Buitenlandsch Overzicht. NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA Dr. Schacht Vice-Kanselier Oostenrijk en Italië op hun hoede. e\^e ombaar <3 DE MOORD OP DE KEIZERSGRACHT EERSTE BLAD VSO AG 15 JANUARI 1935 63ste JAARGANG Propaganda op de Amerikaansche oorlogsvloot. De scheepvaartconferentie. De reorganisatie van de S.S. Staking van ziekenhuispersoneel te Havanna. No 7 43 Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldcrsche Courant t 1.50; Koegras Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65; binnenland f 2.—'. Nederi Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10 idem per mail en overige TT 'h n08' 4 ct: fr" P" P- 6 ct. Weekabonnementen 12 ct. f a rCSP f 5"' f f ®'70, f 4'ModeWad resp. f 1.20, f 1.50, f 1.50, Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag Redacteur: P. C. DE BOER Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. ADVERTENTIE N: 20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling 10 ct. per regel, minimum 40 ct.; by niet-contante betaling 15 ct. per regel, minimum 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder nummer: 10 ct per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct Wat zal Duitschland doen na den uitslag van de stemming in het Saargebied Toenadering tusschen de Engelsche en Fransche standpunten inzake het ontwapeningsvraagstuk. - Japan en het vlootvraagstuk. Elders in dit blad zai hoogstwaarschijnlijk wel de uitslag van de stem ming in het Saargebied staan. Nu we dit schrij ven is men in de steden en dorpen van het Saargebied nog druk bezig met het tellen der stemmen en zijn duizenden in sterke span ning over dezen uitslag. Men twijfelt er niet aan of de stemming zal een meerderheid voor terugkeer naar Duitschland brengen. Hoe groot zal echter die meerderheid zijn en wat zal het gevolg van dezen uitslag zijn? Dat zijn vragen waarop wij hier het antwoord nog schuldig moeten blijven. Waar we hier de aandacht nog op willen vestigen is op een hoofdartikel van de Times, onder den titel „Kritieke oogenblikken", waarin het blad zegt dat de allergrootste sympathie in Groot Britannië gevoeld zal worden voor de Saar- landers, die binnen den kring van een stelsel worden gedreven dat zij verachten, maar het blad verwyst naar Hitler's plechtige belofte dat zij niet vervolgd zullen worden en naar de in samenwerking met de Duitsche regee ring tot stand gekomen waarborgen der bondscommissie De Times spreekt verder over een telegram van haar Berlijnschen correspondent waarin deze mededeelt dat de Duitsche regeering al leen naar een hervormden Volkenbond wenscht terug te keeren, over welke voor waarde de Times schrijft dat de Bond zeker niet hervormd zal kunnen worden op voor schriften van buiten af. Beter begrijpt de Ti mes Duitschland's aanspraak op militair ge bied. Zij geeft toe dat geen land zich van de beperkingen der desbetreffende bepalingen van het verdrag van Versailles kan bevrijden door eenzijdige actie, maar de andere partij kan de bij dat verdrag bedongen voordeelen vrijwillig prijs geven; d.w.z. Groot Britannië, Frankrijk en Italië zouden aan de andere sta ten. die voordeelen genieten van genoemd verdrag, kunnen voorstellen om in te stem men met een gezamenlijke verklaring tot den Bondsraad, volgens welke de beperkingen van het verdrag niet langer tegen één enkelen staat behooren te gelden, mits men tot over eenstemming komt over een stelsel van be perking dat op alle staten zonder onderscheid toepasselijk zou zijn. Het natuurlijk noodza kelijke en verwachte resultaat van deze ver klaring zou volgens de Times deelneming van Duitschland aan het collectieve stelsel van Europa zijn. De Manchester Guardian schrijft eveneens naar aanleiding van het plebisciet en spreekt de meening uit, dat de maatregelen door den Bond genomen om een billijke stemming te verzekeren, niet voldoende geweest zijn en dat de uitslag van het plebisciet daardoor wel een zeer belangrijk maar een onver wacht bewijs zou zijn van wat de Saarlanders wenschen. De Times acht het van het grootste belang, dat de beslissing van den raad van den Vol kenbond, direct na het plebisciet wordt ge nomen, en dat deze in overeenstemming is met den volkswil. Ook de Daily Telegraph acht een onmid dellijke beslissing gewenscht, vooral wan neer de stemming een duidelijke meerder heid voor Duitschland oplevert. Engeland en Italië zijn volgens het blad beslist tegen iedere poging om de definitieve beslissing in zake de Saar op te schorten. Beide landen zijn van meening, dat opschorting hoogst on- gewenscht is, en tot ongeregeldheden in het Saargebied zou kunnen leiden. Het Engelsch' Fransche stand' punt inzake het ontwapen ingS' vraagstuk. La val, de Fransche mi nister van buitenland- sche zaken en sir John Simon, zijn Engelsche confrater, hebben Za terdagmiddag een lang durig onderhoud gehad, dat voornamelijk bedoeld was als een inleiding tot de Fransch-Engelsche besprekingen, die over een dag of tien te Londen zullen plaats vin den. De Geneefsche corr. van de Nw. Rott. Crt. meldt over dit onderhoud o.m.: Na afloop van zijn bespreking met Laval verklaarde sir John Simon aan de Britsche pers, dat Laval en hy nog niet in bijzonder heden over de oplossing der verschillende ac- tueele internationale vraagstukken waren ge treden, doch slechts een gedachtenwisseling van algemeenen aard hadden gehouden. Laval en hij waren het eens, dat na de oplossing van het Saarvraagstuk nieuwe diplomatieke bemoeiingen moeten onder nomen worden met betrekking tot het ontwapeningsvraagstuk, de sluiting van een oostelijk Locarno-pact en den terug keer van Duitschland naar Genève. Ofschoon zooals gezegd, zijn onderhoud met Laval slechts van zeer algemeenen aard gebleven was, meende Simon toch een toe nadering tusschen de Engelsche en Fransche opvattingen te kunnen vaststellen. Sir John Simon deelde tenslotte nog mede, dat waarschijnlijk op 5 Februari de commis sies der ontwapeningsconferentie bijeen zul len komen, die overeenkomstig de beslissing van hét bureau der ontwapeningsconferentie van 20 November j.1. aan het werk moeten gaan om preciese teksten voor te bereiden ten aanzien van: 1. de reglementeering van de wapenfabricage en den wapenhandel; 2. de methode van openbaring der militaire uit gaven en 3. de schepping van een permanen te ontwapeningscommissie, die toezicht zal moeten houden op het naleven van het onder 1 en 2 overeengekomene. Kritieke oogenblikken In antwoord op vra gen van een buiten landsch correspondent, met betrekking tot het interview, dat Norman Da vis (Amerika) aan de pers heeft verstrekt, heeft de woordvoerder van het Japansche de partement voor buitenlandsche zaken ver klaard, dat zijn eigen indruk was, dat Davis niet vasthoudt aan het principe van het ver houdingsgetal en dat hij den indruk heeft, dat hij inplaats daarvan voorstelt een nieuwe overeenkomst inzake vlootbeperking, geba seerd op het huidige bouwprogram, hetgeen echter een ontkenning beteekent van het pa riteitsprincipe. De recente onderhandelingen hebben het duidelijk gemaakt, dat de betrokken mogend heden er naar streven den vrede te handha ven door onnoodige bewapeningen te beper ken, hetgeen verwerkelijkt kan worden alleen door het wegnemen van de oorzaken, die den vrede waarschijnlijk in gevaar zullen brengen en daarna door het wegnemen van alle middelen om den vrede te verstoren. Het eerste kan verwezenlijkt worden door diplo matieke verzoening, doch het laatste wordt het beste bereikt door het schrappen van alle bewapeningen, zoodat het begeerenswaardig- ste voor de mogendheden is de bewapeningen te schrappen. De mogendheden kunnen echter eenige gevechtskrachten houden, hetzij voor politiedoeleinden of andere. Wanneer complete ontwapening onmo gelijk is, zou het voldoende zijn, wanneer de mogendheden gevechtskrachten be hielden, voldoende voor nationale verde diging door onderling de offensieve wa penen af te schaffen en slechts de defe- sieve te behouden. Betreffende het Japansche bezwaar tegen de formule van het verhoudingsgetalzeide de woordvoerder, dat Japan geen enkele on gelijkheid kan aanvaarden in de middelen om de veiligheid te handhaven. De woordvoerder vroeg zich af of Amerika niet gedreven wordt door verlangen om aggressieve operaties in het Verre Oosten te plegen door vast te houden aan de verhouding 5:5:3 en betwij felde voorts de noodzakelijkheid van slag schepen en vliegtuig-moederschepen, wanneer de mogendheden hun bewapeningen zullen beperken tot bewapeningen die noodzakelijk zijn voor de nationale verdediging. TSALDARIfc. de nieuwe minister-president van Grieken land, heeft zijn kabinet omgevormd. De Daily Telegraph verneemt uit Berlijn, dat dr. Schacht benoemd is tot vice-kanselier en dat hij als president van de Rijksbank waarschijnlijk zal worden opgevolgd door den tegenwoordigen rijksminister van financiën, graaf Schwerin von Krossigk. EEN JAPANSCHE LEENING VAN 30 MILLIOEN AAN MANTSJOEKWO. Er verluidt, dat een Japansch banksyn- dicaat een leening van 30 millioen jen zal toe staan aan Mantsjoekwo ten einde dit land in staat te stellen de eerste annuïteit in con tanten te betalen aan Sowjet-Rusland by de onderteekening van de overeenkomst in zake overdracht van den Oost-Chineeschen spoor weg, welke binnenkort wordt verwacht. Het crediet zal later worden gefundeerd in Mant- sjoerijsche staatspapieren. DE „WINTERHULP" IN DUITSCHLAND. Wij ontvingen van een onzer abonné's „De Post van Holland", officieel orgaan van den Ned. Bond in Duitschland, met verzoek daaruit onderstaand bericht over te nemen. H. M. Gezant te Berlijn heeft aan alle Nederlandsche Consulaire Ambtenaren in Duitschland de volgende circulaire gezonden: „Ik heb de eer U te berichten dathetAus- wartige Amt my heden op myn vraag of ook dezen winter Nederlanders in Duitschland zouden kunnen deelen in de „Winterhilfe" als volgt heeft geantwoord: Hulpbehoevende niet-Duitsche Staatsburgers kunnen, voor zoover zy reeds uit middelen der openbare kas ondersteund worden ook in de „Winterhilfe" deelen, wanneer zy bewezen hebben, deze hulp waardig te zijn. Daaronder worden uit den aard der zaak ook hulpbehoevende Nederlandsche Staats burgers begrepen. Vrees voor sabotage bij den bouw van oorlogsschepen. Vice-admiraal Woodward, die tot den Ame- rikaanschen marinestaf behoort, heeft in een lezing te Washington ook de communistische propaganda op de Amerikaansche oorlogs vloot besproken. Deze communistische propaganda, al dus verklaarde hij, is tot een werkelijke bedreiging van de nationale verdediging geworden. Zij heeft een omvang aangenomen, die aanleiding geeft tot groote bezorgdheid. Niet slechts de Amerikaansche marinebasis, doch ook de schepen van bui .enlandsche mogend heden, die een bezoek aan Amerika brengen, zijn het ontwerp van een systematische ver spreiding van oproerzaaiende pamfletten. Op de werven der marine worden het ma- rinepersoneeel en de burger arbeiders in zulk een mate door de communisten bewerkt, dat gevreesd moet worden voor sabotage van den bouw van oorlogsschepen Op alle gebeurlijkheden na de Saarstemming voorbereid. Zoowel de Oostenrijkscheals de Itali- aansche autoriteiten treffen voorzorgs maatregelen tegen mogelijke Nazi-demon straties in verband met het Saarplebis- ciet. In Oostenryk is men van meening, dat deze betoogingen zoowel mogelijk zijn, wanneer de uitslag ten gunste als wel wanneer hij ten na- deele van Duitschland uitvalt. De grenstroepen aan de Oostenrijksch- Beiersche grens zijn versterkt met hulptroe pen, die in 52 vrachtauto's zijn aangevoerd. Italiaansche troepen op winter-manoeuvre hebben zich aan de Oostenrijksche grens ge concentreerd. De laatste dagen hebben te Weenen in Nazi kringen een groot aantal arrestaties plaats gehad, waaronder verscheidene van geheime Duitsche koeriers. Te Salzburg hebben de autoriteiten verbo den dat houders van openbare gelegenheden hun radiotoestellen afstemifen op Duitsche zenders, teneinde te voorkomen, dat het pu bliek in opwinding geraakt over de mede- deelingen via de Duitsche zenders. Plan om negen millioen tonnage te sloopen. De „Daily Telegraph" verneemt dat de Internationale Scheepvaartconferentie, die gisteren te Londen is geopend, een plan in overweging zal nemen om een aantal sche pen tot een totale tonnage van 9.000.000 of meer te sloopen. Hiervoor zou een leening noodig zijn van 4.5 millioen Engelsche pon den. 'W Keurcorps van 20.000 man. Omtrent de te verwachten reorganisatie van de S.S.-troepen, wordt vernomen, dat deze als volgt zal plaats hebben: Gevormd zal worden een keurcorps van 20.000 man, min of meer zwaar bewapend, om politieke vijanden in Duitschland te be strijden. Dit corps zal in vier afdeelingen worden verdeeld, nl. München, Berlijn, Keu len en Koningsbergen. Verder zal gevormd worden een Reserve-corps No. 1, bestaande uit de overige S.S.-lieden, die hun opleiding voltooid hebben. Zij zuilen slechts voor actie ven dienst worden opgeroepen, als dit noo dig is. Tengevolge van de weigering van den burge meester van Havanna om het ontslag van twee interne geneesheeren uit het gemeentelijk ziekenhuis in te trekken, wat reeds aanleiding tot een studentenstaking was, zijn thans ook 150 geneesheeren, verpleegsters en ander per soneel uit het ziekenhuis in staking gegaan, waardoor ruim 300 patiënten zonder verpleging waren en vrijwillige hulp gerequireerd moest worden. Het Spaansche ziekenhuis heeft de regeering zijn hulp aangeboden. De burgemeester van Havanna, Don Miguel Mariano Gómez, die minister zonder portefeuille in het Cubaansche kabinet is, heeft reeds tweemaal zijn ontslag aangeboden, wat echter door President Mendieta is geweigerd. 4*, HflHHHHHHHlfr - WMM ?Af Feuilleton. Amsterdamsche detectiveroman 9 „Zij zat recht tegenover de safe, in vaders bureaustoel. Het collier lag in het vak waar ik anders mijn geld, zoolang de voorraad strekt, opberg. Ik had het sleuteltje aan mijn sleutelbos, maar het is klein en ik kon het tusschen de andere sleutels niet zoo gauw vin den. Ida werd een beetje ongeduldig." „Dat kan ik met indenken. Het collier is zes tig duizend gulden waard, is het niet?" „Zooveel ongeveer. Misschien nog iets meer. Eindelijk heb ik het sleuteltje. Ida slaakte een gilletje van opwinding, en dat moet door het huis hebben geklonken, want een oogenblik later hoorde ik Hendrik's voetstappen op de trap..." „En wat deed u toen?", vroeg de detec tive en boog zich voorover naar den jongen man, die kleurde onder de doordringende blik ken van zijn ondervrager. „Ik stootte Ida aan, en haalde het sleu teltje, dat ik reeds in het slot gestoken en omgedraaid had, weer terug." „Sloot u het slot af?" „Dat weet ik niet zeker, ik had geen tijd te verliezen, haastig duwde ik de brandkast- deur aan, en liep snel naar de hal. Ik wou Hendrik voor zijn, want ik was doodsbenauwd dat hij vader zou vertellen, dat ik het meisje In huis had gebracht." „En toen?" „Ik was nog juist bijtijds in de hal. Hen drik was nog een meter van de deur af; ik klopte hem joviaal op zijn ouden rug, en zei dat ik naar boven moest om golfballen te ha len. Dat schoot me ineens te binnen, en het was geen leugen ook. Ik speel een paar keer in de week op de Hilversumsche links, en ik had op myn kamer, hier, nog zes nieuwe ballen liggen, die ik noodig had. Ik troonde hem mee, gaf hem mijn colbert, en vroeg of hij 't voor me wou uitborstelen. Ik deed alles om zijn aandacht van vader's werkkamer af te leiden, begrijpt u. Toen ging ik naar boven, en ik was tamelijk nerveus. Hendrik keek alsof hij geen woord geloofde van wat ik zei, en dat beviel me maar half. Ik vond mijn golfballen, legde ze op tafel en vergat ze mee te nemen, toen ik weer gejaagd naar be neden sloop, om zoo mogelijk Ida ongemerkt uit te laten. En wat denkt u dat ik zag, toen ik de deur van vader's werkkamer behoedzaam open deed?" „Ik heb er geen flauw idee van," zei de de tective. „Hendrik in gesprek met Ida!" „Zij was al dien tijd alleen in de kamer ge weest, terwyl de deur van de brandkast niet gesloten was?" ja wat kon ik doen? Bovendien, Ida is zoo eerlijk als goud." „Natuurlijk", zei de detective. „En waar ging het gesprek over tusschen haar en den ouden knecht?" „Juist toen ik binnenkwam, hoorde ik Hen drik uitroepen: „er moet een einde aan komen. Zoo niet, dan doe ik wat ik gezegd heb!" Hij moet het meisje bij den arm hebben ge schud, want vader's bureau was een beetje in wanorde, een paar boeken waren op den grond gevallen." Middernacht begon eenig licht te zien in de duisternis, een klein tipje van den sluier scheen althans opgelicht. De jonge Heeringa ging voort: „Ik sprak Hendrik ruw aan. Ik begreep, dat hij Ida had gezegd, dat mijn vader er sterk op tegen was, dat ik met haar omging en dat hij gedreigd had hem alles mede te deelen, als zij mij niet liet loopen." „En bleek uw vermoeden later juist?" „Ja, Ida vertelde het me precies zoo. Ik beval Hendrik de kamer te verlaten, en ik volgde hem. In de hal zei ik hem flink de waarheid, maar hij gaf geen antwoord, de arme kerel. Hij keek me aan als een trouwe hond, maar hij scheen toch te begrijpen, dat hij te ver was gegaan." „En verder?" „Ik ging naar de kamer terug, waar Ida haar handschoenen stond aan te trekken. Zij was heel kalm, en zei geen woord. Ik deed de brandkast op slot en we gingen heen. Juist, toen ik de voordeur achter mij dicht wilde trekken viel het me in, dat ik mijn golf ballen vergeten had. Ik zei Ida even te wach ten en ging terug. Met drie treden tegelijk liep ik de trap op, Hendrik zag ik niet meer De jonge man zweeg, en Middernacht keek peinzend voor zich uit. Hij haalde zijn ciga- rettenkoker voor den dag en bood er Jan Hee ringa een aan. Terwijl hij een lucifer aan streek, keek hij over den schouder van den ander en zijn oog viel op de wandversiering; een paar Chineesche maskers van groteske uitvoering, eenige speren en schildenen een paar Indische krissen! Hij blies een rookwolk uit en dacht na. De zaak werd hoe langer hoe ingewikkelder. Die soubrette had alle gelegenheid gehad het paarlsnoer te stelen, terwijl zy alleen in het vertrek was geweest en de brandkast openstond. Ook had zij gelegenheid gehad Jan Heeringa in huis te volgen, toen deze vyf trappen opging om zijn golfballen te halen. Iemand nasluipen en een kris in het hart ste ken, vordert slechts luttele seconden; het wapen had zij kunnen medenemen toen zij het tijdens haar onderhoud met den ouden knecht, dat byna een handgemeen was gewor den, had zien liggen op het bureau, waarop alles verschoven werd, het vloeiblok incluis. Weliswaar zei de jonge Heeringa, dat hij den knecht niet meer had gezien, maar in het donkere trappenhuis kon hy het neergezegen lichaam zeer goed voorbij zijn geloopen zon der iets te merken. Niettemin bevredigde deze theorie den de tective niet, hij wist dat vrouwen als Ida Bas- quette in hysterische drift en ook in koelen bloede tot veel in staat zijn had de huis knecht haar niet gesommeerd haar prooi (en iets anders was Jan Heeringa in Midder- nacht's oogen niet voor haar) los te laten, maar toch Weer viel het oog van den detective op de krissen aan den wand. Jan Heeringa zélf Het was mogelijk. Een jonge man in geld verlegenheid en zijn hoofd kwijt door een slechte vrouw, kan tot het uiterste gebracht worden om aan geld te komen. Als hij dus het collier had meegenomen, en den knecht in wanhoop gedood had toen hij alleen terug keerde in huis? Maar er was nog iemand op wien verdenking viel: de vreemdeling die zich had voorgedaan als Jan Heeringa! Dan was er ook nog de mogelijkheid, dat Dolle Bult, de inbreker, ten slotte toch de dader was, vooral nu het wapen op het bureau misschien bloot was komen te liggen bij de korte worsteling tusschen het meisje en den ouden huisknecht. En tenslotte bleef de detec tive een vaag vermoeden koesteren, dat de bankier zelf zekere feiten welke wist hij niet verborgen hield. Middernacht tipte de asch van zijn cigaret, keek weer naar de krissen aan den muur, en ging achterover zitten in zijn stoel. „Wat deed u nadat u met uwh'm met uw vriendin het huis had verlaten?" „Ruzie met haar maken. Dat wil zeggen: een klein beetje. Zij is te lief om lang met haar overhoop te liggen." „Zij is erg lief," meesmuilde de detective. „Waar ging u naartoe?" „Ik bracht haar thuis. Zij had hoofdpijn, zei ze." „Hoofdpijn?" „Ja. Kunt u zich dat niet voorstellen? Na alles wat ze te doorstaan had?" Middernacht keek den jongeman eens aan en zei niets. Een koekoekklok boven den divan verkondigde, dat het inmiddels drie uur was geworden, en Jan Heeringa begon onrus tig te worden. „Ik moet eigenlijk uit"draalde hij. „Nog een paar vragen," zei de detectieve. „Waar woont juffrouw Basquette?" „Prinsengracht 148g. U wilt haar toch niet in de zaak betrekken? Heusch, u moet haar niet lastig vallen. Zij heeft een nobel karak ter, en zij kan u zeker niets vertellen wat ik u niet zou kunnen mededeelen." De detective reageerde niet op deze lof tuiting. „Wat deed u zelf, nadat de dame thuis was gebracht?" De jonge Heeringa kreeg een kleur. „Ik wou mijn zinnen een beetje verzetten en trof een paar vrienden in Trianon. We dronken een paar whiskey-soda's, en ik zat er in voor een rondje. Dat overkomt je altyd als je slecht bij kas bent. Enfin, ik trok me er maar niet veel van aan, ik herinner me nog dat ik ze die mop vertelde van dat meisje uit Genemuiden „Jawel, jawel," zei Middernacht ongedul dig, „maar hoe bracht u verder den avond door?" „Nou, de lui wouen naar de Kleine Club, maar ik voelde er niet veel voor, en keerde terug naar Baarn, om een uur of elf zoowat." „De oude Heeringa had dus toch gelijk," dacht Middernacht, „die aap van een jongen is dienzelfden avond naar huis gekomen „Maar, aan den anderen kant in hoeverre waren Jan Heeringa's mededeelingen te ver trouwen? Was de jongen eensklaps zoo mede deelzaam volgens een weloverlegd plan? Was hij een boemelaar, oppervlakkig, een beetje naïef, of was hij Vroegrijpe jongelui, die van het groote stadsleven in de ongunstigste beteekenis van het woord, genieten, zijn gewoonlyk we reldwijs, en ook deze vyver kon wei eens een dieperen grond hebben Middernacht stond op, stak een versche sigaret aan, en gaf er Jan Heeringa een. Door dit blijk van genegenheid was de jon gen blijkbaar aangenaam verrast. Hij schudde den detective de hand ten af scheid, en zein: „U moet al 't mogelijke doen om dien laffen moordenaar te vinden, meneer Ray. En als ik u met iets kan helpen, ben ik geheel tot uw dienst." „Afgesproken. Om te beginnen moet u met niemand over de misdaad spreken en ook te gen niemand reppen over ons onderhoud van vandaag." „Kan ik anders niets doen? Ik zou u graag willen assisteeren. Detective-werk lijkt me reuzen interessant." Het heele leven is interessant, behalve als je het vermorst in bars (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 1