hwtót van fmt „Met mcantie zijn" *))}enhm vm de gezondfmd aft ufo. Manbje'b mcantic. Mac ïeiót mm Ad ècdcf Jttdm gehïtühbaattuHfzintf mm de vacantie. %e tien geboden im\ Uehhete te met en §a\ fieU. TWEEDE BLAD IIELDERSCHE COURAN i VAN ZATERDAG 6 JULI 1935. ra. TtT De kunst van het „met vacantie zijn" is piet makkelijk, zij is integendeel zeer moei lijk. „Onzin is dat", beweert mijnheer Pieterse tegenover zijn vriend Janssen, „niks is een voudiger cian vacantie. Een flinke buidel geld en dan vooruit kerel... zul je zien hoe je je amuseert." Mis, geachte mijnheer Pieterse. Voor va cantie is nog iets geheel anders dan geld jioodig en ook „amuseeren" is niet identiek met vacantievreugde. Voor veel menschen is de vacantie niets anders dan een reeks van uiterst vermoeiende dagen, na afloop waar van z^j weken noodig hebben om „bij te ko men". Ook reizen is geen voorwaarde voor een prettige vacantie, doch slechts een aan genaam hulpmiddel. De voornaamste voorwaarde voor een pret tige vacantie is een goed humeur. Dat kan men evenzeer op reis als thuis demonstree- ren. Voor hen, die thuis blijven is het zaak een andere atmosfeer te scheppen en dat gaat het beste wanneer men met alle gewoon ten breekt. Wanneer de heer des huizes Zater dag met het heerlijke bewus zijn naar huis komt veertien dagen vrij man te zijn, dan kan zijn echtgenoote er veel toe bijdragen een andere sfeer te scheppen. Indien mogelijk moet zjj aan de woning eenige veranderingen aanbrengen, misschien wel het meubilair van de kamers verruilen, opdat alles er een beetje „vreemd" uitziet. opgesteld schema. Zy werken hun vacantie als het ware af. Zij rennen van plaats tot plaats en vallen 's avonds doodmoe in hun bed. Het genot van de vacantie ligt in het op doen van nieuwe indrukken zonder dat men deze „gaat opzoeken". De goede vacantiegan- ger heeft geen vaste plannen; behalve één: zich te ontspannen. Deze ontspanning kan natuurlijk op veler lei manieren verwezenlijkt worden, doch is tenslotte in hooge mate afhankelijk van de weersomstandigheden, terwijl een meer of minder goed gevulde portemonnaie eveneens een niet te onderschatten rol speelt De menschen, voor wie het motto: „Geld speelt geen rol" van toepassing is, welnu, deze kunnen, mits zij een niet al te onoordeel kundig programma samenstellen, zich gedu rende hun vacantietijd kostelijk amuseeren. Zij hebben althans de keus tusschen zee, bos- schen en bergen. Zij kunnen, gezeten in hun comfortabelen automobiel, de landsgrenzen overschrijden en hun zomerverblijf uitkiezen in een voor hen totaal vreemde omgeving. Ze zijn in staat om in de Luxemburgsche beekjes op forellen te visschen, op de Zwitsersche Alpentoppen naar Edelweiss te zoeken of zich aan de Cöte d'Azur door de zon bruin te laten roosteren. De categorie, die, hetzij uit ethische, hetzij uit financieele overwegingen, het motto: „Breng Uw vacantie in eigen tand door" in Maar vooral moet de dagindeeling radicaal gewijzigd worden. Degeen, die steeds vroeg moet opstaan, moet in deze dagen lang sla pen en zich langzaam aankleeden. Welle een genot is het niet op zijn dooie gemak te kun nen ontbijten, terwijl men anders zijn brood naar binnen moet schrokken. Het verdient ook aanbeveling de andere etenstijden te ver schuiven. En al helpt een dergelijke verandering van de dagindeeling heel veel, het staat toch in geen verhouding tot hetgeen men bereikt door de verandering van zijn bezigheden. Het zou toch zeer verkeerd zijn van iemand, die den geheelen dag over zijn boeken gebogen zit, wanneer hij ook in zijn vacantie thuis bleef werken. Hij moet naar buiten, waar hij zijn oogen kan laten gig den over groene vlakken en boomen. Veel beweging, sport en frissche lucht zullen van hem in veertien dagen een ander mensch maken. En zij, die anders van 's ochtends tot 't avonds op de been moeten zijn, behooren hun toevlucht tot een luien ligstoel te zoe ken... hoewel ook hen een beetje lichaams beweging er tusschendoor geen kwaad kan. Een van de belangrijkste raadgevingen voor vacantiegangers, die thuis moeten blijven, is het parool: reis thuis! Ga eens op ontdek kingsreis door eigen stad, streek of land. Wie van ons kent eigenlijk de bezienswaardighe den uit zijn eigen omgeving? Bijna niemand. Meestal is het: „als tante Fie eris bij ons in Amsterdam komt, dan ga ik toch ook eens met haar naar het Rijksmuseum". Maar helaas, tante Fie komt niet en zoo blijft het bij het goede voornemen. Wanneer men echter in een vreemde stad is, dan wordt geen mu seum overgeslagen. En waarom zou men niet eens de flora en fauna van de omstreken gaan bestudeeren en er eens met een botani seertrommel op uittrekken? Wie besteedt er tegenwoordig nog aandacht aan bloemen en vogels? Ziedaar een prachtig terrein voor den vacantieganger, die thuis blijft. Men ziet dus, dat voor een vacantie thuis heel wat fantasie noodig is, wil men er be hoorlijk van profiteeren. Voor hem, die in zijn vacantie op reis kan gaan, is de zaak aan zienlijk makkelijker. Hij hoeft zich niet spe ciaal in te spannen om een veranderde om geving en dergelijke te scheppen. Maar ook goed reizen is een kunst. Niet het wegreizen is de hoofdzaak: men moet de sleurmensch kunnen achterlaten Een bekend auteur beschrijft hoe zijn va der, die voor iedere reis door zijn zenuwach tigheid een onaangename stemming in het gezin teweegbracht, vanaf het moment, dat de trein zich in beweging zette, een ander mensch was. Het liet hem koud, of hij een zit- of staanplaats had: er bestond geen op gewekter en onbezorgder mensch. Dit ver mogen, alles wat achter iemand ligt te ver geten, is een der belangrijke voorwaarden voor het welslagen van de vacantie. Wie zich onderweg over iedere kleinigheid ergert, kan zich niet goed ontspannen. Er zijn twee soorten reizigers. De eene soort slaapt ongeveer den hcelen dag, leest een krantje, eet, rookt en slaapt weer. Verder gaat hun interesse niet. Vraagt men deze menschen bij hun terugkeer naar de indruk ken van hun reis, dan weten zij natuurlijk niets te vertellen. Maar ook de andere, de tegengestelde soort, behoort niet tot het ideaal van de vacantie gangers. Zij leven volgens een weken tevoren Wat hindert het wanneer je den trein verzuimt f Als je je ergert, komen je zenuwen niet tot rust. Wees daarom verstandig en maak van het oponthoud gebruik om een onderzoekingstocht in de mooie omgeving te maken. toepassing brengt, ook zy heeft nog voldoende keuze tusschen zee, bosch en bergen. Onze groote Noordzeebadplaatsen zijn voldoende bekend. Ook de kleinere, die pas aldus de laatste jaren eenigszins in de mode gekomen zijn, hebben hun charme en attractie voor den vacantieganger. Ge behoeft slechts iemand te vragen, die reeds een zomer in een van deze badplaatsjes doorgebracht heeft, hoe hem dat bevallen is. Ge zult dan hooren, hoe opgeto gen hij is over den eenvoud, de ongegeneerd heid en het landelijke. Het spreekt vanzelf, dat iemand met „mondaine neigingen" nu niet juist naar een dergelijke badplaats moet gaan. Hij zou zich vervelen en zichzelve en anderen tot last zijn. Onze onvolprezen bosschen zijn natuurlijk ook bij uitstek geschikt voor een rustige en aangename zomervacantie, doch iemand, die niet van wandelen houdt, doet beter er niet naar toe te gaan, hoewel tegenwoordig de bosschen ook „voor elck wat wils" bieden. Waarlijk, het is niet overdreven; de natuur baden verrijzen als paddestoelen uit den grond. En wat is aangenamer dan na een ferme wandeling, een verfrisschend bad te nemen Onze Nederlandsche Alpinisten kunnen, zij het dan ook op bescheiden schaal, hun hart ophalen in Limburg en wanneer men de Vaal- ster-berg in vlug tempo bestijgt, komt men er net zoo vermoeid aan als op den top van den Mont-Blanc, terwijl men in Limburg nog het voordeel heeft van het ontbreken van iedere sneeuwlawine. Zooals gezegd, het is de veranderde omge ving, die weldadig op iemands zenuwgestel werkt. Waarom dan ook hier te lande niet het systeem toegepast, dat reeds vele jaren in het buitenland zooveel succes oogst Plaats een advertentie bij den aanvang van het zo merseizoen en ruil Uw woning voor veertien dagen of een maand met een familie uit een andere streek of vraag elkaar wederkeerig te logeeren. Met een beetje goeden wil is ook hier veel te bereiken. Tenslotte de categorie, die onder het motto: „Breng Uw vacantie in eigen stad door" er oogenschijnlijk het slechtst aan toe is. Ook dit is niet zoo erg, als het er uit ziet. Men kan toch nog steeds met rijwiel of kano er op uittrekken, als men per sé niet in de stad wil blyven. Bij ongunstig weer staan de bios coop-theaters nog open, terwijl thuis nog al tijd een of ander karweitje op te knappen valt. Doch hierover een anderen keer. Ook is het een bekend feit, dat nerveuze men schen last hebben van het ruischen van de zee, dat voor anderen juist een prettig ge hoor is. Ze krijgen daarvan angstaanvallen en men behoeft niet te probeeren dit gevoel met geweld te bestrijden. Beter is het in zulke gevallen niet naar zee te gaan. Niet onder alle omstandigheden is de va- cantiereis nuttig voor de gezondheid. Maar dat is dan meestal de schuld van den reiziger zelf, die niet het juiste profijt van zijn va cantie weet te trekken. Al dadelijk bij het kiezen van het einddoel moet men alle voor- en nadeelen tegen elkaar afwegen; want veel hangt af van de juiste verblijfplaats. Zelfs volkomen gezonde menschen, die alleen voor hun pleizier reizen, moeten zich hieraan hou den en goed bedenken, of ze naar de zee, naar het gebergte, naar warme streken of naar koelere willen trekken, waar veel water is en waar watersport beoefend kan worden. Heeft men de juiste keuze gemaakt, dan zijn er nog talrijke dingen, waar men op let ten moet, wil men de vacantiereis van voor deel doen zijn voor lichaam en geest. Men moet niet gelooven, dat het eenvoudig vol doende is, om de koffer te pakken en zich hals over kop in de vacantiegenoegens te storten. Juist de overdreven ijver om het vacantieleven zoo intens mogelijk te genieten, kan schadelijk zijn. Juist zooals het gevaarlijk is zich hals over kop in het water te gooien, zonder overgang, zoo is het ook gevaarlijk, het lichaam ongewende inspanning te vragen. Het dadelijk den eersten dag den beste van het organisme moet langzamerhand aan de ver anderde omgeving en levenswijze gewend worden. Een hoofdstuk op zichzelf vormt de voe ding tijdens de vacantiereis. In de verschil lende streken en in andere landen wordt an ders gegeten, vooral las men in een klein dorpje komt. De frissche lucht, de wande lingen, dat alles wekt eetlust op. En men eet meer, dan men gewoon is. Hiermee nu, moet men voorzichtig zijn. Iedereen moet tijdens zijn vacantie flink eten; maar niet den eer sten dag al voor de heele week eten. Ernstiger wordt het probleem echter, wanneer men naar het buitenland reist, waar de bereiding der gerechten zoo veel verschilt van die wij ge wend zijn. Het is een bekend feit, dat de mooiste natuur en het stralendste weer niet geapprecieerd kunnen worden met een, door de ongewone voeding, in opstand gebrachte maag. Zoo kunnen wij bijvoorbeeld de olie, waarmee men in Italië alle spijzen bereidt, zeer slecht verdragen. Men doet het beste zoo veel mogelijk spijzen te nuttigen, die met weinig vet bereid zijn. Speciale wenken hier te geven, gaat natuurlijk niet; het is echter aanbevelingswaardig de grootste voorzichtig heid in acht te nemen. Er zijn ook echter ongerieven, die men niet vermijden kan en we denken hierbij aan zee ziekte, die in alle nuances, van het gevoel van onprettig zijn tot een ziekzijn van het geheele lichaam, kan optreden. De oorzaak van deze ziekte is tot nog toe niet met zekerheid vast gesteld; maar de algemeene opinie is. dat de voortdurend schommelende beweging een bloedleegte in de hersenen doet ontstaan, die dan de bekende ziekteverschijnselen met zich brengt. Ook psychologische invloeden werken mee; er zijn menschen, die van louter angst, dat ze zeeziek zullen worden, het werkelijk worden en reeds, als ze de"n eersten stap aan boord zetten en het schip nog stil ligt. Een middel tegen zeeziekte is er niet; men kan ook niet van te voren zeggen, of men last van deze lastige ziekte zal hebben. Ook voor het verblijf aan zee dient men zich niet te ver in zee; men neme wat warme met verschillende dingen rekening te houden. Men overdrijve het baden niet; men wage kleeren mee, want aan zee is het gauw koel. Een verhaal voor ouders en kinderen door Steven Vrijman De zomervacantie was in zicht. Op zekeren dag kwam Hansje uit school en legde tijdens het middageten plotseling zijn vork uit de hand, terwijl hij luid en beslist verklaarde: „Nu krijgen wij gauw vacantie, zegt de juf frouw. En alle jongens zeggen, dat ze op reis gaan. Eén gaat heel ver, naar Den Haag. En ik ga ook op reis!" Pang, dat klonk als een klok. Vader en moeder keken elkaar eens aan. Zij trokken nogal bedenkelijke gezichten, want hun finan cieele positie liet het in het geheel niet toe, dat de jongen op reis kon gaan. Maar omdat het verstandige ouders waren, wilden zij de vreugde van hun kind. bg het vooruitzicht van zijn eerste zomervacantie, niet verstoren, doch stemden onmiddellijk toe. „Goed, als je denkt, dat je alleen op reis kunt gaan, dan mag je gaan zoolang als je wilt". Hansje trok een bedrukt gezicht. „Ik wil toch niet alleen", zei hij, „Pappie mag ook mee, en jij ook, mammie". „Zoo, dat doet ons pleizier, maar weet je, in den trein is het erg warm en dikwijls kan men niet eens zitten of uit het raampje kijken". „Hè!" Op het kindergezichtje was duidelijk teleurstelling te lezen. „Hansje, wij zullen een ander voorstel doen. We gaan alledrie op reis, of nog beter, één dag ga je met vader op reis en één dag met moeder. Maar, wij blijven in de buurt, zoodat je 's avonds in je eigen bedje slapen kimt. Dit is toch maar het fgnste!" „Hè ja, maar hoe zullen we dat dan doen?" „Nu jongen, luister dan eéns goed. By jou in de klas zal nog wel een jongen zijn, die niet zoo erg ver dp reis gaat. Vraag die maar, of hij niet eens met ons mee wil gaan, dan gaat vader reeds morgen met jullie naar het bosch. Dan zal hij daar een mooi plekje gaan zoeken, ergens bij een beekje. En als hij dat gevonden heeft, dan gaan wij daar iederen dag naar toe, ook als het regent. Want als men op reis gaat, dan kan men het weer niet uitzoeken". „Fijn!" juichte Hansje. „En hoe heet het waar we heen zullen reizen?" „Hm... Nergenshuizen. En nu zoek je een vriend, die met ons mee op reis gaat". Een paar dagen gingen voorbij met de voor bereidingen voor de reis. Alle pic-nic-benoo- digdheden werden voor den dag gehaald, de hangmatten werden nagekeken; vader zocht eenige interessante boeken bij elkaar en moe der een paar niet al te moeilijke handwerkjes. Hansje haalde zijn botaniseertrommel en vlin- dernet van den zolder naar beneden. Ja, als men op reis gaat, heeft men wel één en ander te doen. Op een middag komt Hansje naar binnen gestormd. „Moeder", juicht hij, „ik heb er een gevonden die mee mag. Iederen dag nog wel! Karei heet hij. De sterkste van de klas! Die durft alles." Dit was voldoende om vader en moeder te overtuigen, dat Karei de geschiktste jongen was om mee op reis te mogen. Den eersten dag van de vacantie gingen de drie heeren er samen op uit. Vader met rug zak en wandelstok in het midden met aan eiken kant een van de jongens, op zoek naar „Nergenshuizen". Het zoeken was zoo heer lijk, dat ze het de eerste dagen in het geheel niet wilden vinden. Na 4 dagen wandelen was „Nergenshuizen" eindelijk ontdekt. Een open plek in het bosch, een beekje en zelfs een hutje. Precies zooals zij het zich voorgesteld hadden. Op den vijfden dag namen de jeug dige reizigers moeder mee naar het vacantie- oord. Moeder was opgetogen over het heerlyke plekje. Vlug knoopten de jongens haar hang mat in de boomen vast, zoodat moeder reeds na enkele minuten haar breiwerk ter hand kon nemen. Hansje en Karei besloten om dien dag bakkerijtje te gaan spelen. Van eenige steenen, die in den omtrek verspreid lagen, werd een oven gebouwd en eenige doode tak ken moesten het vuur voorstellen. Karei had door SYBBE VOLLENGA. Wanneer de vacantie nadert, doet zich ieder jaar opnieuw de moeilijke vraag voor: „Hoe zal ik op reis gaan? Alleen, met familie of met een reisgezelschap? Bij de meeste families geldt het als van zelfsprekend, dat vader, moeder en de kinde ren gezamenlijk met vacantie gaan. Vader die anders de geheele dag op zijn kan toor zit, is blij eens een tijdje bg de kinderen te kunnen zijn. Moeder vlast zich op „het zalig niets doen" en de kinderen verheugen zich bg voorbaat reeds op al het moois en nieuws, dat iedere reis brengt. Doch dit op reis gaan met de geheele familie, hoe mooi het dan ook zijn mag, behoort heden ten dage niet meer tot de algemeenheden. Als de kinderen een zekere leeftijd bereikt heb ben, is het niet meer zoo noodzakelijk, dat ze met pa en moe mee op reis gaan. Daarbij komt dan ook nog, dat nerveuse menschen absoluut de behoefte hebben, wanneer ze met vacantie gaan, zich geheel uit het gewone doen los te maken. De vraag, „hoe zal ik op reis gaan", is dus alleszins gerechtvaardigd en zeer veel menschen breken zich thans, nu de zomervacantie voor de deur staat, hier over het hoofd. In het moderne Amerika komt het dikwijls voor, dat man en vrouw afzonderlijk hun vacantienemen. Het spreekt vanzelf, dat dit veelal becritiseerd is. Men vindt het afzon derlijk met vacantie gaan van echtelieden iets onnatuurlijks. Man en vrouw behooren nu eenmaal tezamen, dus moeten zij ook samen hun vacantie doorbrengen. „Neen," zeggen de voorstanders, „wie het eenmaal gedaan heeft, zal bemerkt hebben, dat het zeer goed door te voeren is. Vooral men schen, die steeds tezamen zijn en alle lief en leed met elkaar deelen, moeten juist éénmaal per jaar van elkaar scheiden. Op deze wijze heeft ieder afzonderlijk de gelegenheid nieuwe indrukken- op te doen. Bovendien heeft het voordeel, dat men niet steeds behoeft te vragen: „Hoe denk je hierover? Vindt je het goed? Zullen we het zoo doen?" Iedereen heeft zoo zijn eigen vacantie- idealen. De een geeft de voorkeur aan een rustig vacantie-verblijf, anderen daarentegen gaan bij voorkeur naar een drukke badplaats, als het kan naar het buitenland, teneinde het gewirwar der menschenmenigte te aan schouwen en zelf hieraan mee te doen. Menigeen is tevreden met zijn eigen gezel schap, anderen zoeken bij voorkeur aanslui ting. De groote vlucht, die reisvereenigingen genomen hebben, bewijst hoe groot het aan tal dergenen is, die gaarne met een groot ge zelschap op reis gaan. Het is dan ook de aangewezen weg voor dengene, die alleen staat, en toch graag gezelschap heeft. De ongedwongen gezelligheid, die bij groote reis gezelschappen heerscht, is reeds de oorzaak van menige hechte vriendschap geweest, ja, trouwlustige dames en heeren, zelfs van een groot aantal huwelijken! En zelfs, wanneer zulks niet het geval was, dan heeft een ieder toch steeds de noodige aansluiting gevonden. Eigenaardig is het, dat op reis menschen met eenzelfde karakter onmiddellijk elkaar ontdekken. Ernstige en bedaarde menschen vinden al ras anderen, die ook rustig en be daard van de indrukken van landschap of stad genieten, terwijl levenslustige menschen onmiddellijk hun vroolijke medepassagiers in de gaten hebben. Om met vrienden of bekenden op reis te gaan, is een goede verstandhouding een eer ste vereischte. Ontbreekt deze gedeeltelijk, dan wordt de reis een mislukking. Ook diene men zich vooraf wel degelijk te vergewissen, of de financiën van alle partijen wel gelijk zijn. Wanneer ons reisgezelschap op ongeli miteerde wijze in zijn portemonnaie kan tas ten, dan leidt dit vroeg of laat tot oneenig- heid, die de harmonie ligt verstoren kan. Doch hoe zit het nu? Moet men alleen, met familie of met een groot reisgezelschap zijn vacantietocht ondernemen Het antwoord luidt hierop: „Doe wat je verlangen je in geeft". Juist de vacantietijd is de eenige periode in het jaar, dat we kunnen doen, waar we zin in hebben. Wanneer een huis vader de behoefte heeft, om gedurende de tijd, dat zijn familie ergens aan zee zit, een wandeltocht van eenige dagen te ondernemen, laat hjj zulks dan gerust doen. Zijn vrouw en kinderen zullen zich aan het strand ver velen, en hij krijgt de rust, waarnaar hu zoo zeer verlangt. Zijn de kinderen oud genoeg om met elkaar of met vriendjes en vriendin netjes een vacantie-fietstocht te ondernemen, laat ze hun gang gaan. Vader en moeder hebben dan de gelegenheid om eens veertien dagen alleen op reis te gaan. Voor een vrij gezel is het ook niet kwaad, als hjj eens een vacantie zonder zyn boezemvriend door brengt. Kortom, als iedereen eens Iets anders dan gewoonlijk doet, is de kans, dat hg een aangename vacantie heeft, zeer groot. van aarde brooden gemaakt, die Hansje nu in zijn oven bakken moest. „Pas maar op", riep moeder, „dat je ze niet laat aanbranden, want anders word ik geen klant bij jullie". Het spreekt vanzelf, dat 's avonds bij het naar huis gaan. voor vader cadeautjes werden meegebracht. Hansje had een paar mooie vuursteenen gevonden, die vader wel als presse-papier zou kunnen gebruiken, terwijl Karei 28 groote draadnagels bij een in aan bouw zijnd huis had opgeraapt. „Die komen altijd wel van pas", vond hij. Den volgenden dag bleef moeder thuis. De jongens lieten vader niet met rust. Hg moest meedoen Indiaantje spelen. Vader, hoewel door de zon gebrand, was het bleekgezicht en moest, ofschoon hij bijna geen haér meer op zijn hoofd had, gescalpeerd worden. Na een paar dagen begon het te regenen, wat deerde dit? Met cape en regenjassen trok men er op uit. Op jacht nog wel. De buit was bijzonder groot en bestond uit 5 kikvorschen, 2 salamanders, 1 hagedis. 4 kre kels en een mol. Thuisgekomen werden de dieren netjes ondergebracht en de „Zoölogi sche Tuin" werd de trots van de heele buurt. Alle buren kwamen er naar kg ken. De uren, waarop de dieren gevoederd werden, waren op de minuut vastgesteld. Zoo had de vacantie een zeer prettig ver loop. Vader en moeder, Hansje en Karei, allen waren tevreden. De kinderen waren opgeto gen over de heerlijke dagen, die ze in de vrije natuur doorgebracht hadden en vader en moeder waren blij, dat de jongens zich zoo goed geamuseerd hadden. Daarbij waren de kosten niet overbodig hoog geweest. De totale kosten, mondvoorraad, voor mensch en dier inbegrepen, bedroegen! «iet meer dan 12.75. Moeder had alles netjes'* Jn ha&r huishoudboek opgeschreven. --~x, Vanzelfsprekende dingen, die nog veel te weinig bekend zijn. GENIET UW LEVEN! Wanneer de vacantie begint, hang dan allereerst uw titels, enz. aan den spijker, want u reist zonder hen beslist veel gezelliger, aangenamer en goedkooper. Maak uit de onvermijdelijkheidsvoorberei dingen voor de reis een klein feest. „Voor pret" is het zekerste genoegen, ook in de vacantie. Laat u van uw goede humeur, dat bij een mooie vacantie onontbeerlijk is, door niets berooven. Vermijdt voor alles illusies, dan valt het niet tegen. Wat geeft het, wanneer uw kamer in het hotel of in het pension niet heelemaal naar uw zin is! Ze dient toch slechts voor de om lijsting van uw bed. U slaapt er toch alleen maar in. Stelt u vast, dat moeder beter kookt, zeg het haar dan. Het zal haar jaren jonger maken, zeg het haar ook, wanneer het niet zoo is, daar zult u goed aan doen. Laat de kinderen, ook als het niet uw eigen zijn, schreeuwen en joelen. Daarvoor hebben ze andere deugden, die volwassenen meestal verloren hebben, bijvoorbeeld zich zonder voorbehoud over iets verheugen, wat men juist in de vacantie kan beoefenen! Bevalt uw buurman u niet, stoort u zich er dan niet aan, u weet immers niet, of u hèm bevalt. Niet brommen, want u bent voor uw ge zondheid met vacantie, brommen maakt ziek. Regent het, dan komt u er eindelijk toe, uw brieven te beantwoorden, een mooi boek te lezen en u door uw vroolijke berusting ge liefd te maken, indien u het nog niet bent. Erger u niet over uw krant. Wanneer het in de wereld treurig gesteld is, dan is het héér schuld niet. Waar u jieen reist, is niet zoo van belang. Moet u van een reis in het buitenland afzien, troost u dan, want u kent uw eigen mooie vaderland nog niet. Er bestaat niets mooiers, dan alle schoone plekjes van Nederland te ontdekken. Wanneer u volgens een reishand- boek reist, constateert u slechts, dat de ster ren daarin verkeerd staan. Het leven ook in de vacantie bestaat voor 9/10 uit kleinigheden. Blijf, waar het u bevalt, en verscheur uw reisplan. Uw gezondheid is belangrijker dan uw reisroute. Verdoe niet den kostbaren tijd van uw vacantie met het praten over zaken met be- roepsgenooten, daarvoor hebt u het geheele jaar rijkelijk gelegenheid. En op de terugreis verheugt u zich reeds over de volgende vacantie, dan verdient u, dat men u een „levenskunstenaar" noemt. i. Wanneer je op trek wilt gaan, is het aan te bevelen je fiets eerst veertien dagen in het water te werpen en dan met het verroeste ding er op uit te trekken. Je kunt er zeker van zijn dat reeds de eerste kilometers door interessante reparaties een vroolyk cachet krflgen. H. Wanneer je echter te voet wilt gaan dan moet je je vooral niet om je schoeisel be kommeren, want dat is overbodig en verve lend. Ook dan zul je na de eerste paar uur voldoende tijd hebben om je schoenen en voeten te bewonderen.,, omdat je niet meet loopen kunt. Voor voetgangers en fietsers is het onge twijfeld aardig vijf minuten voor het begin van den tocht broodzak en rugzak op te zoeken. Een aardig spelletje is ook het in- koopen van levensmiddelen twee minuten voor dat de zaken gaan sluiten of op een Zondag in het dorp wanneer de winkelier net naar de kerk wil gaan, IV. Wanneer je onderweg opgewekt bent, trek je dan vooral niets aan van verbodbepalingen. Ze gelden voor iedereen, behalve voor jou. V&oral dé boeren verheugen zich, wanneer je met je vrienden op een mooie wei gaat spelen en het hooge gras in mekaar trapt. Je meent wel, dat het weer gaat groeien, maar dat plezier doet het je niet. De boer vaart et niet wel bij. V. Wanneer je met de fiets onderweg bent moet je altijd links rijden; vrachtauto's wach ten er op, dat je er aan gaat hangen. Wan neer je in een ziekenhuis ligt, zul je tijd ge noeg hebben het verkeer te reorganiseeren. VI. Het belangrijkste voor de stedelingen, die er op uit trekken is lawaai, opvallende klee ding, afgescheurde takken en bloemen en een echt manlijke houding tegen een ieder, die het zal wagen tegen een dergelijk gedrag te protesteeren. VTI. Wanneer je 's middags in een mooi bosch komt, dan moet je eerste taak zijn om een vuurtje aan te leggen en daarop je conserven te koken. Mocht dan een vuur uitbreken, laat het rustig branden. De brandweren uit d® omgeving zijn je dankbaar, dat zij weer eens aan het werk gezet worden. Verzoeken om mee te helpen bij het blusschingswerk ge lieve men pertinent te weigeren. VIII. Wanneer je verzeild raakt op een boen feest, vergeet dan niet het stadsmeneertjd spelen. Men zal je bewonderen. Als je z dat een jongen van een meisje houdt, inte? seer je dan vooral voor het meisje. Je n doen alsof je om harentwil op het feest was gekomen. De boeren zullen zich gelukkig achten jou in hun nabijheid te hebben. IX. Spreek je met de boeren wees d. ver standiger dan zij. Je weet alles af van je grootvader, die zelf boer geweest is. Boven dien hebben jullie thuis bij de buren kippen en in het keukenraam een bloempot met peterselie. De boeren zullen wederom geluk kig zijn met zulk een mensch te mogen pra ten, Maak op deze wijze reclame voor je stad, want velen zullen je vrienden worden. X. Voor de rest: scheld, maak herrie met iedereen, die je tegen komt, groet niemand, dat heb je trouwens niet noodig, vind alles minder mooi dan bij jou thuis, verklaar de boeren voor dom, jezelf voor slim, hun ma nier van leven voor doodgewoon en steek je rqinachting voor hen vooral niet onder stoe len of banken. Wanneer je fietser bent rijd dan door alle plassen en probeer de men schen nat te spatten. Gedraag je zoo onheb belijk mogelijk. Naschrift. Wanneer je alles precies zoo doet, dan moet men je in een étalage stoppen, je voor geld vertoonen en je zoolang vasthouden tot al het onheil vermeden is. Ook op het balcon thuis kunnen heerlijke vacanlio dagen beleefd wodeit

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 13