Stadsnieuws WAAR HET SPOOK VAN DE ARMOEDE GRIJNST TPoï utitt H Iwenl UW# m TWEEDE BLAD HELDERSCHE COURANT VAN DONDERDAG 31 JANUARI 1935. Licht op voor alle voertuigen. 25-jarig jubileum Commissaris van Politie. DRIE UUR OP STAP MET DEN BOND VAN BARMHARTIGHEID. - GROOTE MATERIEELE ELLENDE. Donderdag SI Jan. Vrgdag 1 16.59 uur 17.14 uur. Onze stadgenoote, mejuffrouw W. J. Kamman, tijdelijk leerares aan de Vakschool voor Meisjes te Zaandam, is thans als zoo danig in vaste betrekking benoemd. Heden behaalde Mej. C. Hoornsman en Mej. Weiland hun dipoma als Coupeuse. Beide leerlingen Mode-Vakschool Weststraat 48. BURGEMEESTER VERSTEGEN WEEK NAAK DEN HELDER. Dezer dagen is, zooals wjj mededeelden, de heer A. G. A. Verstegen opnieuw tot burge meester van Koog aan de Zaan genoemd. In- tusschen zal dit voor niet te langen tijd zijn, meldt „Het Volk". In October van dit jaar nog bereikt de heer Verstegen den 65-jarigen leeftijd en gaat dan met pensioen. Burgemeester Verstegen heeft het voorne men, Koog aan de Zaan dan te verlaten en zich opnieuw te vestigen in Den Helder. Een reportage in twee hoofd stukken. De recherche en Kees Pruis. De moppen van agent No. Laten we afspreken, dat u voorloopig geen hamen van me krijgt. Straks bij de sprekers, niet eer. Want u zou natuurlijk graag willen weten, welke agent moppen zat te tappen, maar daar begin ik niet aan. De goeie man zou geen leven meer hebben bij zijn collega's. En dat niet alleen, maar zijn heele prestige was weg. Stel u voor, dat ze van den verslag gever van de Heldersche Courant gingen zeg gen, dat-ie moppen tapte! Maar dat van de recherche en Kees Pruis, dat ook in het op schrift vermeld staat, was geen mop. Dat was de waarheid, en dat de recherche Karei I zat te bewaken, is ook waar. En hij had het er druk genoeg mee. Want op een zeker oogen- blik moest Karei I gepresenteerd worden, rondgedeeld, begrijpt u, want Karei I is een sigaar, en tegelijk moest Kees Pruis worden opgedraaid. Nou, en dat valt dan niet mee. COMMISSARIS VAN DER HOEVEN. We zullen nu beginnen bij hoofdstuk I. U begrijpt natuurlijk, waarover het gaat: onze Commissaris van Politie herdacht Dinsdag zijn 25-jarige ambtsvervulling en dit feit mocht niet onopgemerkt voorbijgaan. Dus werd, om te beginnen, de vlag uitgestoken. Och arme! nog daags tevoren hadden we een zoodanig te veel aan wind, dat er best honderd vlaggen op de Prins Hendriklaan hadden kunnen waaien, zonder dat die wind het gemerkt had. En juist vandaag, nu we het zoo bitter graag wilden, was er geen aasje. Levenloos en slap hing de vlag van den stok en om hem te la ten wapperen, zou je er voor moeten gaan staan blazen. En dat is erg omslachttig. Toen kregen we, eenmaal binnen, een ver sierd vertrek, waarin alle beschikbare mannen zaten en wachtten op de dingen, die zouden komen. Het was de oude woning boven het Hoofdbureau, die men hiervoor gebruikt had het politiebureau is een beetje ouderwetsch zooals men weet en, ofschoon een beetje klein, kon men zich, met wat goeden wil, be helpen. En de goede wil was er ruimschoots. Het schijnt, dat men dezen Dinsdagmorgen een .compromis gesloten had met heeren misdadi gers, inbrekers e. d., een soort non-agressie verdrag. Daardoor kon de recherche zich met Kees Pruis bemoeien, en was het mogelijk, dat agent no. moppen tapte. Maar nu dat versierde ex-woonvertrek bo ven in het gebouw. Slingers en vlaggen en groen waren hier kwistig aangebracht, vele uren hebben de mannen er aan geofferd om hier een feestelijk geheel te krijgen en een maal klaar, was de voldoening groot, want de boel zag er keurig en nog eens keurig uit. De spanning rijst. I>c graino- foon staat op het Wilhelmus. Naarmate het uur van half elf naderde, steeg de spanning. De laatste mop van agent no.... had geklonken, en met man en macht waren ze bezig om den vertegenwoordiger der Heldersche Courant óók te verleiden tot licht zinnigheden als moppen. „Heb je je koffie molen opgedraaid?" dat was de vraag, ic, in deze laatste oogenblikken, de recherche te beantwoorden kreeg. Deze zat, in een minus cuul hoekje weggedoken, vlak bij het kastje met de sigaren, die hij angstvallig bewaakte, en naast zich een klein tafeltje, waarop zijn toestel stond. Ter weerszijden werd-ie geflan keerd dóór de pers. Toen kwam daar het sein: de hooge gas en waren in aantocht en plechtig klonk daar het Wilhelmus door de ruimte, door allen staande en het saluut brengend, aangehoord. En daar na was het Inspecteur Helder, die het eers het woord nam. Maar laat ik i eers. vertellen wie ei, be halve dan het geheele politiecorps, voor zoo ver dat niet dienst moest doen voor b®"'ak'"f enz., waren. Allereerst Alkmaars Politiecom missaris, de heer Walrave. in zijn kwaliteit van Secretaris der Broederschap van Com missarissen van Politie, óaa he o Beverwijksche politie, de inspecteur Ragut, een oud-brigadier uit Wormerveer, thans amb tenaar van de Arbeidsinspectie te Haarlem, de heer P.enoy, met wien de Commissaris vele jaren prettig samengewerkt heeft, rijksveld wachter Van Twuijver, eenige kennissen uit Wormerveer, en verder natuurlijk inspecteur Helder, de adjunct-inspecteurs, en enkele dames. Rede van den lieer Helder. Zooals het klokje thuis tikt De heer Helder was de eerste spreker, namens het geheele corps. Vijft-en-twintig jaar is een heele tijd, zoo zeide hij, en de dienst bij de politie is niet altijd even gemak kelijk. Wij wonen nu eenmaal in een heilig huisje, veel kritiek wordt op ons werk gele verd, en onze positie is vaak moeilijk en ver antwoordelijk. Hoewel de heer Van der Hoe ven aanvankelijk van geen huldiging wilde weten, was het corps van een ander gevoelen; het heeft deze huldiging dan ook spontaan en gezamenlijk opgezet en we zijn blij nu eens te kunnen zeggen wat ons op het hart ligt. Want hoewel nog maar kort hier werk zaam, hebben wij den heer Van der Hoeven leeren kennen als een humaan chef, die een open oog heeft voor de belangen van zijn per soneel, dat hem na aan het hart ligt, en dat hij dientengevolge opwekt tot ijver en plichts betrachting. En wij hopen ailen, dat wij hem nog vele jar*n als onzen chef mogen behou den. aldus eindigt de heer Helder. Vervolgens wordt het geschenk, dat het corps bij deze gelegenheid aan zijn chef aan biedt, onthuld en te voorschijn komteen fraaie, moderne schoorsteenklok, een keurig meubel, waarmee de mannen eer inleggen. Aan Mevrouw Van der Hoeven worden bloe men aangeboden. Mede namens de ambtgenooten van Wor merveer en Zaandam, die verhinderd waren hier tegenwoordig tc zijn, voert thans de heer Helder nog het woord, en biedt de gelukwen- schen aan. Agent No. 1 aan het woord. Wezenlijk, dit nummer is echt, u kunt er op vertrouwen. Want agent no. 1 is, de lezer heeft het al begrepen, de oudste-in-dienstjaren van het corps en dus als zoodanig natuurlijk de woordvoerder van zijn collega's. En deze oudste-in-dienstjaren is brigadier Raven, die de volgende rede uitsprak: Geachte Heer Commissaris, Mevrouw! Nu U op dezen dag in ons aller midden zijt verschenen kan ik niet nalaten om namens het geheele inferieure personeel een kort woord tot U te spreken en ik heb gemeend goed te doen de revue over de laatste 25 jaren, voor zoover mij is gelukt dit te weten te ko men, te laten passeeren. Zoo schrijven wij dan 29 Januari 1935. Op 29 Jaunari 1910, dus juist 25 jaar ge leden, werd U, Arie Jacob van der Hoeven, geboren "e Amsterdam 2 November 1885, hoe wel aanvankelijk voor den handel bestemd zijnde, aangesteld als agent van politie in tij- delijken dienst der gemeente Amsterdam. In 1911 kreeg U een vaste aanstelling als zoodanig. In 1912 werd U bij de recherche geplaatst. Deze plaatsing was een gevolg van het feit, dat de bizondere aandacht op U was gevestigd, daar U als jonge agent, dienst doende op het Leidscheplein, eèn vreemde ling öp zeer voortreffelijke wijze van ant woord wist te dienen. Na Uw studie aan de Volks-Universiteit te hebben voortgezet, had U den moed en het zelfvertrouwen om in 1916 Uw bezoldigde functie te verwisselen met een onbezoldigde, namelijk die vin volontair bij de Gemeente politie te Wormerveer Uw studie, maar ook Uw risico, werd be loond. Op 1 Juni 1917 werd U benoemd tot Inspecteur van Politie te Wormerveer. Op 1 Februari 1919 volgde de bevordering tot Hoofd-Inspecteur van Politie en op 21 De cember 1921 kwam Uw benoeming af van Commissaris van Politie te Wormerveer. Reeds toen kon van U gezegd worden: „Dit is een soldaat, die den maarschalkstaf in in zijn ransel droeg en die door zijn talent en energie het zoover hcuft mogen brengen." In de Zaanstreek was U, zooals ik vernam, niet alleen een werkzaam politie-ambtenaar, doch deed daar ook veel arbeid op sociaal ter rein. Ook was U lid en technisch-adviseur van de Verkeers-Commissie, waarvan onze Burgemeester, toen Burgemeester van Koog aan de Zaan, Voorzitter was. In den tijd dat het autobus-verkeer in de Zaanstreek op kwam, werd er veel gevraagd van die Com missie, ten eerste om de veiligheid van den weg, doch ook die van de passagiers, te ver zekeren, alsmede om ordening te brengen in het verkeer. In dezen tijd van vooruitgang op verkeersgebied zal het U ongetwijfeld ten goede z(jn gekomen, dat U van den beginne af de ontwikkeling van het verkeer van nabij hebt bestudeerd. Gij zvjt een goed kenner van wet en veror dening. hetgeen de leiding van een korps ten goede komt en dat bovendien respect af dwingt bij de korpsleden. Dit respect is het echter niet alleen, wat Uw gezag in het korps doet hooghouden, doch dit gezag wordt ge sterkt door Uw voorkomendheid tegenover Uw ondergeschikten, waaruit blijkt, dat U over de gave beschikt, die zich een heer eigen is. Ik kan mij voorstellen, dat Wormerveers burgerij en in het bizonder het politiekorps aldaar, U niet gaarne zou zien vertrekken, doch Uw politie-carrière zou niet in Wor merveer worden afgesloten. U werd benoemd tot onzen Commissaris en trad alhier, op 15 September 1933, in functie. Wjj hebben als personeel mogen profiteeren van den goeden roep, die U als politie-chef vooraf is gegaan. Wij hebben in U gevonden een humaan, bekwaam en tactvol chef. Het is daarom, dat w(j dezen dag, waarop U Uw 25-jarig ambtsjubileum viert, niet on opgemerkt voorbij konden laten gaan. Zoodra in de gelederen bekend werd, dat dit gebeuren op spel stond, werden de hoof den bij elkaar gestoken en door het geheele personeel spontaan besloten een feestpro gramma op te stellen, dat wij dan op dit oogenblik bezig zijn af te werken. Mijnheer de Commissaris! Wij filiciteeren U van harte met Uw jubileum en hopen, dat U nog vele jaren als onze chef werkzaam zult mogen zijn en dat de verstandhouding tus- schen U en ons moge blijven zooals die thans is. Ook U mevrouw, feliciteeren Wij met het ambtsjubileum van Uw echtgenoot. Bjj de in diensttreding van onzen chef heb ik een bé- roep op U gedaan om hem bij alles ter zijde te willen staan ter bevordering van een goede verstandhouding tusschen hem en het perso neel. Ik meen te mogen constateeren, dat U inderdaad op dat gebied Uw beste beentje hebt voorgezet. Wij hopen dat U hem nog vele jaren als een getrouw echtgenoot zult mogen behouden en dat U over de kracht zult mo gen beschikken om hem bij zijn drukke werk zaamheden goed gehumeurd te houden. Nadat nog adj.-inspecteur Schipper het woord heeft gevoerd namens de Politie-Sporl:- vereeniging, en een bloemenhulde heeft aan geboden, krijgt de Alkmaarsche Commissaris, de heer Walrave, het woord. Toespraak van den heer Walrave. Zooals gezegd, spreekt deze namens de Broederschap van Commissarissen van Poli tie. In de eerste plaats, zoo zegt spr., om dat de heer van der Hoeven in onze Broeder schap zoo'n goede plaats inneemt. We hebben zooeven gehoord dat de heer v. d. H. in 1921 het ambt van C. v. P. bereikte; hij toonde daarmede hoe men een goede carrière kan maken. Direct na die benoeming is de heer v. d. H. lid onzer Broederschap geworden en wij zijn trotsch op dit lid. Gaarne onderschrij ven wij hetgeen door agent no. 1 is gezegi, vooral de gave, die gij bezit om het uw pe soneél naar den zin te maken, mag hier wor den gereleveerd. Het voorbeeld, door U g 5- geven omtrent plichtsbetrachting, ijver, eni.,: mag hier wel eens worden gememoreerd, v. cl.' Hoeven is een C. v. P. met zeer veel ta< t. Naast zijn taak als politie-commissaris heeft' de heer v. d. H. in zijn vorige woonplaats ook veel aan sociaal werk gedaan. Een dag als deze mocht daarom niet onopgemerkt voor bijgaan. Namens de Broederschap overhandigt spr. den heer van der Hoeven een zilveren asch- bakje. Nog meer bloemen. Bloemen worden verder overhandigd namens de Rijksveldwacht en de Politie-troe- pen (militaire politie), die hier niet aanwezig konden zijn, en daarna is de jubilaris zelf aan het woord. Dankwoord van den heer van der Hoeven. Inderdaad, aldus spr., 25 jaar is een heéle tijd, en voor mij was de moeilijkheid, dat ik het grootste deel van die vijfentwintig jaar buiten de gemeente Den Helder werkzaam was en nog slechts enkele maanden hier ben. ver ongemerkt laten voorbijgaan. Maar dat Daarom wilde ik eigenlijk den dag maar lie- mislukte; achter mijn rug om werd gewerkt en werden plannen gemaakt, en tenslotte, als ik dan den heer Helder weer uit zag gaan op een geheimzinnige manier, heb ik maar ge daan alsof ik niets zag en mij er bij neerge legd. Spijt heb ik er heelemaal niet van, ten slotte is zoo'n mijlpaal in je leven wel eens aardig. Spr. dankt het corps voor de keurige ver siering. voor de prettige samenwerking, die tot een wederzijdsch genoegen is. Als je 23 jaar elders gewerkt hebt, ben je bang, dat het niet mee zal vallen nog weer samen te moe ten werken met een niguw corps. Maar het viel juist heel erg mee, en spr. wil van deze gelegenheid gaarne gebruikmaken om allen dank te zeggen voor de hulp en de medewer king, die hij ondervond. De agenten hier, zoowel als de hoogere beambten, beschouwen hun ambt niet enkel als een middel om in hun levensonderhoud te voorzien; voor hen is het tevens levensdoel, en eerst als men er zijn geheele ziel in legt, kan men iets prestee- ren. Spr. hoopt op langdurige samenwerking in denzelfden prettigen geest; hij richt zich thans tot de afzonderlijke sprekers, inspec teur Helder heb ik leeren kennen als een man van groote eerlijkheid en oprechtheid, zoo zegt hij, om tenslotte mede te deelen, dat het hem buitengewoon in Den Helder bevalt en hij hoopt in staat te zijn den goeden naam van het corps te mogen bevestigen en uit breiden. Dat deze en de andere toespraken met enthousiast applaus werden begroet, behoeft welhaast geen betoog. Wijn en koffie. En Karei I. Ook de Zaanmarsch ontbreekt niet. En hiermede was, was deze huldiging be treft, het officieele gedeelte afgeloopen, Karei I kwam uit de muurkast te voorschijn en ging van hand tot hand, e» niet lang zou het duren of de wijn zou in de glazen parelen en een dronk zou worden uitgebracht op Hare Majesteit de Koningin, op den Burge meester, op den Commissaris zeiven, die lang en in de gloria zal leven. En de gramofoon draaide, draaide, draaide... „Roóde kool met krenten", en „Tararaboemdijé", en „Jij komt vanavond de deur niet weer uit" en heelemaal aan het eind „We gaan met z'n allen naar de Zaan". Toen was het voor ons afgeloopen. De pho- tograaf stond allang klaar met z'n kiektoe- stel, met een kop koffie (prima koffie, dames, Complimenten!) en een sigaar was hij zoolang stilgehouden, maar nu moest het heele zaakje in den tuin. „Moet u er niet bij?" vroeg agent no.?.... Maar, in overgroote bescheidenheid, zeiden we, dat daardoor de photo hopeloos zou be derven. En dat zou zonde zijn, nietwaar? Hoofdstuk II. 't Wordt een tikje zwaarwichtiger. Maar 't blijft een gezellige boel. We moeten nu naar 't raadhuis. Dat is veel deftiger dan dat oude politiebureau, en dus hebben we ook een deftig jasje aangetrokken" en een deftiger gezicht gezet, toen we daar des middags om vier uur kwamen. En al dadelijk stonden we voor een moei lijkheid. Want het is, met den besten wil ter Gereld, onmogelijk u alle namen te geven van hén, die van deze gelegenheid gebruik maakten en hun opwachting maakten bij den jubilaris. Zóó was je, na moeizaam rondspeu- 'ren en rondneuzen, klaar gekomen met een heele rist van namen, of er waren alwaar anderen binnengekomen, die zich tusschen de menigte hadden begeven en ^t geval hope loos maakten. We zullen zoo 'goed mogelijk een overzicht geven van wie er dezen middag waren. Daar waren de heeren Van Dok en Roet- man van Moed, Volharding. Zelfopoffering, Melief en Verstegen van de Pluimveevereeni- ging. Dokter en Visser van Gemeentewerken, Goedknecht, de marktmeester, van Dalen en Stoll, van de Centrale Boekhouding, Lücker en van Hoek-van de Speeltuir.vereeniging, dr. Rienks en zqn assistent dr. Büchli Fest, van den Gem. Geneeskundigen Dienst, Inspecteur Helder en de adj.-inspecteurs Schipper en Vrije namens het Politiecorps, Schenkels, Biegstra- ten en Mahieu van de Muziekvereeniging „Winnubst", Teune en Pauwels, directeur en onderdirecteur van de Water- en Lichtbedrij- ven, van Loo en Winter van O.K.K., Avena- rius en Bos van de Bioscoop-commissie, de Jong en Snel van Huisduiner Belang, Del- gorge van de Held. Middenstandsvereeniging, in. In den snel aanduisterenden avond rijden we, diep in de Icrau: van onze jas gedoken, naar een ander stadsgedeelte. We stoppen voor een 'mis met hoogen puntgevel. We bel len aan en direct wordt i deur opengetrok ken en kli-kt een vrouwenstem, met een Duitsch accent, van boven: „WJe is da?" Als ze hoert met v at voor doel we komen, worden wt vriendelijk uitgenoodigd boven te komen. We loopen de donkere, krakende trnp op en worden vriendelijk lachend ontvangen door een nog jonge vrouw. „Gaat u zitten," zegt ze en schuift een paar stoelen bij -'e tafel, terwijl ze de pit van de petroleu-Til mp hooger opdraait. In den hoek van de kamer komt plotseling uit de bed stede het hoofd van een jongen, frisschen kerel. „Goeienavond, heeren." „Ook "oeicnavond," antwoorden we. ,.Ja, ik heb wat gerust," verontschuldigd hij zich, „ik moet van. acht ./at zien te verdie nen niet de visscherij. Ik verdien het liever zelf meneeren, alsdat ik me hand op moet houwen". „Bent u nog al tevreden met wat u ontvan gen hebt van den Bond van Barmhartigheid, vraagt de heer Dissel. „Reusachtig tevreden, meneer," Klinkt op gewekt de stem van den man in de bedstee. ,,Ze hadden ons nooit beter dienst kunnen be wijzen. 't Was best naar 't zin. M'n zoon," en hjj wijst op een ongeveer twaalfjarigen leu ken, blonden rullebol, die wat witjes, op den divan zit, „m'n vrouw en ik, we hebben ge kregen wat we nocdig hadden. We waren hulpeloos en radeloos. Teneinde raad ben ik naar wethouder Smits geloopen. We hadden niets meer en die verwees me naar den Bond van Barmhartigheid." „Hebt u steun?" vragen we. „Ja, een levensmiddelenbon van 3 gulden en een kolenbon en dan krijgen we van de buren nog wat toegestoken, want armoe dóet armoe dekken, meneer," filosofeert de man met wat melancholieke stem. „Vrijdagnacht heb ik met de visscherij drie gulden verdiend. We waren den h -mei te rijk en wisten niet in wat voor wereld we leefden. Zaterdagnacht waren de - erdiensten maar weer vijftig cent." ,K(jk," zegt de Duitsche, wijzend op een emmer met groenten, „dat kregen we zooevën weer van onze buren, die zelf moeten schar relen om rond te komen." Fatsoenlijke armoe wordt hier geleden, dat zien we. Men schreeuwt het niet naar buiten uit. 't Ziet er hier in huis alles zoo helder en proper uit, zoo gezellig. De glimmende deuren, het glanzende koper, de blinkende kopjes, tot de heldere wasch, die achter de kachel te drogen hangt. De voorzitter van het actie-comité doet weer de belofte dat ze op den steun van den bond kunnen rekenen en als we den weg naar beneden zoeken, laten we een paar dankbare menschen achter. Door een steegje, dat ons nauwelijks door laat, komen we op een onver-licht, armoedig hofje, waarvan we het bestaan in onze stad niet wisten. Een vijftal huisjes rijen daar aan een, waarop eigenlijk het woord „huis" niet meer van toepassing is. Over een hobbelig straatje zoeken we tastend naar den ingang van het hokje waar we moeten zijn. We kun nen in de duisternis de klink niet vinden. Een buurjongen, die ons heeft gehoord, grjjpt op den tast naar de klink en piepend zwaait de deur open en staan we in een duister hok, van twee bij twee meter, dat vermoedelijk dienst doet als keuken. We loopen ongevraagd naar binnen, een benauwde lucht komt ons tegen. In het achterkamertje bra..dt flauw een lichtje, alsof het zich schaam de omge ving te beschijnen. In het duistere voorkamertje zien we in een hoek wat vieze planken tegen elkaar ge slagen. We werpen een onbescheiden blik in die kist waarin vodden als dekens dienst doen voor het tweetal kindertjes, dat hier moet slapen. We vallen bijna over een stoel met vuil goed en botsen tegei. een getimmer te, dat vroeger den naam van kinderstoel droeg. Daar zit een kleine meid van twee jaar in, die uit een paar bruine knikkeroogen, in een ongewasschen snoetje, naar ons kijkt. Van de wanden hangt het behangsel in flarden naar beneden. „Dat hebben de kinderen gedaan", veront schuldigt zich de vador nog, die uit zijn stoel is opgestaan en op ons toekomt. We gaan naar het achterkamertje, waar ir. een hoek eenzelfde vieze rommel dienst doet als bedje voor de jongste spruit van I jaar. „Heb me man gemaakt," zegt de vrouw, wijzend op de smerige planken, die daar neer geslagen zijn. Door de kamer hangt, aan vier gespannen lijnen, de wasch, gorig vuil. Op den eenigsten houten stoei nemen we plaats, om eenige aanteeiceningen te maken. De man vertelt, dat hij met negotie onge veer tachtig cent per dag verdient. „Maar vorig jaar heb i dertien weken niet kunnen werken, want toen lag ik met 3en kaakont steking in het hospitaal en me vrouw had Kolster en Luyckx van de Hanze, Nieaaing van het Crisis-Comité, F. Grtlnwald en Jaring van de Vereeniging „Veilig Verkeer", de ka pelaans Lichthart en Meerenboer enz. enz. Uit het relevé van de toespraken zal blijken, dat hier nog verschillende namen niet genoemd zijn. Verder waren er vele gemeente-ambte naren, het volledig College van B. en W., ter- wijl de Schout-bij-Nacht met adjudant, alsmede de Garnizoenscommandant aan de woning van den heer Van der Hoeven van hun belang stelling hebben blijk gegeven. Ook de Pluimvee- vereeniging had bloemen naar de woning ge zonden. De sprekers van dezen middag. De lezer begrijpt, dat het, bij zóóveel be langstelling, eveneens ondoenlijk is uitvoerige resumé's van de gehouden toespraken weer te geven. De Burgemeester was de eer ste spreker, en bood namens het gemeente bestuur een theemeubel aan. De heer K a m- m a n volgde namens de hoofd-ambtenaren der gemeente, met een rooktafel en een kistje sigaren. De nieuwe C.v.P. is iemand, die ge heel in ons kader past, zoo zeide hij. Over 't algemeen heerscht onder het ambtenarencorps een goede geest, er is weinig gekanker en een prettige samenwerking. De heer Helder voegde aan zijn des morgens gesproken woor den nog eenige toe, waarin hij herhaalde, dat het politiecorps zich vol sympathie aan deze huldiging gaf, hetgeen tot oorzaak heeft de prettige geest in het corps, die op zijn beurt weer is ontsproten uit de wijze van omgang van den C.v.P. met zijn menschen. Ook de Alkmaarsche Commissaris, de heer Walrave, deed zulks; thans wilde h(j niet namens de Broederschap, maar liever als col lega, vriend en buurman spreken Spr. ver heugt er zich over indertijd nog een steèntje te hebben bijgedragen aan 's heeren van der Hoevens benoeming; de keus was destijds voor den Raad niet gemakkelijk, maar geble ken is wel, dat zij goed was. Voor spr. zelf is het een groote genoegdoening te weten, dat de informaties, die hij van den heer van der Hoeven gaf, niet beschaamd zijn geworden. Namens de V.V.V. „Helders Belang" spreekt de heer Biersteker een hartelijk woord. Schoorvoetend heeft spr. daartoe besloten, omdat inderdaad de Commissaris nog zoo kort in de gemeente is, maar wij hebben in dien korten tijd ervaren aan u een grooten steun te hebben. Bovendien was er nog een reden, waarom wij hierheen zijn gegaan, zegt spr. De burgerij moet op een dag als deze eens van haar waardeering kunnen getuigen voor de politie, wier hulp wij steeds zoozeer noo- dig hebben. Namens de V.V.V. biedt spr. bloe men aan. Ook de Speeltuinvereeniging (de heeren Lucker en van Ho e k) komt met een bloemstuk; gebleken is, dat de Commissaris het Speeltuinwerk een goed hart toedraagt. „Huisduiner Belang" (de heeren de Jong en Snel) is er om den Commissaris te be danken, dat hij de jutters altijd zoo met rust laat als ze met een brandje voor de kachel naar huis gaan. Deze vereeniging biedt een fraai-bewerkt bridgebloc aan, voorzien van het Heldersche wapen. Voor mevrouw van der Hoeven heeft de Vereeniging een postzegel doosje, op dezelfde wijze bewerkt. De heeren Avenarius en Bos vertegenwoordigen de Bioscoop-commissie en komen in deze kwaliteit veel met de politie in aanraking. Steeds is aangenaam samengewerkt en Wij hopen, dat dit zoo moge blijven. Ook als hoofd der school wil spr. den heer van der Hoeven complimenteeren; feitelijk zijn wij halve col lega's: wij voeder de jeugd, u de bevolking op. De heer van Dok is woordvoerder van de oude redders, vereenigd in „Moed, Volharding, Zelfopoffering", en biedt bloemen aan voor den steun en de medewerking, die dikwijls Is ondervonden. De heer Delgorge van de Middenstandsvereeniging „Helder"; alle be stuursleden zijn vandaag naar Eindhoven ter bezichtiging van de Philips-fabrieken, alleen spr. is nog overgebleven. Ook de winkeliers hebben zeer vaak steun en medewerking van de politie ondervonden, vooral ln den laatsten tijd, nu zooveel nieuwe bepalingen en ver ordeningen moeten worden nageleefd. Spr. biedt namens de Middenstandsvereeniging bloemen aan. De heer Joh. Bakker komt als com mandant van de Burgerwacht met een schil derstukje. Ook namens de Oranje-vereeniging complimenteert spr. den jubilaris. De heer Luyckx spreekt namens de R.K. Midden standsvereeniging „De Hanze" en biedt een inktstel aan; de heeren de Jongh en Bot complimenteeren namens de Chr. Oranje- vereeniging met een bloemenhulde, ds. Tol lenaar en mr. Mulder in de functies van nierontsteking. En nou heb ik weer twee weken niks kunm a doen en hebben we van vijf gulden twee weken moeten leven." „En ik l(j aar. toevallen," zegt de vrouw en kijkt ons uit een paar moede oogen aan. „Soms krijg ik er vier op een nacht." In den hoek kraait de kleine meid in haar kist. Haar ongewasschen snoetje kflkt de vreemde heeren aan, onbewust van de ellen de, waarin het verkeert. Arme, arme stakkers van kinderen. We staan weer in het voorkamertje waar we ons nauwelij' kunnen keeren. Kijken nog eens om ons heen naar de armoe-omgeving en dan valt ons oog op een paar oude jaloezieën, tegen den linkerwand van het kamertje. Uit een van de openingen steken een paar bloote kinderarmpjes en een paar oogen gluren door een kier naar ons. „Wat is dat?" vragen we den vader. „O, daar stoppen we de kinderen in als ze stout benne", geeft hij ten antwoord en ge lijktijdig haalt hij een paar wervels voor de jalouzieën weg en tilt ze in de kamer. Uit een zwart steen >n hok, dat waarschijnlijk dienst gedaan heeft als kolenbergplaats, wordt een kleine jongen van drie jaar getild, die met verwonderde oogen naar ons kijkt. Hg staat op bloote pootjes en heeft bijna geen kleeren aan." We streelen den stakker over z'n vuile kop je. ,,'t Benne zulke ondeugende rakkers, me neer", zegt de moeder. We zeggen ni ts, 't is c' er iets in je stuk gaat bij het aanschouwen van zooveel ellende. We loopen naar buiten, halen eerst diep adem, trappen dan zwijgend verder, 't was ons laatste bezoek. Wat doet de Bonc van Barmhartigheid ter leniging van deze materieele ellende Deze vraag hebben we nog te beantwoorden en in een slotartikel, in ons nummer van Zaterdag, hopen we daarover nog een en ander te schrij ven. Nr. werd opgenomen in ons nummer van Dinsdag 29 Januari. (Slot volgt.) FeuilletonPag. 1 Buitenlandsoh Over nicht1 Distributie van groenten aan i«nk- loozen a De werkloosheid in ons land stijgt. Momenteel J,SS.5Z0 werhloozen t Amerika treedt niet toe tot het In ternationaal gerechtshofi Te Culemborg is, vermoedelijk door brandstichting, een sigarenfabriek in de asch gelegd. Veertig a vijftig men schen gjjn hierdoor werkloos gewor den e O Het uit het vliegtuig verloren goud is gedeeltelijk in Frankrijk terugge vonden yp O De moord op een tandarts te 's-Gra- venhage. Verdachte ontoerekenbaar verklaard3 Voor bijna 1,5 millioen dollar aan ef fecten zoek9 De brand in de Cunerakerk te She- nen. De loodgieter tot 1 maand ge vangenisstraf veroordeeld t Meer dan 50.000 werkloozen te Rot terdam Een proclamatie van Hitier aan het Duitsche volkf Japansch officier in Noord-Chlna vermoord. Kanonneerbooten uitge zonden Opstand in Mexico verijdeld De „K XVIII" vandaag te Rio de Ja- neiro 9 8 Het Roode Leger is uitgebreid tot 940.000 man4 Omtrek-nieuws Marktberichten Marineberichten Sportnieuws e T 8 8 8 Zaterdag 2 Februari. Bal-Masqué, „Tavenu". Amusementsavond E.H.W.V. „de Jutter", Musis Sacrum, 8 uur. Woensdag 6 Februari. Premie-voorstelling Heldersche Courant", door de tooneelvereeniging T.A.V.E.N.U. Casino, 8.30 uur. vertegenwoordigers der Prot. Chr. Reclassee- ring. Middernachtzending en Raad van Toe zicht der Oranje-garde, „Suaviter in modo, fortiter in re" voegt ds. Tollenaar den heer van der Hoeven toe. t) Tenslotte komt nog de heer F. Winter, die namens de Gymnastiek- vereeniging „Oefening kweekt Kunst" bloe men aanbiedt, en de heeren F. Grünwald en Jaring, die namens de Vereeniging „Vei lig Verkeer" een bridgekleed met bridge-étui overhandigen. Van Drukker rj De Boer was voorts nog een bloemstuk ingekomen, eveneens van de familie Polak Koningstraat. Dankwoord van den heer van der Hoeven. De heer van der Hoeven sprak voor al deze hulde een hartelijk woord van dank en erkentelijkheid. Waaraan heb ik dit alles verdiend? zoo zegt hij. Ik ben immers nog zoo kort in de gemeente. Dankbaar releveert spr. de hulp van den Burgemeester. Hij is de chef der politie, die zich gaarne van den gang van zaken op de hoogte houdt, maar- die zich met de leiding niet bemoeit. De 1 ;- lijke ontvangst van het corps was een 1 r- rassing voor spr., ik hoop nog eens eenmaal te kunnen bewijzen, dat uw keuze van Politie- commisasris een goede is geweest, zegt spr. Er is veel ruzie in de wereld, te veel, en ook heeft men niet altijd gelijk. Ik hoop hier op langjarige prettige samenwerking met het College van B. en W., zegt spr., in mijn vorige woonplaats was dat helaas niet het geval. Met eerewijn en sigaren werd ook hier de plechtigheid besloten. Serenade» Des avonds werd ten huize van den jubilaris een serenade gebracht door het Stedelijk Mu ziekcorps. Met ontplooide banier en brandende fakkels, gevolgd door de Oranje-garde, in geuzekiel, getooid met prinsenbaret, en om stuwd door een groote menigte trok men naar de Javastraat waar het slot van deze huldi ging zich afspeelde. 1) Aangenaam in den omgang, als het op daden aankomt vastberaden. GOEOKOOPE TOONEELVOOKSTELLING. Wij verwijzen naar de advertentie in ons nummer van heden, in het bijzonder ter her innering aan de gelegenheid tot plaatsbespre king, waarmede Zaterdagmiddag 3 uur wordt aangevangen. Kaarten a 25 cent zijn ten onzen kantore verkrijgbaar. VER. VOOR VOLKENBOND EN VREDE. Afdeeling Den Helder. Het bestuur van de Vereeniging voor Vol kenbond en Vrede, afdeeling Den Helder, be richt hiermede, dat de voordracht op 1 Fe bruari niet wordt gehouden, wegens familie omstandigheden van den inleider. De avond is verzet op Vrijdag 15 Februari. Men leze de annonce hieromtrent in dit blad, BAL MASQUÉ „TAVENU" Een laatste woord. Men schrijft ons Nog slechts 2 dagen scheiden ons van het bal-masqué. Door de groote deelname is 't succes bij voorbaat verzekerd. Het groote aantal gecostumeerden in de schitterend ver sierde en feeëriek verlichte zaak moet wei een fantastischen aanblik opleveren. Vandaar het groote quantum toeschouwers (niet ge costumeerden) dat zich reeds opgaf. Voor hen, die nog verzuimden zich aan te melden, hjjschen wij 't attentieseingeeft U spoec'ig op bij een der adressen, reeds vroeger in dit blad vermeld, Eindigen we dit laatste woord met: „Viert vrooiijk met ons mee „Tavenue's jaarlijksch bal-masqué".

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 5