Het Menu 'T HITTERTJF ZATERDAG 20 APRIL 1935 PAG. 3 Moeders en dochters. A 'JËVrouwenM/^C HUIS door G. C. M.Schw. Zoo heel vaak hooren wij moeders de klacht uiten, dat onze volwassen doch ters zoo weinig thuis zijn en hare avond uren overal, behalve in eigen huis door brengen. Dit thema wordt in allerlei variaties door moeder mèt moeders besproken en in de betreffende gezinnen geeft het herhaal delijk aanleiding tot conflicten met de dochters. Conflicten, bleef het daar nog maar bfl, doch het gevolg hiervan is, dat er een onderlinge verwijdering ontstaat, die niet gemakkelijk meer te herstellen is, indien tenminste niet een der partijen de wijste weg kiest. Wij vragen deze moeders of het billijk en noodig is, dat zij hare dochters geheel en al voor zich opeischen en of eigen liefde niet voor een groot deel hieraan ten grondslag ligt. Indien wij dan tevens vragen of die moeders ook verlangen, dat haar volwas sen zoons 's avonds thuis blijven, dan ant woorden zij min of meer verwonderd: „Neen, natuurlijk niet!" Maar is dit dan geen meten met twee maten? Hebben zelfstandig werkende jonge vrouwen dan ook niet het recht over hare vrije avond uren te beschikken, zooals zij dit zelf willen Het is een niet te loochenen feit, dat wij ons allert moeten gewennen om onze kinderen langzamerhand los te laten. Toen zj) klein waren en wij nog algeheele zeg genschap over hen hadden, moesten zij zich schikken naar onze verlangens, omdat zij nog opgevoed moesten worden. Wjj zelf waren ook nog aanmerkelijk jonger en wijdden ons geheel en al aan hen, gingen met hen uit, hielden hen thuis bezig, in teresseerden ons voor hun schoolwerk en spel en moesten ons vaak allerlei genoe gens ontzeggen, terwille van de kinderen. Wij deden zulks met groote liefde, vonden het vanzelfsprekend, maar nu mogen wij van onze jongens en meisjes, die wij tot zelfstandige menschen hebben opgevoed, niet eischen, dat zij altijd om en bij ons zijn. Indien onze dochters een werkkring hebben, hetzij in een winkel, op kantoor, op school of anderszins, dan zijn zij den ganschen dag bezig in dienst van anderen en hunkeren vaak naar de vrije avonden om deze te besteden naar eigen goed vinden. Ze willen vrij zijn, om zich op haar manier te ontspannen! Het spreekt vanzelf, dat er gevallen zijn, dat de dochters vrijwel nooit thuis zijn en dan kan de moeder op kalme wijze het hare hiervan zeggen en is wellicht een schikking te treffen, dat zij een of meer avonden thuis blijven. Er zijn altijd genoeg verstelwerkjes aan boven- en onderklee- ren, kousen, enz., te doen, dat zoo'n avond nuttig besteed kan worden. Meermalen is het ook de min of meer gedrukte stemming in huis, die de doch ters er toe brengt elders meer gezellig heid te zoeken, terwijl vele moeders zich ook steeds niet kunnen gewennen aan het denkbeeld, dat haar dochters geen kinde ren meer zijn, op wier doen en laten ge regeld aanmerking gemaakt kan worden. Wfl kunnen niet altijd voorbeelden aan halen uit onze Jeugd, toen dit niet mocht en dat niet kon. De tijdsomstandigheden hebben zich gewijzigd en onze kinderen 'tjn eveneens anders dan de jeugd van vijfentwintig jaar terug. Hebben wfl hen "hter zelf niet in die richting opgevoed? Wi(, moeders, moeten ons niet achteruit 'ezet voelen, indien onze dochters niet al- 'jd meer om en bij ons zijn. Onze taak niet afgeloopen, doch heeft zich ge wijzigd, wij moeten ons trachten in te -ven in de gedachtensfeer der volwassen lochters, belangstellen in hun genoegens, 'n hun vrienden en vriendinnen. Wij voe len onze kinderen niet op om ze geheel "n al voor ons zelf te behouden, doch om hen af te staan aan de plaats, die hen in het volle leven wacht. Zoolang wjj leven hebben onze kinderen ons noodig, zélfs zt) later hun eigen gezin hebben. wordt moeders raad nog zoo vaak inge wonnen en wij met onze rijpe ervaring kunnen hen maar al te vaak steunen. De innige band, die tusschen moeder en dochter bestaat, wordt niet losser, „zelfs" als de laatste hare vrije avonduren meer malen elders doorbrengt en mocht het soms zijn, dat die band oogenschjjnlijk eens wat minder hecht is, dan blijkt bij tegenslag eerst duidelijk, hoe onze meisjes steeds weer by ons terug komen. Al uiten zij zich niet zoodanig, toch voelen zij in haar hart, dat moeders huis de veilige haven is, waar zij bij storm en onty kunnen binnenvaren. Daarom, moeders van volwassen doch ters, laten geduld en liefde u leiden, zelfs in tijden, dat dreigende wolken zich sa menpakken en bedenkt, dat achter die wolken de zon schijnt! van deze week. Zondag. Kop bouillon Kalfsgehakt Snijboontjes Aardappelen Pruimen met room Maandag. Nierenommelet Raapstelen Aardappelen Rijst met bessensap Dinsdag. Contrefilet Andijvie Aardappelen Beschuitschotelje Woensdag. Gekookte eieren met tomatensaus Spinazie Aardappelen Schoteltje van rauwe sla en groenten Donderdag. Tomatensoep Koud vleesch Gestoofde prei Aardappelen Vrijdag. Vischkoekjes Worteltjes Aardappelen Peterseliesaus Havermout met pruimen Zaterdag. Gebakken spek Capucjjners (Aardappelen) Appelmoes (blik) (Voor de koffietafel) PRUIMEN MET .iOOM. 1 pond pruimen, 2 dl. room, suiker, enkele druppels amandelessence. De pruimen worden gewasschen. 24 uren geweekt, gekookt in weekwater, (zoo wei nig mogelijk) daarna ontpitten met de gar de fijngeklopt, suiker naar smaak, daar dit afhankelijk is van de soort pruimen, die gebruikt zijn. De compóte moet volkomen koud worden en wordt daarna vermengd met 2 dl. room die met een tikje zout is styf geklopt. We dienen dit op in één-per- soons glazen vlaschoteltjes. Alle soorten gedroogd fruit kunnen op deze manier als toespijs gegeven worden, zoowel abrikozen, perziken, vijgen, dadels e.a. De toevoeging van het smaakje zal zich naar gelang van de soort vruchten evenwel moeten wijzigen. Amandelessence past het best bij pruimen, abrikozen vragen vanille, vijgen en dadels citroensap, stuk jes appel een weinig gemberstroop en wat fijn gehakte stukjes gember. We kunnen een vingerbiscuitje bij de coupes presen- teeren. NIEREN OMMELET, 2 3 schapenniertjes, 50 gr. boter, 1 ui, 50 gr. magere ham, peper, zout, 2 dl. water met 1 bouillonblokje, 20 gr. bloem, 3 eieren, 1 theelepel kerry, peterselie. De ui wordt fijn gesnipperd en in de bo ter goudgeel gefruit, daarna wordt de gehakte ham erbij gevoegd en de aan dob- delsteentjes gesneden niertjes, die eerst in koud water aan de kook gebracht zijn, waarna het water is afgegoten en de nie ren onder stroomend water worden afge spoeld, waardoor een eventueele sterke smaak verdwijnt. We laten de uien, ham en dobbelsteentjes, waarover wat zout en peper gestrooid is, zachtjes braden, strooien er kerry en een flinke eetlepel bloem over en voegen tevens de bouillon bij, die van het water en het bouil lonblokje is gemaakt en laten het vleesch 10 15 minuten zachtjes stoven. De eierdooiers worden geklopt met een weinig peper en vermengd met de stijf geklopte eiwitten, daarna wordt boter in de koekepan goed warm gemaakt en de ommelet (met een deksel er over) licht bruin gebakken, daarna wordt de saus met het vleesch in het midden gelegd, waarna de zijkanten worden overgeslagen en de ommelet bestrooid met peterselie op een verwarmde schotel wordt opge diend. Beschultschoteitje. 1 pak groote ronde beschuit, 5 dl melk, 30 gr. boter, 3 eieren, mespunt zout, 35 gr. custardpoeder, 1 kopje vol gehakte noten, 50 gr. bruine suiker (ruim). De custardpoeder wordt in 1 kopje koude melk opgelost. De eierdooiers wor den geklopt en bij het custardpapje ge voegd. De rest van de melk wordt ge kookt, zout bijgevoegd en suiker, daarna wordt een deel van de warme melk met een dun straaltje met de custard en eieren vermengd, en dit weer terug gedaan in de pan, daarna weer tot kookpunt gebracht, voortdurend roeren en niet door laten ko ken om het schiften van de eieren te voor komen. Pan van het vuur, een deel van de boter door de vla roeren en de rest gebrui ken om een vuurvaste schotel goed in te vetten. De zeer stijf geklopte eieren wor den eveneens door de vla geroerd en in het schoteltje wordt alle beschuitkruim gedaan, hierop komt het vulsel, dat be strooid wordt met de gehakte noten en in den oven geplaatst wordt gedurende een half uur. Gekookte eieren met tomatensaus. 6 eieren, 1 klein uitje, 1 laurierblad, zout, 30 gr. bloem, 3 tomaten, 40 gr. bo ter, 1 kruidnagel, peper, water. De tomaten worden gekookt met het gesnipperde uitje, laurierblad, kruidnagel, zout en peper en als ze gaar zijn, worden de kruiden verwijderd en tomaten en uitje door een zeef gewreven: de puree wordt aangevuld met water, tot men on geveer 4 dL heeft. Boter en bloem worden tezamen verwarmd en vermengd met de puree, daarna moet de saus, die tamelijk dik moet zijn, nog eenige minuten door koken en wordt over de gepelde, gekookte warme eieren gegoten, die op een schaal gelegd zijn. We geven hierbij spinazie, die wij ditmaal eens pikanter maken en ge- looven, dat deze bereiding in den smaak zal vallen. We snipperen een uitje, frui ten dit goudgeel, doen er de gehakte spi nazie met een weinig van het water bij, strooien er een lepel bloem overheen, zout Ms*-' „Denk jij, dat visch een goed voedsel is .oor de hersenen?" „Kan niet. Mijn man eet wagonladingen visch." naar smaak en laten dit een minuut of 10 zachtjes stoven. Het rauwkostschoteltje bestaat uit: een of andere groene sla. geraspte winter peen, dunne reepjes selderij-knol en radijs jes, die in vakken op een schaal gelegd worden. Tomatensoep. L. water, 4 blokjes bouillon, 60 gr. boter, 60 gr. bloem, li selderijknol, zout. eenige worteltjes, bos selderijgroen, 3 laurierbladen, 3 kruidnagels, 1 gesnipperde ui, middelmatig groot, 3 kleine blikjes tomatenpuree, desverkiezend li kopje melk. We beginnen de bouillon te trekken van het water en de kruiden, brengen het te gen kookpunt aan en stellen het gas daarna zoo laag mogelijk, sluiten de pan goed en laten de bouillon ongeveer drie kwartier trekken en zeven ze daarna, waarbij wij met een houten lepel nog wat op de ui en selderij drukken, om de sappen hiervan zooveel mogelijk bij de gezeefde vloeistof te voegen. We gebruiken twee kleine blikjes toma- tenburee, deze zijn echter in verschillende grootte en al dan niet geconcentreerd in den handel, zoodat we bij het gebruiken van grootere blikjes wellicht aan één ge noeg hebben, dit hangt af van persoon lijken smaak. We smelten de boter, vermengen deze met de bloem en gieten bij kleine hoeveel heden gelijk de vloeistof bij, roeren steeds om te voorkomen, dat zich klontjes vor men, laten de soep daarna nog 10 15 minuten doorkoken met de in zeer kleine blokjes verdeelde selderij en doen er zout naar smaak bij. Sommigen vinden de smaak fijner, indien er voor het opdienen nog een weinig melk bijgevoegd wordt. Vischkoekjes. 1 kop van kabeljauw, het gewicht van de gekookte stukjes visch aan broodkruim, 2 niet te groote gekookte aardappelen, 1 ei, zout, peper, bloem, delfrite. De kop wordt gewasschen en in een pan gekookt met zoo weinig mogelijk water, totdat de visch gaar is, deze wordt daar na van de kop genomen en we laten haar koud worden. De visch wordt in stukjes gesneden, vermengd met de fijne kruim van oud brood, de geraspte aardappelen, peper en zout en door elkander gekneed met het geklopte ei. We vormen ronde platte koekjes, die om en om in de bloem ge wenteld worden. Delfrite wordt heet ge maakt in de koekepan en hierin bakken we telkens eenige koekjes gelijk, totdat ze aan beide zijden licht bruin zijn. Warm opdienen, gegarneerd met takjes peter selie. DE LIJMPOT EN DIENST VAN DE HUISVROUW. i Men kan groote reparaties en de daar mede verbonden extra uitgaven dikwijls voorkomen, indien men een of ander voor werp, dat stuk is, dadelijk repareert. Tot dat doel is de lijmpot een groote hulp en men heeft verschillende soorten- gom of kleefstoffen, die door de huis vrouw gebruikt kunnen worden met goed gevolg. Men kan z.g. koude lijm gebruiken, die in busjes verkrijgbaar is en welke vol gens de gebruiksaanwijzing worden aan gewend. Verder kan men ook andere soorten lijm gebruiken, doch aangezien men deze in de huishouding niet dagelijksch noodig heeft, is het raadzaam niet te veel tegelijk in te slaan. De droge lijm wordt in een leege bus 24 uur met koud water geweekt; hierdoor zwelt de lijm en neemt zooveel water in zich op als noodig is; de rest wordt weggegooid. De bus met weeke lijm wordt in een pan met kokend water ge plaatst en verhit tot ongeveer 70 graden, het mag dus niet tot koken komen, daar de kleefkracht hierdoor vermindert. De deelen, welke gelijmd worden moeten eerst afgekrabd worden, waardoor de andere lijm van het hout verwijderd wordt, en moeten tevens absoluut droog zijn, daar na worden zij met een dun laagje lijm be streken, en moeten stevig samen gehou den worden met band of touw. Na 24 uur verwijdert men dit en krabt de lijm, welke aan de kanten mocht zitten af. Nimmer is het noodig, dat onderdeelen van meubel3, welke de huisvrouwen kun nen lijmen, stuk blijven. Door de kleine reparaties zelf uit te voeren kan zelfs geld bespaard worden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 11