Buitenlandsch Overzicht.
Modehuis S. HERSCHEL
Soer en zijn mannen
ten grave gedragen.
WEL KOM THUIS
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
is sfachts jzjzsi
O N I.G 'S SO&P:/*
7579
eerste blad
ZATERDAG 13 APRIL 1935
63ste JAARGANG
De conferentie ,e Stresa breng, wein.g licht; de Engelsche
regeer,ng zal geen nieuwe verplichtingen op zich neuten.
De neutrahtet, van de Ver. Sur,en is onbestaanbaar, zeg, een
senator. halte ach, de diplomatieke middelen ,o, beslechting
van hel Italiaansch-Abessijnsche geschil nog niet uitgeput.
Dc conferentie
Stresa.
te
Neutraliteit
van de
Ver. Staten
onbestaanbaar
De wonderlijke belevenissen
van dr. Kaiserlien
WATERDICHT-GARANTIE
"Zoo land als U wilt.
plus een jaar extra!"
zeq*t het MALlHIHE-mannekje.
Alleenverkoop voor Den Helder
Koningstraat 86-90
(Door onzen specialen verslaggever)
Het geschil
tusschen
Italië en
Abessinië.
EEN JUBILEUMFONDS VOOR
OUDE MIJNWERKERS.
COURANT
Anna Paulowna," Bre^nd b'J VOOrUlUiet" «elUersche Courant f 1.50; Koegras,
Nederl. Oost- en West-In,ii lerui8en en Texel f 1.65; binnenland f 2.
landen t 3.20. Losse nos 4 Zeupost f tdem Per mail en overige
Zondagsblad resp. f0 50 f 0 TiT f n P 6 Ct" Weekabonnementen 12 ct.
f 1.70. '0.70, fl.Modeblad resp. f 1.20, f1.50, fl.50,
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur: P. C. DE BOER
Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr,
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIE N:
20 ct. per regel (galjard). Xngez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst)
dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling
10 ct per regel, minimum 40 ct.; bij niet-con tante betaling 15 ct per regel,
minimum 60 ct (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder nummer:
10 ct per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct
Van de conferentie te
Stresa is nog eigenlijk
weinig te vertellen. Wel
is de houding van Enge
land, voor zoover die
naar buiten gebleken is, gematigd, en laten
Mac Donaid en Simon zich niet overdonderen
door Mussolini of beinfluceeren door de macht
van het militair vertoon rondom Isola Bella
bet Noord-Italiaansche eilandje, waar de con
ferentie plaats heeft. We hebben in ons over
wicht de hoop uitgesproken, dat de drie mo
gendheden „het geval Duitschiand" niet op de
spits zouden drijven, zoodat de toestand in
Europa nog meer gespannen zou worden.
elegaties had welkom geheeten, ontwikkelde
in de eerste plaats MacDonald de groote lijnen
van de tegenwoordige Engeische buitenland-
sche politiek, waarbij hij vooral hierop den na
druk legde, dat alles moest gedaan worden om
de solidariteit tusschen Engeland, Frankrijk
te versterken.
Vermeden moet worden, dat eenig land
zou kunnen veronderstellen, dat er eenig
verschil zou bestaan inzake den vasten wil
van deze drie staten om door hun onder
linge solidariteit het behoud van den
vrede van Europa te waarborgen.
Te Stresa is een Internationale conferentie begonnen tusschen
vertegenwoordigers van Frankrijk, Engeland en Italië, welke
conferentie voor een goed deel over de toekomst van Europa,
zal beslissen. De meest vooraanstaande staatslieden hebben
het dan ook noodzakelijk geacht, zelfbij de conferentie
tegenwoordig te zijn, om nauwkeurig alle
besprekingen van dichtbij te volgen. Hier ziet
menSir John Simon, Mac Donaid, Mussolini.
een internationale regeling zullen moeten ko
men over de schaal van hun bewapening.
Indien onder de tegenwoordige omstandig
heden niet meer van ontwapening kan worden
gesproken, zoo moet althans een grens aan de
bewapening der verschillende landen worden
gesteld.
Engeland is volkomen bereid in dit geval in
een internationaal toezicht op de wapening toe
te stemmen.
Nadat de bespreking 's morgens onderbro
ken was voor een bezoek aan het graf van
Cadorna, oud-opperbevelhebber der Italiaan-
sche troepen, werd de bijeenkomst in den la
ten middag voortgezet.
Laval heeft toen mededeeling gedaan van
het Fransche memorandum, dat in verband
met de Duitsche herbewapening aan de bui
tengewone Raadsvergadering zai worden
voorgelegd en welk memorandum gegrond is
op artikel 11 lid 1 van het Volkenbondscove-
nant.
Naar verluidt, vraagt deze nota weliswaar
geen onmiddellijke veroordeeling van Duitsch
iand wegens zijn eenzijdige opzegging van het
verdrag van Versailles, doch stelt zij vast, dat
de Duitsche methoden de internationale sa
menwerking, zooal niet onmogelijk toch in
ieder geval zeer moeilijk maken.
De tekst van een door Frankrijk in te die
nen resolutie werd eveneens ter conferentie
behandeld en naar verluidt zullen de mogend
heden zich met deze resolutie vereenigen.
Reuter meldde Donderdag nog o.m. uit
Londen
De kritiek in het buitenland over het feit,
dat de Engelsche regeering geen krachtige
verklaring inzake de politiek jegens Duitsch
iand heeft afgelegd, is hier niet onopgemerkt
gebleven. Reuter meent te weten, dat de ern
stige ongerustheid op het vasteland te Londen
op de juiste waarde wordt geschat en in zeke
re mate gedeeld.
In elk geval worden de besprekingen te
Stresa te Londen gevolgd met de overtuiging
dat, wat er ook moge gebeuren, de Engelsche
regeering zich niet zal laten betrekken in
nieuwe verbintenissen.
De Engelsche ministers deelen de ongerust
heid, welke is veroorzaakt door de houding
van Duitschiand, maar zij geven de hoop niet
op, dat Duitschiand bereid zal zijn, overeen
komsten met enkele zijner buurstaten aan te
gaan. De Engelsche regeering is namelijk
overtuigd, dat Duitschiand op dit stuk Zijn
laatste woord nog niet heeft gesproken.
Indien echter na een nieuw onderzoek
mocht blijken, dat Duitschiand niet genegen
is, metterdaad mede te werken tot de verze
kering van algemeene veiligheid, zou de Brit-
sche regeering ongetwijfeld met instemming
de pogingen van andere mogendheden om zich
wederzijds veiligheid zonder medewerking van
Duitschiand te verzekeren, overwegen.
Voorloopig zulen we het hierbij laten. We
kunnen, ook ten opzichte van de conferentie
te Stresa, nog voor tal van onverwachte ver
rassingen komen te staan.
Welnu, Engeland schijnt door zjjn houding er
door te willen zorgen dat de spanning niet
toeneemt. Als het de Engelsche ministers in-
lerdaad gelukt Frankrijk en Italië ervan te
►vertuigen dat een gematigde houding en
•verleg met Duitschiand voor Europa van het
grootste belang zijn, hebben we al veel ge
ronnen
Donderdagochtend om 11 uur is de confe
rentie geopend.
Nadat Mussolini de Britsche en Fransche
Sir John Simon heeft niet nagelaten ook
Donderdagochtend weer te verzekeren, dat de
Engelsche regeering overtuigd is, dat de col
lectieve veiligheid moet worden verzekerd en
dat Engeland bereid is op iedere mogelijke
wijze tot de verwezenlijking van dit doel bij te
dragen.
Ten opzichte van het wapeningsvraagstuk
verklaarde Sir John Simon, dat Engeland nog
steeds meent dat alle Europeesche staten tot
Senator Ward Pope,
van Idaho, heeft Don
derdag voor de commis
sie van buitenlandsche
zaken een felle rede
gehouden tegen de neutraliteitspolitiek, zooals
die door Roosevelt voorgestaan wordt.
Senator Ward, die een voorstander is van
Amerika's intrede in den Volkenbond, zeide,
dat het onmogelijk zou zijn voor Amerika om
in een Europeeschen oorlog de neutraliteit te
handhaven. Iedere Amerikaansche regeering
die de neutraliteit zou trachten te handhaven,
zou bij de eerstkomende verkiezing eenvoudig
weggevaagd worden, omdat de commercieele
belangen van de Ver. Staten veel te veel zou
den afhangen van het resultaat van zulk een
oorlog.
Feuilleton.
17)
Onder deze omstandigheden kan zij ha.u
bezoeker bezwaarlijk laten staan. Van siga
rctten geniet men het meest, wanneer men
"ich diep genesteld heeft in een behaaglijke
'kuteuil en men onder gezelligen kout de
blauwe rookwolkjes kan nastaren.
..Ik zou het werkelijk aardig hebben
vonden eindelijk ook eens persoonlijk metjul-
frouw Edith kennis te kunnen maken", je-
£int Kaiserlien opnieuw, als hij in ee*1
gemakkelijke stoelen heeft plaats genomen,
"tk heb in Saarbrücken een en andet
doen, zoodat ik wel een paar dagen zal moe-
tcn blgven Denkt u, dat ik juffrouw Eki'lh
aan het eind van de week thuis zal treffen^
••O. neen!" antwoordt Sabine beslist. 0
*as het laatste halfjaar zeker nog geen drie
«kgen hier."
..En weet u ook niet, waar ik haar ben
kan?"
btt meisje aarzelt een oogenblik. maai
JJan zegt zjj. zü het niet op overtuigenden
°n; ..Neen!"
Deze aarzelelende houding wekt bij Kat-
*er"en het vermoeden, dat het meisje hem
^eer zou kunnen vertellen, als zij w'
■"'ju naam is Frans Tünnerhoff", hegt y
onverstoord verder om het gesprek ten
minste gaande te houden. „Als juffrouw
Edith terugkomt, zegt u dan. dat meneer
Tünnerhoff uit Krefeld hier geweest; mis
schien heeft zjj mijn naam wel eens ge
hoord".
„Graag!" belooft Sabine. „Maar dat kan
nog wel een poosje duren".
Dan hebt u een vrij groote verantwoor
delijkheid, wanneer u al dien tijd de huishou
ding alleen moet doen", zegt hij met iets van
bewondering.
„Dat gaat wel, maar het heeft het voor
deel, dat ik m'n eigen baas ben en mg aan
niemand behoef te storen. Als ik 's avonds
eens naar de bioscoop wil, behoef ik dat
geen mensch te vragen.
Moet ik dat opvatten als een aanmoedi
ging tot een invitatie? denkt Kaiserlien en
hoewel hem dat eenige moeite kost, maakt
hij een gebaar van bigde verrassing. „U hebt
dus 's middags en 's avonds zooveel tijd als
u wilt?"
,,En of!" zegt zij met een uitdagenden
blik. welke aan duidelijkheid niets te wen-
schen overlaat.
..Dat zal uw verloofde wel prettig vinden!
.Eerst een hebben!" lacht Sabine koket
Kaiserlien begrjjpt, dat hem nu niet veel
anders overblijft dan uit dit gesprek de
e-nige consequentie te trekken en het meisje
vwir een bezoek aan een schouwburg of een
hiescoop te inviteeren. Maai daartegen komt
zZ gevoel toch in opstand. Hij tracht over
Jn verlegenheid heen te komen door naar
opnieuw een sigaret aan te bieden. Daarbij
valt zijn hoed. dien hg op zijn knieen heeft
ge egd op den grond en rolt voor de voeten
van Sabine. Deze raapt hem op en houdt
hem even taxeerend in de handen.
Kleinigheden kunnen iemand verraden. Sa-
bJS?Nieuwsgierige oogen hebben ontdekt.
De onderlinge belangen in de wereld waren
zoo sterk toegenomen, dat wat in 1917 zelfs
president Wilson niet gelukt was, thans te
belachelijk was om er over te praten. Daarom
moest Amerika zoo spoedig mogelijk in den
Volkenbond om daar zijn stem te kunnen doen
hooren en den vrede zoo lang mogelijk te
waarborgen.
De Italiaansche regee
ring heeft Donderdag
'n telegrafische nota aan
den secretaris generaal
van den Volkenbond ge
richt,. als antwoord op
de nota van Abessinië
van 29 Maart j.1.
Donderdag seinde de Geneefsche corr. van
de „N. Rott. Crt." aan zijn blad:
In deze nota neemt de Italiaansche regee
ring het standpunt in dat de diplomatieke
middelen tot beslechting van het geschil tus
schen beide landen nog niet zijn uitgeput en
dat de verdere procedure voor de regeling
van dit geschil is vervat in de nota van 19
Maart van dit jaar, volgens welke beide re
geeringen zich hebben verbonden het geschil
te onderwerpen aan de procedure, omschre
ven in artikel 5 van het Italiaansch-Abessijn
sche verdrag van 2 Augustus 1928. Volgens
deze procedure moet het geschil aan vier ar
biters worden voorgelegd, waarvan iedere
regeering er twee zou moeten aanwijzen.
Wanneer deze vier het niet eens worden, zou
den zij samen een vijfden moeten aanwijzen,
waarna het geschil bij meerderheid van stem
men moet worden beslecht. De Italiaansche
regeering is voornemens aan de Abessijnsche
regeering mede te deelen dat zij bereid is met
deze regeering de noodige maatregelen te ne
men voor de toepassing van de hierboven om
schreven arbitrage-procedure. Men neemt hier
algemeen aan, dat de Italiaansche regeering
tegen de behandeling is van het geschil door
den Volkcnbondsraad tijdens de a.s. buitenge
wone zitting, zooals door de regeering van
Abessinië was gevraagd.
Minister Ernest Brown heeft gisteren in het
Lagerhuis een brief van de Welsche mijneige
naars voorgelezen, waarin zij meedeelen, dat
zij bij het jubileum van den koning een fonds
van 50.000 zullen stichten als stamkapitaal,
waaruit aan oude mijnwerkers een extra
pensioen zal uitgekeerd worden.
Flarden van wolken, door stormwind voort
gedreven, jachten door de lucht. Op den weg,
die naar Zorgvlied leidt, zijn vele auto's en
ook zijn er vele menschen, die op de fiets, te
gen den storm intrappen.
Zorgvlied is tamelijk ver van het Centrum
van Amsterdam en de wind is straf en fel,
maar toch zjjn ze in groote menigte heen ge
gaan, om een laatste hulde te brengen aan
Soer en zijn jongens, die zoovaak jubelend
als leeuweriken de zon te gemoet vlogen,
overmoedig door de lucht scheerden, die in
vreeselijk noodweer lamgeslagen verpletterd
ter aarde stortten.
Vijftien maanden geleden, in den nacht dat
de Pelikaan op Schiphol daalde, toen waren
de wegen die naar Schiphol leidden, vol met
blijde menschen, die jubelden om Smirnoff
Soer en Grosfeld. Hoe blij en overmoedig had
den hunne stemmen 4 dagen te voren van
uit Indië in onze huiskamers geklonken:
Nog vóór Nieuwjaar thuis!
Voor het Nieuwejaar intrad waren zij thuis!
Ze werden bejubeld, de helden van de lucht!
Op Schiphol in de groote, met bloemen ver
sierde douaneloods, stonden Neerlands hoogste
autoriteiten.
Er stonden ministers, generaals en admi
raals, ook zag ik den burgemeester van Am
sterdam en in zijn oog twinkelde vreugde en
trots.
Weer zijn de autoriteiten tezamen geko
men, wèl zijn er vele bloemen aangebracht
in het huis waar Soer en zijn vliegers ver
toeven, maar vreugde is verre en het gelaat
van den burgemeester van Amsterdam staat
strak en ernstig. Gisteren bracht hij zijn kind
ten grave, zijn jongen, als Ikaris ter aarde
gestort. Toch is hij gekomen, de burgemeester
van Amsterdam, gedragen door Hoogere
Macht. Ernstig berustend staat hij in het
doodenhuis op Zorgvlied.
Velen staan in de aula bg de kisten waarin
de vliegers van de K. L. M. rusten. En allen
zijn gekomen om hen voor de laatste maal
te huldigen. De laatste eer is het die Soer
en zijn mannen op deze aarde krijgen. Geen
triomfen zullen zij meer vieren. Hun leven
gaven zij in dienst der menschheid. Hunne
plaats bleef niet ledig, want zonder onderbre
king stijgen opnieuw de vogels met het stalen
hart op. Andere handen omklemmen het
stuurrad, dat aan de dooden ontviel. Terwijl
Soer de eeuwige slaap slaapt vliegen zijn ka
meraden opnieuw de zon tegemoet.
De mannen van de „Uiver" vielen in de
woestijn, ver van hun land vonden zij hun
laatste rustplaatsde heete zon brandt nu
op hun graven
Soer en zijn mannen worden straks neer
gelaten in de koele aarde van hun vaderland.
Bij hun leven waren zij vereend, en bij hun
dood worden zij niet gescheiden. Eén groot
graf is gegraven een massa-heldengraf.
Vele zijn de autoriteiten, die naar Zorg
vlied gekomen zijn. De heer Plesman en zijn
echtgenoote, de heer E. Enthoven, vertegen
woordiger der K.N.I.L.M.; de heer Ter Haar,
wethouder van Amsterdam. De Luchtvaart-
afdeeling van Soesterberg was vertegenwoor
digd door Kapitein Schlimmer. Ook de Ma
rine Luchtvaartdienst is vertegenwoordigd.
Het vliegkamp de „Kooij" heeft naar dezen
doodenakker afgevaardigd: den of f.-vlieger
le kl. v. d. Kroef, off.-vlieger 2e kl. Den
Ouden, alsmede twee onderofficieren van dit
dit vliegkamp.
Ook waren er vele collegas van de K.L.M.,
die gekomen waren om hun jonge collega's
een iaatsten groet te brengen... jonge kerels
met strak-bleeke ernstige gezichten. Zagen
wij ook niet de lange gestalte van Smirnoff,
die met Soer de „Pelikaan" door de lucht
naar Indië en weer terug naar het vaderland
gevoerd had? Zagen wij niet Chef Grosfeld?
Droef staren zij op de kisten, waarin hun
kameraden slapen.
De heer Plesman neemt onder doodsche
stilte het woord. Hij spreekt zacht en ver
slagen tot de dooden. die rusten in hun laat
ste woning, die bedolven is onder paarse en
witte bloemen. De kist van Soer is bedekt
met groene dennetakken, geplukt op de
kale gronden van Drente, uit Havelt, van de
heide, waar Soer als kind gespeeld heeft.
Neen het is niet dezelfde Plesman, die wg
bij de triomfen van de „Uiver" en de „Peli
kaan" zagen:
Wg zijn vervuld met weemoed en droef
heid," aldus spreekt de directeur van de
K.L.M. met gesmoorde stem, „dat wij straks
deze jonge luchtvaarders aan den schoot der
aarde moeten toevertrouwen. Zij die heengin
gen, kenden geen vrees, alleen de vreeze des
Heeren was in hun hart. Er is somberte en
schaduw gevallen. Deze dooden hebben ge
geven, wat zij konden geven. Zij hebben hun
leven niet tevergeefs geofferd.. Wat nien-
schenhanden doen, is nimmer volmaakt, maar
toch ononderbroken, rustig, zullen hun kame
raden hun werk voortzetten, hun werk, dat
zij met zooveel liefde vervulden", zoo ein
digde de heer Plesman.
Na den heer Plesman voerden nog de heer
Enthoven, van de K.N.I.L.M., en Wethouder
ter Haar, namens de gemeente Amsterdam,
het woord.
Ook de burgemeester uit Soer's dorp
bracht hulde namens de burgerij aan zijn na
gedachtenis.
Ten slotte spreekt ds Koningsbergen woor
den van troost: „Laten wij ons oog richten
op Hem, wiens woord, wiens daad, wiens
wezen als een lichtstraal Is."
Bloemen en kransen worden eerst uitge
dragen, daarna volgen de vijf kisten met da
doode vliegersdie voetje voor voetje naar
het massa-vliegersgraf worden gedragen
Zacht, wijdingsvol ruischen de tonen van het
orgel ovr de menigte.
gcjKujdig, dalen ue v.ji iaatsts
woningen der vliegers neer. Snikken verbre
ken de stilte die over de graven ligt... Dan
rusten de kisten op den bodem van het
groote geopende graf, waaruit de zoete geur
van de groene dennentakken, waarmee het
bedekt is, opstijgt.
't Is een ontroerend oogenblik. Die zwij
gende menigte mannen en vrouwen, met
door aandoening strakke, bleeke gezichten,
rondom dat graf van vijf jonge menschen,,
heengegaan in de kracht van hun leven. Bg
de dennenbosschen van Sauerland greep hen
de dood nu slapen zij te midden van
dat in den rand de initialen dr. K. zijn aange
bracht. Zij geeft haar bezoeker den boed
over de tafel heen terug, maar de allures
van de dame, die zij tot dusver aannam, laat
zij nu plotseling varen. Thans is zij niet
meer dan een nieuwsgierig kamerkatje.
„U bent heelemaal niet meneer Tünner
hoff!" zegt zij ronduit, terwijl zij vrijmoedig
haar stoei wat naderbij schuift. „U bent heel
iemand anders!"
Kaiserlien is haar ontdekking ontgaan en
hij is dan ook lichtelijk verbijsterd door deze
opmerking. „Ik? Hoezoo? Wie zou ik dan
moeten zijn?"
„U bent de doctor, met wien juffrouw
Edith in 't geheim getrouwd is".
Aha, er viel dus niet veel meer te looche
nen. Kaiserlien begrijpt, dat het geen nut
heeft deze comedie verder te spelen. Het was
beter nu door openhartigheid eruit te lok
ken, wat er uit te krijgen was. „Zoo
Enfin, als u dat weet, dan behoef ik mg te
genover u niet langer als meneer Tünnerhoff
voor te doen," geeft hij toe. „Maar dan zult
u ook wel kunnen begrijpen, dat ik er eenig
belang bij heb te weten waar mijn vrouw
zich op het oogenblik bevindt".
„Ja, eigenlijk wel!" geeft Sabine aarze
lend toe. „Maar ode juffrouw heeft mij streng
verboden
„Ach. maar dat verbod kan toch niet voor
mij gelden!"
Sabine weet zeer wel, dat haar de zwijg
zaamheid juist met het oog op Edith's echt
genoot is opgelegd. Zij kan het echter niet
over haar hart verkrijgen den vriendelijkcn
bezoeker iets te weigeren en bovendien komt
Kaiserlien op het beslissende moment op het
gelukkige idéé door een veelzeggende hand
beweging Sabina's aarzeling te overwinnen.
Hij haalt zijn portefeuille te voorschijn.
„Ik wil u gaarne mijn erkentelijkheid be-
toonen". In zijn hand kraakt een bankbiljet
van honderd mark.
Dat beslist de zaak. „Juffrouw Edith"
woont al sinds maanden in Montreux in
in Hotel du' Lac. Ik denk, dat zjj daar wel
te bereiken zal zijn".
„Ik ben u zeer dankbaar!" zegt Kaiserlien
oprecht en het bankbiljet verandert van eige
naar. „U hebt mij hier mee een grooten
dienst bewezen!"
„Verraadt u mg alstublieft niet!" smeekt
Sabine.
„Daar kunt u van opaan!" verzekert Kai
serlien haar .terwijl hg zich uit de diepe fau
teuil verheft. Hij is met het resultaat van het
onderhoud best tevreden. De rest zal hij in
Montreux wel klaar spelen. Maar als hg Sa
bine Vollert reeds de hand ten afscheid reikt,
schiet hem plotseling nog iets te binnen.
„Hebt u mischien een foto van mijn vrouw,
zoo mogelijk van recenten datum
„Nee", zegt Sabine, na even te hebben na
gedacht. „Juffrouw Edith liet zich niet graag
fotografeeren".
Dat laatste kon Kaiserlien zich volkomen
indenken. Als men het daglicht niet verdra
gen kan, pleegt men gewoonlijk ook de foto
grafen zooveel mogelijk uit den weg te gaan.
Sabine denkt na; het bankbiljet heeft haar
bereidwilligheid nog doen toenemen. „Wacht
eens een kennis van me heeft een paar
maanden geleden een kiekje van juffrouw
Edith gemaakt, toen zij aan 't tennissen was
Als u het daarmee zoudt kunen doen, kan ik
u de foto wel toesturen".
„Als u daarvoor zoudt kunnen zorgen, zou
ik het buitengewoon op prijs stellen. Het
spreekt vanzelf, dat ik bereid ben u voor de
moeite te beloonen."
„Geeft u mg dan uw adres maar", zegt
Sabine. „Binnen een paar dagen hebt u de
foto thuis. Het is niet zoo heel groot, maar
zij staat er goed op. Zoo groot ongeveer!"
Zij duidt met haar vingers de grootte van een
briefkaart aan.
„O, dat is prachtig", verzekert Kaiserlien.
Als daktooze zonder vaste woonplaats schrijft
hij het adres van een hotel in Berlijn voor
haar op. Sabine legt het stukje papier onder
den aschbak op het tafeltje.
„Past u op, dat u het adres niet verliest!"
maant hij haar. „U kunt op mijn erkentelijk
heid rekenen. „Schrijft u het adres van den
afzender maar op de foto. Ik zal dan om
gaand van mg laten hooren".
Dat was het eerste tastbare resultaat na
twee en een halven dag. En Kaiserlien was
zeker onmiddellijk naar Montreux doorge
reisd, wanneer een dringende reden hem dat
niet had belet. Die reden was: geldgebrek!
V.
Een weerzinwekkende lucht van zwavel
waterstof kondigt het rayon aan van het Sul
fide syndicaat. Het eigenlijke fabriekscom
plex met zijn machinekamers, laboratoria,
distilleurkelders en expeditielokalen strekt
zich in een lange smalle strook Noordwaarts
achter het massieve kantoorgebouw uit en
wordt rechts en links geflankeerd door een
net van spoorrails. Doch reeds het front van
het kantoorgebouw legt getuigenis af van den
geweldigen omvang van het bedrijf.
Het is reeds bijna twee jaar geleden, dat
Kaiserlien hier het laatst een bezoek bracht
en het komt hem voor, dat sindsdien het ge
bouw nog grooter is geworden. In ieder geval
slaagt hij er niet in zich te oriënteeren. Had
Hammer zijn kamer op de eerste verdieping
en was de vergaderzaal van den raad van
toezicht een verdieping hooger of was het
omgekeerd? De portier helpt hem terecht;
„Meneer Mammer, rechter vleugel parterre,
Kamer 95",
Dus noch op de eerste, noch op de tweede
verdieping.
Kaiserlien slentert langzaam door de lange
gang. Wanneer niet uit alle vertrekken het
geratel van schrijfmachines tot hier door
drong, zou men het geheel voor een hotel
kunnen houden. De gang niaakt een bocht,
dan nog een. „Naar de kamers 85—100",
wijst een bord hem terecht.
Eindelijk staat hij voor kamer 95. Ham
mer, lid der directie, vermeldt een visite
kaartje, dat in een koperen houder is beves
tigd. En daaronder is een wit bordje aange
bracht met het opschrift: „Geen toegang.
Aanmelden in kamer 94". Tjonge, wat voor
naam. Dat was twee jaar geleden beslist nog
niet zoo. Hammer schijnt zich vaster in het
zadel te hebben gewerkt. Hopenlijk is hij
overigens de oude gebleven. Als hij Hammer
niet meer kon vertrouwen!
Bij de gedachte aan die mogelijkheid loopt
Kaiserlien een rilling over den rug. De op
gewekte stemming, waarin hg verkeert, sinds
hg in Saarbrücken eenig succes heeft geboekt,
is plotseling verdwenen. Hammer was zijn
eenige toevlucht. Als die hem afwees, kon hg
zijn matten wel oprollen. Dan zou hg
weliswaar nog niet van honger behoeven jm
te komen, want zooveel zouden zjjn licenties
nog wel opleveren, dat hij er bescheiden van
kon leven en een baantje in een of ander la
boratorium zou hij ook nog wel kunnen krij
gen, maar met zjjn vrijen geleerde-loopbaan
zou het voor goed gedaan zijn. Tenslotte ia
ook dat echter nog niet het ergste. Het erg
ste is de v---4—van allen verlaten te
zijn.
(Wordt vervolgd.)