade ring als de eerste taak voor een nieuw ka binet van zijn partij zou durven aankondigen. Wij zullen meer bijzonderheden over dit in vogelvlucht geschetste Utopia moeten verne men, voor wij in een nadere beschouwing kunnen treden. Is de positie van Hit- Ier aan het wankelen? Er is in Duitschland een verandering waar te ne men en de geheimzin nige leidersvergadering, die de vorige week Donderdag te Berlijn heeft plaats gehad, wijst er op, dat niet alles koek en ei is by onze Osterburen. Het rechte van de zaak komen we natuurlijk niet te weten, doch de voorzorgsmaatregelen, die men ge nomen had, geep vliegtuigen boven Berlijn en de formaties langs den weg, rug aan rug, geeft te denken. De Nw. Rott. Crt. schreef er Zaterdag avond o.m. over: In de vele uitvoerige, maar door gebrek Rijkskanseuer mctei. wij een punt, dat ons meer dan al het ande re getroffen heeft. In tal van beschrijvingen vinden wij het terug. Het is de stilte in de menigte toeschouwers. Over het getal armen, dat omhoog ging over de beperktheid er van zijn de berichten het weer eens loo- pen de mededeelingen uiteen, niet echter over die stilte. Die stilte voelen wij, zelfs op een afstand en achteraf, als beangstigend. De nationaal-socialisten hebben het altijd geweten: Slechts golven van geestdrift kun nen hun beweging dragen, onverschillig hoe die golven worden opgewekt. Alleen in den gloed van steeds door laaiende en storm achtig geuite gevoelens kan het nationaal- socialisme gedijen. Het moet, zooals het bosjewisme, de menigte onophoudelijk gele genheid tot betoogen geven. Uit dit oogpunt moet men heel veel beoor- deelen, dat ons anders overbodig, theatraal tot in het onwaardige lijkt. De geestdrift moet gaande worden gehouden, al moet het volk ertoe worden opgezweept. Alleen in de groote suggestie der menigte, waartoe ge juich het machtigste middel is, kunnen vrees en twijfel verdrinken. Het delirium van de menigte is de levensavond van den volks tribuun. Nooit is daarvoor meesterlijker gezorgd, dan in het tegenwoordige Duitschland. Wat ook geschokt kan worden van het aanzien der paladijnen, Hilter's verschijnen maakte het volk uitzinnig van gejuich. Hitier, de volkstribuun, de autocraat, is dan, naar van vele kanten is gemeld, door een terughoudende, zwijgende of bijna zwij gende menigte gereden. Langs den weg de Janus-achtig geschaarde bewaking; boven hem het luchtruim „abgesperrt". En om hem heen de luguberste stilte die er willicht ter wereld bestaat: De stilte rondom het ab solute staatshoofd, dat slechts als afgod der meningte blijvend kan bestaan, en dat slechts in den roes van het gejuich kan tieren. :tmt TïfyJuuxiïinanktu/goed» N Hoe zal de Saarstemming uitvallen Het Zwitsersche blad Der Bund, merkt op dat te Genève de algemeens opvatting heerscht, dat op den uitslag de? volksstemming in het Saargebied, nog geen peil is te trekken. Des kundige waarnemers zijn overtuigd, dat een groot deel van de kiesgerechtigden het met zichzelf nog niet eens is en pas vlak voor* den gang naar de stembus zal beslissen. Niettemin heeft te Genève de meening postgevat dat in het gebied op den '^aker- oever van de Saar eerder een meerderheid voor het behoud van de status quo tot stand zal komen, dan op den rechteroever der ri vier. Ter toelichting van deze meening voert men aan dat het Noorden van het gebied op den linkeroever beheerscht wordt door de stad Saarlouis, die als de hoofdzetel van de autonomistische beweging te beschouwen is. In het Zuiden Ugt het z.g. Kreutzwald met de Warndtmijnen, waarop Frankrijk krachtens het accoord van Rome een hypotheek heeft gekregen in den vorm van het recht om in den loop van enkele jaren 5 millioen ton ko len uit te delven, ook ingeval het geheele Saargebied naar Duitschland terugkeert. De schachten dezer mijnen liggen op Fransch gebied, de kolenlagen zelf op Saarlandsch gebied. Men is derhalve reeds thans te Genève aan het bespiegelen of de Volkenbondsraad een sterke minderheid of zelf een meerderheid, voor den status quo in dat gedeelte van het Saargebied onder zijn eigen soevereiniteit zou houden en de rest aan Duitschland zou terug geven. Door een zoodanige deeling zouden naar men hier meent een heele reeks moeilijke problemen een vlugge en bevredi gende oplossing kunnen erlangen. In de eerste plaats de vraag van de onder- dakbrenging van de Joden, de emigranten, enz. Om die reden alleen zou het Genève voldoenig schenken als er tusschen de rivier de Saar en de Fransche grens een klein ter ritoir zou worden afgebakend, waar deze lie den opgenomen konden worden. Men hoort ook reeds voorstellen hoe zulk een kleine staat die misschien niet minder dan 100.000 inwoners zou tellen, levensvatbaar gemaakt zou kunnen worden. Als voorbeeld wordt het zoneregiem bij Genève aangehaald, maar voorhands heeft nog geen lid van den raad over deeling of niet-deeling gesproken en hoé het resultaat van de stemming geïnterpre teerd zal worden hangt volkomen van de be slissing van den raad af. De Zuidpooi-expeditie van Ellsworth. Lincoln Ellsworth, de Amerikaansche Poolreiziger, die op het oogenblik een onderzoekingstocht maakt per vliegtuig. Warner Krauss, een der grootste tooneelspelers van onzen tijd. Hij vervult de rol van Napoleon in de film, die gemaakt is naar het stuk van Mussolini, „De honderd dagen". Op het oogenblik viert hij groote successen te Berlijn als Koning Lear. Uit 1929 en 1931. Das Neue Tagebuch, het tijdschrift van Leopold Schwarzschild, publiceerd in -zijn af levering van Januari enkele uittreksels uit artikelen van Hitier over Frankrijk. Deze artikelen, welke ook de Parijsche Temps ci teert, zijn uit de jaren 19291931, dus ver scheidene jaren na de eerste editie van „Mein Kampf". Zoo schrijft Hitier in no. 57 van de Völ- kische Beobachter van 1929: „Zoolang een Franschman een Duitsch staatsman vriend schappelijk de hand drukt, is deze Fransche hand doodelijk voor Duitschland. Het Duit sche volk zal de achting der wereld pas het- krijgen als Frankrijk in een Duitsch staats man de verpersoonlijking van den haat zal zien". In no. 186 van de Angriff van 1931 merkt Hitier op: „Duitschland en Frankrijk zyn iy> slot van rekening op elk gebied tegengestelde polen. Ze samen te willen brengen is »en illusie, waarvan slechts zij, die niet in staat zijn booze bedoelingen onder hun dekmantel te onderkennen, de dupe zullen zijn. Met Frankrijk zal Duitschland nooit een politiek van vriendschap kunnen voeren. Wij willen niet geprezen worden door onzen Franschen buurman, die een canaille is. De Franschman is werkelijk de Mephisto van de menschheid". DE BELASTING OP DE KINDERLOOZE GEZINNEN IN BELGIE. En op de vrijgezellen. In verband met het door den minister van Financiën gekoesterde inzicht de gezin nen zonder kinderen en de meerderjarige vrijgezellen speciaal te belasten wordt thans medegedeeld, dat deze belasting zou neer komen op een verhooging met ongeveer 20 pet. van de thans reeds door deze categorieën van burgers betaalde belastingen en taxes. Als kinderlooze gezinnen zouden dieg beschouwd worden waarvan de echtgeno 30jaar oud is en die sedert ten minste twee jaar gehuwd zijn. Propaganda van over de grens. Op den avond voor de stemming zullen, naar een telegram uit Trier meldt, in den Rijks-Duitschen grensgordel op de bergen groote vuren ontstoken worden, als groet aan de Duitschers in het Saargebied. Voordien zullen gedurende een uur de klokken geluid worden, terwyl de bevolking byeen zal komen voor het zingen van liederen van nationale wijding en van het Saargebied. Vergaderingsverbod. Na 10 dezer zullen alle openbare en besloten vergaderingen op plaatsen, die gewoonlijk voor het publiek open staan, verboden zijn. De uitlevering van dr. Artoekowitsj bevat ter kennismaking een bouillonblokje Naar uit Belgrado wordt gemeld, heef t men daar van de Fransche autoriteiten bericht ontvangen, dat zij dr. Artoekowitsj, die kort na den aanslag van Marseille in Dieppe is aangehouden, aan Zuidslavië zullen uitleveren en dat hiertoe reeds alles is voorbereid. Dr. Artoekowitsj speelde een belangrijke rol bij den opstand, die in 1932 door Pawelitsj en Persjets in de zoogenaamde Lika het noordelijk kustgebied van Kroatië op touw werd gezet. Hij werd in Weenen aangehouden ten huize van den man, die Oreb en zijn kameraden, toen zij einde 1933 een aanslag op koning Alexander wilden plegen, bij Klagen- furt over de grens geholpen had. Bij den heer des huizes vond men een klein arsenaal van zes bommen en vijf kilo strychnine. Artoeko witsj zelf bleek in het bezit van twee Hongaar- sche passen: een op zijn eigen naam, maar met onware gegevens aangaande nationaliteit en geboorteplaats, en een anderen "op naam van David Arnaut. Den eersten kreeg hij terug, toen hy over de Oostenrijksche grens werd gezet, en zijn huisheer voor zes maanden de gevangenis inging. Dat was in Mei 1934. Hjj verdween uit Hongarije zoodra het onderzoek inzake Marseille begon. Hij werd, zooals ge zegd, 19 December te Dieppe aangehouden. RADIUM ALS BETALING VOOR OORLOGSSCHULDEN. Naar het Hbld. verneemt, heeft de Ameri kaansche regeering België toegestaan zijn oorlogsschulden met radium af te lossen. Naar men weet, is Belgisch Kongo vrijwel het eeni- ge productiegebied van dit kostbare product. Indien wij ons niet vergissen, is het plan om de schulden aap Amerika in radium te beta len uitgegaan van den heer Francqui, die des tijds nog geen minister was en die op zijn jongste reis naar de Ver. Staten een desbe treffend voorstel aan de Amerikaansche re geering heeft overgebracht. FOTOGRAFEEREN ALS SPIONNAGE- GEVAAR. De voorzitter van de Vlootcommissie in den Senaat, heeft een wetsontwerp ingediend waarbij het fotografeeren van Amerikaansche oorlogsschepen en van marine- of militaire versterkingen wordt verboden en overtreders gestraft kunnen worden met een boeten van duizend dollar. Tot nog toe bestaat geen wet telijke bepaling waarop een vervolging van personen die op dezen grond van spionnage verdacht worden gebaseerd kan worden. Feuilleton. Amsterdamsche detectiveroman 8 „Misschien," antwoordde deze, „en mis schien niet." ,De dief boezemt me minder belang in, maar de moordenaar van m(jn trouwen huis knecht moet u vinden, heeren!" riep de ban kier uit. „Weet u zeker dat er niemand anders van uw personeel in huis was?" vroeg de detec tive. Absoluut zeker. Al ons personeel is in Baarn. Ik heb nu spijt als haren op mijn hoofd dat ik Hein ook niet heb meegenomen. Maar hij bleef zelf liever in het huis, waar hy bijna zijn heele leven gesleten heeft. Bo vendien was hij een vertrouwd man, en het collier dat in de brandkast lag, achtte ik er veilig zoolang de oude Hendrik in de buurt bleef. Een dwaze opvatting natuurlijk, dat geef ik onmiddellijk toe, maar de brandkast Is een zeer goed merk." „De brandkast," viel Middernacht hem in le rede, „kon gemakkelijk geopend worden leor den eersten den besten handigen inbre ker. Enneuw huisgenooten, meneer Hee- ringa, waren allen in Baarn?" „Natuurlijk." Bent u er ...h'm... heel zeker van, dat jeen hunner gisterennacht uw villa heeft ver aten?" „Wat is dat voor een malle vraag?" „Mal of niet, zij moet beantwoord worden, meneer Heeringa. Wij moeten de zaak van alle kantes bekijken, begrijpt u, van alle kan ten." „Dat ben ik met u eens. En zij die een ali bi hebben, vallen buiten verdenking. Dat is uw gedachtengang nietwaar?" „Precies." „H'm... daar kan ik niets tegen inbrengen. Ik was gisteren om even voor zessen in Baarn; wij dineeren om zeven uur, mijn dochter Annie, haar verloofde, de heer Dor sten, en mijn zoon Jan. Na het eten trok ik mij terug in mijn eigen kamer, dat is zoo mijn gewoonte. Annie hoorde ik wat piano spelen, om negen uur ongeveer, nam van Dorsten afscheid. Mijn zoon, die kwajongen had ik inmiddels hooren weggaan. Zelf was ik niet erg lekker ik was bar vermoeid ik ging wat later op mijn divan liggen, en sukkelde in slaap. Om half twaalf werd ik wakker, nam een paar aspirines en ging naar bed." „Uw dochter had zich inmiddels ook terug getrokken?" „Natuurlijk." De detective glimlachte, en dacht er het zijne van. „En uw zoon Jan?" „Dien zal ik onderhanden nemen. Kaart spelen, zijn tyd verdoen en whisky-soda drin ken, dat is al wat hij kan. Hij loopt ook een tooneelspeelster achterna. Van dien jongen heb ik weinig plezier." „Hoe heet de dame?" „Ida Basquette. Ze kost hem een hoop geld maar als hij niet naar goede woorden wil luisteren, zullen we hem anders moeten aan pakken." „H'm... Ida Basquette. Zij is eigenlijk geen tooneelspeelster, maar een soubrette. Zingt liedjes in revues. Ik ken haar. Niet veel stem, en in 't geheel geen artiste. Maar ze is mooi, al is ze niet jong meer." „En vermoedelijk gevaarlijk, meneer Ray?" „Kan wel zyn. En wanneer zag u uw zoon weer?" „Dat wilde ik u juist zeggen. Hij kwam voor twaalven thuis, tegen meneer's gewoon te..." „Wat zegt u? Voor twaalven thuis??!!" „Ja, u bent net zoo verbaasd als ik giste renavond. Ik was te moe om hem een en an der aan zijn verstand te brengen op dat uur." „Heeft u uw zoon gezien, gisterenavond voor twaalf uur?" „Neen, maar ik hoorde zijn stem." Middernacht zei niets, maar van twee din gen was hy zeker, de bankier vertelde hem een leugen, of de jonge Heeringa kon too- veren. Om kwart voor twaalf op de Keizers gracht, en voor twaalf in Baarn: dat was een prestatie waartoe geen enkele auto op den Muiderstraatweg met zijn bochten en bruggen in staat was. Maar na eenig inden ken kwam de detective tot de conclusie, dat de slaperige bankier, zich een uur op zyn horloge verkeken had, of dat hij de stem van een ander voor die van zijn zoon had gehou den. „Waar is uw zoon op het oogenblik?" „Ik kan het u niet precies zeggen. Toen ik van huis ging, sliep hij nog. De jongen is bedorven, dat geef ik toe. Hij zal wel wat in den omtrek zijn gaan rijden met zijn wagen. Dat doet hij wel meer na het ontbijt." „Ik zou hem graag een paar vragen willen stellen." „Wat zou hy u kunnen vertellen?" „Wie zal het zeggen? Hij kende in ieder geval al de eigenaardighede" van den ouden Hendrik." „Dat wel. Maar och..." Op dit oogenblik klonken in de gang stem men. „Daar is die aap van een jongen!" riep de bankier. „En als ik het wel heb, heeft hij zijn zuster bij zich." Hij liep naar de deur, en ging de jongelui tegemoet. „Wat is er gebeurd, vader?" hoorden Mid dernacht en de inspecteur een hooge stem vragen. „In het ochtendblad staan onder het laatste nieuws een paar regels dat Hendrik vermoord is, en dat uw brandkast is leeg gehaald. Ik reed onmiddellijk met Annie hier naar toe. Ik was laat op, en Annie ook, ziet u Vader, zoon en dochter kwamen naar de kamer waar de detective zich bevond. „Meneer Ray, mag ik u even voorstellen, mijn dochter Annie, mijn zoon Jan..." De detective wist niet of hy waakte of droomde. Hij staarde het tweetal aan alsof hy geestverschijningen zag, hy boog beleefd, zocht naar woorden, en stamelde: „Uw zoon... uw dochter...? Middernacht's verbouwereerdheid was maar al te begrijpelijk; de jonge man dien hij voor zich zag, was niet dezelfde dien hy den vo- rigen nacht had gesproken, en het meisje was een geheel ander dan dat hy in de auto had geholpen... de moord op Hendrik Bos man bleek den detective een gecompliceerder geval dan hij oorspronkelijk had vermoed. .Wenscht u hen nog vragen te stellen?" vroeg de heer Heeringa, en weer kwam het Middernacht voor alsof hy 'n spottenden toon hoorde in de stem van den bankier. „Dank u, voor het oogenblik niet, maar later hoop ik de eer te hebben. Later, begrijpt u, later!" En het gezelschap den rug toedraaiend, wandelde hy het huis uit. VIJFDE HOOFDSTUK. Een arrestatie. Middernacht had al voor heel wat verras singen gestaan in zijn leven, maar ditmaal scheen hy nergens meer houvast aan te heb ben. Als de jongeman en de jonge dame, die hy den vorigen nacht ontmoet had, niet de kinderen waren van den bankier, wie waren ze dan wel? En wat wisten zrj van den moord op den ouden man? Welke rol speelde de bankier zelf; had hy wel alles verteld wat hij wist of precies wat hy kwyt wilde zijn? De dectective vermoedde het laatste. Zij® in stinct zei hem dat de heer Heeringa wel meer kon vertellen, als hem dat in zijn kraam te pas kwam, en zijn spontaan bezoek aan Middernacht kon zeer wel een maatre gel zijn, die niet anders ten doel had dan zijn motieven te bedekken. Dan was er de beruchte inbreker, Dolle Bult, die dien nacht in de buurt had gezworven en die de detective had er zijn leven onder durven ver wedden meer van de zaak afwist. Dit alles overdacht de speurhond, terwijl hij lang zaam over de gracht liep, en de feiten waar aan hij zich te houden had, groepeerde en aan aan elkander toetste zonder dat hij er veel verder mee kwam. Eén troefkaart echter zij het een klei ne hield de detective in handen: hij had Dolle Bult gezien, doch deze hem niet, zoo dat de inbreker misschien de noodige voor zichtigheid uit het oog zou verliezen: wie zich veilig waant, is roekeloos, een omstan digheid die al menig misdadiger achter de tralies heeft geholpen. Maar de detèctive onderschatte Dolle Bults geslepenheid. De man scheen als van de aarde weggevaagd, en de volgende dagen zwierf Middernacht tevergeefs in vermomming door de Zeedijk- buurt, in de danshuizen, kroegjes en tingel tangels die daar by dozijnen te vinden z.jn, om een spoor van den inbreker te ontdek ken. Den derden dag echter, kreeg hy een in lichting omtrent de verblijfplaats van den Dolle een vrouw, Alie Patsie noemde men haar, fluisterde den detective in het oor wat hy weten wilde en van geen enkelen jongen van de vlakte, geen enkelen jutter of sou teneur van donker Amsterdam, te weten had kunnen komen, met welk een onschuldig ge zicht, en onder welk voorwendsel ook, hij zijn voelhorens had uitgestoken. „Bedrogen in de liefde?" vroeg Midder nacht. „Het zyn jouw zaken niet, wat ik tegen hem heb", gaf de meid ten antwoord en de detective keerde haar schouderophalend den rug toe. Drie uur later, het was op een Donderdag avond, even over twaalven, stond Midder nacht voor een smal oud huis op de Achter burgwal. Eeuwen geleden hadden hier ge goede kooplui gewoond, die hun schepen uit zonden over de verre zeeën, later was er een haringpakhuis in het perceel gevestigd ge weest, roode gordijnen, waar beschilderde, zwaarlijvige vrouwen achter lonkten, hadden er ook voor de ruiten gehangen, maar het smalle, vervallen huis was misschien meer nog om de bestemming die men er aan ge geven had, dan om zyn bouwvalligheid, on bewoonbaar verklaard, en somber en verla ten stond het daar op den burgwal, als een eenzelvige ruine in dat stadsdeel, waar de zonde altijd herberg kan vinden. Als een schim gleed de detective de stoep op, en onderzocht het slot van de deur. ..Een stevig slot en een stevige deur voor een on bewoonbaar huis." mompelde hij, „Maar wat moet dat ruitje daar?" (Wordt vervolgd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 1