Stadsnieuws
WAAR
HET SPOOK VAN DE ARMOEDE
GRIJNST
TPoï utitt H Iwenl
UW# m
TWEEDE BLAD
HELDERSCHE COURANT VAN DONDERDAG 31 JANUARI 1935.
Licht op voor alle voertuigen.
25-jarig jubileum
Commissaris van Politie.
DRIE UUR OP STAP MET DEN BOND VAN
BARMHARTIGHEID. - GROOTE MATERIEELE
ELLENDE.
Donderdag SI Jan.
Vrgdag 1
16.59 uur
17.14 uur.
Onze stadgenoote, mejuffrouw W. J.
Kamman, tijdelijk leerares aan de Vakschool
voor Meisjes te Zaandam, is thans als zoo
danig in vaste betrekking benoemd.
Heden behaalde Mej. C. Hoornsman en
Mej. Weiland hun dipoma als Coupeuse. Beide
leerlingen Mode-Vakschool Weststraat 48.
BURGEMEESTER VERSTEGEN WEEK
NAAK DEN HELDER.
Dezer dagen is, zooals wjj mededeelden, de
heer A. G. A. Verstegen opnieuw tot burge
meester van Koog aan de Zaan genoemd. In-
tusschen zal dit voor niet te langen tijd zijn,
meldt „Het Volk". In October van dit jaar
nog bereikt de heer Verstegen den 65-jarigen
leeftijd en gaat dan met pensioen.
Burgemeester Verstegen heeft het voorne
men, Koog aan de Zaan dan te verlaten en
zich opnieuw te vestigen in Den Helder.
Een reportage in twee hoofd
stukken. De recherche en Kees
Pruis. De moppen van agent
No.
Laten we afspreken, dat u voorloopig geen
hamen van me krijgt. Straks bij de sprekers,
niet eer. Want u zou natuurlijk graag willen
weten, welke agent moppen zat te tappen,
maar daar begin ik niet aan. De goeie man
zou geen leven meer hebben bij zijn collega's.
En dat niet alleen, maar zijn heele prestige
was weg. Stel u voor, dat ze van den verslag
gever van de Heldersche Courant gingen zeg
gen, dat-ie moppen tapte! Maar dat van de
recherche en Kees Pruis, dat ook in het op
schrift vermeld staat, was geen mop. Dat was
de waarheid, en dat de recherche Karei I zat
te bewaken, is ook waar. En hij had het er
druk genoeg mee. Want op een zeker oogen-
blik moest Karei I gepresenteerd worden,
rondgedeeld, begrijpt u, want Karei I is een
sigaar, en tegelijk moest Kees Pruis worden
opgedraaid. Nou, en dat valt dan niet mee.
COMMISSARIS VAN DER HOEVEN.
We zullen nu beginnen bij hoofdstuk I. U
begrijpt natuurlijk, waarover het gaat: onze
Commissaris van Politie herdacht Dinsdag zijn
25-jarige ambtsvervulling en dit feit mocht
niet onopgemerkt voorbijgaan. Dus werd, om
te beginnen, de vlag uitgestoken. Och arme!
nog daags tevoren hadden we een zoodanig
te veel aan wind, dat er best honderd vlaggen
op de Prins Hendriklaan hadden kunnen
waaien, zonder dat die wind het gemerkt had.
En juist vandaag, nu we het zoo bitter graag
wilden, was er geen aasje. Levenloos en slap
hing de vlag van den stok en om hem te la
ten wapperen, zou je er voor moeten gaan
staan blazen. En dat is erg omslachttig.
Toen kregen we, eenmaal binnen, een ver
sierd vertrek, waarin alle beschikbare mannen
zaten en wachtten op de dingen, die zouden
komen. Het was de oude woning boven het
Hoofdbureau, die men hiervoor gebruikt had
het politiebureau is een beetje ouderwetsch
zooals men weet en, ofschoon een beetje
klein, kon men zich, met wat goeden wil, be
helpen.
En de goede wil was er ruimschoots. Het
schijnt, dat men dezen Dinsdagmorgen een
.compromis gesloten had met heeren misdadi
gers, inbrekers e. d., een soort non-agressie
verdrag. Daardoor kon de recherche zich met
Kees Pruis bemoeien, en was het mogelijk, dat
agent no. moppen tapte.
Maar nu dat versierde ex-woonvertrek bo
ven in het gebouw. Slingers en vlaggen en
groen waren hier kwistig aangebracht, vele
uren hebben de mannen er aan geofferd om
hier een feestelijk geheel te krijgen en een
maal klaar, was de voldoening groot, want
de boel zag er keurig en nog eens keurig uit.
De spanning rijst. I>c graino-
foon staat op het Wilhelmus.
Naarmate het uur van half elf naderde,
steeg de spanning. De laatste mop van agent
no.... had geklonken, en met man en macht
waren ze bezig om den vertegenwoordiger der
Heldersche Courant óók te verleiden tot licht
zinnigheden als moppen. „Heb je je koffie
molen opgedraaid?" dat was de vraag, ic,
in deze laatste oogenblikken, de recherche te
beantwoorden kreeg. Deze zat, in een minus
cuul hoekje weggedoken, vlak bij het kastje
met de sigaren, die hij angstvallig bewaakte,
en naast zich een klein tafeltje, waarop zijn
toestel stond. Ter weerszijden werd-ie geflan
keerd dóór de pers.
Toen kwam daar het sein: de hooge gas en
waren in aantocht en plechtig klonk daar het
Wilhelmus door de ruimte, door allen staande
en het saluut brengend, aangehoord. En daar
na was het Inspecteur Helder, die het eers
het woord nam.
Maar laat ik i eers. vertellen wie ei, be
halve dan het geheele politiecorps, voor zoo
ver dat niet dienst moest doen voor b®"'ak'"f
enz., waren. Allereerst Alkmaars Politiecom
missaris, de heer Walrave. in zijn kwaliteit
van Secretaris der Broederschap van Com
missarissen van Politie, óaa he o
Beverwijksche politie, de inspecteur Ragut,
een oud-brigadier uit Wormerveer, thans amb
tenaar van de Arbeidsinspectie te Haarlem,
de heer P.enoy, met wien de Commissaris vele
jaren prettig samengewerkt heeft, rijksveld
wachter Van Twuijver, eenige kennissen uit
Wormerveer, en verder natuurlijk inspecteur
Helder, de adjunct-inspecteurs, en enkele
dames.
Rede van den lieer Helder.
Zooals het klokje thuis tikt
De heer Helder was de eerste spreker,
namens het geheele corps. Vijft-en-twintig
jaar is een heele tijd, zoo zeide hij, en de
dienst bij de politie is niet altijd even gemak
kelijk. Wij wonen nu eenmaal in een heilig
huisje, veel kritiek wordt op ons werk gele
verd, en onze positie is vaak moeilijk en ver
antwoordelijk. Hoewel de heer Van der Hoe
ven aanvankelijk van geen huldiging wilde
weten, was het corps van een ander gevoelen;
het heeft deze huldiging dan ook spontaan
en gezamenlijk opgezet en we zijn blij nu
eens te kunnen zeggen wat ons op het hart
ligt. Want hoewel nog maar kort hier werk
zaam, hebben wij den heer Van der Hoeven
leeren kennen als een humaan chef, die een
open oog heeft voor de belangen van zijn per
soneel, dat hem na aan het hart ligt, en dat
hij dientengevolge opwekt tot ijver en plichts
betrachting. En wij hopen ailen, dat wij hem
nog vele jar*n als onzen chef mogen behou
den. aldus eindigt de heer Helder.
Vervolgens wordt het geschenk, dat het
corps bij deze gelegenheid aan zijn chef aan
biedt, onthuld en te voorschijn komteen
fraaie, moderne schoorsteenklok, een keurig
meubel, waarmee de mannen eer inleggen.
Aan Mevrouw Van der Hoeven worden bloe
men aangeboden.
Mede namens de ambtgenooten van Wor
merveer en Zaandam, die verhinderd waren
hier tegenwoordig tc zijn, voert thans de heer
Helder nog het woord, en biedt de gelukwen-
schen aan.
Agent No. 1 aan het woord.
Wezenlijk, dit nummer is echt, u kunt er
op vertrouwen. Want agent no. 1 is, de lezer
heeft het al begrepen, de oudste-in-dienstjaren
van het corps en dus als zoodanig natuurlijk
de woordvoerder van zijn collega's. En deze
oudste-in-dienstjaren is brigadier Raven,
die de volgende rede uitsprak:
Geachte Heer Commissaris, Mevrouw!
Nu U op dezen dag in ons aller midden zijt
verschenen kan ik niet nalaten om namens
het geheele inferieure personeel een kort
woord tot U te spreken en ik heb gemeend
goed te doen de revue over de laatste 25 jaren,
voor zoover mij is gelukt dit te weten te ko
men, te laten passeeren.
Zoo schrijven wij dan 29 Januari 1935.
Op 29 Jaunari 1910, dus juist 25 jaar ge
leden, werd U, Arie Jacob van der Hoeven,
geboren "e Amsterdam 2 November 1885, hoe
wel aanvankelijk voor den handel bestemd
zijnde, aangesteld als agent van politie in tij-
delijken dienst der gemeente Amsterdam.
In 1911 kreeg U een vaste aanstelling als
zoodanig. In 1912 werd U bij de recherche
geplaatst. Deze plaatsing was een gevolg van
het feit, dat de bizondere aandacht op U was
gevestigd, daar U als jonge agent, dienst
doende op het Leidscheplein, eèn vreemde
ling öp zeer voortreffelijke wijze van ant
woord wist te dienen.
Na Uw studie aan de Volks-Universiteit te
hebben voortgezet, had U den moed en het
zelfvertrouwen om in 1916 Uw bezoldigde
functie te verwisselen met een onbezoldigde,
namelijk die vin volontair bij de Gemeente
politie te Wormerveer
Uw studie, maar ook Uw risico, werd be
loond. Op 1 Juni 1917 werd U benoemd tot
Inspecteur van Politie te Wormerveer. Op 1
Februari 1919 volgde de bevordering tot
Hoofd-Inspecteur van Politie en op 21 De
cember 1921 kwam Uw benoeming af van
Commissaris van Politie te Wormerveer.
Reeds toen kon van U gezegd worden:
„Dit is een soldaat, die den maarschalkstaf in
in zijn ransel droeg en die door zijn talent en
energie het zoover hcuft mogen brengen."
In de Zaanstreek was U, zooals ik vernam,
niet alleen een werkzaam politie-ambtenaar,
doch deed daar ook veel arbeid op sociaal ter
rein. Ook was U lid en technisch-adviseur
van de Verkeers-Commissie, waarvan onze
Burgemeester, toen Burgemeester van Koog
aan de Zaan, Voorzitter was. In den tijd dat
het autobus-verkeer in de Zaanstreek op
kwam, werd er veel gevraagd van die Com
missie, ten eerste om de veiligheid van den
weg, doch ook die van de passagiers, te ver
zekeren, alsmede om ordening te brengen in
het verkeer. In dezen tijd van vooruitgang op
verkeersgebied zal het U ongetwijfeld ten
goede z(jn gekomen, dat U van den beginne
af de ontwikkeling van het verkeer van nabij
hebt bestudeerd.
Gij zvjt een goed kenner van wet en veror
dening. hetgeen de leiding van een korps ten
goede komt en dat bovendien respect af
dwingt bij de korpsleden. Dit respect is het
echter niet alleen, wat Uw gezag in het korps
doet hooghouden, doch dit gezag wordt ge
sterkt door Uw voorkomendheid tegenover Uw
ondergeschikten, waaruit blijkt, dat U over
de gave beschikt, die zich een heer eigen is.
Ik kan mij voorstellen, dat Wormerveers
burgerij en in het bizonder het politiekorps
aldaar, U niet gaarne zou zien vertrekken,
doch Uw politie-carrière zou niet in Wor
merveer worden afgesloten.
U werd benoemd tot onzen Commissaris en
trad alhier, op 15 September 1933, in functie.
Wjj hebben als personeel mogen profiteeren
van den goeden roep, die U als politie-chef
vooraf is gegaan. Wij hebben in U gevonden
een humaan, bekwaam en tactvol chef.
Het is daarom, dat w(j dezen dag, waarop
U Uw 25-jarig ambtsjubileum viert, niet on
opgemerkt voorbij konden laten gaan.
Zoodra in de gelederen bekend werd, dat
dit gebeuren op spel stond, werden de hoof
den bij elkaar gestoken en door het geheele
personeel spontaan besloten een feestpro
gramma op te stellen, dat wij dan op dit
oogenblik bezig zijn af te werken.
Mijnheer de Commissaris! Wij filiciteeren
U van harte met Uw jubileum en hopen, dat
U nog vele jaren als onze chef werkzaam zult
mogen zijn en dat de verstandhouding tus-
schen U en ons moge blijven zooals die
thans is.
Ook U mevrouw, feliciteeren Wij met het
ambtsjubileum van Uw echtgenoot. Bjj de in
diensttreding van onzen chef heb ik een bé-
roep op U gedaan om hem bij alles ter zijde
te willen staan ter bevordering van een goede
verstandhouding tusschen hem en het perso
neel. Ik meen te mogen constateeren, dat U
inderdaad op dat gebied Uw beste beentje
hebt voorgezet. Wij hopen dat U hem nog vele
jaren als een getrouw echtgenoot zult mogen
behouden en dat U over de kracht zult mo
gen beschikken om hem bij zijn drukke werk
zaamheden goed gehumeurd te houden.
Nadat nog adj.-inspecteur Schipper het
woord heeft gevoerd namens de Politie-Sporl:-
vereeniging, en een bloemenhulde heeft aan
geboden, krijgt de Alkmaarsche Commissaris,
de heer Walrave, het woord.
Toespraak van den heer Walrave.
Zooals gezegd, spreekt deze namens de
Broederschap van Commissarissen van Poli
tie. In de eerste plaats, zoo zegt spr., om
dat de heer van der Hoeven in onze Broeder
schap zoo'n goede plaats inneemt. We hebben
zooeven gehoord dat de heer v. d. H. in 1921
het ambt van C. v. P. bereikte; hij toonde
daarmede hoe men een goede carrière kan
maken. Direct na die benoeming is de heer
v. d. H. lid onzer Broederschap geworden en
wij zijn trotsch op dit lid. Gaarne onderschrij
ven wij hetgeen door agent no. 1 is gezegi,
vooral de gave, die gij bezit om het uw pe
soneél naar den zin te maken, mag hier wor
den gereleveerd. Het voorbeeld, door U g 5-
geven omtrent plichtsbetrachting, ijver, eni.,:
mag hier wel eens worden gememoreerd, v. cl.'
Hoeven is een C. v. P. met zeer veel ta< t.
Naast zijn taak als politie-commissaris heeft'
de heer v. d. H. in zijn vorige woonplaats ook
veel aan sociaal werk gedaan. Een dag als
deze mocht daarom niet onopgemerkt voor
bijgaan.
Namens de Broederschap overhandigt spr.
den heer van der Hoeven een zilveren asch-
bakje.
Nog meer bloemen.
Bloemen worden verder overhandigd
namens de Rijksveldwacht en de Politie-troe-
pen (militaire politie), die hier niet aanwezig
konden zijn, en daarna is de jubilaris zelf aan
het woord.
Dankwoord van den heer van der
Hoeven.
Inderdaad, aldus spr., 25 jaar is een heéle
tijd, en voor mij was de moeilijkheid, dat ik
het grootste deel van die vijfentwintig jaar
buiten de gemeente Den Helder werkzaam
was en nog slechts enkele maanden hier ben.
ver ongemerkt laten voorbijgaan. Maar dat
Daarom wilde ik eigenlijk den dag maar lie-
mislukte; achter mijn rug om werd gewerkt
en werden plannen gemaakt, en tenslotte, als
ik dan den heer Helder weer uit zag gaan op
een geheimzinnige manier, heb ik maar ge
daan alsof ik niets zag en mij er bij neerge
legd. Spijt heb ik er heelemaal niet van, ten
slotte is zoo'n mijlpaal in je leven wel eens
aardig.
Spr. dankt het corps voor de keurige ver
siering. voor de prettige samenwerking, die
tot een wederzijdsch genoegen is. Als je 23
jaar elders gewerkt hebt, ben je bang, dat het
niet mee zal vallen nog weer samen te moe
ten werken met een niguw corps. Maar het
viel juist heel erg mee, en spr. wil van deze
gelegenheid gaarne gebruikmaken om allen
dank te zeggen voor de hulp en de medewer
king, die hij ondervond. De agenten hier,
zoowel als de hoogere beambten, beschouwen
hun ambt niet enkel als een middel om in
hun levensonderhoud te voorzien; voor hen is
het tevens levensdoel, en eerst als men er
zijn geheele ziel in legt, kan men iets prestee-
ren. Spr. hoopt op langdurige samenwerking
in denzelfden prettigen geest; hij richt zich
thans tot de afzonderlijke sprekers, inspec
teur Helder heb ik leeren kennen als een man
van groote eerlijkheid en oprechtheid, zoo
zegt hij, om tenslotte mede te deelen, dat het
hem buitengewoon in Den Helder bevalt en
hij hoopt in staat te zijn den goeden naam
van het corps te mogen bevestigen en uit
breiden.
Dat deze en de andere toespraken met
enthousiast applaus werden begroet, behoeft
welhaast geen betoog.
Wijn en koffie. En Karei I.
Ook de Zaanmarsch ontbreekt niet.
En hiermede was, was deze huldiging be
treft, het officieele gedeelte afgeloopen,
Karei I kwam uit de muurkast te voorschijn
en ging van hand tot hand, e» niet lang zou
het duren of de wijn zou in de glazen parelen
en een dronk zou worden uitgebracht op
Hare Majesteit de Koningin, op den Burge
meester, op den Commissaris zeiven, die lang
en in de gloria zal leven. En de gramofoon
draaide, draaide, draaide... „Roóde kool met
krenten", en „Tararaboemdijé", en „Jij komt
vanavond de deur niet weer uit" en heelemaal
aan het eind „We gaan met z'n allen naar de
Zaan".
Toen was het voor ons afgeloopen. De pho-
tograaf stond allang klaar met z'n kiektoe-
stel, met een kop koffie (prima koffie, dames,
Complimenten!) en een sigaar was hij zoolang
stilgehouden, maar nu moest het heele
zaakje in den tuin.
„Moet u er niet bij?" vroeg agent no.?....
Maar, in overgroote bescheidenheid, zeiden
we, dat daardoor de photo hopeloos zou be
derven. En dat zou zonde zijn, nietwaar?
Hoofdstuk II. 't Wordt een tikje
zwaarwichtiger. Maar 't blijft een
gezellige boel.
We moeten nu naar 't raadhuis. Dat is veel
deftiger dan dat oude politiebureau, en dus
hebben we ook een deftig jasje aangetrokken"
en een deftiger gezicht gezet, toen we daar
des middags om vier uur kwamen.
En al dadelijk stonden we voor een moei
lijkheid. Want het is, met den besten wil ter
Gereld, onmogelijk u alle namen te geven
van hén, die van deze gelegenheid gebruik
maakten en hun opwachting maakten bij den
jubilaris. Zóó was je, na moeizaam rondspeu-
'ren en rondneuzen, klaar gekomen met een
heele rist van namen, of er waren alwaar
anderen binnengekomen, die zich tusschen de
menigte hadden begeven en ^t geval hope
loos maakten. We zullen zoo 'goed mogelijk
een overzicht geven van wie er dezen middag
waren.
Daar waren de heeren Van Dok en Roet-
man van Moed, Volharding. Zelfopoffering,
Melief en Verstegen van de Pluimveevereeni-
ging. Dokter en Visser van Gemeentewerken,
Goedknecht, de marktmeester, van Dalen en
Stoll, van de Centrale Boekhouding, Lücker
en van Hoek-van de Speeltuir.vereeniging, dr.
Rienks en zqn assistent dr. Büchli Fest, van
den Gem. Geneeskundigen Dienst, Inspecteur
Helder en de adj.-inspecteurs Schipper en Vrije
namens het Politiecorps, Schenkels, Biegstra-
ten en Mahieu van de Muziekvereeniging
„Winnubst", Teune en Pauwels, directeur en
onderdirecteur van de Water- en Lichtbedrij-
ven, van Loo en Winter van O.K.K., Avena-
rius en Bos van de Bioscoop-commissie, de
Jong en Snel van Huisduiner Belang, Del-
gorge van de Held. Middenstandsvereeniging,
in.
In den snel aanduisterenden avond rijden
we, diep in de Icrau: van onze jas gedoken,
naar een ander stadsgedeelte. We stoppen
voor een 'mis met hoogen puntgevel. We bel
len aan en direct wordt i deur opengetrok
ken en kli-kt een vrouwenstem, met een
Duitsch accent, van boven: „WJe is da?"
Als ze hoert met v at voor doel we komen,
worden wt vriendelijk uitgenoodigd boven te
komen. We loopen de donkere, krakende trnp
op en worden vriendelijk lachend ontvangen
door een nog jonge vrouw.
„Gaat u zitten," zegt ze en schuift een paar
stoelen bij -'e tafel, terwijl ze de pit van de
petroleu-Til mp hooger opdraait. In den hoek
van de kamer komt plotseling uit de bed
stede het hoofd van een jongen, frisschen
kerel.
„Goeienavond, heeren."
„Ook "oeicnavond," antwoorden we.
,.Ja, ik heb wat gerust," verontschuldigd hij
zich, „ik moet van. acht ./at zien te verdie
nen niet de visscherij. Ik verdien het liever
zelf meneeren, alsdat ik me hand op moet
houwen".
„Bent u nog al tevreden met wat u ontvan
gen hebt van den Bond van Barmhartigheid,
vraagt de heer Dissel.
„Reusachtig tevreden, meneer," Klinkt op
gewekt de stem van den man in de bedstee.
,,Ze hadden ons nooit beter dienst kunnen be
wijzen. 't Was best naar 't zin. M'n zoon," en
hjj wijst op een ongeveer twaalfjarigen leu
ken, blonden rullebol, die wat witjes, op den
divan zit, „m'n vrouw en ik, we hebben ge
kregen wat we nocdig hadden. We waren
hulpeloos en radeloos. Teneinde raad ben ik
naar wethouder Smits geloopen. We hadden
niets meer en die verwees me naar den Bond
van Barmhartigheid."
„Hebt u steun?" vragen we.
„Ja, een levensmiddelenbon van 3 gulden
en een kolenbon en dan krijgen we van de
buren nog wat toegestoken, want armoe dóet
armoe dekken, meneer," filosofeert de man
met wat melancholieke stem. „Vrijdagnacht
heb ik met de visscherij drie gulden verdiend.
We waren den h -mei te rijk en wisten niet
in wat voor wereld we leefden. Zaterdagnacht
waren de - erdiensten maar weer vijftig cent."
,K(jk," zegt de Duitsche, wijzend op een
emmer met groenten, „dat kregen we zooevën
weer van onze buren, die zelf moeten schar
relen om rond te komen."
Fatsoenlijke armoe wordt hier geleden, dat
zien we. Men schreeuwt het niet naar buiten
uit. 't Ziet er hier in huis alles zoo helder en
proper uit, zoo gezellig. De glimmende deuren,
het glanzende koper, de blinkende kopjes, tot
de heldere wasch, die achter de kachel te
drogen hangt.
De voorzitter van het actie-comité doet
weer de belofte dat ze op den steun van den
bond kunnen rekenen en als we den weg naar
beneden zoeken, laten we een paar dankbare
menschen achter.
Door een steegje, dat ons nauwelijks door
laat, komen we op een onver-licht, armoedig
hofje, waarvan we het bestaan in onze stad
niet wisten. Een vijftal huisjes rijen daar aan
een, waarop eigenlijk het woord „huis" niet
meer van toepassing is. Over een hobbelig
straatje zoeken we tastend naar den ingang
van het hokje waar we moeten zijn. We kun
nen in de duisternis de klink niet vinden.
Een buurjongen, die ons heeft gehoord, grjjpt
op den tast naar de klink en piepend zwaait
de deur open en staan we in een duister hok,
van twee bij twee meter, dat vermoedelijk
dienst doet als keuken. We loopen ongevraagd
naar binnen, een benauwde lucht komt ons
tegen. In het achterkamertje bra..dt flauw
een lichtje, alsof het zich schaam de omge
ving te beschijnen.
In het duistere voorkamertje zien we in
een hoek wat vieze planken tegen elkaar ge
slagen. We werpen een onbescheiden blik in
die kist waarin vodden als dekens dienst
doen voor het tweetal kindertjes, dat hier
moet slapen. We vallen bijna over een stoel
met vuil goed en botsen tegei. een getimmer
te, dat vroeger den naam van kinderstoel
droeg. Daar zit een kleine meid van twee jaar
in, die uit een paar bruine knikkeroogen, in
een ongewasschen snoetje, naar ons kijkt. Van
de wanden hangt het behangsel in flarden
naar beneden.
„Dat hebben de kinderen gedaan", veront
schuldigt zich de vador nog, die uit zijn stoel
is opgestaan en op ons toekomt. We gaan
naar het achterkamertje, waar ir. een hoek
eenzelfde vieze rommel dienst doet als bedje
voor de jongste spruit van I jaar.
„Heb me man gemaakt," zegt de vrouw,
wijzend op de smerige planken, die daar neer
geslagen zijn. Door de kamer hangt, aan vier
gespannen lijnen, de wasch, gorig vuil.
Op den eenigsten houten stoei nemen we
plaats, om eenige aanteeiceningen te maken.
De man vertelt, dat hij met negotie onge
veer tachtig cent per dag verdient. „Maar
vorig jaar heb i dertien weken niet kunnen
werken, want toen lag ik met 3en kaakont
steking in het hospitaal en me vrouw had
Kolster en Luyckx van de Hanze, Nieaaing
van het Crisis-Comité, F. Grtlnwald en Jaring
van de Vereeniging „Veilig Verkeer", de ka
pelaans Lichthart en Meerenboer enz. enz. Uit
het relevé van de toespraken zal blijken, dat
hier nog verschillende namen niet genoemd
zijn. Verder waren er vele gemeente-ambte
naren, het volledig College van B. en W., ter-
wijl de Schout-bij-Nacht met adjudant, alsmede
de Garnizoenscommandant aan de woning van
den heer Van der Hoeven van hun belang
stelling hebben blijk gegeven. Ook de Pluimvee-
vereeniging had bloemen naar de woning ge
zonden.
De sprekers van dezen middag.
De lezer begrijpt, dat het, bij zóóveel be
langstelling, eveneens ondoenlijk is uitvoerige
resumé's van de gehouden toespraken weer
te geven. De Burgemeester was de eer
ste spreker, en bood namens het gemeente
bestuur een theemeubel aan. De heer K a m-
m a n volgde namens de hoofd-ambtenaren der
gemeente, met een rooktafel en een kistje
sigaren. De nieuwe C.v.P. is iemand, die ge
heel in ons kader past, zoo zeide hij. Over 't
algemeen heerscht onder het ambtenarencorps
een goede geest, er is weinig gekanker en een
prettige samenwerking. De heer Helder
voegde aan zijn des morgens gesproken woor
den nog eenige toe, waarin hij herhaalde, dat
het politiecorps zich vol sympathie aan deze
huldiging gaf, hetgeen tot oorzaak heeft de
prettige geest in het corps, die op zijn beurt
weer is ontsproten uit de wijze van omgang
van den C.v.P. met zijn menschen.
Ook de Alkmaarsche Commissaris, de heer
Walrave, deed zulks; thans wilde h(j niet
namens de Broederschap, maar liever als col
lega, vriend en buurman spreken Spr. ver
heugt er zich over indertijd nog een steèntje
te hebben bijgedragen aan 's heeren van der
Hoevens benoeming; de keus was destijds
voor den Raad niet gemakkelijk, maar geble
ken is wel, dat zij goed was. Voor spr. zelf
is het een groote genoegdoening te weten, dat
de informaties, die hij van den heer van der
Hoeven gaf, niet beschaamd zijn geworden.
Namens de V.V.V. „Helders Belang" spreekt
de heer Biersteker een hartelijk woord.
Schoorvoetend heeft spr. daartoe besloten,
omdat inderdaad de Commissaris nog zoo kort
in de gemeente is, maar wij hebben in dien
korten tijd ervaren aan u een grooten steun
te hebben. Bovendien was er nog een reden,
waarom wij hierheen zijn gegaan, zegt spr.
De burgerij moet op een dag als deze eens
van haar waardeering kunnen getuigen voor
de politie, wier hulp wij steeds zoozeer noo-
dig hebben. Namens de V.V.V. biedt spr. bloe
men aan.
Ook de Speeltuinvereeniging (de heeren
Lucker en van Ho e k) komt met een
bloemstuk; gebleken is, dat de Commissaris
het Speeltuinwerk een goed hart toedraagt.
„Huisduiner Belang" (de heeren de Jong
en Snel) is er om den Commissaris te be
danken, dat hij de jutters altijd zoo met rust
laat als ze met een brandje voor de kachel
naar huis gaan. Deze vereeniging biedt een
fraai-bewerkt bridgebloc aan, voorzien van het
Heldersche wapen. Voor mevrouw van der
Hoeven heeft de Vereeniging een postzegel
doosje, op dezelfde wijze bewerkt. De heeren
Avenarius en Bos vertegenwoordigen
de Bioscoop-commissie en komen in deze
kwaliteit veel met de politie in aanraking.
Steeds is aangenaam samengewerkt en Wij
hopen, dat dit zoo moge blijven. Ook als hoofd
der school wil spr. den heer van der Hoeven
complimenteeren; feitelijk zijn wij halve col
lega's: wij voeder de jeugd, u de bevolking op.
De heer van Dok is woordvoerder van de
oude redders, vereenigd in „Moed, Volharding,
Zelfopoffering", en biedt bloemen aan voor
den steun en de medewerking, die dikwijls Is
ondervonden. De heer Delgorge van de
Middenstandsvereeniging „Helder"; alle be
stuursleden zijn vandaag naar Eindhoven ter
bezichtiging van de Philips-fabrieken, alleen
spr. is nog overgebleven. Ook de winkeliers
hebben zeer vaak steun en medewerking van
de politie ondervonden, vooral ln den laatsten
tijd, nu zooveel nieuwe bepalingen en ver
ordeningen moeten worden nageleefd. Spr.
biedt namens de Middenstandsvereeniging
bloemen aan.
De heer Joh. Bakker komt als com
mandant van de Burgerwacht met een schil
derstukje. Ook namens de Oranje-vereeniging
complimenteert spr. den jubilaris. De heer
Luyckx spreekt namens de R.K. Midden
standsvereeniging „De Hanze" en biedt een
inktstel aan; de heeren de Jongh en Bot
complimenteeren namens de Chr. Oranje-
vereeniging met een bloemenhulde, ds. Tol
lenaar en mr. Mulder in de functies van
nierontsteking. En nou heb ik weer twee
weken niks kunm a doen en hebben we van
vijf gulden twee weken moeten leven."
„En ik l(j aar. toevallen," zegt de vrouw
en kijkt ons uit een paar moede oogen aan.
„Soms krijg ik er vier op een nacht."
In den hoek kraait de kleine meid in haar
kist. Haar ongewasschen snoetje kflkt de
vreemde heeren aan, onbewust van de ellen
de, waarin het verkeert.
Arme, arme stakkers van kinderen.
We staan weer in het voorkamertje waar
we ons nauwelij' kunnen keeren. Kijken nog
eens om ons heen naar de armoe-omgeving en
dan valt ons oog op een paar oude jaloezieën,
tegen den linkerwand van het kamertje. Uit
een van de openingen steken een paar bloote
kinderarmpjes en een paar oogen gluren door
een kier naar ons.
„Wat is dat?" vragen we den vader.
„O, daar stoppen we de kinderen in als ze
stout benne", geeft hij ten antwoord en ge
lijktijdig haalt hij een paar wervels voor de
jalouzieën weg en tilt ze in de kamer. Uit
een zwart steen >n hok, dat waarschijnlijk
dienst gedaan heeft als kolenbergplaats, wordt
een kleine jongen van drie jaar getild, die
met verwonderde oogen naar ons kijkt. Hg
staat op bloote pootjes en heeft bijna geen
kleeren aan."
We streelen den stakker over z'n vuile kop
je.
,,'t Benne zulke ondeugende rakkers, me
neer", zegt de moeder.
We zeggen ni ts, 't is c' er iets in je stuk
gaat bij het aanschouwen van zooveel ellende.
We loopen naar buiten, halen eerst diep adem,
trappen dan zwijgend verder, 't was ons laatste
bezoek.
Wat doet de Bonc van Barmhartigheid ter
leniging van deze materieele ellende Deze
vraag hebben we nog te beantwoorden en in
een slotartikel, in ons nummer van Zaterdag,
hopen we daarover nog een en ander te schrij
ven.
Nr. werd opgenomen in ons nummer
van Dinsdag 29 Januari.
(Slot volgt.)
FeuilletonPag. 1
Buitenlandsoh Over nicht1
Distributie van groenten aan i«nk-
loozen a
De werkloosheid in ons land stijgt.
Momenteel J,SS.5Z0 werhloozen t
Amerika treedt niet toe tot het In
ternationaal gerechtshofi
Te Culemborg is, vermoedelijk door
brandstichting, een sigarenfabriek in
de asch gelegd. Veertig a vijftig men
schen gjjn hierdoor werkloos gewor
den e
O
Het uit het vliegtuig verloren goud
is gedeeltelijk in Frankrijk terugge
vonden
yp O
De moord op een tandarts te 's-Gra-
venhage. Verdachte ontoerekenbaar
verklaard3
Voor bijna 1,5 millioen dollar aan ef
fecten zoek9
De brand in de Cunerakerk te She-
nen. De loodgieter tot 1 maand ge
vangenisstraf veroordeeld t
Meer dan 50.000 werkloozen te Rot
terdam
Een proclamatie van Hitier aan het
Duitsche volkf
Japansch officier in Noord-Chlna
vermoord. Kanonneerbooten uitge
zonden
Opstand in Mexico verijdeld
De „K XVIII" vandaag te Rio de Ja-
neiro
9
8
Het Roode Leger is uitgebreid tot
940.000 man4
Omtrek-nieuws
Marktberichten
Marineberichten
Sportnieuws
e
T
8
8
8
Zaterdag 2 Februari.
Bal-Masqué, „Tavenu".
Amusementsavond E.H.W.V. „de Jutter",
Musis Sacrum, 8 uur.
Woensdag 6 Februari.
Premie-voorstelling Heldersche Courant",
door de tooneelvereeniging T.A.V.E.N.U.
Casino, 8.30 uur.
vertegenwoordigers der Prot. Chr. Reclassee-
ring. Middernachtzending en Raad van Toe
zicht der Oranje-garde, „Suaviter in modo,
fortiter in re" voegt ds. Tollenaar den heer
van der Hoeven toe. t) Tenslotte komt nog de
heer F. Winter, die namens de Gymnastiek-
vereeniging „Oefening kweekt Kunst" bloe
men aanbiedt, en de heeren F. Grünwald
en Jaring, die namens de Vereeniging „Vei
lig Verkeer" een bridgekleed met bridge-étui
overhandigen. Van Drukker rj De Boer
was voorts nog een bloemstuk ingekomen,
eveneens van de familie Polak Koningstraat.
Dankwoord van den heer van der
Hoeven.
De heer van der Hoeven sprak voor
al deze hulde een hartelijk woord van dank
en erkentelijkheid. Waaraan heb ik dit alles
verdiend? zoo zegt hij. Ik ben immers nog
zoo kort in de gemeente. Dankbaar releveert
spr. de hulp van den Burgemeester. Hij is
de chef der politie, die zich gaarne van den
gang van zaken op de hoogte houdt, maar- die
zich met de leiding niet bemoeit. De 1 ;-
lijke ontvangst van het corps was een 1 r-
rassing voor spr., ik hoop nog eens eenmaal
te kunnen bewijzen, dat uw keuze van Politie-
commisasris een goede is geweest, zegt spr. Er
is veel ruzie in de wereld, te veel, en ook
heeft men niet altijd gelijk. Ik hoop hier op
langjarige prettige samenwerking met het
College van B. en W., zegt spr., in mijn vorige
woonplaats was dat helaas niet het geval.
Met eerewijn en sigaren werd ook hier de
plechtigheid besloten.
Serenade»
Des avonds werd ten huize van den jubilaris
een serenade gebracht door het Stedelijk Mu
ziekcorps. Met ontplooide banier en brandende
fakkels, gevolgd door de Oranje-garde, in
geuzekiel, getooid met prinsenbaret, en om
stuwd door een groote menigte trok men naar
de Javastraat waar het slot van deze huldi
ging zich afspeelde.
1) Aangenaam in den omgang, als het
op daden aankomt vastberaden.
GOEOKOOPE TOONEELVOOKSTELLING.
Wij verwijzen naar de advertentie in ons
nummer van heden, in het bijzonder ter her
innering aan de gelegenheid tot plaatsbespre
king, waarmede Zaterdagmiddag 3 uur wordt
aangevangen.
Kaarten a 25 cent zijn ten onzen kantore
verkrijgbaar.
VER. VOOR VOLKENBOND EN VREDE.
Afdeeling Den Helder.
Het bestuur van de Vereeniging voor Vol
kenbond en Vrede, afdeeling Den Helder, be
richt hiermede, dat de voordracht op 1 Fe
bruari niet wordt gehouden, wegens familie
omstandigheden van den inleider. De avond
is verzet op Vrijdag 15 Februari.
Men leze de annonce hieromtrent in dit blad,
BAL MASQUÉ „TAVENU"
Een laatste woord.
Men schrijft ons
Nog slechts 2 dagen scheiden ons van het
bal-masqué. Door de groote deelname is
't succes bij voorbaat verzekerd. Het groote
aantal gecostumeerden in de schitterend ver
sierde en feeëriek verlichte zaak moet wei
een fantastischen aanblik opleveren. Vandaar
het groote quantum toeschouwers (niet ge
costumeerden) dat zich reeds opgaf. Voor
hen, die nog verzuimden zich aan te melden,
hjjschen wij 't attentieseingeeft U spoec'ig
op bij een der adressen, reeds vroeger in dit
blad vermeld,
Eindigen we dit laatste woord met:
„Viert vrooiijk met ons mee
„Tavenue's jaarlijksch bal-masqué".