Buitenlandsch Overzicht. Het geschil tusschen Italië en Abessinië. Taptoe AKKERTJES NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA COIFFEUR POUR DAMES SALON MANSHANDEN FEUILLETON MARINEROMAN W I L L I A R I S Hiermede dan den lezer heil! Fokker gezocht. Japansche nota's aan China wekken ongerustheid. Uit Duitschland. 'n "Akkertje1' beschermt U Dank van België. doü' «rt en voor VIJF wasschen 16 ct Abonnement per 3 maanden bil vooruitbet. i A„n, Brcc2lu,t Vrütg» uTL' f*"™1 Nedert. Oost- en West-Indië per zeeoost f tin m binnenland f 2—, landen f 3.20. Losse noa 4 rt r ',er mail en overige Zondagsblad resp f0 50 070 loÏn m P; 6 °L Weekabonnementen 12 ct fl ?0 - °-70' *0.70,(1.—» Modeblad resp. f 1.20, f 1.50, fl.50, Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag Redacteur: P. C. DE BOER Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekenlng No. 16066. ADVEBTENTIEN: 20 ct per regel (galjard). Ingez. medsd. (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling 10 cL per regel, minimum 40 ct.; bij niet-contante betaling 15 cL per regel, minimum 60 cL (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder nummer: 10 cL per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct Nog altijd Italië-Abessinië. - Gemeenschappelijk optreden van f, hï T r A'S IUll,é om komt. kom, Duttschland ook zeg, Berlijn. De kerkstrijd in Duitschland. De zitting van den Volkenbond. De petroleumconcessie in Abessinië vormt nog altijd, zooals te begrijpen is, een onderwerp van uitvoerige perscommen taren. De heele Italiaansche pers, zoo meldt Reu ter uit Rome, houdt zich nog uitvoerig met de zaak Rickett bezig en legt in hun opschrif ten nadruk op den weerklank in de heele wereld, zoowel als op de walging, die de open bare meening overal koestert over deze oneer lijke Abessijnsche handeling en op de steeds duidelijker blijkende verwarring van de Engel- sche regeering. Een New-Yorksche makelaar, Chertok, vormt nu weer 't onderwerp der discussies: hij beweert het eerst de concessie te hebben ge kregen tot exploitatie van de terreinen in Abcssynië. De Volkenbond, waarop o.a. ook de Ita- liaansch-Abessynische kwestie ter sprake zal komen, houdt zijn gewone Septemberzitting hedenmiddag. Het is evenwel nog lang niet zeker of nu dadelijk al die kwestie aan de orde komt; in ieder geval wordt eerst een be sloten zitting gehouden, waarin de agenda wordt samengesteld. Uiteraard is er groote belangstelling voor deze bijeenkomst. Na hun aankomst te Genève, hebben Laval en Eden een bespreking gehad. Tengevolge hiervan heerscht in Britsche kringen de meening, dat gerekend kan worden op een gemeenschappelijk optreden van En geland en Frankrijk. Zonder twijfel zullen beiden ln contact treden met de Italiaansche gedelegerden. Eden zal zich direct naar Aix les Bains begeven, naar den Britschen minister-president Bald- win. Naar Reuter uit Parijs meldt, zou de Italiaansch-Abessijnsche verzoenings-commis- sie tot het besluit zijn gekomen, dat geen enkele moreele of pecunaire schuld rust op Italië of Abessinë inzake het incident van Wal-Wal en de gebeurtenissen, die daaruit zijn voortgevloeid. ..Laat ons 20 jaar in vrede leven De Abessijnsche ge zant Martin heeft zich in een rede te Londen aldus uitgelaten: Laat ons 20 jaren in vrede leven en verstrek ons een leening, met behulp waarvan wij in het geheele land scholen kunnen oprichten en onze natuurlijke hulpbronnen zullen kunnen ontwikkelen en ik kan U verzekeren, dat de Abessiniërs aan het eind van dat tijdperk zulke groote vorderin gen zullen hebben gemaakt, als men zich zou kunnen wenschen. Intusschen schijnt Mussolini van meening te zijn, dat het op slag dooden van de meesten onzer de beste methode is om ons op te voeden en te beschaven. Indien het werkelijk slechts ging om het vraagstuk der overbevol king van Italië, dat 431 inwoners per km* telt, t^en 500 in Groot-Britannië, 457 in Japan en 360 in Duitschland, zou Abessinië niets hebben tegen vreedzame nederzettingen. In geen geval zal Italië echter Abessinië als kolonie verkrijgen. De gezant wees er voorts op, dat ook reeds Stakman Bossestr. 65 Tel. 514 PERMANENT-WAVE f 2.60 en f 3.50 door Wij beginnen heden met de publicatie van een oorspronkelijken roman, geschreven door een stadgenoot, zich verschuilend achter den naam „Williaris". Eenige jaren geleden, n.I. in 1933, hebben wij van den zelfden schrijver een feuilleton gepubliceerd, dat om zijn lokale kleur het speelde in onze stad en in marinekringen aantrok. Het thans aangevangen verhaal bezit deze zelfde eigenschappen; de reis van de K 18 heeft voor een deel den schrijver geinspi- reed, zooals den lezer al spoedig duidelijk zal worden. Het verhaal is overigens niet „avontuurlijk" in den zin van sensationeel of geheimzinnig; maar juist dit was voor ons mede een reden liet onze lezers tei af wisseling van dergelijke lectuur voor te 'eggen. Hopen wij, dat deze verandering van fipijs tot meerderen eetlust van het geeste lijk voedsel, dat de „Heldersche Courant" regelmatig brengt, zal opwekken. Redactie Held. Courant. aan een Italiaan een kostbare concessie is verleend voor het delven van goud en platina. En toen bezaten nog geen andere personen iets van dien aard. Amerika wil vóór alles den vrede hand haven; op zijn politiek zal door de verleende concessie geen invloed worden uitgeoefend, aldus Huil op een persconferentie. De kwestie van de Abessijnsche concessie is natuurlijk een muis met een buitengewoon lange staart. Want nu reeds knippen wij diverse berichten uit de bladen, die ons doen zien, dat b.v. Duitschland zich niet zóó maar bq de zaak zal neerleggen. „Als de Italiaansche campagne in Oost- Afrika een nieuwe verdeeling der koloniën aan de orde stelt, zal Duitschland om zijn deel vragen." Dit is het officiëeie standpunt in Berlijn, dat duidelijk uiteengezet wordt in een com muniqué van dr. Frick, minister van Binnen- landsche Zaken. Terugkeer van Duitschland naar den Volkenbond is vast verbonden met de koloniale kwestie. Wij willen geenszins Italië's recht betwisten. Wij begrijpen zijn positie, die dezelfde is als de onze. Doch wij hebben een nog grootere bevolking en nog meer recht op expansie. De leugen, dat Duitschland niet tot kolo niaal beheer in staat is, die als voorwendsel in het Verdrag van Versailles werd neerge schreven om onze koloniën te stelen, moet te niet worden gedaan. Ook wij hebben plaats noodig voor ons volk en zullen niet toestaan, dat onze rechten opzij worden geschoven. TECLÉ HAWARIATHE, De vertegenwoordiger van Abessinië bq den Volkenbond, die tevens gezant van zijn land te Parijs is. De strijd tusschen staat en kerk in Duitschland Twee maanden geleden is de Duitsche rijks minister zonder porte feuille dr. Kerri belast met de behartiging van de kerkelijke aangelegen heden, die tevoren onder binnenlandsche zaken (dr. Frick) ressorteerden. Onder de leiding van dr. Frick waren staat en kerken hoe langer hoe meer van elkaar vervreemd. De Evangelische kerk was ten prooi geraakt aan een ernstige verdeeldheid. En met de katholieke kerk is de spanning aanmerkelijk toegenomen, sedert medio Juli Goering zijn manifest tegen het „politieke katholicisme" had uitgevaardigd. Dat zoowel de staat als de kerken gaarne het doode punt, waarop hun betrekkingen zijn vastgeloopen, te boven zouden komen, be hoeft geen betoog. Voortdurende wrijving toch kan voor geen van de betrokken partijen een aanlokkelijk vooruitzicht zijn. Dat de staat den eersten stap heeft gedaan om tot vrede te komen, zal zoowel het katho lieke als het Evangelische kamp waardeeren. Kerrl, die zelf tot de Evangelische kerk be hoort, heeft zoowel met rijksbisschop Mliller als met de leiders van de oppositioneele Be lijdenisbeweging geconfereerd. Over de uit komsten van de conferentie is geen officieel communiqué uitgegeven, maar wel uitgelekt, dat men geen stap dichter bij het beoogde doel is gekomen. Voor een herstel van de een heid der kerk is en blijft de persoon van dr. Müller het groote struikelblok en het staat te bezien, of het Kerrl zal gelukken hem weg te krijgen, zoolang Hitier, die een persoonlijk vriend van dr. Müller is, hem de hand boven het hoofd houdt. Concessie gaat niet door. Standard Vacuum trekt zich terug. Het ministerie van Buitenlandsche Zaken heeft bekend gemaakt, dat de concessie aan de African Development and Exploration Corporation niet zal doorgaan. Huil, de minister van Buitenlandsche Za ken, heeft, volgens een nader Reuterbericht, bekend gemaakt, dat als resultaat van be sprekingen, die hij heeft gehad met ambtena ren van de Standard Vacuum Oil Co., dezen hem hebben medegedeeld, dat zij zich uit de concessie zullen terugtrekken. In een formeele verklaring zeide minister Huil, dat George Walden en Dundas, onder scheidenlijk president-commissaris en vice- president van de Standard Vacuum Oil Co., gisteren hebben bekend gemaakt, dat hun maatschappij eigenares was van een uitge breide olieconcessie, 29 Augustus door den keizer van Ethiopië toegewezen aan de Afri can Development Exploration Corporation, die een dochtermaatschappij is van de Stan dard Vaeuum en het advies zocht van het departement van buitenlandsche zaken over den toestand, door de concessleverleening in het leven geroepen. Den bestuursleden van bovengenoemde maatschappij werd medege deeld, dat de verleening van de concessie de oorzaak van groote ongelegenheid was, niet slechts voor de regeering, doch ook voor an deren, die krachtige, oprechte pogingen in het werk stellen voor het behoud van den vrede, en dat het hoogst wenschelijk was, dat zoo spoedig mogelijk de noodige stappen werden gedaan om de concessie te beëindigen. Later werd den minister van buitenlandsche zaken door bovengenoemde bestuursleden me degedeeld, dat de maatschappij had beslóten, zich uit de concessie terug te trekken. De houding van de Abessjjnsche regeering. Dinsdag, dus voordat zij kon weten, dat de concessie zou worden geannuleerd, heeft de Abessijnsche regeering officieel verklaard, dat zij aan ondernemers en financiers, die eerlijk en zonder bijbedoeling in Abessinië willen werken, daartoe de mogelijkheid wil bieden, onverschillig tot welk land zij behooren. Door het verleenen van concessies wordt de inte griteit van een land niet geschaal. Abessinië is geen partij bij het verdrag van 1906 en heeft dat ook in 1926 ter kennis van den toen- maligen minister van buitenlandsche zaken, Grandl, gebracht. Ook thans heeft de regee ring er op gewezen, dat zij zich nooit het verleenen van concessies laat opdwingen en concessies slechts uit vrijen wil vergeeft. De regeering wijst er verder op, dat ieder, die partij is bij het verdrag van 1906, den plicht heeft, de onafhankelijkheid en integri teit van Abesinië te garandeeren. Incidenten te Addis Abeba? Van Italiaansche zijde wordt medegedeeld, dat een Italiaansch onderdaan, Marciano ge- heeten, in de straten van Addis Abeba is overvallen en geslagen. Dit incident moet zich gisteren hebben afgespeeld. Voorts zijn stee- nen geworpen naar het huis van een tweeden Italiaanschen onderdaan. In verband met deze gebeurtenissen heeft de Italiaansche diplomatieke vertegenwoor diger de Abessijnsche regeering laten weten, dat hij zich van de verantwoordelijkheid ont slagen acht, wanneer van nu af in de straten der stad de Italianen overgaan tot een legi tieme wijze van zelfverdediging. De oorlogskansen van Italië. Omtrent de oorlogskansen van Italië inge val het inderdaad tot den aanval op Abessinië mocht overgaan, heeft dr. Thomas Lambie, een Amerikaan, die gedurende langen tijd de lijfarts is geweest van Haile Selassie en die in Abessinië verblijf heeft gehouden van 1919 tot korten tijd geleden, volgens het A.N.P. o.a. het volgende verklaard Mussolini zal er nooit in slagen Abessinië te veroveren. De Duce kan stroomen troepen zenden naar de lage landen, maar de Abes sijnsche troepen verslaan en het land in een zelfs ook maar gedeeltelijke onderwerping brengen, dat zal hem nooit lukken, gezien het feit, dat het geheele land bij wijze van spreken met prikkeldraad bezaaid is en iedere heuvel een fortificatie vormt. De Abessijnsche hoog landers, die hartstochtelijke krijgslieden zijn, die geenszins voldoende inzicht hebben in de beteekenis der gebeurtenisen, zullen nooit hun wapenen neerleggen. Zoolang er nog een berg- oord is, waar zij zich kunnen terugtrekken, zullen zij de guerilla blijven voeren. De keizer wil den vrede, aldus ging dr. Thomas Lambie met zijn verklaringen voort. Hij is een verstandig man. Hij heeft de con cessies aan de Engelsch-Amerikaansche maat schappij niet alleen verleend om Amerika en Engeland er toe te brengen pressie uit te oefenen op Mussolini, maar ook om de wereld te bewijzen, dat hij tracht het land open te leggen voor den handel. Drie reusachtige valleien, bijna zoo diep als de Grand Canon, zullen de legioenen van Mussolini in hun opmarsch naar het Noorden des lands tegenhouden. Hierheen zullen de Abessijnsche troepen zonder eenigen twijfel na eenige schermutselingen terugtrekken. De Italianen zullen hun artillerie zelfs niet over de eerste dezer kloven heen kunnen brengen en wanneer de Abessiniërs naar de bergen terugtrekken, zal Mussolini ze zelfs niet met vier millioen man kunnen overweldigen. Verder gaande met zijn uiteenzettingen zeide Lambie nog, dat naar zijn meening de oorlog ongetwijfeld zeer wreed zou worden. De Italianen, aldus verklaarde hij, zullen mis schien krijgsgevangenen kunnen maken. De Abessijnen zullen dat niet kunnen, daarvoor hebben zij niet genoeg levensmiddelen. De Keizer zal geen bevelen geven tot het af maken van vijanden, maar wanneer zijn troe pen eenmaal de guerrilla geopend hebben, zullen zij eenvoudig in de onmogelijkheid ver- keeren krijgsgevangenen te maken. De even- tueele gewonden zullen onduldbaar lijden. Er zal slechts één Abessijnsche Roode Kruis- eenheid zijn voor ongeveer een millioen man, zonder rekening te houden met mogelijke ge vangenen. Het Roode Kruis zal met enorme moeilijkheden te kampen hebben en er zullen maar weinig Amèrikaansche en Engelsche doctoren aanwezig zijn. Wij hebben een aantal jeugdige Abessijnsche inboorlingen opgeleid voor hospitaalwerk, maar verpleegsters zijn er niet. Wij verwachten alle zendingen medi camenten uit Engeland te zullen ontvangen. KONIJN's AUTOMATIC HEDEN NASSI-GORENG dag en nacht Dr. Thomas Lambie verklaarde tenslotte nog, dat hjj Woensdag a.s. van New-York naar Abessinië vertrekt, teneinde aldaar het Abessijnsche Roode Kruis te organiseeren. EEN BRUTAAL VERZOEK VAN ITALIË. Naar Reuter uit Addis Abeba verneemt, heeft het Italiaansche gezantschap aan de Abbessijnsche regeering verzocht om 200 in- landsche Italiaansche soldaten naar de hoofd stad te mogen zenden om de Italiaansche legatie aldaar te bewaken. t Reuter meldt uit Washington: Nye, de voorzitter van de commissie tot onderzoek naar den wapenhandel, deelde aan de pers mede, dat hq den Senaat en Huil heeft gewaarschuwd, dat men geen pas mocht verstrekken aan den vliegtuigconstructeur Fokker. Nye heeft Cummings, den attorney-general, verzocht bericht te geven, indien Fokker de Vereenigde Staten zal trachten te verlaten over de grens van Mexico of Canada. Fokker blijft onvindbaar, terwijl de com missie hem wil hooren over „zekere trans acties bij verkoopen van vliegtuigen. In politieke kringen is ernstige ongerust heid gewekt door de nota's, die de Japansche consul-generaal te Tientsin heeft doen toeko men aan den gouverneur van de provincie Hopei en aan den burgemeester van Tientsin. In deze nota's wordt gezegd, dat de terro ristische vereenigingen en de geheime orga nisatie nog altijd bestaan. Den Chineeschen autoriteiten wordt er een verwijt van ge maakt, dat zij deze organisaties en vereeni gingen niet hebben onderdrukt, zooals zij be loofd hebben. Geëischt wordt, dat thans zon der verwijl energieke maatregelen worden ge nomen. De ongerustheid in Chineesche kringen vloeit voort uit het feit, dat men zich her innert, dat vroeger dergelijke nota's de inci denten in Hopei ten gevolge hebben gehad. Intusschen ontkennen de Chineesche auto riteiten, dat de geheime vereenigingen en or ganisaties nog bestaan. Toename van de huwelijken, In het derde kwartaal van 1934 is het aan tal huwelijken in Duitschland opnieuw aan zienlijk toegenomen en in vergelijking met het tweede halfjaar 1933 zijn het tweede half jaar 1934 11.500 of 6 pet. meer huwelijken gesloten. Vooral nam het aantal geboorten in het tweede halfjaar aanzienlijk toe. In het eerste halfjaar was het aantal levendgebore nen 44.400 of 25.6 procent grooter geweest dan het eerste halfjaar 1933, terwijl in het tweede halfjaar 1934 in de steden 64.300 of 37.7 procent meer kinderen werden geboren dan in de overeenkomstige periode van het vorige jaar. Deze sterke toeneming van het aantal geboorten in 1934 had tot gevolg dat het inwonertal der groote steden dit jaar voor het eerst weer gestegen is, hoewel aan den anderen kant een aanzienlijk verlies moet worden totegeschreven aan vertrek naar el ders. Het aantal inwoners van 52 groote ste den Is gestegen van 19.810.300 tot 19.836.300. Toename van het bierverbruik. In het brouwjaar 1934'35 is de uitvoer van bier verder gedaald, n.1. van 216.000 tot 169.000 H.L. De invoer bedroeg 36.000 H.L. of ongeveer evenweel als in het vorige jaar. Het Duitsche bierverbruik steeg sedert het vorige jaar van 33.92 tot 36.65 millioen H.L. of met 7.9 pet. Per hoofd der bevolking werd in 1934'35 55.7 liter bier verbruikt tegen 52 liter in het vorige jaar. Het verbruik van brandewijn steeg eveneens en wel met 66.223 Als 't gure weer U koud en rillerig doel Ihuis komen en voor 'n zware verkoudheid, zelfs voor een griep aanval doel vreezen, neem dan voor 'l naar bed gaan een "AKKERTJE" Ge voorkomt dan veel narigheid en slaal morgen gezond en prettig opl Nedertandsch Ongeëvenaard bij gevalle kou k Product Griep, rheumaiische pijnen. Zenuwpijnen, Hoofdpijn, enz. Per 12 st. 52 cl. 2fakdoosje20ct.| Volgens recept van Apotheker Dumont AKKER-CACHETS Vraagl ooki „Laxeer-Akkertjes", de nieuwe vinding van Apotheker Dumont tegen ver stopping, hardlijvigheid, enz.Werken zacht, tot 603.684 H.L. De bierbelasting heeft het rijk in 193435 268.1 millioen mark opge bracht tegen 242.8 millioen mark in het vorige jaar of 4.08 (3.72) mark per hoofd der bevolking. Toename van de staatsschuld. De schuld van het Rijk is van Juni 1934 tot Juni 1935 toegenomen met 1537% mil lioen mark. Per maand bedraagt de toene ming ca. 128 millioen mark. Voor de deelneming b(j het over lijden van Koningin Astrid. De consul-generaal van België in Neder land betuigt zijn oprechten dank aan allen, die van hun deelneming hebben doen blijken ter gelegenheid van het droeve overlijden van Koningin Astrid. ASTRID'S OUDERS BLIJVEN IN BELGIË, Naar verluidt zijn de ouders van wijlen Koningin Astrid, Prins Karei en Prinses Inge borg van Zweden, voornemens zich metter woon in België te vestigen, teneinde zich te belasten met het toezicht op de opvoeding der koningskinderen. s Ae leve*** vellen9 9°e Hsndthond. „Emka" Apeldoorn HOOFDSTUK I. Het was een druilerige morgen. Na een paar stormachtige dagen was de wind gaan liggen en was het stil geworden. Een gladde, grijze lucht strekte zich uit boven de zee en boven Nieuwediep. De zee lag stil en verlaten; geen zeil van een botter, geen vlet zelfs vertoonde zich. Aan de andere zijde van het Marsdiep lag het eiland Texel. Het duinlandschap bood een troosteloozen aanblik in den druilerigen, nat ten morgen en het was als treurde het om zjjn verlatenheid. De boeien die het vaarwater aanduidden, gingen langzaam op en neer op de trage deining die zich lui voortbewoog tot aan de kust, waar geweldige bazaltblokken het verder voortgaan beletten. Geheimzinnig murmelend kroop het water op langs de steenen, om zich daarna weer terug te trekken ln zijn zanderig bed. De zee zuchtte, als was ze nog vermoeid van haar spel met den stormwind, die haar had gestriemd en opgezwiept totdat de golven tegen den zwaren zeedijk hoog °PlieP™. daar met donderend geraas uiteen te spatten en terug te vallen naar beneden, om vandaar weer te worden opgestuwd en weer terug te vallen, telkens en telkens weer. Doch eindelijk was de storm ""geraasd, was de zee tot rust gekomen en kabbe'e"d' klotsend en lekkend langs de met glibber'^ groen begroeide steenen van den dijkwand en van de uitloopers. murmelde zij voort, zacht neuriënd haar deinend lied. Op het havenhoofd, op het uiterste p van de pier, die zich enkele tientallen meters in zee uitstrekt, stond een eenzaam wande laar. De regen droop van zijn hoed op jas en van zijn jas op den grond, doch hij scheen er niets van te bemerken. Hij tuurde over de verre, wijde vlakte tot aan den horizon, maar zijn blik ontmoette niets wat hem eenige belangstelling inboe zemde. Een paar meeuwen vlogen op korten af stand hem voorbij. Plotseling lieten zij zich in het water val len en begonnen luid krijschend te vechten om een stuk aas dat ze gelijktijdig ontdekt hadden. Met afwezigen blik sloeg de wandelaar hen gade, tot een andere grootere meeuw de vechtenden verjoeg en zelf het lekkere hapje naar binnen werkte. Met een schreeuw van overwinning steeg de meeuw weer op uit het water en een boog beschrijvend om de plek waar de wandelaar stond, verdween het dier ln de richting van het eiland Texel. De man keek den vogel na tot hij hem niet meer kon zien en staarde toen weer mis troostig voor zich uit. Een snuivend geluid trof zijn oor en nu werd zijn aandacht getrokken door een school bruinvisschen, die in ongeregelde rijen, naast en achter elkaar zwommen, telkens hun gladde ruggen vertoonend. Zij waren op zoek naar voedsel en het geleek inderdaad wel een troep varkens die, in een weide losgelaten waren en alles oppikten wat van hun gading was. Maar ook de bruinvisschen verdwenen uit het gezicht en de wandelaar voelde zich teleurgesteld. Verdrietig keek hij rond om iets te ontdekken dat hem kon interesseeren; maar aan zijn oog vertoonde zich niets dan i) Een school bruinvisschen wordt door. de zeelieden wel „de boer met zijn varkens" ge noemd. een troostelooze leegte, een treurige verlaten heid die hem terneerdrukte en ontmoedigde. Even huiverde hij; toen, zich van de zee af wendend keerde hij om en voorzichtig zijn weg zoekend over de gladde keien van de natte pier, ging hij met gebogen hoofd huis waarts. Was dat nu weer voor een Zondagmorgen? Maar de regen bleef gestadig doorsijpelen. Mijnheer Vonk zat voor het raam in de voorkamer. Gemelijk keek hij in de krant en dan weer naar buiten. Nu en dan mopperde hij wat op het weer en op den regen die maar gelijkmatig bleef doordruppelen. „Wat is dat nu voor weer", mopperde hij geërgerd. „We hebben een mooien zomer gehad, dat geef ik toe; maar nauwelijks is de herfst begonnen of het begint te stormen alsof alles tegen den grond moet en nu is dan eindelijk de storm voorbij en krijgen we zulk slecht, miserabel weer er voor in de plaats. En dat nog voor den Zondag, bah!" „Ja man," zei zijn vrouw troostend, „we hebben het goede genoten, maar nu komt de slechte tqd weer aan. Alles op zijn tfld, niet waar?" „Och, jullie ook altijd," gromde mijnheer. ,,U hebt gelijk moeder," viel Jo, die voor het raam stond haar bij. „Wij moeten alles aannemen zooals het komt, en het is maar goed dat niemand daar iets aan kan verande ren. De natuur is haar eigen baas. Wij heb ben een prachtigen zomer gehad en er volop van genoten; nu komt de winter met koude en ongemak en ook dat moeten we aannemen. Wij mogen niet klagen als het niet altijd precies naar onzen zin Is, vader!" „Och, jullie altijd met je gezeur," gromde hq weer. „Jullie weten altijd alles goed te praten. Als er iemand een been of een arm wordt afgereden zeggen jullie: Gelukkig nog goed afgeloopen, 't had zijn hoofd wel kunnen zqn. Maar wat heb ik aan die kletspraatjes?" Jo lachte en zei: „Juist vader, wij moeten altijd trachten de lichtzijde te ontdekken. Ook achter de wolken schijnt de zon. Er is al narigheid genoeg in de wereld. Wees dus alsublieft niet zoo somber. Kijk, daar zie ik al een licht plekje! Straks wordt de lucht wel weer helder." Mijnheer mompelde iets onverstaanbaars en verschool zich achter zijn krant. De heer Vonk bewoonde met zijn gezin een vrij groot huis aan de Kanaalstraat. Aan de straat lag een voorkamer, die mijn heer steeds aanduidde met den naam van salon". Daarachter kwamen dan de woonkamer en de eetkamer met de keuken. Door de keuken kwam men in een aardig bloementuintje dat door een schutting was afgescheiden van de Zeestraat. Een deur in die schutting gaf den bewoners gelegenheid om aan de achterzijde het huis te verlaten. Onmiddellqk naast de smalle Zeestraat ver hief zich de geweldige zeedijk die met zijn massieve zwaarte de stad en het achterland beschermde en het soms erg onstuimige water tegenhield. Boven, aan de straat lagen een paar slaap kamers, waaronder ook die van het echtpaar Vonk, terwijl Jo haar kamer aan de achter zijde had. Zij had deze gezellig ingericht naar haar eigen smaak en behoefte en zq vertoefde er gaarne. Vanuit het groote raam kon zij in den bloementuin kijken en had ze ook een wijd uitzicht over zee. Zij vond het altijd wéér een genot om op haar kamer te zjjn en naar het watervlak te staren dat soms spiegelglad kon zijn, dan weer rimpelig van kleine golf jes, maar dat ook wel eens woest onstuimig was, maar nooit eender. Dikwijls lag ze op de divan een mooi boek te lezen of ging ze aan haar bureautje zitten werken. Jo was onderwijzeres en studeerde voor de hoofdacte. Alhoewel geen schoonheid van den eersten rang, was zq toch knap te noemen. Zij had een goed geproportioneerd lichaam en was van middelmatige lengte. Maar het was vooral haar gezicht dat de aandacht trok. Dit was zuiver ovaal en de donkerblonde haardos die het omlijstte deed haar frissche teint des te beter uitkomen. Ze had zachte, bruine oogen waarin veelal een peinzende uitdrukking lag. maar die ook dikwijls stug konden kqken, zoodat sommigen van haar kennissen haar een trotsch nest vonden. Anderen, die haar beter kenden, wisten welk een schat van liefde zij verborg in haar ruime hart. Haar vader was de eige naar van het kleedingmagazijn dat vlak naast hun huis stond. Hij was een klein, hoogmoedig mannetje die zich heel wat verbeeldde omdat hij zich zelf zoo had weten op te werken. Voor de bedienden die in zijn magazijn werkten was hij een streng meester en de kleinste fout of het geringste verzuim won den hem erg op. Voor de menschen die bij hem hun inkoopen wilden doen, was hij een en al beleefdheid en door veel strijkages en vleierq wist hij hen dan tot koopen over te halen. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 1