Amsterdamsche Brieven. Marine brieven uit indië ZATERDAG 27 JULI 1935 PAG. 5 *T JUTTERTJE beschuldigen van gierigheid. Het is een kwestie van noodzaak en dit verklaart alles. - Een specialist had een jong meisje als assistente aangenomen en haar, ingeval een bepaald aantal patiënten per maand bereikt werd, salaris-verhooging toege zegd. - Het vastgestelde aantal patiënten was reeds gedurende drie maanden achtereen elke maand overschreden, maar de beloof de salaris-verbooging bleef uit. Toen de specialist aan zijn toezegging Herinnerd werd, maakte hij, zich van de zaak af door te zeggen." daarvan herin ner ik mij niet." Bovendien kan ik mor gen twintig andere assitenten krijgen voor de helft van wat ik u betaal." Dit is een geval, dat ongetwijfeld beti teld moet worden als misbruik maken van de tijdsomstandigheden. Immers, uit de toezegging bleek, dat de specialist bere kend had, het verhoogde salaris gemakke lijk te kunnen betalen in geval een be paald aantal patiënten bereikt werd. Zich, toen dit aantal bereikt was, te beroepen op het feit, dat hij voor de helft van het oorspronkelijke salaris genoeg an dere asistenten kon krijgen, was niets minder dan unfair, temeer nog daar genoemde werkgever voor zijn privé-uit- gaven een zeer ruime hand had, zoodat men waarlijk niet kon veronderstellen, dat elders geleden verliezen hem het houden van zijn belofte moeilijk maakten. Er zijn tegenwoordig op bijna elk ge bied werkkrachten te krijgen tegen een onredelijk laag salaris. Men kan het hen, die werkeloos zijn niet kwalijk nemen, dat ze denken: „beter iets dan niets". Een werkgever, die zichzelf als mensch respecteert zal echter niet uitsluitend uit gaan van de overweging: „voor hoeveel, (of voor hoe weinig?) kan ik voor dat werk iemand krijgen?" maar de twee vol gende punten eveneens laten medespre- ken: le. hoeveel kan ik gemakkelijk voor deze post uittrekken De stemming in de hoofdstad. Terwijl wij dit- schrijven zitten wij mid- -dên in de, vooralsnog onopgeloste P.e- geerings-crisis en zijn, vooral ook in Am sterdam, de oogen en ooren van het pu bliek min of meer van de stad af en naar Den Haag gericht. Men groept, zij 't dan ook niet in dergelijke drommen als naar aanleiding van luchtvaart-gebeurtenissen het geval pleegt te zijn, voor de extra bulletins der groote bladen samen, terwijl de krantenventers, die om en nabij het middaguur in het hartje van de stad hun extra-edities met de „Nieuwste berichtr/i uit Den Haag" colporteeren drukke klan- diezie hebben. Toah is, ook al staan er dezer dagen voor de borden waarop, op het Damrak en omgeving, de effecten- en wisselkoersen den volke worden kond ge daan, ook al debatteert men op de café terrassen, op de trambalcons, op straat en in de. huiskamer allerwege druk over de kansen en de eventUeele gevolgen der de valuatie, iets wat voor 9 uit de 10 menschen een duister, hoofdbrekend econo misch raadsel blijkt te zijn, toch is, on danks dit alles van een extra-opgewonden, laat staan een paniek-stemming ook maar iets te bespeurenDe „we zullen-wel- zien-wat-er-van-komt"-stemming blijft in deze zomersche vacantie-dagen overheer- schen. Maar wel, zooals gezegd, wordt, wat er nog aan politieke belangstelling is, thans volledig weggetrokken naar de resi- -dentie,- van het hoofdstedelijk Prinsenhof M. Gemeentelijke politieke brouw ketel! Intusschen wordt er natuurlijk achter de schermen door de Amsterdamsche gemeen- -telijke politici allerminst vacantie gehou den en zijn zij druk in de weer met het opstoken van het vuur onder de politieke heksenketel, waaruit in den herfst ons nieuwe college van B. en W. verrijzen moet.' De eerste poging om het brouwsel in dien ketel gaar te krijgen, mislukte. De S.D.A.P.-fractie had de R.K., Anti revolutionaire en Christelijke-Historische fracties- uitgenoodigd tot een samenspre- king over het tegen September opnieuw bezetten der wethouders-zetels. De drie uitgénoodigde fracties hebben echter óp het laatste oogenblik van een dergelijke conferentie afgezien, omdat h.i. ook an dere, „in aanmerking komende fracties", waarmede dan in de eerste plaats de vrij- heidsbonders en de vrijzinnig-democraten bedoeld waren, van de partij moesten zijn. Een tweedcpoging zal nu door de R.K., onder aanvoering van prof. Romme onder nomen worden: zij zullen, door de uitnoo- digingen vérder uit te strekken, vanaf een breedere basis" trachten te opereeren. 2e. met hoeveel kan men zeggen, dat dat dit werk behoorlijk betaald is Bij het antwoord op de tweede vraag kan men eenigszins rekening houden met de tijdsomstandigheden, zonder er daarom misbruik van te maken. Gesteld, dat u vroeger 40 per maand voor bepaalde werkzaamheden moest be talen, dan is de kans groot, dat u nu voor diezelfde werkkring massa's sollicitanten kunt krijgen voor 20. Dit mag voor u geen reden zijn, om niet 25 of 30 te betalen, indien u dit doen kunt en het werk. het u waard is. Overweegt u maar eens even, hoeveel u zelf voor dat werk zoudt vragen, indien overigens voor uw onderhoud gezorgd werd, en het dus geen kwestie was van aannemen of zónder inkomen zijn. Het is wel degelijk in het belang van den werkgever zelf, dat hij redelijke sala rissen betaalt. Wanneer u overhelt naar zoo weinig mogelijk betalen, uit een oogpunt van niet-strict-noodige zuinigheid, denkt er dan eens over na hoe een employé staat tegenover een werkgever, die hem, profi- teerend van de groote werkeloosheid, zoo weinig mogelijk betaalt. Is het niet heel menschelijk, dat zulk een employé geneigd zal zijn om precies het hem opgedragene te doen, maar ook vooral niet méér? Hoe wil men hart hebben voor iemand, wanneer men weet dat hij precies zoo veel betaalt, dat hij ook voor geen cent minder andere hulp zou kunnen krijgen terwijl hij gemakkelijk wat meer zou kun nen betalen, en dit „wat meer" voor de employé een groote vooruitgang, een aan zienlijke verlichting van zijn financieele zorgen-in-het-klein zou beteekenen? Wanneer het uw wensch is, dat uw on dergeschikten met toewijding hun plicht en méér dan hun plicht doen, laat dan uw moreel plichtsgevoel als mensch 'n woordje meespreken bij het vaststellen van hun salaris. DR. JOS. DE COCK. Overigens kon men in de laatste Raads vergaderingen constateeren hoe de toe komstige bestuurders reeds doende- zijn hun paadje zooveel mogelijk schoon te ve gen! Daar had men b.v. de heer Der Mi randa, die, naar met vrijwel volkómen zekerheid kan worden aangenomen, weder om achter de bestuurstafel zal komen te zetelen, die trachtte te bewijzen, dat het aftredende college, verdwijnt „zonder dat er orde op zaken is gesteld": het is nog nooit gebeurd, zeide hij, dat een demissio nair college heengaat zonder dat de zaken in 'orde zijn. N u echter is het zoo: de begrooting 1935 is nog niet eens goedge keurd, er moet nog een suppletoire begroo ting komen, er ontbreekt nog ruim 3 millioen na volledige dekking door gewone middelen. Tegen deze aantijging van den „boedel" ongeredderd achter te laten, heeft vervolgens wethouder Rustige zich verzet. Hij gaf de verzekering, dat vóór de nieuwe Raad bijeen komt de suppletoire begrooting 1935 zal worden ingediend en ook reeds de begrooting van 1936 in zee zal zijn. Hij tartte tenslotte den Raad het college te beschuldigen iets te hebben achtergelaten bij het heengaan. „Het col lege heeft gevochten voor het belang van Amsterdam met moeilijke en bittere maat regelen. Als de heer De Miranda in het college komt, zal ook hij de methode van aanpassing moeten toepassenDe methode van „aanpassing", die grooten- deels vanuit Den Haag de gemeente werd opgelegd, meende hij. Het is echter de vraag, of, als onze nieuwe stedelijke Re geering over enkele weken aan het werk tijgt, „Den Haag" ook niet „om" zal zijn en niet een andere „methode" dan die der „aanpassing-zonder-meer" in zwang zal zijn Het uitbreidings-plan aange nomen. De laatste „daad" die de oude Raad nog op het laatste nippertje bedreven heëft, is de aanneming van het algemeen uitbrei dingsplan. Die aanneming geschiedde zon der hoofdstedelijke stemming en men kon instemmen met de gelukwenschen, die de Voorzitter tot Raad, stad Amsterdam en dienst, der Publieke Werken richtte met het aanvaarden van deze „zeer belangrijke voordracht". „Wij willen", gelijk wethou der Bóissevain het uitdrukte, „Amsterdam niet doen worden een „ville morte"aande Zuiderzee. „Het uitbreidingsplan", zeide hij verder, „getuigt er van, dat de vroed schap van Amsterdam, niettegenstaande den onzekeren tegenwoórdigen toestand en de in duisternis gehulde toekomst, het ver trouwen in de toekomst der stad niet heeft verloren. De stad, die „de kroon draagt van Europa", zal niet tenonder gaanIntegendeel, als betere tijden komen, zal zij nog in bloei toenemen. In het, besef van de oude leuze van Coen „Ende disespereert niet," zal het gemeente bestuur van Amsterdam dezen opbloei zooveel als in zijn krachten ligt, bevor deren Nu moet men zich niet voorstellen, dat aanneming van dit uitbreidingsplan betee- kent, dat aanstonds met den aanleg en opbouw van alles wat in dit _plan voor komt een aanvang zal worden gemaakt! Positief „gebeuren" doet er waarschijnlijk voorloopig nog niets of althans niet veel. Maar wel kan men zeggen, dat, nu de richtlijnen zijn aangegeven voor de toe komstige ontwikkeling der stad op élk gebied, er, gaat men op de een of andere wijze aan het uitbreiden, ook niets ge beuren kan, dat in strijd met dit plan is. Na dit stedelijk uitbreidingsplan komt nu het „streek-plan" aan de orde, opdat de omliggende gemeenten zich uitbreiden in harmonie met de groote stad. Het eerste wat er „in feite" zal ge schieden is behandeling van het onderdeel „Bosch en Lommer", hetwelk de naam is voor de nieuwe uitbreiding tusschen den Admiraal de Ruyterweg en Hoofdweg. De nieuwe Raad zal dit te behandelen krijgen. Velen, vooral onze over-IJers, zul len het toejuichen, dat de, van S.D.A.P..- sche zijde voorgestelde motie inzake de „IJ-tunnel", die op het oorspronkelijk plan van B. en W. niét figureerde, ten slotte met vrij groote meerderheid (21 tegen 15) werd aangenomen. Ook dit wil echter nog niet zeggen, dat er aanstonds met den bouw van een dergelijke tunnel een aanvang zal worden gemaakt en dat wjj, morgen aan den dag, deze verbeterde ondergrondsche verbinding met den over kant rijk zullen zijn! Het zal, gezien ook de uitgebreide technische voorstudie, die IJ-verbinding wederom verbeteren met lang duren voordat wjj die langbegeerde tunnel werkelijk hebben. Maar in alle ge val, dat is een troost, gaat men nu niet die jjyverbinding wederom verbeteren met weer een andere „semi-permanente" voor ziening. De principieele beslissing is thans definitief gevallen en de tunnel z&l op het tapijt blijven... Beste Klaas, We zijn weer met zijn allen op het' ter rein van de gevecht'sschieto'éfeningen. „Wij" dat zijn Hr. Ms. „Java'.', „Banckert" en „Van Nes" de „Soemba" en even uit mijn poortje kijken „De Prins van Oranje". De divisie onderzeebooten is na afloop van de schietoefeningen naar Ma- kassar vertrokken. We hebben hier 3 schij ven bij de hand, n.1. de „Panter" voor de nachtoefeningen en dan twee secties ieder van 40 meter lang, die aan elkaar gekop peld kunnen worden voor de dagoefenin gen. Deze laatste twee secties zijn in de plaats gekomen van de oude gevechtschijf, die, zooals je-je nog wel zult herinneren, het vorige jaar in den grond is geschoten. O ja en dan hebben we hier nog de „Ser- dang" met een mijnenveger, die ook de nachtschijven moet leggen. Ik behoef je dan ook niet te zeggen dat op de bioscoop voorstelling aan boord van de „Java" heel wat menschen waren. Twee divisies van ieder schip en nu vanavond wordt de voor stelling herhaald voor de divisie van de wacht van gisteren. Het was anders een aardige voorstelling, vooral omdat we nu een „talkie" aan boord hebben gekregen, welke tevens voor de muzikale verzorging gedurende het opzetten van verschillende actes zorgt. Vandaag was er bij de officie ren van Hr. Ms. „Java" een bridge drive, terwijl er natuurlijk ook weer eenige men schen op jacht gingen (natuurlijk met den 'majoor-konstabel erbij, die zijn bij. onze Marine blijkbaar allen fameuze jagers). Nu twee babbie's waren de buil, dus mor gen geen vleesch uit "de vrieskamer, dat snap je. Booze tongen beweren, dat de lui tenant, die ook mee was, op een bale bale in een rijstveld in slaap was gesukkeld en door zjjn snorken een groote babbie tot zich getrokken heeft. Wakker geschrok ken heeft hij het beest geschoten ook nog. Vanmiddag had de „Van Nes" een groote haai aan den hoek, berichten of het diertje gevangen is heb ik nog niet, maar morgen zal ik even kijken of de vin al op de geus stok waait. Morgen komt ook de officier der artillerie van het Departement per viiegtuig op de vloot en gaan we aan de groote oefening op de 80 meter schijf be ginnen. Ais deze week voorbij is gaan we naar Soerabaia en gaat een gedeelte van de menschen over naar Malang. Uit Holland kreeg ik bij de opening van de dubbelweeksche dienst weer 2 brieven, echter geen van jou. Je valt me af kerel, want ik hoor nooit meer iets uit Nieuwe- Maar, om nog weer even terug te grijpen, de ware belangstelling voor deze gemeente-zaken is op het oogenblik toch nog onder het publiek ver te zoeken... „Laat de Heeren het nu zélf maar uitzoe ken", ik ga eerst eens met vacantie; in September zullen we wel weer verder zien zegt Jan Publiek en trekt de natuur, of, natuurlijk, België en... Brussel in, meest per autobus, die hem voor enkele luttele guldens naar het land van belofte met de lage francs en de Wereldtentoon stelling brengt... En moet hij noodgedron gen in de stad blijven, dan ziet men hem nog niet op ónze tentoonstelling. de Rembrandt-tentoonstelling, die het Rijks museum tereere van zijn 50-jarig bestaar. georganiseerd heeft: zoo kort na de vorige Rembrandt - tentoonstelling brengt men hem nu eenmaal niét meer, met welk kunst en vliegwerk, zelfs niet met per ra dio-journaal overgebrachte openings-psee- ches van minister Slotemaker de Bruine!, ook, tot een hernieuwd enthousiasme! Dan trekt hij nog maar liever naar Artis, dat in deze weken weer eens zijn bestje beentje voorzet en o.a. wederom alle Zater dagen aan stadgenooten voor één kwartje toegang verleent. Ook niet-Amsterdam- mers kunnen er verder ditmaal van „spe ciale zomercondities" profiteren: voor hen bedraagt de entrée-prijs op Zaterdagen ge durende de zomerweken niet meer dan twee kwartjes. Geen devaluatie- en andere menschelijke en politieke-economische problemen ver mogen den, op zon en zomer ingestelden Amsterdammer op het oogenblik af te houden van zijn belangstelling voor de pro blemen in het planten en dierenrijk, hetzij die hem buiten dan wel in Artis voor oogen worden gesteld, problemen, die de juist vandaag in Artis gehuldigd wordende 70-jarige dr. Thijssen voor zoo talloos ve len „levend" heeft weten te maken... diep en dat terwijl we er zoo langzamer hand toch weer wat in moeten komen, want over een maand of 8 dan is het thuis varen geblazen. Ik hoop dan met één van de couranten hier in Soerabaja tot een accoord te komen en zal ik je eens laten zien, dat er voor den Marineman In Indië ook veel aan gelegen is om wat uit Hol land te hooren. Misschien echter vindt mijnheer de Boer het goed, dat we elkaar wederkeerig in de Jutter schrijven, want er is hier natuurlijk geen enkele marine man die de Jutter niet leest "en wie hem niet aan huis bezorgd krijgt, die leest het blad natuurlijk in de toko of in de long- room. Uit Soerabaja weinig nieuws. De gene raal Parker, opperbevelhebber van het Amerikaansche leger in het Oosten is het M.E. komen bezichtigen en het vliegkamp Morokrembangdn. De slotafstandsmarsch van 30 km is ook alweer geweest. Als vanouds liep de staf- muziek vanaf het postkantoor tot aan toko Stolk voor de troep uit. Op Trètes is een pracht van sportpark geopend. Ik ben er nog niet geweest, maar het moet een prachtig stuk werk zijn met zwembad, athletiekvelden, renbaan en weet ik wat al niet meer. Als ik nu in de ko mende maand in Malang ben dan zal ik er eens een keertje naar toegaan. De Pinksterdagen was het op Perak een drukte van jewelste. Trouwens toen wij de vorige week langs den buitenkant kwam lag deze geheel vol met mailbooten en vrachtschepen. Het leek wel of het onze vorige term was, toen kon het er ook vo! liggen. Officieren van het leger zijn dezen keer niet mee met de vloot, terwijl we ook de heeren van de gouvernementsmarine mis sen. Je weet wel, die den 3-maandelijk- schen cursus volgen en dan altijd met de G.S.Ö. mee gaan kijken. Hr..Ms. „Sumatra" ligt weer klaar voor de proeftochten. Als straks de „Java" bin nenkomt dan gaat dé „Sumatra" uit. Ho pelijk lukt het thans beter als de vorige maal. In ieder geval is men hoopvol ge stemd, maar men zal eerst oprecht tevre den zijn als de 30 mijl onder Passir poetih geloopen zijn. Nu kerel, veel meer dan dat het nog steeds warm is in de Oost, weet ik niet tn dus sluit ik voor ditmaal de bus maar weer dan kan de brief morgen met de retour Dornier terug naar Soerabaja. Saluut. HENK.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 15