luute
AtUdt
Onze tweede reis naar de mariniers en
naar de stembus van Saarbrücken
Callantsoog.
Anna Paulowna.
Wieringen.
Schagen.
Texel.
HELDERSGHE COURANT VAN DONDERDAG 10 JANUARI 1935
Uit het politie-rapport.
Algemeene vergadering Holl.
Maatschappij van landbouw.
R\Jwiel gestolen.
Door een persoon werd aangifte gedaan van
"vermissing van zijn rijwiel, dat hij eenige
•"Ogenblikken onbeheerd voor een winkel in
de Spoorstraat had laten staan.
CORRESPONDENTIE.
H. K. en J. K. U komt wat laat met uw
klacht over een ongeluk, dat bijna een maand
geleden is gebeurd, bovendien is het schrijven
van te persoonlijken aard en daardoor ook niet
voor plaatsing geschikt.
Red. Held. Crt.
t Is een long way naar Saarbrücken. Het
Fransche Metz. De geheime Fransche politie
voor onzen coupé. - Saarland komt nader en
in den trein wordt het stiller.
In den trein naar Saarland.
't Is toch even een verademing geweest,
den tijd, dien ik in Den Helder heb doorge
bracht!
Nu zijn wij weer van Den Helder vertrokken
en lijdt de U-trein ons met donderend geweld
over de rails f n den Belgischen spoorweg.
't Reizen in België is niet alleen een stuk
goedkooper dan in Holland, maar ook zijn de
meeste Belgische wagens heel wat gerieflijker
ingericht dan de Hollandsehe en niet alleeen
in den D-trein! Zelfs in de z.g. wi kraans-
treinen zijn keurige closets en niet zulke $ieze,
door den heelen wagon stank verspreidende
closets zonder water, als de meeste wa
gons 3e klasse in Holland hebben.
In België schijnt de werkloosheid ook
schrikbarende afmetingen te hebben aangeno
men. Overal, waar de trein doorjaagt, zie je
de fabrieken stilliggen, geen rookwolkje
zweeft boven Ie groote fabrieksschoorsteenen.
De uitkeering, die de werkloozen krijgen, is
ook al leel laag.
Van de grens naar Antwerpen had ik een
werkmanstreinZe zaten daar allemaal te
mopperen, ïat zij bijna niets verdienden.
"Werkeloozen nadden 't heel wat makkelijker!
Voor die paar f ranken minder hadden ze zich
niet krom te sjouwen.
Krijgen de werkloozen dan zooveel per
week, vraag ik.
i Ah wel, zulle! Die krijgen wel 100 fran
ken en dat is *och zeker schoon!
Honderd frank ir 7 Hollandsehe guldens per
week. Ik geloof niet, dat een Hollander het
daarmee zou kiaren. 100 francs is al hitter
weinig
't Is trouwens geen maatstaf, want in Bel
gië is het eten en de huur veel goedkooper
dan in Neaerland, men kan er veel meer met
zijn geld doen.
Ook in België woedt de crisis fel. De café's
en de estamipnts, die in jaren van welvaart
's avonds overvol plegen te zitten, met vroo-
lijke Belgen, zijn nu als uitgestorven.
Heel wat landen moet de trein doorjakkeren,
voor we in Saarbrücken zijn. Nederland, Bel
gië, Luxemburg, Frankrijk en dan 't Saarge-
bied.
Een lekker tukkie pakken in den trein kun
je niet, want bij iedere grens komt steeds een
gendarme en vraagt om de passen. Is die ver
dwenen en zit je weer rustig te pennen, dan
komt een douanier je storen en kijkt-ie de
koffers na.
Zelfs in 't kleine Luxemburg laten ze me
niet met ru3i. Nauwelijks zijn we de Luxem-
burgsche grens over of een vriend lijk oud
mannetje, met een rood-wit-blauwen band om
zijn irm, komt den wagen binnen. Hij heeft
een schippersbaard aan zijn kin.
Goeden c'.ag, zeg ik, niet betei denkende
of een nationaal voelende Nederlandsche schip
per staat tegenover me.
Maar de man met de rood-wit-blauwe vlag
orn zijn arm -egt heel ernstig in 't Fransch,
dat hij mijn koffer wil visiteeren en even
later komt er een Luxemburgsche soldaat mijn
pas nakijken.
Ergens in de verte waait een rood-wit-blau-
we vlag van een Doerenhuis.
C'est le drapeau hollandais, dat is de
Hollandsehe vlag, rood, wit en blauw, zeg ik
tegen den Luxcmburgschen soldaat.
Ce n'est pas le drapeau hollandais, her
neemt de soldaat 't Is heeleinaal niet de Hol
landsehe vlag. 't Is de Luxemburgsche!
Ineens snap ik 't. Hij heeft gelijk en ik ook.
Onze koningen waren tevens Groot-Hertog
van Luxemburg, vandaar die rood-wit-blauwe
band om den arm van den douanier en de
vlag.
Die hoererij vlagt vandaag, omdat ze
daar een bruiloft vieren, boer Thijssén is 25
jaar getrouwd, vertelt de soldaat.
Luxemburg lijkt erg klein, erg knus en ook
een gezellig landje te zijn. De krijgsman ver
telt me verder, dat 't heele leger uit 250 sol
daten en 5 officier u bestaat, en dat er nooit
herrie is, en dat, o, groote uitzondering,
Luxemburg reuze goed in de spijkers zit, dat
zijn leeningen ver boven pari in 't buitenland
staan en dat dit allemaal komt, omdat ze,
toen 't vetpot, hoogconjunctuur was, den boel
niet hebben frisch gemaakt, maar een appeltje
voor den dorst hebben weggelegd. Wij zijn
nog lang niet afgebrand, zegt de soldaat, maar
we doen niet dik van andermans centen!
Heel eenvoudig, zonder glinsterende knoo-
pen en lakensche uniformen, loopen de Luxem
burgsche conducteurs langs den trein. Even
ben ik de stad Luxemburg in gewipt. Typisch,
die vele Hollandsehe namen op de ramen:
v. d. Eert en Peereboom en Thijssen.
Dan komen we in Frankrijk. Opnieuw
douane! Een heeft er een hark bij zich, waar
mee hij onder de banken naar sigaren harkt.
Weer passen en dan kom ik bij Metz
Hier moet ik „umsteigeren", pardon, dat
moest ik 15 jaar geleden, nu moet changer.
't Typische is, uat Metz, voor 15 jaar ge
leden een absoluut Duitsche stad, volmaakt
verfranscht is. 15 jaar geleden zag je hier
niets anders dan soldaten met pichelhauben,
Duitsche snorrebaarden en nu, op de hoeken
de stratenFransche naamborden. Kinde
ren, mannen en vrouwen loopen vroolijken te
parlevoezen. Winkels la Paris. Niets, abso
luut niets, herinnert hiei meer aan Germania.
Fransche soldaten met lichtblauwe jassen en
alpines op 't hoofd, flaneeren door de straten.
Metz is wel een soldatenstad gebleven, Metz
heeft wel zijn kazernes, maarvoor Fran
sche soldaten.
Die soldatten in de straten zijn zonen van
Duitschers, die 15 jaar geleden streden tegen
de legers, waarin nu hun zonen dienen.
Zal hetzelfde straks gebeuren met Saar
land? Zal ove 15 jaar Saarbrücken een Fran
sche stad zijn Zal het dan dezelfde metamor-
phose ondergaan hebben als Metz?
Peinzend ben ik naar 't station van Metz
teruggeloopen
Ik heb Saarbrücken gezienhet leven er
gadegeslageneen door en door Duitsche
stand, zonder eenig Fransch kenteeken!
Saarbrücken is nu wellicht Duitscher dan Ber
lijnEen status quo is mogelijk. Maar,
Fransch? ik geloof het niet!
We zitten in een boemeltrein naar Saar
brücken. Een conducteur komt binnen. Op zijn
pet staat A. L.
Wat beteekent A. L. vraag ik.
Alsace Lorraine (Elzas Lotharingen) zegt
de conducteur.
Vroeger was de Elzas Duitscn, merk ik op,
u was zeker ook Duitscher?
Een Elzasser en een Lotharinger is nooit
Duitsch geweest, zegt de conducteur in sap
pig Fransch.
U voelt dus meer voor Frankrijk?
De conducteur lacht als een sphynx.
We zijn bewoners van Alsace Lorraine
(Elzas Lotharingen) en onze nationaliteit is
Elzas-Lotharingseh. Nü behooren we weer tot
de Franscne i, maar op den een of anderen
dag zeggen ze weer: Jullie zijn Duitsch! Ze
hebben 't allebei mis! Wij vormen ons eigen
volk, maar dit moet gezegd, met de Franscben
kunnen we 't best vinden. We zijn goede buren
e vrienden.
De hoofdzaak is, dat we te eten hebben,
zegt een andere Elzasser, of we dit nu van
Duitschland krijgen of van Frankrijk!
rie hebben geen van tweeën recht op ons.
We hebben met die landenpolitiek niets te
maken.
Zou, als het m.i. onmogelijke gebeurt en
Saarland voor Frankrijk stemt, Saarbrücken
net zoo spoedig als Metz verfranscht zijn?
In Saarbrücken wonen in hoofdzaak Duit
schers, die passen zich niet zoo gauw aan. De
Lotharingers zijn in den loop van 50 jaar al
3 maal van nationaliteit verwisseld. Eerst
Franschen, na 1871 Duitschers, na 1918 weer
Franschen! We zijn net kameleons, zegt de
conducteur sarcastisch.
De Elzasser eet het eene oogenblik met
smaak Nougat de Montillimart en even later
Mainzer zuurkool met Duitsche knakworst,
maar in zijn hart blijft-ie Elzasser. Zoo is de
'Saarlander niet!
Boemelend rollen de wagens Saarland tege
moet. Op alle stations houdt de trein stil De
stationschef met een witte pet op 't hoofd
geeft 't sein tot vertrek. De chef is een
Franschman, maar de menschen, die nu in den
coupé komen zijn bijna allemaal Duitschers.
Ze zwijgen of fluisteren, de atmosfeer wordt
drukkender.
De grenzen van Saarland zijn niet veraf
men is schuw iets te zeggen.
Toen ik voor de eerste maal, even voor
Kerstmis, in deze streek reisde, kwam er een
jongeman op een dezer stations binnen.
In vloeiend Fransch begon hij over de poli
tiek van Saarland, poogde mij uit te hooren
en wilde weten wat ik in Saarbrücken moest
doen.
Toen ik niets beteekenende antwoorden gaf,
werd de pseudo-Fransehman plotseling een
volbloed Duitscher, die bij mij aandrong, hem
mijn adres in Saarbrücken te geven, dan zou
hij mij precies vertellen wat er te doen was en
mij van dienst zijn.
Toen ik hem vroeg, waarom hij eerst
Fransch en later Duitsch sprak, zweeg hij in
alle talen. -
En nu weer hetzelfde beeld. Iedereen is
bang zjjn mond voorbij te praten. Men is hier,
zelfs op Fransch grondgebied, bang veel te
zeggen, althans de menschen die op weg zijn
naar Saarland.
Alleen een sergeant van de Fransche artil
lerie, die in den trein zat, kan de politiek van
het Ryk en Saarland niets bommen.
Hij is Elzasser en gelooft precies wat de
conducteur met A. L. op zijn pet gelooft, n.1.
dat Elzas en Lotharingen nog eigenlijk een
aparte staat is en dat Frankrijk een heel goed
land is.
Nog een paar kleine stations moeten wjj
aandoen, 't Lijkt precies of we met de boemel
tussehen de Polder en het „Bittere Einde"
zitten, want ieder stationnetje is raak.
Plotseling wordt het portier opengeworpen.
Een man in burger staat op de treeplank
Waar gaat u heen? vraagt hij aan den
Fransehen wapendrager.
De sergeant noemt de plaats. De man op de
treeplank knikt: in orde! Dan slaat het por
tier dicht.
Een van de gmeime Fransche politie, zegt
de sergeant. Hij zag mij zitten, en waar
schuwde nu, dat ik niet verder dan het vol
gende station mee mag. Het is n.1. voor een
Fransch militair verboden, om in uniform
in Saarland te komen. Als ik bij ongeluk ver
der rijdt, dan het volgende station, hen ik
er gloeiend bij.
De Frar.schman is uitgestapt... het volgend
station is de Saarlandsche grens... een diep
zwijgen valt in de coupé.
Plots begint de man in den hoek te spreken:
Een schande is 't voor iederen Saarland-
sehen Duitscher, zegt hg, dat die vreemde
troepen er zijn! Over Duitsche weger mar-
cheeren ze gewapend, en hun pantserauto's rij
den door Saarland, of we in vollen oorlog zijn
en dat alles om de stemming, die een Duitsche
bevolking opgedrongen wordt.
De man kijkt mij aan, doch ik doe net, of
hij niet tot mij spreekt... ik heb mij voorge
nomen niet in 't openbaar, zeer zeker niet in
treinen, te polemiseeren... Maar hij wordt fel
ler in zijn betoog tegen mij en ook tegen do
andere passagiers.
Aan den overkant heeft onze Bürckel ge
zorgd, dat duizenden arbeiders weer aan deji
slag kwamen.
Heftig betoogend spreekt de man. Hij kan
zoo spieken... misschien spreekt hij oprecht,
misschien is hij treinpropagandist... na deji
13en wordt het hem niet aangerekend. De ari-
dere menschen in den trein luisteren zwijgend
toe. Zij willen niet antwoorden, want als een
dreiging werpt de dag na 13 Januari zijn scha
duw vooruit.
De trein staat stil, de grens van Saarland
is bijna bereikt.
LEZING JAN P. STRIJBOS.
I
Dinsdagavond j.1. hield de bekende ornitho»
loog Jan Strybos in „Hotel de Haan" een
lezing over„Het ontstaan der duinen en in
verband daarmede het vogelleven aldaar"In
de hem eigen geestige verteltrant wist spr,
de toehoorders te boeien, terwijl keurig ver-I
zorgde lichtbeelden voor de illustratie zorgden.
Hetgeen ons Callantsoogers wel hijzonder in
teresseerde was het vogelleven in het zoo be
roemde „Zwanenwater", waarvan de lepelaars
den hoofdschotel vormden. De heer Rtrijbos
bleef ditmaal dicht by huis, maar wy zijn er
van overtuigd, dat hg ons de duinen thans op
een andere wijze doet bekijken dan voorheen.
Na afloop sprak de heer P. Vos namens de
V.V.V.. onder wier auspiciën deze lezing was
georganiseerd, de hoop uit, dat dit niet de
laatste keer zal zijn, dat de heer Strijbos hier
een lezing hield.
R.-K. STAATSPARTIJ.
i
De af deeling van de R.K. Staatspartij hield j
in café Alkemade een ledenvergadering on-;
der voorzitterschap van den heer N. Zwart-;
hoed.
Na de gebruikelijke verslagen, waaruit wij
het batig saldo der kas van j' 42 noteeren,
werden besprekingen gevoerd over de dool- i
het Kringbestuur voorgestelde candidaten
voor de Prov, Staten. Nadat de aandacht ge-
vestigd was op den candidaat van vier jaar
geleden, die het toen tot nummer 3 had ge-i
bracht, werd aan ieder lid gelegenheid ge
geven de namen in volgorde te plaatsen en
eventueel de lijst aan te vullen.
Bij den uitslag bleek de volgorde te zijn:
1. H. v. Nuland, Schagen; 2. A. v. d. Berg
Gzn., Anna Paulowna; 3 J. Groot, Schar-
woude; 4. Kolster, Den Helder; 5. Cramer,
Zuid-Scharwoude; Leber, Texel.
Daar de heef van den Berg niet ter ver
gadering aanwezig was, moet worden afge
wacht of deze de candidatuur aanvaart.
Hierna werden een nieuw reglement voor
de afdeeling en een nieuw kiesreglement vast
gesteld, waarna door den voorzitter verslag
werd uitgebracht' van de in November te
Alkmaar gehouden jaarvergadering van den
Rijkskring. i
Ten slotte werden een vijftiental personen
uitgenoodigd deel uit te maken van een z.g.
„Kern" in de afdeeling,
Besloten werd om iederen eersten Dinsdag
van de maand een kernvergadering te beleg
gen, voorloopig onder leiding van den voor
zitter der afdeeling.
HOLL. MIJ. VAN LANDBOUW.
De afdeeling van de H. M. v. L. vergader
de in de zaal van den heer Slikker en had
voor deze bijeenkomst ook de dames der leden
en vele anderen genoodigd. Het was dan ook
geen gewone vergadering.
Zooals de heer Rezelman in z'n openings
woord meedeelde, hadden verschillende land
bouwers als gasten van een kali-importmaat-
schappij een bezoek gebracht aan een kali-
mijn en zou een der deelnemers, de heer V.
Kaan, vertellen van zijn reis daarheen.
Vooraf hield de heer Balk, die met andere
vertegenwoordigers der kalimaatschappij aan
wezig was, een inleiding over bemesting, meer
in het bijzonder over bemesting met kali. Met
het oog op de aanwezigheid der dames en
den korten tijd, die voor de inleiding be
schikbaar was gesteld, kon deze slechts in
bekHopten en populairen vorm gegoten wor
den. De heer B. wees er dan in de eerste
plaats op, dat de cultuur voor verschillende
gewassen een volledige besmesting (stilistof-
fosfor-kali-kalk) eischt. Het groote voordeel
van bemesting met kunstmest zag spr. hierin
gelegen, dat men meer oordeelkundig te werk
kan gaan dan bij toediening van kunstmest.
Er is gemakkelijker rekening te houden met
den bijzonderen aard van den grond en het
te telen gewas.
Vaak wordt beweerd, merkte spr. op, dat
kleigrond van nature rijk is aan kali en deze
bemesting wel gemist kan worden. De eerste
proeven die men nam, wezen daar schijnbaar
ook op. Gaf men een niet groote hoeveelheid
kalie op klei, die het lang buiten deze mest
stof had moeten stellen, dan kreeg men wei
nig gunstige resultaten. Er waren juist
groote hoeveelheden noodig, daar de grond
een belangrijk deel van den mest absorbeer
de en niet vrij gaf aan de planten. Dat was
waarschijnlijk een gevolg van den gepleeg-
den roofbouw en wees er dus op, dat wel
degelijk regelmatige bemesting met kali nood
zakelijk is. Het is ook de vraag of de kali,
die van nature in klei aanwezig is, door de
plant opgenomen kan worden. Spr. zei, dat
zeker 95 pet. van die z.g. rijke klei behoefte
heeft aan kali en het blauw of zwart wor
den van de aardappelen moet aan een tekort
van deze meststof geweten worden. Spr. be
handelde nog kort de verschillende soorten
kali en leidde daarop de te vertoonen films
in.
Hiervóór echter vertelde eerst de heer
V. Kaan van zijn reis, en zijn causerie werd
niet alleen een beschrijving van de kali-
werken onder- en bovengrondseh, doch een
compleet reisverhaal. De inleider had veel
van het natuurschoon op den tocht genoten
en ruimde aan de beschrijving daarvan dan
ook een groote plaats in. Natuurlijk had de
heer Kaan, als vakman, het doorgetrokken
land met de gewassen en de manier waarop
de bewerking plaats had, nog met andere
oogen bekeken dan de doorsnee toerist dat
doet en ook daarover vertelde hij op vlotte
wijze. Uit het geheele verhaal bleek, dat op
reis het aangename in ruime mate aan het
nuttige was verbonden. De heer Kaan be
sloot zijn boeiende voordracht met zijn dank
te uiten aan den vertegenwoordiger der maat
schappij, die hem tot deze excursie had uit
genoodigd, en met woorden van waardeering
voor de zorgen, die aan de producten der
kalimaatschappij worden besteed.
Een film van het balibednjf illustreerde het
reisverhaal van den heer Kaan. Een groei
en bloei-film en een paar propagandistische,
geestige teekenfilmpjes vulden het program
ma van deze genoeglijke „vergadering
De heer P. Smit heeft zijn zaak in kruide
nierswaren, tabak, sigaren enz., overgedaan
aan den heer Jb. Leyen, die met alleen deze
artikelen zal blijven verkoopen, doch er ook
een melkhandel in zal vestigen.
GOUDEN HUWELIJKSFEEST.
Het echtpaar G. Meijring-A. Schilder
hoopt Zaterdag a s. z'n 50-jarig huwelijks
feest te vieren.
OPVOLGER VAN DEN HEER BRUUL
BENOEMD.
Naar wij zoo juist vernemen is tot kantoor
houder P. T. T. te den Oever met ingang van
16 dezer benoemd de heer J. die der
halve officieel zijn vader, va: ar auto
riteiten een dezer dagen o, ootscne
Wijze afscheid werd genome pvolgen.
Tot dusverre was de zoon wa. -end kan
toorhouder. Moge hij in de voetsporen treden
van znn vader en roet zijn werk evenveel eer
oogsten als de heer S. Bruul dit in zijn lange
en eervolle carrière heeft gedaan.
LOOP DER BEVOLKING.
Ingekomen: 23 m. en 12 vr.
Mw. H. Vledder uit WeststellingweriB.
L v d. Woude uit Franeker; E. Kuiper uit
Winschoten H. ten Have en gezin uit Medem-
blik; M. A- Janssen en gezin uit Medemblik;
Y. J' Bakker en gezin uit MedemblikPSchol
ten en gezin uit BorgerC. Boot en gezin uit
Sneek; M. Struik en gezin uit Zweeloo en
H. J. Hommes uit Enkhuizen.
Vertrokken: 23 m. en 11 vr.
M. Narol en echtgen. naar Bunnik; R. C.
Franck en gezin en Wed. Fr. Mulder naar
Den Helder; Jac. Francken naar Medemblik:
R, Leenknegt naar Hengstdijk; Mw. Tr. Lont
naar Castricum; Mw. M. M. C. Schutte naar
Laren (N.H.); J, Meilink n. Anna Paulowna;
P. Glim naar Wijk aan Zee en Duin. Tj.
Kuipers naar Westdongeradeel, Holwerd; :J,
G. Berkeveld naar Barsingerhom; J. Halma
naar Ferwerderadeel; G. Dijkstra en gezin
naar Anna-Paulowna; D. Timmerman naar
Den Helder; H. Zweep naar Anna-Paulowna;
A. J. Hazes en echtgen. en Wed. J. Mulder
naar Den Helder; J. Lambrachtsnaar Wouw;
A. Kroos naar Ouderamstel; C. J. F. v. Gulik
en gezin naar ZeistE. v. d. Ploeg naai
MèdemblikG. J. Koek en gezin en Jz. Hidden
haar Den Haag.
CRLSISVOOKSTELLIN G.
Het bekende Nederlandsche circus Amanda
R'óberti hoopt ook in 1935 in deze gemeente
weer eenige voorstellingen te geven. Hiertoe
is inmiddels toestemming verkregen. In Sep
tember van dit jaar zal het hier dus wederom
zijn tenten opslaan.
•3
Hippolytushoef.
Onze plaatsgenoot de heer J. Koorn Sz.
te Stroe, lanbouwkundig assistent bij de Directie
der Wieringermeerpolder, slaagde voor diploma
boekhouden, uitgaande van de vereeniging van
leeraren en handelswetenschappen.
BOND VAN NAT. S. S.
Men deelt ons mede dat voornoemde, bond,
leider de heer Ir. A. A. Mussert, op Vrijdag
18 Januari n.s., des avonds 7'/s tiur, een ver
gadering houdt in Coneordia te Hippolytushoef.
POLITIE.
Verloren: een reservewiel van een vracht
auto, waarvan de buitenband is gemerkt „En-
gelbert".
Inlichtingen bij den gemeentebode te H.hoef
(afd. Wieringen)
Lezing van Ir, Huisman.
-Dinsdagmorgen 10 uur hield bovengenoem
de afdeeling een vergadering in hotel S. Kaan
te Hippolytushoef. Toen om half elf de voor
zitter O. J. Bosker het woord nam bleek, dat
de zaal uitermate goed bezet was. Na de
opening verkrijgt Ingenieur Huisman, Secre
taris van het Hoofdbestuur der genoemde ver
eeniging het woord. Als onderwerp was geko
zen: „Uiteenzetting omtrent de crisismaatre
gelen". Geleidelijk ontwikkelt spreker den
gang der steunregelingen. De regeering begon
met de steunregeling van den bietenbouw en
met de tarvvewet. Het verschijnsel deed zich
immers voor het eerst de akkerbouw in den
put geraakte en vervolgens de veehouderij,
Een en ander houdt logisch verband met el
kander, (questie van vraag en aanbod). In
Canada en de U.S. Amerika heeft men kunst
matig getracht de geproduceerde granen aan
den handel te onttrekken (door stichting van
pools en dergelijke inkoop-organisaties), om
zoodoende de distributie-prijzen op peil te
houden. De gevolgen (werkloosheid e.a.) zijn
echter niet te overzien geweest. Dan be
spreekt Ir. Huisman de import-questie van
Duitschland om vervolgens te komen op de
Nederlandsche boter. Bij boter heeft men den
toestand dat kunstmatig een prys-gemiddelde
wordt bewerkstelligd zoowel bij export als
bij binnenlandsche comsumptie. Dit ge
schiedt dan door middel van het bekende
steunsfonds. Het Hoofdbestuur van de Holl.
Mij. v. Landbouw tracht daarom één vaste lijn
vast te stellen voor den geheelen boerenstand.
Reeds werd over dit onderwerp in het orgaan
der Mij. van 27 Dec 1934 uitgeweid.
Uitgegaan wordt van het standpunt te on
derzoeken, hoeveel de verschillen bedragen
tuschen den prijs die den boer ontvangt en
dien, welke de consument betaalt. De daartus-
schen liggende marge is in vele opzichten te
hoog. Uit een enquête, die werd ingesteld
bij diverse Middenstands-organisaties bleek,
dat ook daar de inkomens sterk terugloopen.
De hooge marge is evenwel te verklaren daar
een ietier zich tracht te handhaven en de door
omzet-vermindering geleden verliezen tracht
terug te vinden bij bedoelde hoogere marges.
Wat de lasten betreft, deze zijn bij de vee
houderij te hoog. Vooral pachten, hypotheek
rente, loonen enz.
De steungelden worden dus praktisch ge
bruikt om vooral de twee eerstgenoemde di
recte kosten t voldoen, hetgeen inhoudt, Uat
juist de kapitaalkrachtigen (verpachters en
hypotheek-trekkers) hiermede gebaat worden.
Veel critiek wordt uitgeoefend op de invoer
rechten van granen (1.50 per 100 K.G.) bij
de veehouders, daar de voeder-granen t€ duur
worden. De veehouder betaalt de invoerrech
ten en daarvan wordt de binnenlandsche ak
kerbouw gesteund. Bij intrekking dezer inv -
rechten is het onmogelijk de cultuur van den
graanbouw te steunen. Dat de akkerbouw ten
veehouderij wordt onderhouden is
v Aanbeveling verdient dat de vee-
li .steund wordt uit haar eigen potje
(in\. _ht). Is jlien er export-mogelijkheden
bestonden, dan zou de prijs in het binnenland
zeer zeker gaan stijgen. Maar die zijn er nu
eenmaal niet meer.
Doordat de aard der veehouderij in het
Oosten des lands zooveel verschilt van die in
het Westen (vooral N. en Z.-Holland), komt
het voor, dat de Hollandsehe boeren grooten-
deels den steun opbrengen voor de Oostelijke
collega's. De boeren uit het Oosten des lands
voeren meestal met eigen voer terwijl de Holl.
boeren met geïmporteerd krachtvoer voeren.
Doordat de invoerrechten tot een potje ver-
eenigd worden is het logisch, dat nu vooral
de niet-importeerende boeren profiteeren uit
dien pot. Spreker wil de varkenshouderij (een
neven bei 1 beperken, opdat èèn loonende
prijs wc bereikt. Op die manier kan de
groote vt idenj in stand blijven. Indien be
wezen zou worden, dat dit plan slagen kon,
dan zou het Hoofdbestuur de invoerrechten na
eenigen tijd trachten in te trekken.
Verder wordt medgedeeld, dat voor 1935
nog geen teelt-regeling werd overeengeko
men voor de aardappelen. Ten slotte geeft
spr. nog enkele meeningen van voorzitters
van Kamers van Koophandel weer, waarmede
hij zich absoluut niet kan vereenigen.
Discussie.
Na deze aandachtig toegehoorde lezing,
welke op zeer aangename en vlotte wijze
werd gehouden, herneemt de voorzitter het
woord en stelt de gelegenheid open tot het
stellen van vragen aan Ir. Huisman.
De heer P. Veerdig heeft het over de
opmerking van Ir. H. over de veehouderij van
Oost- en West-Nederland. De heer V. noemt
hierbij eenige cijfers.
Antwoord: De toeslag op melk is 2 56
cent per K.G. melk. Eensdeels is de heer H.
het eens met de opmerking van den heer
Veerdig. Wat betreft de rijke boeren en min
der goed gesitueerden, merkt spr. op, dat
door de daling der landprijzen ook het kapi
taal sterk teruggeloopen is. Wie is er eigen
lijk nog een rijke boer?, meent spr. te moe
ten vragen. Men vraagt immers ook niet of
een fabrikant nog een auto rijdt of niet, al
ontvangt de industrie steun?
De heer Jan Lont vraagt ook iets in
denzelfden geest en merkt mede in dit ver
band op, dat iets dergelijks tot uitdrukking
komt hij de kalveren-houderij. Een rijke boer
kan wel, een arme geen kalf aanhouden. In
het kort gezegd, de rijke hoer kan dus zijn
veestapel wel handhaven en de arme niet.
A n t w. Het hoofdbestuur is ook van mee
ning, dat het kalveren schetsen onredelijk
geschiedt. Spr. is het eens met den héér Lont.
De heer Jn. Kooy brengt de regeling van
gerst en winterrogge ter sprake.
Antw.: De rogge moet eerst gekleurd
worden. De toeslag is verminderd, daar
het doel was een zekeren prijs te herei
ken. Daar deze prijs steeg (ten koste der
veehouders) heeft men dezen steun moeten
verminderen. Onbillijkheden komen overal
voor. Zoo zullen er ook wel boeren zijn die te
veel kregen. Het is moeilijk een ieder zijn zin
te geven.
De 1 ;r Mulder wil heffing der aard
appelen naar oppervlakte van den grond, op
dat de uitvoeringskosten tot een minimum
worden gereduceerd. Zooals het thans gaat, is
het veel te duur.
Antw.: Spr. vindt het huidige stelsel ook
afkeurenswaardig. Het kan best zijn, dat dit
plan van den heer Mulder straks aanvaard
wordt het is werkelijk beter dan hei be
staande.
De heer Veerdig vraagt of bij de var
kensinkrimping nog onderscheid wordt ge
maakt tussehen gras- of graanboer.
Antw.: Op dat punt heeft spr. eigenlijk
medelijden met de graanboeren. De beperking
zal dan ook in breede mate moeten geschie
den.
"Vervolgens begmt de heer P. Veerdig
weer over den toeslag. Totaal moet 2.11
worden afgedragen ingevolge de Zuivelwet,
dus per saldo bedraagt de steun 53 et., zegt
hij.
Ir. H. zegt, dat dit onjuist is; men moet
de steunregeling in grooter verband bekijken.
Spr. vergeet de haas. Tezamen komt alles
nog gunstig uit.
De heer M. Bakker vraagt iets over
den invoer van Deensch vleesch, etc.
Wanneer hierna de rogge-denaturalisatie
ter sprake komt, blijkt, dat op Wieringen te
dien opzichte misstanden heersehen. De rogge
moet, om gekleurd te worden, heelemaal naar
St. Pancras, zoodat de kosten veel te hoog
worden. Ook als de rogge in eigen bedrijf
wordt gebruikt, kan men steun krijgen, doch
moet er weer gebruik worden gemaakt van
een handelaar. De heer J. Veerdig (com
missie-lid Crisisregeling brengt bet boven
staande naar voren.
De voorzitter had dit onderwerp zelf
bestemd voor het einde der vergadering. In
felle en gloedvolle woorden laakt spr. ten
zeerste de behandeling van reeds ingediende
verzoeken, door Alkmaar e.a. De daar heer-
schende bureaucratie is ten hemel schreiend.
Zeer scherp brengt de heer C. J. Bosker
zijn meening naar voren, waarmede hij een
warm applaus heeft te incasseeren.
De Voorzitter van het Hoofdbestuur,
de heer Stapel, verdedigt daarna in een
bescheiden redevoering de werkwijze der
maatschappij en raadt een ieder aan, geen
verdeeldheid in dezen tijd te stichten.
Eenige rumoerigheid komt in de gelederen
wanneer de heer P. Veerdig tracht het
bestuur de pen op den neus te zetten; zelfs
laat hg zich verleiden tot persoonlijke aan
tijgingen. De heer O. J. Bosker laat hen*
echter uitspreken en geeft daarna zijn ant
woord namens het bestuur, dat niets aan dui
delijkheid te wenschen overliet. Met der
gelijke dingen dient men bij bestuursverkie
zingen op de proppen te komen. Het blijkt
dat de vergadering in meerderheid op dé
hand van den voorzitter is.
Tegen 1 uur sluit de voorzitter ond-r
dankzegging aan Ir. Huisman en den heer
Stapel, benevens aan de andere bezoekers
deze interessante vergadering.
T T™m1
Den Oever.
POGING TOT DOODSLAG IN DEN
WIERINGERMEERPOLDER.
In aansluiting op ons bericht van Dinsdag,
betreffende de poging tot doodslag in den
Wieringermeerpolder, (gemeente Wieringen),
kunnen wij nog mededeelen, dat door de Rijks»
veldwacht van Oosterland en Den Oever een
onderzoek is ingesteld, waarbij de dader be
kend is geworden, zoodat proces-verbaal ig
opgemaakt.
BU RENT WIST.
Door de Rijks veldwacht te Oosterland en
Den Oever is procesverbaal opgemaakt tegen
een zekere mejuffrouw H., te Oosterland, die
bij gelégenheid van een twist met de buren,
verdacht wordt van het vernielen van een
glasruit.
Het huis aan de Regentenstraat alhier,
eigendom van T. Hoekema, is verkocht aan
Joh. Schenk te Barsingerhom.
De heer S. Paulusma alhier en de heer
Ravin te Wieringermeer, slaagden te Alkmaar
respectievelijk voor de aete Nederlandsche
Handelscorrespondentie en acte Boekhouden
van de Vereeniging van leeraren in boekhouden
en handelswetenschappen.
Beide heeren waren leerlingen van den heer
J. J. de Vries, alhier.
VERVOER T.E.S.O."
Gedurende het jaar 1934 zijn door de booten
van T.E.S.O. vervoerd: 147008 passagiers,
34567 rijwielen en 4068 auto's. In 1933 be
droeg het vervoer: 141343 personen, 32346 rij
wielen en 3803 auto's; dit is dus een stijging
van 5665 pass., 2221 rijw. en 265 auto's.
Den Burg.
EEN CADEAU VOOR PATER M. WITTE.
Alhier heeft zich een comité gevormd uit
de burgerij, waarin zoowel niet-katholieken
als katholieken zitting hebben en dat zich
ten doel stelt aan pater M. Witte, die in
't laatst van Januari weer naar de Missie in
Britsch Oost-Afrika vertrekt, een radiotoestel
ten geschenke aan te bieden. Naar wij ver-
hemen, wordt druk op de lijst geteekendj
zoodat ongetwijfeld dit initiatief met succes
bekroond zal worden.
UITVOERING FANFARECORPS.
Voor de donateurs van Texels Fanfarecorps
zullen uitvoeringen gegeven worden in Hotel
„Texel", op Vrijdag 18 en Zaterdag 19
Januari a.s.
VADERTJE LANGBEEN.
Door leden van Volksonderwijs alhier is in
studie genomen het tooneelstuk „Vadertje
Langbeen", naar het bekende boek van J.
Webster. Eenige jaren geleden is dit stuk
reeds hier opgevoerd in de schouwburgloge,
die geduenrde de Texelsche kermis op het
land van den heer Roeper staat. De opvoe
ring was een succes; wij vernamen van de
toeschouwers niets dan lof. Deze opvoering
zal thans vermoedelijk in Februari plaats
hebben.
DE IJSBAAN „DE ILLEMERT".
De ijsbaan „De Illemert" belooft, indien
de vorst blijft aanhouden, prachtig te worden.
Door afdammen is de baan thans veel groo
ter dan voorheen en door de windstilte wordt
het ijs mooi glad. Een ideaal voor goede
schaatsenrijders; een mooie baan, zoo dicht
bij den Burg als de Illemert.
Oosterend.
ZIEKENFONDS „HELPT ELKANDER".
Zaterdagavond werd in het „Wapen van
Amsterdam" alhier een vergadering gehouden
van de leden van het Ziekenfonds „Helpt El
kander".
De voorzitter, de heer IJ. Koppen, opende
de vergadering en betuigde zijn tevredenheid
over de groote opkomst. Hierna kreeg de heer
Rv. d. Vis, penningmeester van het fonds,
net woord. Spr. las eerst een schrijven voor
van het Ziekenfonds „Den Burg", waarin
voorgesteld werd van de drie Texelsche zie
kenfondsen één groot fonds te maken. Door
het bestuur van Oosterend was met de be
sturen der andere vereenigingen hierover be
spiegelingen gehouden, doch men kon niet tot
overeenstemming komen. Het fonds tc Den
Burg heft 2 cent meer contributie en dat
oordeelde het Oosterender bestuur een be
zwaar. De penningmeester gaf vervolgens een
overzicht van den financieelen toestand ge
durende de eerste drie kwartalen 1934, waar
uit bleek, dat aan het eind van het 3e kwar-
aal de schulden nog ruim 300 bedroegen.
r het laatste kwartaal zijn de rekeningen
nog niet ingekomen, doch spr. kan toch wel
de verzekering geven, dat het fonds er 1000
beter voor staat dan begin 1934.
Dooï eeni&e personen werd nog gesproken
over tandheelkundige behandeling voor fonds
leden. De heer Van der Vis deelde mede, dat
met contributieverhooging van 1 cent pet
•<eek per lid de fondslcden deze ook zouden
kunnen krijgen. Besloten werd echter, dit jaar
voorloopig alles te laten zooals het is en te
wachten op de jaai-vergadering. Medegedeeld
werd nog, dat 13 gezinnen hun lidmaatschap
hadden opgezegd. Hierna sluiting.