Buitenlandsch Overzicht. *Wai wilt H lezent oetbal i e fde NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA No. 7630 EERSTE BLAD DINSDAG 6 AUGUSTUS 1935 63ste JAARGANG Een felle rede van Goebbels tegen Joden en Katholieken Onlusten op Kreta. Als Uw 1 tanden van gezondheid stralen, verraadt dit een regelmatig gebruik van LISTERINE TANDPASTA De vacantie=reis van de Koningin en Prinses Juliana 3 6 CO IRAN Abonnement per 8 maanden bij voorultbet.: Heldersche Courant f 1.50; Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel t 1.65; binnenland f 2.—, Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost t 2.10, Idem per mail en overige landen 1 8.20. Losse nos. 4 ct.; fr. p. p. 6 et. Weekabonnementen 12 ct. Zondagsblad resp. f0.50, f0.70, f 0.70, f 1.—Modeblad resp. f 1.20, fl.50, fl.50, 11.70. VerschyntDinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag Redacteur: P. C. DE BOER Uitgave N.V. Drukker^ v/h. C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 sn 412 Post-Girorekening No. 16060. ADVERTENTIE N: 20 ct per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele pr\js. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling 10 ct per regel, minimum 40 ct.; b(j niet-contante betaling 15 ct per regel, minimum 60 ct (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder nummer: 10 ct per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct Genève bracht geen uitkomst in de Italiaansch-Abessynische kwestie Zaterdagavond is de Volkenbondsraad gesloten. Wat nu? De Volkenbond bracht nog geen oplossing. Genève heeft geen kans gezien uit de im passe te komen inzake de Italiaansch-Abessy nische kwestie, want de oplossing die men ge vonden heeft en waarover hieronder meer ge zegd wordt, is een uitstel van executie tot September. Juist bij de behandeling voor den Volkenbondsraad is gebleken hoe moeilijk het zal zijn, zonder het zwaard tot een oplossing te komen. Italië büjft onhandelbaar. Vlak voor de sluiting van de buitengewone zitting, die Zaterdagavond heeft plaats gehad, schreef de Nw. Rott. Crt. nog in een hoofd artikel: Het gaat heel moeilijk te Genève. Aan alle kanten is er ontstemming en spijtigheid. Met Mussolini wordt veel getelefoneerd, maar hij blijft onvriendelijk, om niet te zeggen on handelbaar, ofschoon, men, vooral in het Fransche kamp, geneigd is aan te nemen dat hij murwer geworden is, en het nu gemakke lijker is geworden hem in onderhandelingen buiten den Volkenbond om tot rede te bren gen. Maar de Franschen gelooven nu een maal in deze aangelegenheid gaarne wat zij hopen. Eden is ook ontstemd. Hij heeft toch naar zijn smaak te veel van zijn oorspronkelijke wenschen moeten laten schieten. Verder zijn de leden van den Raad ont stemd die geen zitting hebben in het concilie der drie groote mogendheden. Men heeft hen buiten alles gehouden. Het verdrag van 1906, waarbij Abessinië behandeld is als een land, dat alleen bestaat ter wille van de belangen van de drie deel nemende mogendheden, is steeds nog op den voorgrond getreden. Tenslotte was men zoo ver, dat men een afspraak trachtte te treffen over een conferentie van Italië, Frankrijk en Engeland ergens in Frankrijk of Noord-Italië, waarbij de drie mogendheden hun belangen in Abessinië met elkaar in overeenstemming zouden trachten te brengen, zooals dat in het verdrag van 1906 bepaald is. Het is wel een methode die ten doel heeft een veroveringsoorlog te voorkomen, maar die uit een oogpunt van souvereiniteit van leden van den Volkenbond niet bepaald be wonderenswaardig is. Er zal zonder Abessinië over Abessinië onderhandeld worden. Deze oplosing is niet slechts bedenkelijk voor de andere leden van den Raad maar voor alle leden van den Volkenhond. De ongelijkheid van de leden van den Vol kenbond wil Mussolini nu erkend hebben, doordat hij eischt dat men Abessinië niet be handelt als de gelijke van Italië. Het is de houding van Oostenrijk in 1914 tegenover Servië. Zoo ver zijn wij dus weer. De Volkenbond kan met minder gevaar Italië laten loopen dan aan zijn verlangens toegeven, want de kleine staten kunnen niet )id blijven van een Volkenbond, waarvan een hoofdtrek zou zijn de suprematie van de groote mogendheden over de kleine. Er is nog een ander beginsel met in de practijk bedenkelijke kanten, dat meer en meer op den voorgrond treedt. In Engeland vooral wordt betoogd dat als de Volkenbond een oorlog onmogelijk maakt, zooals zijn doel en zijn plicht is, iets anders ervoor in de plaats moet komen, dat rege lend kan optreden waar de grenzen onhoud baar zijn geworden. Men acht daarvoor art. 19 van het Volkenbondsverdrag blijkbaar niet voldoende. Men is in Engeland dus bereid op grond van dit beginsel aan de Italiaansche verlan gens naar expansie tegemoet te komen. Deze opvatting is de overwinning van hetrevisionis- me. Ook Frankrijk staat daar niet meer on- zoenlrjk tegenover tenminste niet waar het Italië en Abessinië betreft. Men zou het te Parijs geen revisionisme genoemd willen heb ben. Men tracht een kunstmatige scheiding te handhaven, maar wat Frankrijk bereid is tegenover Abessinië toe te staan moet ook consequenties hebbben voor landen als Duitschland en Hongarije. Zoo stond men er voor vlak voor de slui ting, een toestand dus die nog in geen enkel opzicht klaarheid gaf. GENERAAL VMBERTO NOBILE, bekend van de mislukteItaliaansche Noord- pool-expeditie als commandant van het lucht schip ,Jtalia", thans uit Rusland teruggeroe pen om den post van chef der Italiaansche luchtstrijdkrachten te aanvaarden. De Volken' bondsraad gesloten. Wat nu Zaterdagavond is dan de buitengewone zit ting van den Volken- bondsraad gesloten, met het aannemen van de twee volgende reso luties. De eerste resolutie be treft de vootzetting van de verzoening- en arbitrageprocedure, overeenkomstig het ver drag van 1928 en de Volkenbondsraad spreekt hierin als zijn oordeel uit, dat de arbiters niet hebben na te gaan, welke staat de souve reiniteit over Wal-Wal heeft, al zullen de ar biters het recht hebben bij de beoordeeling van het incident van Wal-Wal de overtui ging in aanmerking te nemen, die blijkbaar de beide partijen op dit punt hadden. De raad neemt in deze resolutie bovendien acte van de verklaring der vertegenwoordi gers van Italië en Abessinië, dat zij beiden den wil hebben de arbitrageprocedure voort te zetten en dat de vier leden van de ver- zoenings- en arbitragecommissie onmiddellijk een vijfde lid zullen benoemen. De raad spreekt zijn vertrouwen uit, dat deze procedure voor den lsten September tot een regeling van het geschil van Wal-Wal zal hebben geleid en verzoekt de partijen vóór 4 September den raad de uitkomst der procedure mede te deelen. De tweede resolutie is uiterst kort en zegt alleen, dat de Volkenbondsraad besluit in ieder geval op 4 September bijeen te komen voor het algemeene onderzoek van de ver schillende zijden van de betrekkingen tus- schen Italië en Abessinië. Abessinië, dat voor alles een vreedzame oplossing van het geschil wenscht, heeft de resoluties aanvaard. Italië zou zich bij de stemming over de tweede resolutie onthou den. Eden, de Britsche minister, zette uiteen wat thans de gang van zaken zal worden. Een nieuwe poging zal worden onderno men om, in overeenstemming met de voor schriften van het verdrag van 1928, het inci dent van Wal-Wal definitief te regelen. Eden verklaarde vertrouwen te hebben in het suc ces van de benoeming van den vijfden ar biter. In de tweede plaats zullen de regeeringen van Engeland, Frankrijk en Italië, die het verdrag van 1906 gesloten hebben, thans door onderhandelingen trachten de alge meene moeilijkheden in de verhoudingen tus- schen Italië en Abessinië op te lossen. Eden vertrouwde, dat de geheele Volken bondsraad ongetwijfeld aan de drie mogend heden succes bij dit streven zal toewenschen. Hij beloofde in September aan den Volken bondsraad rapport te zullen uitbrengen over de resultaten van deze drie-mogendheden- conferentie. In de derde plaats zal overeenkomstig de tweede resolutie de Volkenbondsraad op 4 September weer bijeenkomen om den alge- meenen toestand van de ItaliaanschAbes- sijnsche betrekkingen te bespreken. Eden hoopte, dat alle moeilijkheden dan zouden zijn opgelost, doch indien dit onverhoopt niet het geval zou zijn, dan zal de Volkenbondsraad op dien datum het gansche probleem in den vorm, waarin het zich dan zal voordoen, moe ten behandelen. Eden eindigde met de verzekering, dat de Britsche regeering alles zal doen om een vreedzame oplossing te bereiken. De Britsche regeering begrijpt volkomen de groote moei lijkheden van het geschil en is zich ook ten volle bewust van haar verplichtingen als lid van den Volkenbond. Het D.N.B. meldt uit Essen: Op den nationaal-socialistischen gouwdag i te Essen heeft dr. Goebbels, de minister van propaganda, na een inleidend woord van den gouwleider Terboven, een toespraak gehou den, waarin hij zich wederom scherp heeft gericht tegen „de mopperaars en criticas ters", die niet willen inzien, wat er zich ten goede heeft gewijzigd, sedert het nationaal- socialisme in Duitschland aan de macht is gekomen. Rede van Goebbels. De nationaal-socialisten, aldus Goebbels, zijn zich echter bewust van hun kracht en zullen hun vijanden weten te verslaan. De buitenlandsche pers. Niet de buitenlandsche pers regeert ln Duitschland, maar wij. Telkens, wanneer wij tegen de Joden optreden, is het buitenland van oordeel, dat zich bij ons een crisis vol trekt. Op de gebruikelijke wijze besprak Goeb bels hierop het Joodsche vraagstuk. De Joden, aldus Goebbels, zijn zelf provo- ceerend opgetreden. „Wij zullen niet moede worden het Duitsche volk ln te lichten over het gevaar van dit ras. Huwelijken tusschen Duitschers en Joden zullen ln het vervolg niet meer geduld worden. Wij laten niet toe, dat het rassenverderf zich ook voor de toe komstige geslachten voortzet." De kerkstrijd. Na de Joden becritiseerde Goebbels de confessies. Hij eischte, dat de kerken, even als de nationaal-socialisten positief christe lijk zijn, ook politiek positief nationaal socia listisch moeten zijn. Dit moet niet in woor den maar in daden tot uiting komen. Het Centrum heeft zich innerlijk verwanter ge voeld met het bolsjewisme dan met het na- tionaal-socialisme. Toch kan in Duitschland leder op zijn eigen wijze zalig worden. Iedere religieuze overtuiging wordt geëerbie* digd. De jeugd mag door de kerken religieus opgevoed worden, maar de politieke opvoe ding is de taak van de nationaal-socialisten. De jeugd behoort bij ons, wij staan haar niet af. Iedere staatsvijandschap wordt uitge roeid, waar deze zich ook vertoont. Wrj wil len geen Kulturkampf. Wij hebben echter den indruk, dat er in zekere voormalige cen trumkringen menschen zijn, die een Kultur kampf zouden willen doen ontstaan. Drako- nische straffen zullen worden ingesteld tegen onruststokers, zoodat hun de lust wel ver gaan zal tot zulke experimenten. In de eerstvolgende weken zal men te zien krijgen hoe zal worden opgetreden tegen de opruiers tot een Kulturkampf. Ten slotte betoogde Goebbels, dat het doel, dat het nationalisme zich gesteld heeft, onwrikbaar vast staat en dat de middelen ter bereiking van het doel buigzaam en elas tisch zijn. Duitschland heeft, zoo besloot hij, een leider, waarin het gelooft en de lijf spreuk der Duitschers is ook voor de toe komst: „de leider bevele, wij volgen!" De sterilisatie. Dr. Frick herhaalde ook zijn in Munster met betrekking tot het vraagstuk van de sterilisatiewet afgelegde verklaring, dat Rijkswetten voor alle Duitschers bindend zijn, ook voor de Duitsche Katholieken en dat geldt ook krachtens het concordaat. Nu heeft, ging minister Frick verder, de „Osser- vatora Romano" het noodig geacht hierin ten scherpste tegen mij op te komen in een officieuse verklaring van het Vaticaan, welke ook van de kansels der Katholieke kerken van Duitschland is voorgelezen. Men heeft aangehoord, dat deze wet in strijd is met de goddelijke wet. „Nu vraag ik u, Duitsche volksgenooten, als God een volk gezond heeft geschapen, dan geloof ik eerder, dat het een goddelijke wet is, dat dit volk ook gezond bewaard wordt. Ik moet derhalve deze argumentatie ten scherpste afwijzen. Deze wet tot voorkoming van erfelijk belast nageslacht berust op wetenschappelijke gronden, welke de erfelijkheidsleer ons ge geven heeft." Niet van politieken doch van socialen aard. Volgens berichten aan de bladen zijn gis teren op Kreta ernstige ongeregeldheden ontstaan als gevolg van het opstandige ka rakter van de staking der arbeiders in de krentenindustrie. Er zijn 25 menschen ge wond. In verband met de onlusten is op Kreta de staat van beleg afgekondigd. Voorts hebben zich twee torpedojagers op weg naar Kreta begeven. Stakende arbeiders van de pruimenplan- tages moeten de regeeringsgebouwen te Kan dia, de hoofdstad van het eiland, hebben ge plunderd. Bij de vechtpartijen, die als gevolg hiervan ontstonden, werden dertig menschen ge wond, waaronder vijf man der politie. Bij de onderdrukking van de relletjes blij ken zes menschen gedood en veertig gewond te zijn. Hoewel de overheid den toestand meester is, vreest men toch voor nieuwe verwikke lingen. F Tweemaal per dag Listerine gebruiken is een gewaarborgde verzorging Groote tube 50 cent» Kleine tube 25 cents 10.000.000 geestdriftige gebruikers over de geheele wereld 1 De stakers geven zich over. Nader wordt nog gemeld, dat de stakers in het centrum der stad door de troepen omsin geld zijn en zich 's middags om 2 uur over gaven, nadat hun een ultimatum was gesteld. Er zijn thans onderhandelingen gaande om de eischen der stakers te onderzoeken. Een com missie van arbeiders doet pogingen om de rust te doen weerkeeren. Onder de gewonden zouden 5 officieren, 8 soldaten, 4 gendarmes en een twintigtal stakers zijn. Naar St. Fillans b(j de Schotsche meren. Naar de Londensche corr. van het „Hbl." meldt, zullen de Koningin en Prins Juliana heden (Dinsdagavond) met den boottrein te ongeveer half tien in Liverpool Street Station te Londen aankomen. Onmiddellijk daarop zullen zij per auto naar King's Cross Station vertrekken en met den nachttrein de reis naar Edinburgh aanvaarden. Na aankomst in Edin- burgh, Woensdagochtend vroeg, wordt de tocht voortgezet naar het plaatsje St. Fillans in de streek der Schotsche meren, waar de Koningin en de Prinses een rustige vacantie hopen door te brengen. Britsche welkomstgroet voor Koningin en Prinses. Het ochtendblad van de „Daily Telegraph" van vanmorgen bevat het volgende hoofd artikel over het bezoek van H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Juliana aan Schotland: „Heden begroet Engeland een buitengewoon welkome gast. De Koningin der Nederlanden landt aan onze kust voor een vacantie, die, naar wij vertrouwen, Haar nieuwe krachten zal schenken na den moeizamen arbeid van een Jaar, dat Haar zoowel uitzonderlijk zware verantwoordelijkheden heeft gebracht als ook de smart over den dood van Haar gemaal. Buitenlandsch Overzicht Bezwaren van Kamerleden tegen al- geheele opheffing van den militairen pensioenraad De R. K. Kamerfractie zal geen Kamerbijeenkomst vragen, doch den dorden Dinsdag van September af wachten Bij Annemasse (Fr.) heeft een bot- sing plaats gehad tusschen twee trei nen. Acht en twintig menschen wer den gewond De ,,J. P. Coen" heeft vertraging en zal eer-st Zaterdag te Genua aan komen. De mail Zondag in ons land Op Kreta hebben stakingsonlusten gewoed, die een oogenblik een drei gend aanzien hadden, doch thans onderdrukt zijn Een felle rede van Goebbels tegen Joden en Katholieken De S.D.A.P. wenscht Kamerontbin ding De arrestaties te Oss volgen elkaar op. Zaterdag is weer een inbreker gearresteerd Drieduizend zieke Italiaansche sol daten zijn uit Oost-Afrika terugge zonden Bij een ernstig auto-ongeluk te Rot terdam zijn Zondagavond twee jonge menschen zwaar gewond Een Fransch Zendingsstation door Abessiniërs geplunderd? De gezonken Russische onderzeeboot gelicht Gestolen bankpapier in een riool ge worpen. Een bedrag van f JtOOO. Feuilleton Omtrek-nieuws Marktberichten Marineberichten Boortnieuws Pag. 6 2 1! II 2 6 II Z 3 8 7 Hare Majesteit, die vergezeld wordt door Prinses Juliana, die in Londen welkom werd geheeten ter gelegenheid van het koninklijk huwelqk in den herfst van het vorig jaar, is op weg naar een van de schoonste streken van Schotland, waar zij verblijven zal in den eenvoud, die aangenaam is aan alle vacantie- gangers en naar wij mogen aannemen dubbel aangenaam is voor hen die in paleizen wonen. Het betreft hier geen staatsbezoek en het bezoek wordt ook niet gebracht met eenigerlei politieke doeleinden. Wij kunnen echter niet nalaten onze vreugde uit te spreken over deze informeele versteviging der banden, welke de Britten met Nederland vereenigen. De twee landen stonden onder één gemeenschappelij- ken vorst in een crisis voor het lot van beiden en het gevoel van verwantschap, dat toen werd ondervonden, is nog versterkt door de rol, die beide volken speelden bij de ontwik keling van Zuid-Afrika. Wij hopen, dat de vacantie aangename her inneringen zal achterlaten, dat dit voorbeeld van de Koningin door vele van Haar onder danen zal worden gevolgd en dat de belang stelling in Haar land, welke zal worden op gewekt door Haar aanwezigheid onder het Britsche volk, er toe zal leiden, dat een steeds grooter aantal Britten een bezoek zal bren gen aan de nobele Hollandsehe steden. Feuilleton. u 31) en „Bij de plek, die ik er voor zou uitkiezen ik ken die landstreek aardig goed staat een vervallen landhuis, zoowat vijftig el van den weg af. Het staat al jaren in verval; bovendien loopt het praatje, dat het er spookt..." Sluiper Symes grijnslachte op zijn gebruikelijke gemeene manier. Met bevende vingers nam Wayne een por tefeuille uit zijn zak. „Hier heb je tien pond", zei hij, „tref de schikkingen, die je noodig acht. Ik zal den geheelen dag thuis zijn; je kunt mij telefonee- ren... Na afloop vertrek ik naar Amerika". „En ik naar Parijs!" grinnikte Symes; „die Londensche mist is niet goed voor mijn lucht pijp!" Nadat de ander vertrokken was, bleef Wayne ineengedoken in zijn stoel zitten. Zijn zenuwen waren overspannen, maar niet omdat hij voor het geringste tegen de misdaad op zag; alleen de mogelijkheid, dat hij gevat zou kunnen worden, joeg hem koude rillingen door het lijf, en tooverde hem visioenen van den gruwelijksten aard voor de oogen. Hij zat nog roerloos, alleen met herhaalde lijk vertrekkend gezicht, toen een voetstap achter hem, hem deed opspringen, met een vloek op de lippen en de blik der wanhoop in de oogen. Al die kenteekenen verdwenen onmiddel lijk, toen hij zag wie daar was. „Zoo, Anstruthers! Ik had je verwacht!" Ten antwoord liep de bezoeker regelrecht naar het likeurkeldertje, en schonk zich zulk een sterken dronk in, als voor dat uur van den dag ontstellend was. „En waarheen gaat de aanstaande huwe lijksreis vroeg Wayne. De ander stiet een gemeenen vloek uit, na het ledigen van zijn glas, bijna vol pure whisky. „De vervloekte meid!" bulderde hij. „Zal ik je eens wat zeggen, Wayne zij bedondert mij, al dien tijd al! Alleen omdat ik de neef van Carstairs was, heeft zij geduld dat ik om haar heen draaide!" „Wees niet zoo dwaas!" troostte Wayne. Het was zijn bedoeling om de woede van dezen onuitstaanbaren vent zooveel mogelijk aan te wakkeren. „Verdomd nog toe, ik heb gelijk, zeg ik je! Ze is nog steeds op dien kerel verzot! Ik kom juist van haar vandaan. Ze is de heele afge- loopen week bezig geweest met het oppassen van zoo'n vrouwmensch, dat vlak bij het hótel een ongeluk met een auto gehad heeft, en ik heb haar vanmiddag pas weer eens te zien kunnen krijgen. En toen ik haar eindelijk te spreken kreeg, had zij mij niets anders te vertellen, dan dat ze dadelijk een onderhoud moest hebben met dien neef van mij. Wist ik waar die uithing? Wat denk jij daar nu van, Wayne?" „Wat ik er van denk, is, dat als jij erf genaam in de rechte lijn van Lord Overton was, je in een handomdraaien zou winnen", antwoordde de ander. „Die prullige twintig duizend pond van de meid zelve, zijn een druppel in den oceaan, vergeleken bi) wat Jij erven zou, wanneer Lord Overton kwam te sterven en hij wordt verwacht ieder oogen blik het hoekje om te gaan zooals ik daar even vernomen heb." „Wat geeft het om daarover te praten; die beroerde Carstairs staat mij immers in den weg. Het is heelemaal niet bewezen dat hij dood is, voor zoover ik weet, maar je kunt er je laatsten dollar onder verwedden, dat hij zal opdagen, zoodra de ouwe heer het afge legd heeft!" „En dat moeten wij juist zien te voorko men, beste kerel!" zei Wayne. De woorden waren gezegd op een toon, die maakte, dat Anstruthers zijn glas dat hij alweer gevuld had neerzette, en den ander aankeek als kon hij zijn ooren niet gelooven. „Hem... hem uit den weg ruimen, bedoel je? Maar, waar is hij dan?" „Ik weet waar hij is hij is in Londen, en naar alle waarschijnlijkheid op dit oogenblik geen mijl van ons af. Luister nu eens goed naar mij. Anstruthers, kalmeer je miserabelen persoon, en wij zullen zakelijk praten: Wat zou je er voor over hebben om die erfenis in je zak tè steken? Duidelijker dan dat kan ik mij niet uitdrukken. Dan behoefde je maar een vinger naar die dochter van Willen uit te steken, en zij zou op haar knieën naar je toe kruipen! Een maatschappelijke positie, ziedaar waar het om te doen is, jongenlief, en dat is de reden, waarom ze zoo fel haar zinnen heeft gezet op dien Carstairs. Het is haar waarschijnlijk ter oore gekomen, dat Lord Overton het niet langer meer kan ma ken. Maar, om tot de zaken terug te keeren hoeveel heb je er voor over om zijn erf genaam te worden?" „Het zou een moord beteekenen!" zei Anstruthers met ijzingwekkende stem. Wayne antwoordde met een schouderop halen. „Er zou voor jou hoegenaamd geen gevaar aan verbonden zijn", merkte hij op. „Dus, waar zou jij over inzitten? Je hebt niets an ders te doen dan je mondje dicht te houden en te betalen voor de „onkosten", zullen we maar zeggen. De eenige kwestie, waarmee je je wel hebt bezig te houden, is hoeveel ben je bereid om te betalen? Ik zou voorstel len f 30.000." „Je bent stapel!" viel Anstruthers uit. „Volkomen bij mijn verstand, dat verzeker ik je. Maar dit is een geval, waarin de arbei der zeer zeker zijn loon ten volle waard is. Je zult in het bezit komen van een erfenis van meer dan een millioen; je zult verschei dene landgoederen erven plus het meisje, waar je je zinnen op gezet hebt; en als dat alles geen armzalige dertigduizend pond waard is, dan weet ik het niet. En na de af wikkeling behoef je je nergens ongerust over te maken; ik wijk uit naar Amerika, zoodra ik het geld van jou ontvangen heb. Maar, sputter je tegen, dan leg ik er nog wat bovenop. O ja!" den ander zijdelings aankij kende, „daar heb je Symes ook nog maar hij zal met een schamele tienduizend pond tevreden zijn. Veertigduizend pond dus, alles en alles bij elkaar om jou een van de rijk ste mannen in het land te laten worden!" „Wanneer kun je je plan volvoeren? Heb je Carstairs gezien? Hoe weet je dat hij in Londen is? Ik geloof er geen steek van!" Wayne liep op den ander toe, greep hem bij een schouder, en heesch hem overeind. „Ik weet beslist, dat Carstairs op dit oogenblik bij Sir Arthur Paget in betrekking is als chauffeur. En wel onder den naam van „Huish", hoewel ik niet weet waarom. En hij speelt ook voetbal voor Kensington. Je zag hem zelf..." „Bij Jupiter!" riep Anstruthers uit. „Nu herinner ik het mij maar, zijn gezicht, man zijn gezicht... dat was het gezicht van Carstairs niet!" „Niet zijn gezicht van vroeger, om het juist te zeggen", antwoordde Wayne terwijl An struthers hem aanstaarde als verdacht hij den ander er van, zijn verstand verloren te hebben en wartaal te brabbelen. „In de na bijheid van Southampton rondzwervende, werd Carstairs door een auto overreden, waarbij zijn gezicht geschonden werd. Die auto was toevallig het eigendom van Sir Ar thur Paget, die hem met zich meenam naar zijn landhuis. Paget riep Benjamin Drew er bij, den beroemden aangezichts-masseur, om de stukken weer aan elkaar te wrijven, en het gevolg was, dat toen Carstairs of Huish, zooals hij zich nu ging noemen in de wereld terugkeerde, hij zulks deed met een nieuw aangezicht." „Hoe weet jij dat allemaal?" vroeg Anstru thers. „Uit den mond van Sir Arthur Paget zelf. Paget weet niet, dat Huish inderdaad Car stairs is, maar het is hem wel bekend, dat een geheim den man omzweeft. Dat vernam ik door een zekeren Symes denzelfden man van wien je mij zooeven hebt hooren spreken." „Maar, als Huish dood gaat, hoe kan dan bewezen worden, dat hij Carstairs was?" „Hij zal herkend worden door zijn vroege- ren knecht, Thomas, die het geheim al door grond heeft". „En hoe... hoe zul je het leveren?" vroeg de verbijsterde Anstruthers. „Indien er geen gevaar voor mij aan verbonden is, zal ik jullie ieder een accept geven, en je betalen, zoodra ik de beschikking over het geld heb." „Begin met die accepten te schrijven en dan zal ik je alles vertellen wat ik vind dat je weten moet," antwoordde Wayne. HOOFDSTUK XXII. De telefonische boodschap. Huish streed tegen een beslommering en een gevatte koude. De beslommering was, dat hij binnenshuis moest blijven, en dien tengevolge niet in staat zou kunnen zijn om aanstaanden Zaterdag in den spannenden thuiswedstrijd tusschen Kensington en Mid- chester City mee te spelen. Tot zoover was hij zeer fortuinlijk ge weest in het ontkomen aan die kwetsuren, die voor hem een beletsel om voetbal te spe len, hadden kunnen vormen. Dicht belegerd, zooals hij de eene week na de andere werd, had hij altijd vrij weten te blijven van die betreurenswaardige „ongelukjes", die het ver derf en de boeman van iederen beroepsvoet baller zijn. De roem, die van zijn spel uitging, had hem een brandende koorts door de leden ge jaagd. De gelukkigste uren van zijn leven waren die, welke hij op het veld van Kensing ton doorbracht. Wanneer hij door de modder baggerde, of over den gladden bodem uit gleed, terwijl reusachtige menigten de lof trompet over hem bliezen, dan kreeg hij het gevoel, dat hij aan zijn vreemdsoortige roe ping voldeed. Zelfs al hield die roeping niets anders in dan dat hij voetbal speelde, toch was hij voldaan. Hij verrichtte iets derge lijks, en iets, dat, wanneer de uitkomst was, dat hij Engeland zou vertegenwoordigen, de moeite waard was. Voetbal mocht dan slechts een spel zijn, maar een meester in dien tak van sport had zeer zeker het recht om als een artist beschouwd te worden. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 1