Het Menu T JUTTERTJE ZATERDAG 14 SEPTEMBER 1935 PAG. 3 Waarom gaapt men? Aankweeken van zin van netheid vanaf de kinderjaren. Van jo..gs af wordt den kinderen reeds ingeprent, dat zij niet mogen gapen en in dien dit niet voorkomen kan worden dan: „de hand voor den mond". Geeuwt men, dan wordt bij velen de in druk gewekt, dat men zich verveelt, ver der is het een onaangenaam iets, dat: zien geeuwen doet geeuwen. Het is zelfs zoo sterk, dat overgevoelige menschen reeds beginnen te geeuwen bij het simpele lezen van het woord! Toch vragen wij of het inderdaad wel een bewijs van verveling of moeheid is, in dien men geeuwt en het antwoord hierop kan ontkennend zijn. Wanneer men geeuwt ventileert men de longen als het ware door het diepe adem halen en ademt frissche zuurstof bevat tende lucht m; waardoor een gevoel van moeheid kan verdwijnen. Veelal geeuwt men als men honger heeft (geeuwhon ger) en het lichaam nieuwe aanvoer van voedsel vraagt om de voortdurend werken de machine aan den gang te houden. De leege maag duidt zijn behoefte aan voed sel aan door geeuwen. Men ziet er zjjn genoeg verontschuldi gingen voor geeuwen aan te voeren, voor al indien het iemand plotseling overvalt en men behoeft er geen minder hoffelijke be doeling aan vast te knoopen. Natuurlijk zal ieder beschaafd mensch het in gezel schap zooveel mogelijk trachten te voorko men en is dit niet mogelijk het zooveel mo gelijk beperken en zoo min mogelijk in het oog doen vallen. NICOTINE IN BE MOEDERMELK. Er zijn in ons land al ingrijpende maat regelen genomen om den strijd tegen ont aarding van kerngezonde menschen met al le middelen door te zetten. Ook wij vrou wen, of liever juist voor alles, wij vrouwen, die van nature den eersten en den meest be- slissenden invloed op het kind uitoefenen zoowel voor als na de geboorte, moeten hierbij onzen plicht doen. Alcohol en nico tine zijn voor een aanstaande of voedende moeder streng verboden. Vooral ook nicotine is bijzonder schade lijk voor vrouwen. Ze schaadt nog niet zoo zeer de moeder dan wel het wordende kind en de zuigeling. Reeds na het rooken van enkele sigaretten zijn in de moedermelk van een zoogende vrouw sporen van nicotine te vinden. Een zeer onverantwoordelijke moeder had eenmaal zelfs 10 sigaretten op één dag ge rookt en moest .ater ondervinden, dat haar zuigeling daardoor een maagkramp en voedingestoornissen kreeg. In andere gevallen liep de hoeveelheid melk aanmerkelijk terug of wel kwam het ongeboren kind niet volkomen tot ontwik keling. Meermalen wordt gedachteloos tot rooken overgegaan, doch een waarschuwend woord is hier zeker niet misplaatst, gericht tot alle jonge en a.s. moeders. Het belang van het jonge leven moet voor oogen worden gehouden en de noodzakelijkheid om het rooken en gebruiken van alcshol na te laten, is nu eenmaal gebiedend, waar zóó veel op het spel staat. TWAALF GEBODEN VOOR DE HUISVROUW. L Deel uw tijd goed in. 2. Werk flink, dooh niet overhaast. 3. Vermijd onnoodig werk. 4. Maak gebruik van de practlsche hulp middelen, die de moderne techniek voor de huishouding biedt. 5. Erger u niet aan kleinigheden, erger nis maakt vroeg oud. 6. Vergeet uzelf niet, doch weet u te be- heerschen. Wie zich laat gaan, heeft in oogenblikken van rustige overpeinzing berouw. 7. Neemt iederen dag een rustuur voor u zelf, waardoor nieuwe krachten ver zameld worden. 8. V/il niet alles zelf doen, omdat ge denkt dat het dan beter gedaan wordt. Geef werk uit handen en leer het zoo noodig uw hnisgenooten of ondergeschikten doen, zooals gij het verlangt. 9. Zie alles van te goede zijde en weet met een vriendelijk gezicht moeilijk heden te overwinnen. 10. Werk nooit zoolang, totdat gij voelt, dat gij niet meer kunt. Op u rusten groote plichten, daarom moet gij uwe gezondheid in acht nemen. 11. Vergeet b(j al uwe huishoudelijke be zigheden uw kinderen niet, doch weet steeds tjjd te vinden om met hen bezig te zijn. Het werk komt niet in de aller eerste plaats. 12. Zorg, dat alles ordelijk verloopt en wanneer de heer des huizes van zijn dagtaak thuis komt, laten alle sporen van werk dan verdwenen zijn, en val hem niet lastig met onnoouige klach ten en kleinigheden. Hij heeft 'reent op een rustige thuiskomst en avond. van deze week. Zondag. Kerry soep Kip Gemengde sla Aardappelen Perzikenpudding Maandag. Kip met gepocheerde eieren Spinazie Aardappel schoteltje Compóte Dinsdag. Runderrollade Prinsesseboonen Aardappelen Citroenpudding Woensdag. Kalfshersens met spaghetti Sla met eieren Gebakken aardappelen Donderdag. Koud vleeseh Stoofsia Aardappelen Warme rijst met bessensapsaus Vrijdag. Schelvisch Worteltjes Aardappelen Botersaus Beschuit met kaas (Kleine cakejes) Zaterdag. Vischsla Ommelet met kaas Postelein Aardappelen Perziken pudding. 1 half kopje koud water, 1 kopje kokend water, 2 eetlepels citroensap, 100 gram suiker, tikje zout, 1 blik perziken, wit van 3 eieren, lange biscuits of reepjes cake, 1 dl. room, 1 eetlepel poedergelatine, 1 blik perziken. De perziken worden in kleine stukjes gesneden met de suiker en de citroensap een half uur weggezet, terwijl de poeder gelatine geweekt wordt in koud water; daarna lossen wij deze op in een kopje kokend water als dit wat afgekoeld is, wordt het door de perziken gemengd. Als de massa dik begint te worden, worden de eiwitten met 'n tikje zout zéér st|jf ge klopt en doen wjj ze b(j de vruchten massa. We voeren een rechten "udding vorm met lange biscuits (Bonne mère) of met reep jes cake en gieten hierin de pudding, laten het geheel volkomen koud en stijf worden, storten den pudding en garneeren den bovenkant met geslagen room. De toespijs kan ook in plaats van in een gevoerden vorm in platte glazen worden geserveerd met een laagje slagroom er op en bestrooid met gehakte noten. Kip met gepocheerde eieren. 300 gr. resten van kip, 40 gr. boter, 30 gr. bloem, V2 L. bouillon, zout, peper, citroen sap, 1 eierendooier, gepocheerde eieren, 2 bouillonblokjes. De vleeschresten worden aan kleine stukjes gesneden, de bouillonblokjes in V2 L. water opgelost en zoo mogelijk getrok ken met beentjes van de kip. De bouillon wordt gezeefd, boter gesmolten en ver mengd met de bloem, daarna met kleine hoeveelheden de bouillon toevoegen en de saus zachtjes laten doorkoken met de stukjes vleeseh (10 minuten) daarna pan van het vuur nemen en den geklopten eier dooier en de citroensap toevoegen, over gieten in een dekschaal en er rijst en ge pocheerde eieren bij presenteeren. Voor de gepocheerde eieren wordt water in een pannetje gedaan met een klein scheutje azijn en wat zout, daarna worden de eieren boven het water opengemaakt, nadat ze op den rand van de pan zijn stuk geslagen. Met een lepel wordt het wit, zoo dra het begint te stollen over het dooier geslagen en daarna laten wij de eieren nog drie minuten in het kokende water, nemen ze met een schuimspaan uit de pan en brengen ze over op de schaal. Citroenpudding. y2 L. water, 15 gr. poedergelatine (één pakje) 2 eieren, 200 gr. suiker, (eenige klontjes), sap van drie citroenen. Het water wordt aan de kook gebracht met de suiker. De citroenen gewasschen, gedroogd en met de suikerklontjes wordt luchtig over de schil gewreven, waardoor het aroma in de suiker komt, die eveneens bij het heete water wordt gevoegd, waarna de pan van het vuur wordt genomen. De eieren worden zéér schuimig geklopt, waarna de vloeistof er voorzichtig en roerende bijgevoegd wordt en het geheel af moet koelen. Af en toe roeren en als de massa drille- rig wordt, overbrengen in een met koud i water omspoelden vorm en stijf laten worden. Presenteeren met droge biscuits. Kleine cakes. 3 eieren, tikje zout, gewicht van twee eieren aan zelfrijzend bakmeel en basterd suiker, kleine papieren vormpjes, gecon- fijte kersjes. Bloem en zout worden gezeefd en in een kom gedaan. De dooiers der drie eieren worden met de suiker schuimig geklopt en bij kleine hoeveelheden vermengd met de bloem. Het wit wordt met een tikje zout zéér stijf geklopt, zóó stijf, dat men het gemakkelijk kan snijden en door het overige beslag geschept, liefst met een metalen lepel. We mogen dit niet klop pende doen, omdat het geheel dan niet luchtig wordt. Het beslag wordt nu in de papieren vor men gedaan, die iets meer dan half gevuld worden en op een bakblik in den oven geplaatst (plm. 15 20 minuten). Gar neeren met geconfijte kersjes of reepjes sucade voor de vormpjes in den oven gaan. DRUIVEN EN DRUTVENKUREN. Druivenkuren worden door de medici voor verschillende ziektebeelden voorge schreven en vooral ook ter bevordering van de slanke lijn. Zij hebben tevens een heilzame werking bij rheumatiek, ischias en verschillende aandoeningen van de inwendige organen, doch ook voor gezonde menschen zijn druiven in hooge mate aan te bevelen, daar zij het bloed reinigen en tevens de verschillende inwendige organen. Zooals zulks b|j al're dieetkuren ge- wenscht is, moet men den juisten midden weg volgen en de voorschriften van den geneesheer strikt volgen, aangezien deze alleen beoordeelen kan hoever hij kan gaan in verband met de constitutie van zijn patiënt. In ieder geval moet men t|)dens iedere kuur zeer rustig en regelmatig leven, zich niet inspannen met welken arbeid, ook geen alcohol gebruiken, matig wandelen en vroeg naar bed gaan. Zieken moeten de druiven eten ontdaan van pitten en schil, gezonde menschen weten zelf hoever zij hiermede gaan, doch de pitten moeten zeker verwijderd worden. Druivensap is een buitengewoon gezonde drank. Verkeerd is de meening, dat een druiven- kuur geljjk staa met een hongerkuur. want zij bevatten nagenoeg alle belang rijke voedingsstoffen. Het organisme, dat gewend is aan een geheel andere voeding zal zich eerst eenige dagen moeten ge wennen aan het dieet. Het is noodig de kuur langzaam te beginnen en ook niet ineens af te breken. In den regel duurt kuur drie weken en begint met 500 gram per dag verdeeld over de maaltijden en wordt geleidelijk opgevoerd tot twee k drie pond om daarna weer te verminderen tot een half pond per dag in de laatste week. Indien het hongergevoel te groot wordt kan men enkele droge volkoren beschuiten eten. Bij vermageringskuren wordt behalve zacht gekookte eieren ook bruin brood toegestaan, terzij de arts nog andere din gen toestaat of als ongeschikt afwijst, zulks is altijd geheel en al persoonlijk en hangt af van min of meer strenge der kuur. „Ik blijf maar aan 't ontvangen van brieven. Hoe kan ik die stoppen?" „Kent u de afzenders?" „O jawel, dat zjjn die menschen van dat huurkoop-systeem voor meubels". Moe van het spelen en dollen gedurende den ganschen langen dag, zijn kinderen vaak te moe om nog 'vóór het naar bed gaan hun speelgoed op te bergen. Dringt moeder er toch op aan, dan geeft het niets dan moeilijkheden en gekibbel tusschen de kinderen onderling en de eenvoudigste weg wordt gevolgd, doch niet de meest ver standige. De kinderen worden naar bed gebracht en moeder ruimt alles zelf op, waardoor zij echter in haar paedogigischen plicht te kort schiet. De fout ligt niet bij de kinderen, doch bij de moeder, omdat zij de kinderen te laat naar bed laat gaan en nimmer ge wend heeft aan opruimen. Is het kind gewend aan reglmatig vroeg naar bed gaan, dan spelen de enkele mi nuten, welke noodig zijn voor het opruimen geen rol van beteekenis. Het wordt als iets beschouwd, dat bij het naar bed gaan behoort en reeds kleine kinderen moeten spelenderwijze dezen kleinen plicht als noodzakelijke beschouwen. Moeder vertelt hen dat de poppen en dieren moe zijn en nu ook moeten rusten, terwijl de kleintjes ook blokken In de doozen ber gen en prentenboeken op de plank in de kast. Het aankweeken van het gevoel voor orde en netheid moet zich ook verder uit strekken en alles wat op school betrekking heeft, moet evenals de klee- ren goed verzorgd worden. Kleine meisjes kunnen al vroeg leeren een ontbrekende knoop aan te zetten en zullen zich echt groot gevoelen, aia moe der hen dit zelf laat deen. Kinderen doen graag werk, waar zij verantwoordelijk voor worden gesteld, omdat zij leergierig zijn. Hebben wjj het kind zoover weten te brengen, dat het inderdaad zin voor orde en netheid heeft, dan zal hij daar in zjjn latere leven het gemak van ondervinden. Jammer genoeg maken vele ouders het zich wel eens te gemakkelijk en zijn zelf de schifld als de kinderen onordelijk zijn. De jongste bediende had 'n proef ver loren en zocht zich met leugens eruit te redden. De patroon werd njjdig: „Weet jij, jongetje, wat we hjer doen met jongens, die liegen?" „Ja, meneer," zei de jongen dadelijk, „als ze oud genoeg zijn, zendt de firma ze Uit als reizigers voor de zaak!"

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 15