Buitenlandsch Overzicht.
oetbal
iefd
Aspirin
VOOR
DEN HELDER, KOEGRAS,
VLIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
BINNENLAND
No. 7602 EERSTE BLAD
DINSDAG 4 JUNI 1935
63ste JAARGANG
Feuilleton
Het vredelievende
Engelsche volk.
Koning George 70 jaar.
ïnheemsche militairen in
een bergterrein vermist.
China en Japan
BETROUWBAAR
Minister Steenberghe heeft
ontslag gevraagd.
Prinses Juliana.
COURAN
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; Koegras,
Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65; binnenland f 2.
Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, Idem per mail en overige
landen t 3.20. Losse nos. 4 et.; fr. p. p. 6 ct. Weekabonnementen 12 ct.
Zondagsblad resp. f 0.50, f 0.70, f 0.70, f 1.—. Modeblad resp. f 1.20, f 1.50, f 1.50,
f 1.70.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur: P. C. DE BOER
Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening' No. 16066.
ADVERTENTIE N:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst)
dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) b(J vooruitbetaling
10 ct per regel, minimum 40 ct.; bij niet-contante betaling 15 ct. per regel,
minimum 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder nummer:
10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct
Duitsche critiek op het Fransch-Russische verdrag. - Crisissen
in Europa en daarbuiten. Nieuwe spanning tusschen China
en Japan, waar de militaire politiek de boventoon voert.
Critiek op het
Fransch-
Russich
verdrag.
Het Fransch-Russische
verdrag is een doorn in
de oogen van Duitsch-
land, omdat het hierin
een samenspanning voelt
van de twee grootmach
ten tegenover Duitsch-
land. Koster, de Duit
sche gezant te Parijs, heeft nu dezer dagen
aan de Quai d'Orsay een memorandum van
zijn regeering overhandigd, dat een reeks van
bezwaren tegen het Fransch-Russische ver
drag bevat.
Het memorandum geeft te verstaan, dat ge
noemd verdrag in strijd is met dat van Lo-
carno en evenals het Tsjechisch-Russische
verdrag niet in alle opzichten zich laat ver
eenigen met de bepalingen van het Volken
bondspact. Daarom kan naar de meening van
de rijksregeering met beide verdragen geen
rekening worden gehouden, wanneer van
Duitsche zijde wordt toegestemd in een op
neming van verdragen van wederzijdschen bij
stand in een collectief systeem van niet-aan-
\al3verdragen.
In welingelichte kringen te Parijs wordt er
tegenover de Duitsche mededeeling op gewe
zen, dat het Fransch-Russische verdrag geen
Inbreuk kan maken op het verdrag van Lo-
carno. Het door Laval en Litwinof ondertee-
kende pact onderscheidt zich in zijn formu
leering zoo goed als niet van de verdragen
tusschen Frankrijk en Polen en dat van Lo-
carno.
De gevolgen van het verdrag met de Sovjet-
Unie, zoo zegt men te Parijs, zijn zelfs nog
minder rigoureus, dan die van het verdrag
met Polen, daar dit voor het in artikel 15
van het Volkenbondscovenant voorziene geval
een automatisch ingrijpen van de mede-onder
teekenaars voorziet, en wel op grond van de
tusschen de regeeringen te Berlijn en te War
schau gesloen arbitrageverdrag, dat in het
voorziene geval zou worden geschonden. Nu
heeft de Sowjet-Unie een zoodanig verdrag
niet afgesloten, daar zij tot nog toe steeds heeft
geweigerd arbitrageverdragen met welke mo
gendheden ook te sluiten. Daar bovendien het
Fransch-Russische verdrag geheel op het me
chanisme van Genève berust en het begelei
dende protocol zijn draagwijdte nauwkeurig
vaststelt en eventueele beslissingen aan den
Raad van den Volkenbond overlaat, komt het
dus niet in strijd met de bepalingen nopens
den Volkenbond.
De Duitsche regeering heeft dit memoran
dum ook doen toekomen aan de regeeringen
te Rome, Londen en Brussel. Laval heeft het
stuk reeds in studie genomen en zal waar
schijnlijk Dinsdag zrjn antwoord aan Berlijn
doen toekomen.
Nationale
crisissen.
Het woord crisis be
gint zoo langzamerhand
zijn beteekenis voor ons
te verliezen. Er wordt te
veel over gesproken en
geschreven, wij voelen er den ernst niet meer
van, al is het ook, dat we aan den lijve de
gevolgen er van ondervinden.
Na de internationale crisissen, zoo schreef
de N. R. Crt Zaterdagavond in een hoofd
artikel, beleven wij nu weer een periode van
nationale crisis in verschillende landen. Het
zachtaardigst is zij in Engeland, maar zij be
staat daar toch, zij het vooralsnog in wat la
tenten vorm.
Frankrijk heeft nu een kabinet. Het maakt
den indruk, krachtig naar links georienteerd te
zijn, al zal de deelneming van maarschalk
Li
en
3)
Willen beantwoordde de scherts met een
soortgelijken grijns, maar toen hij den poort
wachter voorbij was, zei hij met opeengeklem
de tanden: „Ik zou eiken stuiver, dien ik op
de wereld bezit, willen geven, Mr. Garstairs,
als ik uw leeftijd had, en vanmiddag mijn
eersten wedstrijd voor de dierbare club ging
spelen!"
„Bob," antwoordde de jonge amateur, „als
jij „Bob" bent voor jouw vrienden, heet ik
„Jack" voor de mijne begrepen? Er is
maar een ding dat ik zou wenschen en wel
dit: dat jij vandaag als spil achter mij
speelde!"
„Of ik dat ook graag zou willen! Christie
is een beste jongen maar hij heeft nog een
massa te leeren. Hij is een van de beste mid
denspelers van de League, maar hij blinkt het
meest uit bij de verdediging... er zullen je
vandaag door de achterhoede niet veel goede
ballen aangegeven worden, vrees ik. Alex
Shee zou er gauw zijn bekomst van gehad
hebben, wed ik, zelfs ai was dat ongeluk hem
niet overkomen!"
Intusschen had het tweetal de deur aan de
achterzijde van de tribune bereikt, waarop
met witte letters geschilderd stond:
Alleen voor Spelers en Officials.
„Kom binnen, jongen!" noodigde Bob Wil
Pétain, van Marin en van den onafhankelij-
ken Mandel zeker ook naar rechts banden
scheppen. Met groote spanning wachten wij
af, of deze regeering erin slagen zal den franc
in veiligheid te brengen, en hoe zij dit pro
bleem zal aanpakken. Dat is niet meer al
leen een Fransche aangelegenheid; de verdere
loop van oeconomische zaken in West-Europa
kan in hooge mate afhankelijk blijken van
hetgeen de Franschen nu tot stand brengen.
President ROOSEVELT.
Ernstiger nog dan de crisis in Frankrijk
lijkt ons de crisis, die in Amerika is ontstaan
door de befaamde uitspraak van het opper
ste gerechtshof.
Deze uitspraak, practisch reeds van ont
zaglijke beteekenis, heeft nog te meer
moreele kracht, omdat zij met algemeene
stemmen is gedaan, en ook enkele zeer voor
uitstrevende leden van den Amerikaanschen
Hoogen Raad er met de anderen, hun goed
keuring aan hebben gehecht. De grondwet
tige positie is dus boven allen twijfel ver
heven.
Het gebeurde heeft president Roosevelt
zeer ontmoedigd. En daartoe is alle reden.
Twee jaar lang heeft hij geëperimenteerd
en commercieel en sociaal opgebouwd. On
der de N.R.A. stonden ongeveer 3 milloen
ondernemingen en 22 millioen arbeiders
Legioenen van landbouwers hadden weer moed
gevat, dank zij de hulp, die de verordenin
gen betreffende landbouwcrediet en land-
bouwhypotheken hun hadden verleend. Men
kan over de methoden van Roosevelt denken
zooals men wil, maar zij waren de basis ge
worden van het oeconomische leven der Ver-
eenigde Staten. Zij droegen het prijspeil en de
nieuwe sociale instellingen. Geen dictator in
Europa, tenzij Stalin, heeft zelfs maar een
klein gedeelte van de oeconomische revolutie
bewerkt, die Roosevelt in zeer korten tijd
heeft te weeg gebracht. Nu zijn onder dit
alles alle stutten en dr&agbinten weggeno
men. Roosevelt heeft blijkbaar nog geaar
zeld dat te erkennen, vóór hij den ontstanen
toestand eerst nog eens uitvoerig had beke
ken. Maar nu heeft hij dan ook geconstateerd
dat alles hem uit handen geslagen is. Het
Amerikaanseh-reusachtige bouwwerk hangt
in de lucht. Reeds vallen de eerste stukken
naar beneden. In de groote warenhuizen zijn
reeds prijspaniekjes voorgekomen.
President Roosevelt staat tegenover wilde
mogelijkheden. Niet alleen dreigt terugkeer
tot het niveau waarop hij zijn werk begon,
maar deze terugkeer dreigt zelfs per instor
ting, onder helsch gekraak en groote ram
pen, zijn beslag te krijgen. Hoe men ook over
zijn werk moge denken, hij heeft een Her
culestaak verricht. Maar oneindig veel meer
wordt er nu van hem geëischt als hg zijn
werk wil redden.
Nieuwe
spanning tus-
schen China
Japan.
Na een periode van
schijnbare rust, komen
de laatste week weer
tal van onrustbarende
berichten uit het Verre
Oosten, over toenemen
de spanning in de be
trekkingen tusschen
China en Japan.
Het Hbl. schreef daarover o.m Zaterdag
avond in een hoofdartikel:
Het Kwangtoenleger, welks opperbevel
hebber de feitelijke beheerscher is van den
onafhankelijken staat Mandsjoekwo blijkt
weer het heft in handen te hebben genomen,
teneinde op meer drastische wijze de Japan-
sche China-politiek door te zetten.
In hoeverre de Japansche diplomatie het
geheel eens is met dit weer op den voorgrond
treden van de militaire partij, kan in het mid
den worden gelaten; maar de indruk is wel
heel sterk dat het politieke Tokio zich schikt
en dat de militairen voor de zooveelste maal
zelfStandig hun wil doorzetten, nu zij het
oogenblik weer gekomen achten voor een
nieuwen tactischen sprong voorwaarts.
De historie komt hierop neer, dat Japan
China opnieuw voor de keuze stelt om zich
gewillig aan te passen aan de Japansche
(militaire) wenschen, of anders nogmaals de
geweldmethode te zien toepassen, welke wel
haast onvermijdelijk moet leiden tot afscheu
ring van een nog grooter gedeelte van Noord-
China, het bastion, dat Japan ten volle in zijn
macht moet hebben als dekking tegen den
Russischen rivaal in het Noorden. Want naast
de economische beteekenis van Mandsjoerije
blijft de militaire ervan voor Japan voorals
nog de voornaamste, als element in de tenuit
voerlegging van zijn continentale politiek tot
„waarborging van den vrede" in Oost-Azië,
hetwelk de missie heet van Japan.
Van Chineesche zijde toont men zich nood
gedwongen bereid aan de Japansche m'litaire
eischen te voldoen. Het lijkt echter allerminst
zeker, dat hiermede het wederom dreigende
gevaar zal worden afgewend, nu de militaire
partij waarschijnlijk verder reikende doelein
den op het oog heeft voor de verwezenlijking
van de „nationale politiek".
De uitslag van het vredesreferen-
duni in Groot Londen.
Aan het vredes-referendum van de Engel
sche liga voor den Volkenbond hebben in Groot
Londen ongeveer anderhalf millioen menschen
deelgenomen.
Op de eerste vraag, of Engeland lid van den
Volkenbond moest blijven, hebben 1.490.340
personen met ja geantwoord, 67.912 stemden
tegen en 18.894 lieten de vraag onbeantwoord.
De tweede vraag, of moest worden overge
gaan tot een algemeene vermindering der be
wapening door middel van internationale
accoorden, werd met 1.429.454 ja-stemmen en
119.249 neen-stemmen beantwoord.
Voorts stemden 1.280.780 voor volledige af
schaffing van het militaire vliegwezen en
253.084 daartegen. Op de vraag inzake af
schaffing van den particulieren wapenhandel
door internationale verdragen werden 1.437.636
len monter uit. Zijn tijdelijke sombere bui was
voorbij, en hij keek even vroolijk als een
schooljongen op een vrijen dag, toen hij zijn
metgezel zacht voor zich uit duwde.
„Eerste deur links, Jack," beduidde hij
dezen. „Wacht, ik zal het eerst binnengaan
als je het goedvindt."
Hij drong den ander voorbij, maakte een
deur open, en galmde: „Hoe maken jullie het,
jongens
Jack Carstairs ontving een vluchtigen in
druk van een aantal mannen in verschillende
stadia van ontkleeding, voordat hij zijn men
tor in de kleedkamer van de Kensington F.C.
volgde.
„Jongens, dit is mijn vriend Jack Carstairs;
hij zal vanmiddag middenvoor spelen!"
Terwijl Bob Willen deze woorden sprak,
mat iedere in de kamer aanwezige speler
Carstairs met onderzoekende blikken; het was
Jack als boorden de scherpe oogen van deze
mannen zich door zijn lichaam heen.
Een lange, slanke gestalte in een donker
grijze sweater en een smoezelige kniebroek,
trad naar voren.
„Dit is Jimmy Paterson.de oefenmeester
van de club, jongen," stelde Willen den man
voor. „Mr. Whittaker, de leider, zal straks
verschijnen. Als ik je was, maakte ik maar
vast een begin met me te verkleeden; Jimmy
zal je een bergkast aanwijzen."
De onderzoekende blikken van zijn nieuwe
collega's werden er niet minder op,terwijl hij
zijn dagelijksche kleeding voor zijn voetbal-
costuum verwisselde. De beproevingen, die hij
nu te doorstaan had, waren erger dan hij zich
voorgesteld had. Hier binnen heerschte een
ander atmosfeer dan die, welke h(j gekend
had, toen hij aan de zijde van die vermaarde
amateurs, de Barbarians, speelde. In deze
kleedkamer van de Kensington-ploeg werd
weinig joligheid vertoond. In plaats van lucht
hartige scherts voerde grimmige ernst er den
boventoon.
Toen hij de critische beschouwing, waaraan
hij blootstond, zag, en de onuitgesproken vij
andige gezindheid, die hem omringde, besefte,
werd het Jack voor het eerst duidelijk, dat
hij, odor gevolg te geven aan het door Maisie
Willen tot hem gerichte verzoek, méér op
zich genomen had dan alleen het spelen van
voetbal; als hij deze hem vreemde en opwin
dende taak tot een goed einde wilde brengen,
moest hij het ontzag en den eerbied van deze
mannen winnen.
„Je hebt vandaag een karwei voor den
boeg, man!"
De woorden we. en gezegd door een on
aangenaam uitzienden, slungelachtige speler,
die klaar was met zich te verkleeden en den
rekruut genaderd was. „Invallen voor Alex
Shee, jawel, hé? Och, het is geen kunst om
je te verbeelden dat je dat doen kunt!"
„Heeft u het tegen mij?" vroeg Carstairs
op ijskouden toon.
„O, neem me niet kwalijk!" antwoordde de
ander, den beschaafden toon van Jacks stem
spottend nabootsende, „we zijn niet aan el
kaar voorgesteld! Maar mij zul je wel kennen,
Chawles ik ben Lord Ping-Pong. Hebben
wij elkaar bij de receptie van Lady Lockhart
onlangs niet ontmoet?"
De gezwollen, bespottelijk makende woor
den werden tot in het verste einde van de
kleedkamer verstaan. Een schatererd gelach
steeg onmiddellijk op. Blijkbaar was deze ari
stocratische, kersversche amateur den Ken-
sington-spelers niet al te welkom.
Carstairs kreeg een kleur als bloed. Bob
Willen was de kamer uitgegaan om den com
missaris te zoeken, en de eenige overgeble
ven official, Jimmy Paterson, de oefenmees
ter, beschouwde hem met dezelfde koude
wegkijkende blikken als de spelers zelf.
ja-stemmen en 97.364 neen-stemmen uitge
bracht.
De meeste neen-stemmen, namelijk 386.664
werden uitgebracht op de vraag of tegen een
aanvallenden staat militaire maatregelen moe
ten worden genomen, 878.275 stemden met ja
en 1.375.061 verklaarden zich voor oecono
mische en niet-militaire maatregelen. Lord
Cecil deelde mede, dat het resultaat aan ge
heel Engeland, aan de regeering en aan de
afgevaardigden zou worden bekend gemaakt
om er hun oordeel over uit te spreken. Het
resultaat zal voorts aan de geheele wereld
worden medegedeeld, want niets kan meer ten
gunste van den vrede spreken, en wellicht,
aldus Lord Cecil, zullen andere staten Enge-
lands voorbeeld volgen.
Gisteren vierde koning George V zijn 70sten
verjaardag. De lichte verkoudheid, die den
koning dwong binnenshuis te blijven, was
gisteren al veel verbeterd. De koning heeft
gisteren de godsdienstoefening in de kapel
van het paleis te Buckingham bijgewoond.
De koning was voldoende hersteld om uit
te gaan en de beroemde parade van de bere
den garde, de „trooping of the colour" bij te
wonen. Voor het eerst sinds drie jaar was de
vorst bij de parade aanwezig. De belangstel
ling van het publiek was geweldig en een
lekker zonnetje verleende nog meer kleur aan
dit toch reeds zoo schilderachtige schouw
spel. De koning werd op zijn rit door de Mali
luide toegejuicht. De koningin had met haar
beide schoondochters en haar twee klein
dochtertjes plaats genomen voor het raam
van de Horse Guards.
Fort de Cock. Van een militaire patrouille
van het garnizoen Fort de Koek, welke pa
trouille onderzoekingen verricht in zwaar
bergterrein nabij Pajakoembo en Bangkinang,
worden een inheemsche korporaal en twee Ïn
heemsche fuseliers sedert zeven dagen ver
mist.
De vermisten hebben voldoende proviand bij
zich. Onder leiding van een kapitein zijn drie
brigades naar het terrein vertrokken om de
vermisten op te sporen. Men vreest echter het
ergste.
Reeds naar „incidenten".
Het Japansche Nieuws Agentschap Sjim-
boen Rongo meldt, dat te Mantsjouli, een con
ferentie geopend is, om het incident van
Januari j.1. aan de grens van Mantsjoekwo
en Buiten-Mongolië te regelen.
De vertegenwoordiger van Mantsjoekwo
uitte den wensch, dat zich vriendschappelijke
verhoudingen tusschen Mongolië en Mants
joekwo zouden ontwikkelen.
De Japansche eischen te Nanking
overhandigd.
Uit Nanking wordt gemeld, dat de jongste
eischen der Japansche militaire autoriteiten
in Noord-China, die geheel in overeenstem
ming zijn met de bedoelingen der hoogste
Japansche militaire kringen en der Japansche
regeering, Zondag ter kennis zijn gebracht
van den Chineeschen onder-minister van bui-
tenlandsche zaken der regeering te Nanking,
Tang Joe-sjen, door den Japanschen consul-
generaal te Nanking Jakisjiro Soema, die in
opdracht van de regeering te Tokio, Zondag
morgen een bezoek aan het Chineesche
ministerie van buitenlandsche zaken heeft
gebracht.
De zetel der provinciale regeering
van Hoepel verplaatst.
Nadat reeds geruimen tijd geleden was be
sloten, tot verplaatsing van den zetel van de
werkt bij
verkoudheid steeds
Uilsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van
20 tabl. 70 ets. en oranjerakjes van 2 tabl. a 10 ets.
provinciale regeering van Hoepei, van Tientsin
naar Paoe ting foe, zijn heden de plaatselijke
autoriteiten met hun gezinnen, in totaal 155
personen, per trein naar deze plaats vertrok
ken. De archieven en verschillende andere
benoodigheden volgen dezer dagen.
Tientsin en Peking moeten worden
gedemilitariseerd.
In de komende onderhandelingen met de
Chineesche regeering, zullen de Japansche
militaire autoriteiten eischen, dat Tientsin en
Peking voortaan deel uitmaken van de ge
demilitariseerde zóne, ingesteld hij den wapen
stilstand van 31 Mei 1933.
De uitbreiding van de gedemilitariseerde
zóne ten Zuiden van den Grooten Muur, zal,
zoo meent men aan Japansche zijde, het
eenige afdoende middel zijn, om een eind te
maken aan de uitdagende actie, welke tegen
Japan gevoerd wordt.
Een moreel steuntje voor China.
Het departement van buitenlandsche zaken
te Nanking heeft bericht ontvangen van het
besluit der Fransche regeering, om de Fran
sche legatie in China te verheffen tot een
ambassade. Hetzelfde zal gebeuren met de
Chineesche te Parijs, die ambassade wordt.
Wegens verschil van meening
met de overige leden van het kabi
net over het vraagstuk der deva
luatie. Prof. Gelissen wordt
vermoedelijk zijn opvolger.
De minister van oeconomische zaken,
mr. M. P. L. Steenberghe, die, in tegen
stelling tot de overige leden van het ka-
bit, van oordeel Is, dat alleen devaluatie
tot aanpassing in het maatschappelijk
leven kan leiden, heeft zich, op grond
hiervan, verplicht geacht, aan H. M. de
Koningin ontslag te verzoeken.
Dezer dagen is de benoeming te ver
wachten van prof. dr. ir. H. C. J. H. Gelis
sen tot minister van oeconomische zaken.
Nader verneemt de Nw. Rott. Crt.:
Het kabinet was en is eenstemmig van oor
deel, dat de nood van den tijd verdere aanpas
sing noodzakelijk maakt en dat die aanpas
sing moet worden nagestreefd zoowel in het
maatschappelijke leven als hij de publieke
financiën.
Deed zich ten aanzien van het ingediende
bezuinigingsontwerp geen enkel verschil van
meening voor, zulk meeningsverschil ontstond
wel bij de vraag, langs welken weg de aanpas
sing in het maatschappelijke leven moest
worden nagestreefd. Terwijl het kabinet in zijn
grootst mogelijke meerderheid van meening
was, dat beproefd moest worden, de aanpas
sing en met name de verlaging van vaste las
ten door speciale maatregelen te verkrijgen,
was minister Steenberghe van oordeel, dat
alleen devaluatie hiertoe zou kunnen leiden.
Volgens hem kan de aanpassing in het maat
schappelijke leven, welke den verderen terug
gang van het bedrijfsleven moet tegengaan,
onder de huidige monetaire en oeconomische
omstandigheden alleen langs den monetairen
weg verkregen worden.
Waar ter zake overeenstemming niet te ver
krijgen was en minister Steenberghe zich niet
kon neerleggen bij het gevoelen van de ove
rige leden van het kabinet, voelde hij zich
verplicht, aan H. M. de Koningin ontheffing
uit zijn ambt te verzoeken.
Dezer dagen is de benoeming te verwach
ten van prof. dr. ir. H. C. J. H. Gelissen tot
minister van oeconomische zaken. Vermoede
lijk zal de overdracht van het departement
a.s. Donderdag plaats vinden.
Prof. Gelissen is 40 jaar oud.
Professor Gelissen en zijn denk
beelden. k.
Men meldt uit Maastricht aan de Nw. Rott.
Crt.:
Van de benoeming van prof. Gelissen tot
minister van oeconomische zaken zal in Lim
burg met voldoening worden kennis genomen.
Men heeft hem hier nu een reeks van jaren
met een hardnekkigheid, die ook enkele van
nature sceptische menschen overtuigd heeft,
voor een verdere industrialisatie zien ijveren
als eenig mogelijke nieuwe bron van werkver
schaffing, in een land, welks bevolking blijft
toenemen.
Zijn lijn is industrie en nog eens industrie.
Hij is geen politiek man, die daarbij het groote
voordeel heeft van een onafhankelijk oordeel
te hebben bewaard tegenover de politiek van
zijn omgeving, terwijl hij een geboren optimist
is, al hebben de zeer moeilijke oeconomische
omstandigheden ook op hem hun invloed niet
gemist. Maar hij is een snelle werker, die zich
met veel élan aan de hem opgelegde taak kan
wijden, daardoor enorm veel werk In korten
tijd verzetten kan. Zijn methode is altijd ge
weest de zaak bestudeeren, in het buitenland
gaan kijken, en dan de groote lijnen trekken.
Het uitzoeken en regelen van de détails laat
hij graag aan zgn medewerkers over.
Gedurende vijf jaar heeft prof. Gelissen ge
preekt voor de industrialisatiemogelijkheden
van Nederland. Zijn ideeën in deze zijn welbe
kend. Thans zal moeten blijken, hoeveel mede
werking er voor te vinden zal zijn, wat er dus
van te verwezenlijken is.
Naar het Hbld. meldt, zou de Erfprins Her- t
mann von Wied aan Prinses Juliana de uit-
noodiging hebben gericht, tegenwoordig te
zijn bij de doopplechtigheid van zijn tweeden
zoon te Dierdorf, en meer in het bijzonder te
kennen hebben gegeven het op zeer hoogen
prijs te zullen stellen, wanneer Prinses Juliana
het kind ten doop zou willen houden.
Het huis van den Prins von Wied is gelieerd
aan het geslacht Oranje-Nassau. De erfprins
is een kleinzoon van prinses Maria der Ne- 11
derlanden. Uit zijn huwelijk met Maria-An-
tonia gravin Van Stolberg-Wernigerode werd
in 1931 prins Frederik Wilhelm geboren en
thans is uit dit huwelijk een tweede zoon
voortgesproten, bij wiens doop Prinses Juliana
is uitgenoodigd tegenwoordig te zijn.
ONDER-DIRECTEUR DER K.L.M.
De heer T. Guilonard, voorheen
chef van den Technischen Dienst,
benoemd.
Naar „De Telegraaf" verneemt, is de heer
F. Guilonard, chef van den Technischen
Dienst der K.L.M., benoemd tot onder-direc
teur.
Voorts zijn alle commereieele afdeelingen
der K.L.M. vereenigd tot één afdeeling „Han
del", aan het hoofd waarvan is geplaatst de
heer D. J. de Vries, tot nu toe chef van den
Buitenlandschen Dienst, die deze functie voor-
loopig ad interim blijft waarnemen.
Jack bleef op dezen schimp het antwoord
schuldig.
„Wat mij van die verwenschte amateurs
zoo bevalt," hernam de man, die den spot met
hem gedreven had, zich tot alle aanwezigen
richtende, „is de manier waarop ze altijd be
reid zijn om een fatsoenlijken prof van. zijn
plaats te verdringen. Maar, natuurlijk, hou
den zij het doorgaans niet langer dan één
wedstrijd uit!"
„Als je het over mij hebt!" viel Carstairs,
nu bleek van woede, uit, „laat mij je dan
zeggen dat je een vervloekte leugen vertelt.
Ik doe geen poging om eenigen beroepsspe
ler van zijn plaats te verdringen. Ik werd aan
gezocht om voor Kensington te spelen..."
„Het i verstandiger van je zijn dien
grooten mo,»d van je een beetje dicht te hou
den, Timms," liet een snijdende koude stem
zich bij de deur hooren. Het gewoonlijk joviale
gezicht van Bob Willen stond nu op onweer.
„Laat mg dit jullie allen zeggen, jongens,
en je kent mij allen genoeg om te weten dat
ik meen wat ik zeg, dat Kensington van ge
luk mag spreken, dat. Mr. Carstairs zich be
reid verklaard heeft voor de club te spelen;
daarvan zal vanmiddag het bewijs geleverd
worden, tenzij ik mij schromelijk vergis. En
zooals hijzelf gezegd heeft, werd hij aange
zocht om voor de club te spelen hij heeft
zich niet ingedrongen. Steek dat in je zak en
heb er plezier van, Timms!"
De aldus aangesprokene trok een grimas,
maar antwoordde niets. Hij scheen een onaan
genaam stuk mensch te zijn.
Op dat oogenblik werd het scherpe gillen
van een fluitje in de gang buiten de kleed
kamer gehoord.
„Naar buiten, allen!" blafte de oefenmee
ster van Kensington, Jimmy Paterson, de an
deren aan, en met Jack Carstairs in de achter
hoede, stroomden de spelers de kamer uit.
Eenmaal op het groene veld gekomen, voel
de Jack zich in een nieuwe wereld een we
reld, die hem tot duizelends toe opwond, maar
toch chaotisch en verdoovend.
Zooals hij daar stond, bijna verlamd door
den grootschen aanblik, verhief een reus
achtige tribune zich boven zijn hoofd. Ergens
daar zat Maisie Willen. Die gedachte staalde
zijn zenuwen alsv uur. Hij moest dien dag zijn
beste beentje voorzetten; tot i ederen prijs
moest hij blijken een succes te zijn. Het meis
je had hem tot dezen dienst uitverkoren, en
hij mocht haar geen teleurstelling bereiden.
Het vermoeden van Carstairs was juist ge
weest; Maisie Willen zat op een plaatsje in de
tribune, en hoewel het bonte schouwspel
waarvan zij nu getuige was, niets nieuws
voor haar bood, had het dezen dag een bizon-
dere beteekenis.
Haar oogen werden onweerstaanbaar ge
trokken naar den jongeling, die bedaard met
lange stappen over het veld liep; toen kwam
haar eensklaps een brok in de keel. Deze
slanke athleet, op wiens verschijning zelfs in
zijn voetbalkleeding niets aan te merken viel,
had den bal, die hem toegetrapt werd, met
losse ongedwongenheid stilgelegd en een kei
hard proefschot gelost, zoodat het leer de
bovenlat met zulk een kracht raakte, dat al
het latwerk van de goal er van trilde.
Toen hij na dien trap een ondeelbaar oogen
blik zijn houding bleef bewaren, had Jack
Carstairs er onbeschrijfelijk gracieus uitge
zien, en onwillekeurig vormden de lippen van
Maisie zich tot het dierbare woordje „Lie
verd!" Bevoegd beoordeelaarster van een
voetbalspeler zooals Maisie was, doemde het
bg haar op, dat de rekruut, die zij onder haar
vanen geroepen had, zich als een nieuwe
„voetbal-ster" zou ontpoppen.
Het gewicht van dezen wedstrijd Ken
sington had op dezen openingsdag van de
League-competitie te kampen met de sterke
club, de Wovington Wanderers bood een
uitmuntende gelegenheid voor een ster om te
„schitteren". De supporters van Kensington
waren door de looze streken, hen den laatsten
tijd door het Lot gespeeld, hitter teleurge
steld geweest. Het koopen van een Internatio
nal middenvoor tegen de somma van 3000,
om van zijn diensten beroofd te worden, nog
voordat hij een bal voor je heeft kunnen trap
pen is voldoende om lederen voetbal-enthou
siast tot razernij te brengen. En dan te kamen
aandragen met zoo'n amateur van niks zonder
eenige ervaring...
Dat eerste verbijsterende proefschot van
den „amateur van niks", liet de onafzienbare
vijfenveertigduizend-koppige menigte evenwel
moed vatten. Misschien zou hij blijken te goed
te zijn; wie weet?
Een voetbal-ethousiast weet altijd wel
eenige verontschuldiging voor zijn optimisme
te vinden. Een paar tusschen die menigte her
innerden zich dat Carstairs het vorige seizoen
schitterend spel had laten zien voor de tech
nisch op hoog peil staande amateur-club, de
Barbarians, en toen zij hun huurlieden dit in
het oor fluisterden, herleefde in den breede de
hoop, dat zij toch nog van een belangrijken
en merkwaardigen wedstrijd getuige zouden
zijn.
Een prachtwedstrijdDe nieuwe voorhoede-
speler hield zich waarlijk goed. Die vreemde
eend in de bijt leek wel tooverkracht in zijn
voetbalschoenen te hebben.
(Wordt vervolgd.)