op ïm HET STEDELIJK MUZIEKCORPS BESTAAT 45 JAAR. 'n STEEK VANEEN WESP IN DE LIP KLOOSTERBALSEM HELDERSCHE COURANT VAN ZATERDAG 3 AUGUSTUS 1935. 1890 h augustus 1935 PUZZELT GIJ MEE? VACANTIE. De strijd tegen de malaria in onze provincie. 'sZomers er op uit! TO ff - I. EEN EN ANDER UIT DE GESCHIEDENIS DER VEREENIGLNG. 14 Aug. a.s. zal het „Stedelijk Muziek corps" den dag herdenken, waarop het voor 45 jaar werd opgericht. Een 45-jarig jubileum is geen unicum; we weten dat, maar toch wel een feit om even achter ons te zien, even terug te blikken op wat onze oudste muziekvereeniging gedaan heeft in den dienst van vrouwe Euterpe. Is dat veel en van beteekenis; was haar oprichting noodig en is het corps een onmis baar element geworden in onze samenleving? Op deze vragen vindt men de antwoorden in onderstaand resumé. De oprichting. De nu 45-jarige werd op Donderdag 14 Augustus 1890 opgericht in het oude „Musis Sacrum", daar waar nu de zaak van de firma Manheim, Koningstraat, gevestigd is, en de oprichters waren: de heeren D. van Peursen, J. P. F. de la Fonteijne, D. J. Snaphaan, G. A. Snaphaan, K. Droog, Maigret en Barends. Dus 7 jongelui, allen zonen van het eenige jaren terug opgeheven muziekcorps der Artillerie-Schutterij, Dir. M. P. Polak. De eerste drie vormden tevens het eerste Be stuur: voorzitter, secretaris, penningmeester. Dit was dus de oprichting van „Helder's Harmoniekapel", zooals de jonge telg gedoopt werd en welken naam zij 27 jaar zou diagen. Geen Archief. De afgeloopen periode op den voet volgen, alles in finesses behandelen uit dit rijke en veelbewogen leven, gedoogt het bestek van dit blad niet. Maar dat zou ons toch ook onmogelijk geweest zijn, omdat, wat den „oertijd" betreft, er maar zeer weinig bekend is en elk document, op dat tijdperk betrek king hebbende, ontbreekt. Blijkbaar zag men er toen het nut niet van in, om wat de ver- eeniging deed, op papier vast te leggen.. Wat nog van het een en ander bekend is, berust op overlevering, of wel op wat we uit oude jaargangen van de „Heldersche Courant" hebben opgediept. Vanaf 1912 is daarin een verandering ge komen; de toenmalige scriba en zijn opvolgers zagen tenslotte toch in, dat een beetje ver- eeniging, ook al is zij nog zoo bescheiden, er een archief op na behoort te houden, zoodat de na hen komenden, indien die wat van vroeger willen weten, de betreffende stukken maar hebben na te slaan. De repetitie gelegenheid. Wat de repetitiegelegenheid betreft, is het lange jaren met recht sukkelen geweest; men is zoowat de heele stad doorgekruist, veelal was het een behelpen in te kleine en onoog lijke lokaliteiten, waar de tegenwoordige generatie den neus voor zou ophalen. Eerst toen de kapel het praedicaat „Stedelijk" toe gekend kreeg (1917), is daarin gelukkig een zeer gunstige verandering gekomen. Aanvankelijk weinig groeikracht. Er zat die eerste jaren weinig groeikracht in de Harmoniekapel; men schommelde steeds zoo'n beetje tusschen de 20 en 30 leden, een enkelen keer wel eens daarboven. Het was een klein en onbeduidend groepje, weinig geacht, nog minder geëerd. Daarin kwam een kleine verandering ten goede, toen de kapel in de periode 1911'14, onder Dir. van den Bogaerde, eenige opmer kelijk fraaie successen op concoursen mocht boeken en zelfs twee Koninklijke onder scheidingen verwief! Met die geminachte „oempa's" werd toen even meer rekening ge houden, als het betrof deelname aan de een of andere festiviteit. De periode Ter Hall. Doch het corps werd eerst met recht ge respecteerd toen de heer Jac. ter Hall op 1 October 1919 met de muzikale leiding belast werd. Op dat moment hing het voortbestaan van de vereeniging aan een zijden draad. Door deze benoeming redde het toenmalige Bestuur het corps uit een moeilijke impasse. De muzikale inzinking werd spoedig overwon nen (jammer alleen, dat aan het einde van 's heeren Ter Hall's loopbaan er weer een terugslag te bespeuren was). Het ledental ging met sprongen omhoog, zoodat in 1925, met het 35-jarig bestaan, het ensemble ruim 90 leden telde, waarvan bijna 70 in het orkest! Het „Stedelijk" mocht zich in de alge- meene sympathie verheugen, zoomede en dat was van belang! van de gemeentelijke autoriteiten, van wie men toen veel meer ge daan kon krijgen (o.a. werd de subsidie reeds spoedig belangrijk verhoogd). Medeleven van de Burgerjj. Toen het corps door den geweldigen leden- aanwas genoodzaakt was tal van instrumen ten aan te schaffen en de bibliotheek een be langrijke uitbreiding onderging, wat groote financieele offers vergde, welke de kas voor eerst niet kon dragen, was het de burgerij in al haar geledingen bij wie niet tevergeefs werd aangeklopt. In dit verband noemen we o.a. den grooten Sportdag (1924), een groote verloting en de Zwitsersche feesten in Casino (1927), die met recht schitterend slaagden en heel wat geld in het laatje. De periode-Ter Hall is onbetwist een periode van veel voorspoed geweest en vanaf dien tijd was de vereeniging geen stiefkind meer. Neen, men stelde en stelt haar medewerking op hoogen prijs. Voor liefdadige doeleinden heeft men zich evenmin nimmer onbetuigd gelaten. De huidige periode. Sinds 1 Mei 1929 is de heer Joh. F. Pala met de directie belast. Dat het corps, door hem te benoemen geen misgreep heeft ge daan, zal een ieder beamen die van nabij bekend is hoe het muzikale peil was en hoe het nu is, al valt te dien opzichte nog veel te verbeteren. Hij is een dirigent met zeer veel toewijding en liefde voor de goede zaak, welke ephter door sommigen uit het corps niet op de juiste wijze gewaardeerd wordt. Kon hij op de volle medewerking van allen rekenen, gewis zouden er schitteren de resultaten te bereiken zijn en behoefde men niet meer afgunstig te kijken naar prestaties van corpsen als „Apollo „Excel sior", „Forzando", „Kunst na Arbeid" e.a., die met één repetitie per week veel meer weten te bereiken. We hebben dat verleden maand nog eens kunnen constateeren te Wormer- veer. Dit is in vogelvlucht dus lang niet vol ledig wat het „Sted. Muz. Corps" in 45 jaar is wedervaren. Een groote organisatie met een aantal leden van goeden wille, die wat voor de ver eeniging over hebben, benevens en dat is jammer enkelen die er wel mee geuren lid van het Stedelijk orkest te zijn, maar de repetities als iets overbodigs beschouwen en wier instrument thuis maar zelden uit het étui komt. Het zijn dezulken die het welsla gen in den weg staan. Men moet trachten een volwaardig lid te zijn en den repetitie-avond beschouwen als een p 1 ic h t, waar men heen moet. Men heeft nu een Directeur zooals het corps er niet licht een meer zal krijgen, maar hij dient dan ook in zijn moeilijke taak den steun van allen te hebben. Laat Wormerveer een les geweest zijn en hopen we op beterschap. WAARAAN DE VEREENIGING ALZOO HEEFT MEDEGEWERKT. In den loop der jaren heeft de vereeniging aan tal van evenementen en herdenkingen hare medewerking verleend. De eerste 20 jaar gebeurde dat niet al te veel, men hield de kapel er liefst buiten. Daarna echter kon er niets wezen of het corps behoorde tot de deelnemers. Den allereersten keer waarvan we weten dat de kapel aandeel had in een feestelijkheid was Koninginnedag 1894, toen hier op den Zeedijk een harddraverij voor paarden ge houden werd. De kapel „luisterde" deze wed strijden op. Verder dienen nog genoemd te worden: 1903, 31 Aug., concert op het Stationsplein, daarna op het Havenplein in combinatie met „Winnubst" en deelname aan den fakkel optocht; 1907 De Ruyterfeesten; 1908 50en geboortejaar Kon. Moeder; 1909, 30 April, geboortedag Prinses Juliana (Koraalmuziek en de volksliederen op den torentrans van de Nieuwe Kerk); 27 Mei, Morgenconcert op de Vischmarkt en deelname Historisch-Allegori- sche optocht; 1913 Onafhankelijkheidsfeesten; 1917, Sept., Openlucht- en Avondfeesten ten bate van het PI. Steuncomité; 1923 25-jarig Regeeringsjubileum H. M. de Koningin; 1925 Tentoonstelling Stad Helder; 1926, Oct., Con cert voor de Radio in Casino; 1928, April, Uitvaart Dorus Rijkers; 1929, Sept., Gecom bineerde Muziekuitvoering Havenplein (75-j. best. Kon. Instituut); Vertrek Hr. Ms. „Her tog Hendrik" naar Curasao; 1930, Aug., Opening eerste Heldersche Speeltuin en her denking 50e geboortedag H. M. de Koningin; 1931 Gouden feest Mannenkoor; 1935, Juni, Inwijding Reddingmonument en onthulling gedenkteeken Prins Hendrik door H. M. de Koningin op het Westplein; Concerten op de „Remavi", Buitenhaven, enz., enz. H. HET BESTUUR. Het Besturend college is in den loop der jaren aan voortdurende wisselingen onder hevig geweest. Eerst in de laatste 15 jaar is er wat stabiliteit te bespeuren. Wat de Voorzitters betreft, vonden wij de volgende functionarissen, een opgave die niet op volledigheid kan aanspraak maken. D. van Peursen (1890—1895?), T. Groot Jz. (1904—1907?), W. Luijt (1907—Jan. 1912 en Aug. 1913—Aug. 1914), W. Groen (Jan. 1912April 1913), G. Flens (AprilAug. Geef aan onze administratie Uw vacantie' adres op en wij zorgen voor toezending van de „HELDERSCHE COURANT" (week- kwartaal- abonné) Naam Adres; Van tot Straat/Weg: Plaatsnaam 1913), P. Duivelshof (Aug. 1914Febr. 1915), Joh. Esselman (Febr. 1915Oct. 1917), J. P. F. de la Fonteijne (Oct. 1917Sept.? 1918), Jac. Bruijn (Sept. 1918primo? 1920), Joh. Esselman (Aug.? 1920Oct. 1922), J. de Jonge (Oct. 1922Juni 1924), Jac. Bruijn (vanaf 5 Juni 1924). Secretarissen: J. P. F. de la Fon teijne (1890en Maart?Oct. 1917), A. Sterk (1904^—?), D. J. Bart (1907?), N. Oost (Aug. 1909—? en Jan. 1929April 1935), Jac. Roomerjer (1909—1912?), C. R. Kruk Jr. (Jan.Mei 1912), G. Flens (Mei 1912April 1913 en Aug. 1914Maart? 1917), Joh. Essel man (April 1913—Aug. 1914), Jac. Bruijn (Oct. 1917—Sept.? 1918), Vroom? (Sept.? 1918Febr. 1919), A. Broekhuizen (Aug.? 1920Oct. 1921), Jac. van de Poll (Oct. 1921Oct. 1922), J. van Engelsdorp Gaste laars (Oct. 1922najaar 1928), J. P. Vlaming Jr. (vanaf April 1935). In de afgeloopen 45 jaar heeft het „Sted. Muz. Corps" slechts 3 Penningmeesters gehad. De eerste 31 jaar vervulde de heer Snaphaan deze verantwoordelijke functie op een wijze die allen lof verdient. 13 October 1921 legde hij deze functie neder en de heer G. Broekhuizen nam zijn plaats in. Sinds 12 October 1927 is de heer H. van Heijst de schatbewaarder. Bij een aandachtige beschouwing van al deze namen vallen steeds dezelfde namen op. Het zijn leden geweest (of nog) met verant woordelijkheidsgevoel, van voorbeeldige plichtsbetrachting, een hechte kern waardoor de vereeniging geworden is was zij thans is. Doch niet alleen als bestuurder, ook als lid van het orkest kunnen zij in de meeste ge vallen tot de eerste krachten gerekend worden. (Wordt vervolgd.) KONIJN's AUTOMATIC, warme Croquetjes, diverse Slaatjes, dag en nacht. VERSLAG OVER DE GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS OVER DE MAAND JUNI 1935. Mannen. Aanbiedingen kwamen in van: 1 bakschipper, 3 banketbakkers (1 ben. 18 j.), 5 bankwerkers, 3 betonwerkers, 1 boek drukker, 1 brugwachter, 1 cartonnagewerker, 11 chauffeurs, 42 conciërges, 2 electriciens, 1 filiaalhouder, 27 grondwerkers, 5 kantoor bedienden (1 ben. 18 j.), 2 kellners, 14 land arbeiders, 1 loodgieter, 13 loopknechts (10 ben. 18 j.), 3 machinisten, 1 matroos, 16 metselaars (1 ben. 18 j.), 2 monteurs, 1 mo- tordrijver, 1- musicus, 16 opperlieden (1 ben. 18 j), 1 rijwielhersteller (ben. 18 j), 19 schil ders (2 ben. 18 j.), 1 schipper, 1 smid, 2 steenzetters, 2 stokers, 6 straatmakers (3 ben. 18 j), 2 stucadoors, 1 stuurman, 1 teller, 1 terreinwerker, 38 timmerlieden (3 ben. 18 j.), 60 transportarbeiders, 2 tuinlieden (1 ben. 18 j.), 2 venters, 2 voerlieden, 2 winkel bedienden, 79 losse werklieden (3 ben. 18 j.). Totaal 395 personen. Aanvragen kwamen in om: 1 bankwerker, 1 boekdrukker, 42 conciër ges, 2 electriciens, 1 flesschenspoeler, 1 frai- ser, 24 grondwerkers, 1 hulp-fitter, 1 kabel monteur, 1 kleermaker, 1 landarbeider, 1 loodgieter, 9 loopknechts (8 ben. 18 j.), 3 maaiers, 1 matroos, 1 metselaar (ben. 18 j.), 1 opperman, 4 schilders (1 ben. 18 j.), 4 straatmakers (ben. 18 j.), 1 stucadoor, 1 tel ler, 5 timmerlieden, 44 transportarbeiders, 3 ijsventers, 39 werklieden (3 ben. 18 j.). Totaal 193 personen. Geplaatst werden: 1 bankwerker, 1 boekdrukker, 42 conciër ges, 2 electriciens, 1 flesschenspoeler, 24 grondwerkers, 1 hulp-fitter, 1 incasseerder, 1 kabelmonteur, 1 landarbeider, 1 loodgieter, 7 loopknechts (6 ben. 18 j.), 3 maaiers, 1 matroos, 1 metselaar (ben. 18 j.), 1 opper man, 3 schilders, 4 straatmakers (ben. 18 j.), 1 teller, 5 timmerlieden, 39 transportarbeiders, 2 ijsventers, 39 werklieden (3 ben. 18 j.). Totaal 182 personen. Aan het einde der verslagmaand stonden nog ingeschreven: 1 autogenisch lasscher. 10 bakkers (1 ben. 18 j.), 27 bankwerkers (4 ben. 18 j.), 5 beton werkers, 1 bollenarbeider, 3 brugwachters, 1 cartonnagebewerker, 38 chauffeurs, 10 con ciërges, 1 dekknecht, 6 electriciens, 1 embal- leur, 1 expediteur, 1 filiaalhouder, 96 grond werkers, 1 hulpfitter, 9 incasseerders, 41 kantoorbedienden (7 ben. 18 j), 1 kapper, 9 kelners, 1 klinker, 86 landarbeiders, 6 letter zetters, 3 boekbinders, 1 boekdrukker, 2 ko perslagers, 1 loodgieter, 16 loopknechts (8 ben. 18 j.), 17 machinisten, 8 magazijnbe dienden, 1 marconist, 2 matrozen, 22 metse laars, 7 monteurs, 2 motordrijvers, 1 musicus, 27 opperlieden, 4 opzichters, 5 reizigers, 2 rij wielherstellers (1 ben. 18 j.), 21 schilders (1 ben. 18 j), 1 schipper, 3 slagers, 4 smeden, 2 steenzetters, 1 stoffeerder, 9 stokers, 10 straatmakers (6 ben. 18 j.), 1 stucadoor, 3 stuurlieden, 1 teekenaar, 1 terreinwerker, 56 timmerlieden (4 ben. 18 j.), 158 transport arbeiders, 5 tuinlieden (2 ben. 18 j), 1 uur werkmaker, 2 voerlieden, 4 winkelbedienden, 258 losse werklieden (2 ben. 18 j). Totaal 1009 persopen. Vrouwen. Aanbiedingen kwamen in van: 5 aardappelschilsters, 1 apothekers-assi stente, 1 buffetjuffrouw, 12 dagdienstboden, 21 dagmeisjes, 9 dienstboden, 2 huishoud sters, 1 huisnaaister, 1 mangelmeisje, 1 kin dermeisje, 1 noodh.dienstbode, 1 waschvrouw, 12 werksters, 3 winkeljuffrouwen (2 ben 18 j.). Totaal 71 personen. Aanvragen kwamen in om: 19 dagdienstboden, 10 dagmeisjes, 7 dienst boden (intern), 1 huishoudster, 2 hulpen in de huishouding, 3 huisnaaisters, 1 kamer meisje, 1 keukenmeisje, 1 mangelmeisje, 2 noodh.-dienstboden, 2 tweede meisjes, 10 werksters, 3 winkeljuffrouwen (2 ben. 18 j.). Totaal 70 personen. Geplaatst werden: 14 dagdienstboden, 13 dagmeisjes, 4 dienst boden (intern, waarvan 1 uit Emmen), 2 hulpen in de huishouding, 1 mangelmeisje, 2 naaisters, 3 noodh -dienstboden, 6 werksters, 3 winkeljuffrouwen (2 ben. 18 j.). Totaal 48 personen. Aan het einde der verslagmaand stonden nog ingeschreven: 7 aardappelschilsters, 1 apothekers-assi stente, 8 dagmeisjes (ben. 18 j.), 2 dienst boden (intern), 4 kantoorbedienden, 1 kinder meisje, 1 naaister, 1 waschvrouw, 2 winkel juffrouwen (ben. 18 j.), 12 werksters. Totaal 39 personen. Voor een goed en sympathiek doel. Vele prachtige prijzen: hoofdprijs een auto. Voor waarden, waaraan gemakkelijk voldaan kan worden. De Commissie voor den verkoop van Zomer- postzegels zendt ons een puzzle ter plaatsing, waaraan iedere lezer van ons blad kan mede werken. Met behulp van de Woordpuzzle (48 letters) wordt een gezegde gevormd, waarvan iedere Nederlander doordrongen moet zijn; het be oogt een sympathiek doel te steunen. Hier volgt de opgave: Omschrijvingen. 45, 4, 5, 11, 47: heerlijk jaargetijde. Groote stad, in het centrum des lands ge legen: 32, 15, 33, 2, 28, h 31. Hoort men vaak door de radio: 38, 46, 13. Wat tot voor enkele jaar eèn politiek ver bond in Nederland: 40, 39, 16, 43, 41, 31, 41, 6. In het noorden des lands vindt men het vliegveld: 9, 34, 36, 1, 44. Prachtig dorp nabij Utrecht: 3, 35, 41, 14, 31: Prachtige bloemen (Aalsmeer is er door be kend!): 7, 25, 8, 37, 18. Een hooggeplaatst persoon in Nederlandsch Oost-Indië: 23, 10. Een 12, 17 dient om iets in op te ruimen. De Meimaand heeft zich dit jaar geken merkt door weer, dat terecht 48, 29, 19, 27 ge noemd werd. Met een 20, 42, 30 spelen kleine kinderen graag. Het tegengestelde van achter: 24, 21, 26, 22. Prijzen. Voor de goede oplossingen is de Commissie in het bezit gesteld van een groot aantal zeer fraaie prijzen, haar van vele zijden ter beschik king gesteld. Hoofdprijzen. Een auto, een radiotoestel, een rijwiel, een reis naar het buitenland, rondvluchten per K.LM. enz. In totaal meer dan 1000 prijzen. Wijze van inzending. De oplossing dezer puzzle kan door iedere (n) lezer (es) van dit blad worden inge zonden. Het is geoorloofd meer dan één op lossing te zenden. Als voorwaarde is gesteld, dat het ant woord op een briefkaart geschreven moet worden, bij voorkeur op een Puzzle-brief- kaart, die men voor 10 cent kan koopen aan de stalletjes van de Zomerpostzegel-Comité's in de postkantoren of kan aanvragen bij de Plaatselijke Comité's. De gewone en ook de speciale puzzle-briefkaarten moeten gefran keerd worden met minstens 2 zomerpostze- gels van 6 cent. De oplossingen moeten vóór 1 September in het bezit zijn van het secretariaat van het Comité voor de Zomerpostzegels, Tesselschadestraat 9, Amsterdam-W. Naam en adres a.u.b. in drukletters ver melden De jury ter beoordeeling der ingekomen oplossingen bestaat uit: Mr. G. T. J. de Jongh, oud-kinderrechter; W. F. Detiger, secretaris-penningmeester der „A.V.O."; J. A. Josephus Jitta, voorzitter Ned. Ver. „Con- cërtgebouwvrienden". De toewijzing der prijzen geschiedt vóór 10 September a.s. onder toezicht van Notaris F. W. Ludwig te Amsterdam. Indien het aantal goede oplossingen het aantal prijzen overtreft, zal het lot beslissen. Prijswinnaars ontvangen uiterlijk 15 Sep tember bericht. „Tempora mutantur, et nos mutamos in illes". Er is een tijd geweest, dat als je het woord „vacantie" hoorde, je alleen dacht aan school kinderen en onderwijzers, als dé bevoorrechte wezens. Voor bijna allen, die met hoofd of hand werkten voor 't dagelijksch brood, was vacantie niet meer dan een ledige klank. Maar langzamerhand kwam daar verandering in. In bijna elk bedrijf krijgen de employé's korter of langer" vacantie. Deze wèl gebruikt, komt zoowel bedrijf als vacantieganger ten goede, want met nieuwe energie wordt straks het werk hervat. Ook schoenmakers dachten vroeger niet over vacantie. 't Geheele jaar achter de werk tafel. In eindelooze verscheidenheid de noo- dige herstellingen verrichtend. Soms veel, soms weinig. Ook wel eens laat. B.v. als de schoenen van Keesje van de juffrouw aan de overzij nog vóór schooltijd klaar moesten, omdat Keesje toch z'n Zondagsche schoenen niet aan mocht, want hjj was toch niets nut. Enfin, voor de dankbare blik van de juf frouw, als de schoenen vóór schooltijd klaar waren, was je ook lang niet ongevoelig Voorbeelden trekken. Als je, dag in, dag uit aan je werktafel zit, als je de schoenen moet maken van je klanten, die dan en dan klaar moeten, omdat ze vacantie hebben en de stad uitgaan. Als je ze welgemoed en op getogen ziet wegtrekken, nu lezer, welke be geerte komt er dan in je hart? Een week rentenier. Alles in de werkplaats in diepe rust. Geen geklop op leer of schoe nen. Geen gesnor van machines, geen garen opwinden, geen knoopjes aanzetten, geen pik draad maken van twee vaam lang en zóóveel scheersels dik. Niets van dit alles. Oók geen „zolen en hakken van m'n vader, van avond klaar" of zwaarwichtige conferenties „of 't nog wel de moeite van 't maken waard is"... Neen, neen! Alles rust en stilte. Laten de leesten en de gereedschappen zich vervelen. Waarom niet? Tot vervelens toe had Liesje, het bakvischje uit het gezin, dien middag op de piano „ge speeld": „Ein Stern fallt vom Himmel"," en Jantje, de jongste, had flink z'n best gedaan met dreinen en zeuren. Nu, daar had-ie slag van. Zeker zes keer had hjj gezegd: „Moe, m'n schoenen zijn stuk, mag ik ze wegbren gen? Maar moeder had gedaan alsof ze hem niet hoorde. En Jantje werd hoe langer hoe meer ongenietbaar. Dit irriteerde z'n moeder ten zeerste en het pianospel over de sterren die van den Hemel vielen, maakte haar ner veus en eindelijk schudde ze Jantje „die zoo naar hartelust kon dreinen en zeuren", flink door elkaar. „Dat zal ik je leeren, ondeugend kind, je mond te houden", had ze driftig ge roepen. Toen werd 't stil. Zelfs de sterren hielden op te vallen. Toen vatte Jantje weer moed en zei: En als de schoenmaker nu volgende week vacantie heeft, hoe moeten m'n schoe nen dan worden gemaakt?" Keen antwoord. Maar moeder dacht. „Ja, waar ook en gelijkt heeft-ie. Die schoenma kers hebben ook tegenwoordig een gaatje m 't hoofd. Verbeeld je: Schoenmakers met va cantie. Wie heeft 't ooit beleefd? Toen 's avonds de echtgenooten in de huis kamer zaten, kwam 't gesprek over de va cantie. O, o! wat moest er nog veel beredderd worden! Hans, de oudste, een H.B.S.-er, moest kampeeren en Liesje moest uit logeeren naar tante Anna. En zelf zouden ze met Jantje naar Den Haag gaan. En zoo kwam 't gesprek vanzelf over Jantje. Hij had weer flink z'n best gedaan vanmiddag. Op 't laatst heb ik hem eens flink door elkaar geschud. Zeker wel zes keer heeft-ie gezeurd over z'n schoenen, die stuk waren en bleek de jonge man bang te zjjn, omdat de schoenmaker volgende week met vacantie gaat, met kapotte schoenen te moe ten loopen. Verbeeld je zooiets: schoenmakers met vacantie! Snap je daar iets van? Maar vader legde haar uit, dat dit in dezen tijd, waarin ieder vacantie heeft, niets onge woons is. Waarom ook niet? Ik heb vacantie en de arbeiders in bijna elk bedrijf hebben vacantie en in 't algemeen is 't wel eens goed voor ieder er eens „uit te zijn". De menschen hebben gelijk. Toen was moeder er mee verzoend. Ze be sloot den volgenden morgen eens inspectie te houden over den toestand waarin de schoenen verkeerden. Met blij gelaat toog Jantje dien morgen naar den schoenmaker: „Of u die schoenen nog vóór Maandag maken kan, vraagt moe der." De tijden veranderen en wij met hen. C r i s p ij n. Uit een beschouwing, over het bovenstaan de, door den heer J. v. d. Hoeven aan de N. R. Crt. citeeren wjj het volgende: Het jaar 1933 is buitengewoon droog ge weest en zoo mag het geen wonder heeten, dat het jaar, dat er op volgde een toeneming van het aantal malariagevallen te zien gaf. Wij vinden dit in cijfers uitgedrukt in het zoo pas verschenen verslag over 1934 van de com missie voor de malariabestrijding. We zien, hoe van 1927 tot en met 1930 het aantal ziektegevallen per 10.000 inwoners klom van 28.4 via 35.4 en 34.5 tot 42.3. Hier na volgt een snelle daling in 1931 tot 22.4 en in 1932 tot 11.4, welk laatste getal dus bijna een vierde is van dat voor 1930. In 1933 was het getal 16.3; de stijging komt voor een groot deel op rekening van het toegenomen aantal herfstgevallen. Zulk een stijging in den herfst voorspelt weinig goeds voor het volgende jaar. Werke lijk nam het aantal gevallen in 1934 dan ook nog wat toe, en wel tot 22.2 per 10.000 in woners. In absolute getallen uitgedrukt wer den 1211 gevallen bekend, verdeeld over 1034 gezinnen. In 1933 waren er van deze ge zinnen 139 eveneens door malaria bezocht, zoodat dus in een betrekkelijk groot aantal gevallen óf recidive óf overdracht van de ziekte van huisgenoot op huisgenoot voor kwam. Het werk der propagandisten bestaat uit het houden van lezingen en het bezoeken van gezinnen, waarbij bestrijdingsmiddelen als goede gaasbescherming, het wegvangen van binnengedrongen muggen en het gebruik van z.g. spuitmiddelen, dat zijn insectendoodende vloeistoffen, die met een spuit worden ver stoven, met veel succes worden aangeraden. Wanneer men goede gronden heeft om, zooals voor 1934 het geval was, een opleving van de malaria-epidemie te verwachten behoorde de strijd tegen de muggen met verveelvou digde kracht gevoerd te worden. Noodge dwongen heeft de commissie echter hiervan af moeten zien, omdat steeds meer ge meenten ophielden een geldelijke bijdrage voor dit nuttige werk beschikbaar te stellen, wat dubbel ernstige gevolgen had, omdat de provincie haar bijdrage beperkt tot een even groot bedrag als de gemeenten geven. Ook wanneer men een oogenblik veronder stelt, dat het aantal malariagevallen door het werk van de commissie tot op de helft terug- geloopen zou zijn, en dat dus door haar toe doen in 1934 1200 gevallen minder zouden zijn voorgekomen dan anders wellicht het geval geweest was, dan mag men wel de vraag stellen of een uitgave van 6.80 per onderdrukt malariageval niet ruimschoots verantwoord mag heeten. Algemeen wordt tegenwoordig aangeno men, dat de malaria in ons land niet moge lijk is zonder dat de slooten, waarin de lar ven der muggen opgroeien, brak zijn. Het is dus de vraag of in Noord-Holland niet spoedig verbetering te wachten is, nu het IJselmeer bezig ies minder brak te worden. Men zou kunnen meenen, dat de ontzilting van het IJselmeer zoo sterk op Noord- Holland in zou werken, dat ook zonder mug- genbestrijding de ziekte binnenkort verdwe nen zal zijn. Dit zal echter zeker niet het geval zijn. Van een gunstigen invloed van het IJselmeer op het zoutgehalte der Noord- Hollandsche polderwateren is nog niet zooveel te bemerken. In den Wieringermeerpolder kon de malaria tot nu toe nog geen vasten voet krijgen. Allerlei oorzaken werkten hiertoe mede: aller eerst een uitgezochte bevolking, die gehuis vest is in tegen de muggen goed beschermde gebouwen; verder een zeer actieve voorlich tingsdienst en beschikbaarstelling van insec- tenverdelgingsmiddelen beneden kostprijs. Dan zijn de polderwateren nog zeer brak. Een twaalftal jaren geleden wees ik er op, dat in ons land het zoutgehalte van de broed plaatsen der muggen ook zoo hoog kan zijn, dat een malaria-epidemie er niet meer door in de hand wordt gewerkt, maar er door ge stuit wordt. De muggenlarven kunnen n.1. bij een te hoog zoutgehalte niet meer tot ontwik keling komen. Prof. dr. N. H. Swellengrebel is nu de meening toegedaan, dat een derge lijk geval zich op het oogenblik in den Wierin germeerpolder over een groote uitgestrekt heid voordoet. Volgens de verwachting van den dienst der Zuiderzeewerken zal echter het zoutgehalte der polderwateren in de komen de vijf jaar met ongeveer 40 pet. afnemen, en we moeten er dus rekening mee houden, dat omstreeks 1940 het zout-gehalte gunstig kan zijn voor het uitbreken van een malaria epidemie. Een dergelijk geval zou zich voordoen bjj het eventueel tot stand komen van den Noord- oostelijken Zuiderzeepolder. Per ha zal daar alweer volgens den dienst der Zuiderzee werken minder zout opkwellen dan nog in den Wieringermeerpolder plaats heeft. Daar- DOET ZIJN LIP OPZWELLEN Dank zi] den KL00STERBALSEM verdwijnt de zwelling direct rNa 'n prettige fietstocht bestelde ik ergens een glas limonade. Onder 't drinken stak een wesp, die in mijn glas gevlogen was, mi] in de lip, welke dadelijk onrustbarend opzette. Nu heb ik altijd in mijn zadeltaschje Klooster- balsem, tegen het doorzitten. Onmid dellijk kon ik dan ook Kloosterbalsem op mijn lip doen. Daardoor kwam de zwelling dadelijk tot staan, de pijn verminderde en binnen een kwartiertje was de gehaala gebeurtenis vergeten." J. v. d. KL te H. AKKER'S ORIGINEEL TER INZAGE „Geen goud zoo goed" Onovertroffen !>(j brand- en sn(j wonden Ook ongeëvenaard als wrüfmidde! by Rheumatlek, spit en pijnlijke spieren Schroefdoos 35 ct Potten: 62ct. en 1.04 door moeten dan m.i. de muggenbroedplaat- sen in dien polder direct na de inpoldering een met het oog op het uitbreken van malaria gevaarlijk zoutgehalte verkrijgen. Gesteld, dat men spoedig tot het besluit kon komen, dat deze inpoldering verantwoord was en men haar doorzette, dan zou ongeveer 1941 de grond droogvallen. Omstreeks 1940 zal de malariabestrijding dus in elk geval in den 20.000 ha grooten Wieringermeerpolder, maar misschien ook nog in den dubbel zoo grooten Noordoostpolder, voor een zeer zware taak kunnen staan. Gelukkig is de gedeeltelijke tegenslag voor- loopig althans gedeeltelijk goedgemaakt door het Witte Kruis, dat een bijdrage beschikbaar stelde, zoodat de commissie, waarin het Pro vinciaal bestuur, de afdeeling Noord-Holland van de Vereeniging van Nederlandsche Ge meenten, het Witte Kruis, het Roode Kruis en het Witgele Kruis samenwerken onder lei ding van den- inspecteur der volksgezondheid dr. J. J. Th. Doyer, kon blijven doorwerken, zij het ook noodgedrongen op beperkter schaal. Ook voor wie zich geen verre reizen kan veroorlooven, brengt de zomer een goede kans op „uitgaan"... op allerlei uitgangetjes, die zoo goed als niets behoeven te kosten en waaraan dus iedereen kan deelnemen. We ga&n te voet of per fiets en we genie ten op die manier veel rustiger van alles om ons heen dan wanneer we een snelle auto of een onvermoeid voortrollenden trein voor ons uitstapje hadden gekozen. Maan manden, tasschen of rugzakken mee natuurlijk, want zoo'n wandeling of zoo'n fietstocht maakt extra-hongerig! En omdat het uitgangetje op zichzelf al iets feestelijks heeft, past het echt bij die stemming, als 'le meegenomen proviand nog de een of andere verrassing inhoudt; iets voor de boterham, maar iets anders dan we thuis dagelijks ge wend zijn. Dat extraatje voor de „pic-nic" behoeft ook alweer niet duur te zijn; we kunnen het thuis op een gemakkelijke manier en uit eenvou dige ingrediënten bereiden, zonder dat het behoeft onder te doen voor de meer kostbare koks- of banketbakkersproducten. Laten we b.v. eens het een of ander „slaatje" kiezen: we gaan dan geneel met de mode mee, want de tegenwoordig overal ge ëtaleerde haring-, huzaren- en andere slaatjes uitgewogen verkocht en in handige karton nen bakjes afgeleverd vestigen wel den in druk, dat ze algemeen gewaardeerd worden. We willen er, om zooveel mogelijk aan ieders smaak te voldoen, twee verschillende voorbeelden van geven. „Halve gedraaide" (soort huzarenslag) 250 g (%pnd) koude vleeschresten, 6 4 8 groote koude aardappelen, .4 harde eieren, eenige ingemaakte uitjes en augurken, 1 L 3 tomaten (niet bepaald noodig), 2 eetlepels azijn, 3 eetlepels slaolie, 2 theelepeltjes Mag- gi's Aroma, wat peper en zout, misschien een Ietsje mosterd. Maal of hak alle vaste benoodigdheden (vleesch, aardappelen, eieren, uitjes, augur ken) met elkaar fijn. Klop de olie met de azijn, de Maggi's Aroma en de kruiden even door elkaar en vermeng er de gemalen be- standdeelen mee, tot alles een samenhangen de massa vormt. Roer er, als tomaten ge bruikt worden, deze in plakjes gesneden vruchen ook door; hak of maal die liever niet mee, omdat er dan te veel vocht uit vrij komt. Voer een papieren of kartonnen doosje (zooals die bij de banketbakkers b.v. worden gebruikt) eerst met een velletje vetvrij pa pier, leg er dan een laagje groote frissche kropsla-bladen in (natuurlijk eerst gewas- schen en dan in een schoonen doek gedroogd)( schud daarop de „halve gedraaide" uit, be dek ze met een paar bladen sla en keer cr ten slotte het papieren deksel overheen, waarin ook weer eerst als voering een stukje vetvrij papier is gelegd: op deze manier ver zorgd, heeft het gerecht tijdens de tocht niets te lijden. Aardappelsla met groente. 10 k 12 groote gekookte aardappelen (koud), 6 gesnipperde of geraspte worteltjes, 1 preitje, 2 tomaten :of een komkommer), eetlepels slaolie, 3 eetlepels azijn of citroen sap, 2 theelepeltjes Maggi's Aroma, wat zout, misschien wat peper. Snijd de koude aardappelen in plakjes; kl0P de olie met den azijn, de Maggi's Aroma, be zout en het gesnipperde preitje door elkaa giet dit sausje over de aardapelen en alles een paar uur zoo staan, af en toe aardappelen óm en óm scheppende, zooda alle met het sausje doortrokken worden. Roer ten slotte ook de gesnipperde of raspte woreltjes en de in plakjes gesne tomaat of komkommer door de aardappc® naar verkiezing ook een paar hardgeko eieren, die dan vóór het dooreenmengen na met een vork worden fijngewreven. )n Neem de aardappels op den tocht me een papieren banketbakkersdoosje, dat

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 10