De Italiaansehe opmarsch in Abessinië begonnen. De maatregelen van den Volkenbond in liet geschil Abessynië-ltalië. Nog geen gewapend treffen. De spanning in Abessinië. De Absesiniërs bieden nog geen tegenstand. De groote fascistische mobilisatie. TWEEDE BLADHELDERSCHE COURANT VAN DONDERDAG 3 OCTOBER 1935 Bij schermutselingen zijn reeds dooden gevallen. Hedenochtend in Abessinië het mobilisatie-bevel afgekondigd. Heden 11 uur algemeene mobilisatie in Abessinië? Mussolini spreekt het volk van Rome toe Gewapende mannen in massa naar de grenzen. Wat spionnen gezien hebben Mr. COLLINS, Italiaansche troepen hebben de grens tusschen Erithrea en Abessinië over schreden en zyn in het Danakil-gebied doorgedrongen. Ethiopische verkenners melden, dat de Italianen een basis vor men 25 mijl binnen Abessinisch grond gebied by den berg Moessali, gelegen in den hoek tusschen Erithrea en Fransch Somaliland. Op bevel van den keizer wordt de Ethiopische krijgsmacht teruggetrokken; tot een gewapende ontmoeting van eeni- jen omvang is het tot dusver niet geko men. Wel hebben zich schermutselingen voorgedaan, uaarby dooden zyn gevallen. De Abessiniërs zijn voornemens geen tegenstand te bieden voordat de vijande lijke troepen in het lage woestijngebied zijn doorgedrongen. Men vermoedt, dat de Italianen met een groote troepenmacht uit Assab zullen oprukken in de richtin gen Magdala en Dïredaoea. t Keizer van Abessinië. Hedenochtend zal de N egus op plech tige wijze, het mobilisatie-bevel afkondi gen. In een nota ~ai, den Volkenbond heeft hij mededeeling gedaan van den Itaiiaanschen inval. Te Rome worden de berichten omtrent het overschrijden der grens niet langer tegengesproken, doch evenmin bevestigd. Gistermiddag is de aangekondigde mo bilisatie van de Italiaansche burgerij ge schied, waarvoor het sein werd gegeven Koor sirenes en klokgelui. Na het eerste (•ogenblik van beklemming was er op de straten een feestelyke drukte van de honderdduizenden die zich naar de plaat sen van samenkomst begaven. Van het balcon van het Palazzo Venezia op het Piazza Venezia hield Mus- solini een toespraak tot de duizenden die zich op he< plein verzameld hadden. In zijn toespraak gewaagde hij van de zwarte onrechtvaardlgdheid jegens het Italiaan- sche volk en ictoogdc hij o.a, dat Italië 45 jaar lang geduld had geoefend met Ethiopië maar dat het nu genoeg was. Tegen economische sancties zal Italië zich met ijzeren discipline en door het brengen van offers verzetten. Op mili taire sancties zal het antwoorden met I militaire daden. Op daden van oorlog zul len wy, aldus de Duce, met daden van oorlog antwoorden. Een nota van den keizer aan den Volkenbond. De Keizer heeft aan den Volkenbond een nota gezonden, welke als volgt luidt: j „Wp deelen U mede, hopende, dat Gij het j onder de aandacht wilt brengen van den 1 Raad en aan de staten, die leden zijn van den Bond, dat Italiaansche troepen de Ethiopische grens in de Aoussa-streek hebben overschreden ten zuiden van den berg Moessali, tusschen genoemden berg en de Ethiopische grens en zich op Ethio- pisch grondgebied hebben genesteld. Zy zijn bezig daar een aanvalsbasis van grooten omvang en macht in te richten". I>e Negus vraagt om waarnemers. In zijn nota brengt de Negus o.a. nog het volgende ter kennis van den Volkenbonds raad: De Italiaansche troepen hebben de Abessinische grens overschreden in de streek ten Zuiden van den berg Moesali, in de pro vincie Aoessa, tusschen dezen berg en de grens tusschen Abessinië en Fransch Somali- land. De Italiaansche troepen hebben zich ge vestigd op Abessinisch gebied en bereiden daar een overval-basis op groote schaal voor. De omstandigheid, dat deze streek dicht bg de zee ligt en gemakkelijk door Fransch Somaliland te bereiken is, maakt het volgens den Negus aan den Volkenbondsraad gemak kelijk om tijdig waarnemers te zenden, hetzij bevestiging van deze schending van het Abes sinische grondgebied te verkrijgen door de regeering van Fransch Somaliland. i De Commissie van Dertien zal hedenmiddag bgeenkomen om haar rapport uit te werken; gezien echter de buitengewone belangrijkheid van de gebeurtenissen van gisteren is het waarschijnlijk, dat zij genoodzaakt zal zijn de geheele quaestie op een meer rechtstreeksche wijze te bezien en het is niet onmogelijk, dat zij niet als Commissie, doch als Raad zal ver gaderen op verzoek van een van de leden. In elk geval is men er van overtuigd, dat het conflict in een zeer acuut stadium is ge komen. TROEPENBEWEGING DOOR ROME ERKEND. Echter nog geen campagne in Oost-Afrika begonnen. Werden gisterenmorgen de in het buiten land loopende geruchten, volgens welke Ita liaansche troepen Abessinië zouden zijn bin nengedrongen, nog officieel tegengesproken, in den avond werd die tegenspraak in dezen algemeenen zin niet meer gehandhaafd. Wel werd van bevoegde zijde verklaard, dat van het begin eener eigenlijke campagne in Oost- Afrika geen sprake is en het gerucht, dat de oorlog tusschen Italië en Ethiopië reeds was verklaard, werd absoluut niet bevestigd. In goed ingelichte kringen te Rome achtte men dit uiterst onwaarschijnlijk. Ook het gerucht, dat Adoea door Italiaan sche troepen was bezet, werd formeel en offi cieel tegengesproken. Men zeide in bevoegde kringen daarvan geenerlei bevestiging te hebben ontvangen en er uiterst sceptisch tegenover te staan. Men heeft hier, naar Romeinsch oordeel, slechts te doen met troepenbewegingen in het grensgebied, waar de grenzen overigens nooit zijn vastgesteld. De Italiaansche troepen heb ben in deze streken eenvoudig hun defensieve stellingen verbeterd. ADDIS ABEBA LOOPT LEEG. In verband met het groote jaarlijksche religieuze feest van St. Marie heeft de Keizer- iyke familie Dinsdag en gisteren gevast. Bij het aanbreken van den dag begaf zich de Keizerlgke famile naar Entotto, waar veel kluizenaars wonen, vergezeld door duizenden pelgrims en loopend op de maat, aangegeven door oorlogstrommen, wapengekletter en het gezang van religieuze liederen. De bisschop van Addis Abeba bad voor het welzijn van Ethiopië. Hoewel de mobilisatie officieel nog niet is afgekondigd, stroomt het volk meer dan vroeger te zamen, om zich op te geven voor den krijgsdienst. Het vertrek van troepen uit de hoofdstad wordt steeds meer verhaast en de stad loopt leeg. Vrijwel alle ambtenaren zijn thans onder de wapenen. Een groot aantal ingezetenen van de hoofdstad heeft zich begeven naar de provincies van hun her komst, waar zij zich aanmelden bij de recru- teeringsbureaux. Talrijke andere bewoners van Addis Abeba hebben de stad verlaten, uit vrees voor een bombardement. In dat geval voorziet men de sluiting van de hotels, zoodat ook de buiten- landsehe journalisten zich gedwongen zouden zien naar een andere huisvesting om te zien. Men is begonnen buiten de stad een hotel voor hen in te richten, dat voorzien is van bomvrije onderaardsche schuilplaatsen. De Italiaansche legatie heeft het archief naar het station van den spoorweg gezonden en de overige documenten worden in den tuin verbrand. Uit Addis Abeba zijn 1000 man Abessinische troepen onder bevel van een Zwitsersch offi cier vertrokken ter bescherming van de spoor wegbrug bij Adauche. De troepen voeren vliegtuig-afweergeschut met zich mee. De kroonprins, die de Ethiopische troepen te Dessie commandeert, neemt alle maat regelen, welke noodig zijn om de Italiaansche soldaten, die Ethiopië zouden zijn binnen gerukt, te verstrooien. De keizerin zal zich binnenkort eveneens naar Dessie begeven, om er haar zoon big te staan bij de organisatie van het leger in de provincie Oeallo. De „Paris Soir" publiceert een bericht uit Addis Abeba, volgens hetwelk de Italiaansche troepen, welke het Moessali gebied binnen drongen, bestaan uit drie kolonnes van een totale sterkte van 20.000; 50.000 man inland- sche troepen zijn aan het werk gezet om wegen en onderstanden aan te leggen. Het meerendeel van de buitenlandsche mis sionarissen in Abessinië heeft besloten in het land te blijven, teneinde in staat te zgn de gewonden bij te staan. Officieel wordt medegedeeld, dat heden ochtend om 11 uur in het oude kelz.crSijk paleis te Addis Abeba een gewichtige ceremonie zou plaats vinden. Men neemt aan, dat hiermede bedoeld wordt de algemeene mobilisatie van het Abessinische leger. (Reuter). Staande op het balcon van het Palazzo Venezia heeft Mussolini Dinsdagavond een hartstochtelijke rede gehouden, welke het culminatie-punt vormde van de alge meene fascistische mobilisatie. Mussolini. De duce gaf uiting aan Itaiië's vast besloten wil om in Oost-Afrika door te zetten en hg deed een pathetisch beroep op de oude wapenbroederschap met Frankrgk en Engeland, het niet tot sanc ties te laten komen. Tevens gaf hij echter te kennen, dat als militaire sancties wor den toegepast, Italië daarop met gelijke munt zat betalen. In zgn rede heeft Mussolini evenwel niets gezegd over het tijdstip, waarop Italië zyn opmarsch in Abessinië zal be ginnen. Het plechtige uur in de geschiedenis van het vaderland is aangebroken, zoo begon Mus solini zijn rede. Zwarthemden der revolutie, mannen en vrouwen van geheel Italië, Italia nen in de geheele wereld, over de bergen, aan gene zijde der zeeën, gij allen luistert! Twintig millioen Italianen zijn op dit oogen- blik bijeen op alle pleinen van Italië, om deel te nemen aan de geweldigste volksmanifestatie, welke de historie van Rome kent. Zij vormen één hart, een enkelen vastgesloten wil. Deze manifestatie wil aantoonen, dat Italië en het fascisme volkomen een zijn en zullen blijven. Alleen volken, die zich door inbeeldingen laten leiden of in grove onwetendheid leven, kunnen het tegendeel meenen. Zij weten niet wat het fascistische Italië van 1935 is. Sedert vele we ken wentelt zich het rad der geschiedens on der de stuwkracht van onze rustige en zekere vastbeslotenheid, in de richting van het doel. In deze uren is het tempo nog sneller, ja, het is bijna onweerstaanbaar gewor den. Het is niet slechts een leger, dat naar zijn doelwit opmarcheert, neen, 44 millioen Italianen trekken eendrachtig en gemeen schappelijk met dit ieger op terwijl men poogt het gruwelijkste onrecht jegens hen te begaan en hun plekje onder de zon te ontnemen. Toen Italië in 1915 zgn lot verbond aan dat der geallieerden, klonken er ongetelde kreten van bewondering en werden er vele beloften gedaan. Doch toen de gemeenschappelijke overwinning was bevochten, waartoe Italië had bijgedragen met 670.000 dooden, een mil lioen gewonden en 400.000 verminkten en men aan de conferentie-tafel ging beraadslagen over den vrede, toen vielen er voor Italië slechts kruimpjes af van den grooten kolo nialen buit, dien de andere mogendheden ver overden. Dertien jaar lang hebben wg geduldig gewacht, terwijl men om ons heen pogin gen in het werk stelde om onze opbrui sende levenskracht te verstikken. Mex Abessinië hebben wij veertig jaar lang gewacht. Nu is het genoeg! In plaats van Itaiië's eerlgke rechten te erkennen, durft men in den Volkenbond van sancties te spreken. Zoolang mij het tegen deel niet wordt bewezen, weiger Ik te geloo- ven, dat het Fransche volk, met zgn herin neringen aan de dooden, die Italië aan zijn zgde in den oorlog liet, zich bg zulke sancties zal aansluiten. De 6000 Italianen, die by den stormaanval bg Eligny den heldendood stier ven, zouden er zich in hun graf tegen ver zetten. Zoolang my het tegendeel niet wordt be wezen, weiger ik ook te gelooven, dat het En- gelsche volk zgn bloed wil vergieten en Europa op den weg naai' een catastrofe wil brengen, ten einde een Afrikaansch land te verdedigen, dat algemeen wordt gebrandmerkt ais barbaargen en dat onwaardig is deel te hebben aan de gemeenschap der beschaalfde volken. Wy mogen echter niet doen, alsof wg de mogelgkheid van sancties in de nabge toe komst niet zouden zien. Op sancties van eco- nomischen aard zullen wg antwoorden met discipline, vastberadenheid en offervaardig heid. Op sancties van militairen aard zullen wy antwoorden met militaire maatrege len, op oorlogsdaden zullen wg antwoor den met oorlogsdaden. Niemand meene, dat hy ons klein zal krggen, want hij zal een harden strijd te verduren hebben. Een volk, dat trotsch is op zijn eer en op zijn toekomst, kan en zal nimmer een andere houding aannemen. Maar ik wil nog eens herhalen, en dat op de meest categorische wijze'en in het bewust- zgn, dat ik daarmede een heilige verplichting op mij neem tegenover alle Italianen, die mij vanavond hooren, dat wij al het mogelijke zul len doen om te vermgden, dat een koloniaal conflict het karakter van een Europeeesch conflict aanneemt. Ik weet, dat degenen, die zich willen wreken omdat hun tijd voorbij Is, over zulk een uitbreiding zouden lachen. Wij behooren niet tot hen. Nog nooit heeft het Italiaansche volk op zulk een onmiskenbare wijze getuigd van de kracht van zijn geest en van zijn karakter als op dit historisch oogen- blik. Tegen dit volk, waaraan de menschheid haar grootste prestaties te danken heeft, tegen dit volk van dichters, kunstenaars, geleerden en zeevaarders, durft men over sancties te spreken. Daarom: voorwaarts marsch Fascistisch Italië, Italië van Vittorio Veneto, Italië der revolutie, sta pal! Mogen de kreten, die hier uiting geven aan ons aller onwrikbare vastbeslotenheid, ten hemel opstijgen: laten onze kreten doordringen tot onze soldaten in Oost-Afrika, waar zij op het punt staan den strijd in te gaan; laten zij hun tot troost, onzen vrienden tot aansporing, onzen vijanden tot waarschuwing strekken. Wat wij hier spreken, zoo besloot Musso lini, is het woord van Italië en het klinkt over bergen en zeeën; onze woorden zijn een roep om recht, zg zijn een kreet der overwinning. door WALTER COLLINS. Speciale A.N.P.-correspondent. (Nadruk verboden). Addis Abeba, October 1935. Massa's gewapende mannen aan de grenzen tusschen Abessinië en de Italiaansche Oost- Af rikaansche koloniën wijzen er op, dat de oorlogsbalans op het punt staat door te slaan. Deze oorlog zal niet alleen een strgd zijn tusschen zwart en blank, tusschen Afrika en Europa; hij zal worden uitgevochten door een leger, dat te velde trekt volgens Middeleeuw- sche methoden tegen een leger, uitgerust met de modernste vernietigingsmiddelen van onzen tgd. Reuters voor naamste corres pondent, die ook voor de Held. Crt. het oorlogsnieuws verzorgt. Spionnen brengen vreemde verhalen over wat zij gezien hebben in Eritrea. Zij vertellen van de geordende gelederen der machtige blanke indringers en van de verbazingwek kende werktuigen, waarmee deze hopen te vechten. Zij hebben duizenden motorrijders gezien en honderden tanks, en de „lange neuzen" van ontelbare kanonnen. 1 En in de lucht hebben zij de rondcirkelende formaties waargenomen van blinkende vlieg tuigen. Honderden Abessijnen worden als spionnen gebruikt. Velen zijn door de Italianen gevan gen genomen. Inderdaad is langs de grens tusschen Abessinië en Italiaansch-Somaliland een epidemische spionnenmanie uitgebroken. Van de Italianen wordt eveneens verklaard, dat zij Somali's naar Abessinië zenden als verspieders, zy komen onder allerlei vermom mingen, als handelaars, sheiks en zelfs als vrouwen. Gemiddeld worden per week twee of drie verdachten gefusilleerd. Inmiddels worden de Abessijnsche troepen geconcentreerd voor de verwachte campagne. Uniformen zijn schaarsch. De „particuliere" legers van de plaatselgke opperhoofden zijn zooals gebruikelgk gekleed in loshangende witte gewaden. De geweren worden gewoonlgk los in de hand gedragen door mannen, die zich, inplaats van te marcheeren, in groepen van tien of meer voortbewegen. Speren en zwaarden worden echter nog steeds beschouwd als uitmuntende wapens voor dappere mannen. Tegen de 250.000 geoefende Italiaansche troepen, die naar men zegt aan de grenzen van Eritrea en Italiaansch Somaliland gecon centreerd zijn, kan Abessinië ongeveer een mil lioen strgders mobiliseeren, die verlangen naar het gevecht en vertrouwen in een herhaling van de overwinning van Adoea in 1896. De keizer, Haile Selassie, heeft opnieuw zijn bevel aan al zijn commandanten herhaald, dat in geen geval de Abessgnen tot den aanval mogen overgaan. Hg heeft zelfs gelast, dat in dien de Italianen aanvallen, de Abessijnsche troepen terug moeten trekken, totdat bekend is welke definitieve politiek tenslotte de mogendheden, vertegenwoordigd in den Vol kenbond, zullen volgen. Doch ondanks het zeer groote prestige van den keizer is het de vraag, of hg in staat zal zijn zijn soldaten tegen te houden op het oogenblik, dat de Italianen tot agressieve maatregelen overgaan. Het is een feit, dat de meeste jongere stam hoofden, zoowel in het Noorden als in het Zui den, het moe zijn te wachten tot zij worden aangevallen en zich veel liever zelf op de Italianen zouden werpen zonder langer uitstel. Zonder artillerie, zonder tanks, zonder vlieg tuigen, kan men niet zeggen, dat de strijd macht van den Negus voldoende is uitgerust voor een krachtproef tegen de formidabele wapens van een modern leger. Slechts onge veer de helft van de Abessgnsche troepen is gewapend met geweren, waarop men kan ver trouwen, dat men er mee kan vuren. En daar zijn dan nog behoorlijk oude exemplaren by. Men ziet nog geweren van het oude type Lee- Metford en Lee Enfield, die eens gebruikt wer den In het Britsche leger; Lebels, die de Fran sche poilus in het begin van den wereldoorlog gebruikten; oude typen Duitsche Mausers en andere geweren van 30 jaar her. Al deze geweren zgn echter voorzien van magazgnen en kunnen, mits goed gehanteerd, even effectieve uitwerking hebben als hun In verband met het binnenrukken van Abessinië door een gedeelte van het Italiaansche leger, is het vraagstuk van de eventueele sanctiesdie de Volken bond zal toepassen, zeer actueel. Een op Volkenbondsgebied zeer be kwaam, medewerker van ons blad, schreef over dit vraagstuk voor onze krant eenige artikelen, waarvan men het eerste hieronder aantreft. Red. Held. Crt. I. De wettige oorlog in het kader van den Volkenbond. Het Handvest of Grondverdrag van den Volkenbond, ook wel Pact geheeten, kent twee gevallen, waarin, ook dan, wanneer alle voorschriften zorgvuldig worden nageleefd, de beslechting langs vredelievenden weg van een geschil, dat aan de daartoe bevoegde or ganen is onderworpen, niet vaststaat. Ge steld er is een zoogenaamd belangengeschil aanwezig, dat zich door geheel zgn aard niet ertoe leent om aan rechtspraak of arbitrage te worden onderworpen. De voorschriften van art. 15 verplichten de beide partijen, ook in geval een hunner geen lid van den Volkenbond is, zoodanig geschil aan den Raad van den Volkenbond te onderwerpen. Die neemt van beide partyen uiteenzettingen in ontvangst, en gaat, indien zijn pogingen ter beslechting van dit geschil zonder resultaat zgn gebleken, over tot het opstellen van een rapport, bevat tende de voorstellen, die hij als de billgkste en terzake meest geschikte aanbeveelt. Bij de stemming over dit rapport tellen die der par tijen niet mede; wordt ten aanzien van zulk een rapport eenheid, dus met uitsluiting van de partijen, bereikt, dan heeft dit rapport ver plichte kracht. Gelukt het den Raad echter niet het rapport met algemeene stemmen te doen aannemen, dan staat het aan elk der party en vrij, ook indien de andere partij zich geheel volgens de voorschriften van het rap port gedraagt, te handelen „zooals zij het noodig achten voor de handhaving van het recht en van de gerechtigheid" dus over te gaan tot den oorlog. De betreffende partij heeft slechts zorg te dragen, dat de termijn van drie maanden, die in art. 12 is voorge schreven, wordt in acht genomen. Dit is de zn. wettige oorlog binnen het kader van den Volkenbond, waartegen in het bgzonder de wijzigingen, in het Protocol van Genève van 1924 voorzien, waren gericht. Hetzelfde artikel 15 bepaalt echter ook, dat indien ten aanzien van een aldus aanhangig geschil een der partijen beweert en de Raad erkent, dat het gaat over een vraagstuk, het welk krachtens het volkenrecht aan de uit sluitende bevoegheid dezer partijen wordt overgelaten, de Raad zulks heeft vast te stel len in een rapport, zonder echter eenige op lossing aan te bevelen. Hieruit is de gevolg trekking gemaakt, dat ook zooodanig ge schil zal kunnen leiden tot een oorlog, die niet onwettig is in den zin van de voorschrif ten van het Pact, aangezien voor het voeren van zoodanigen oorlog geen voorschriften noch termgn, aangenomen dan altijd, dat de termijn van drie maanden in acht wordt ge nomen, is overtreden. Dat inderdaad het be treffend geval, terecht of ten onrechte, door de geldende praktijk onder dit licht wordt gezien, blijkt wel uit hetgeen op dit stuk voorkwam in het rapport, dat het bovenge noemd Protocol van Genève toelichte. Schoon dit Protocol ten doel had om de in het Grond- verdrag aanwezige leemten aan te vullen, werd, in verband met opmerkingen van Ja- pansche zijde, erkend en vastgesteld, dat, zou eventueel rechtens vaststaan, dat een zooge naamde nationale aangelegenheid bij het ge schil is betrokken, geen andere weg openstaat dan art. 11 van het Pact in herinnering te brengen. Dit rekent het tot den plicht van den Volkenbond om de maatregelen te nemen, ge- eigend om den vrede daadwerkelgk te bewa ren, maar art. 11 op zichzelf bevat geen voor schriften, welke overtreden kunnen worden alvorens tot oorlog over te gaan. Het geval AbessiniëItalië. Voor het geval AbessiniëItalië is reeds dadelgk van beteekenis art. 10, waarin de leden van den Volkenbond zich verbinden de territoriale integriteit en de bestaande poli tieke onafhankelgkheid van alle ieden te eer biedigen en te handhaven tegen eiken buiten- landschen aanval. Wat Italië ten aanzien van Abessinië voorneemt, moet, ondanks in het bg zonder het gedocumenteerde memorandum, door Italië bg den Raad aanhangig gemaakt, worden beschouwd als onder dit artikel te vallen. Wel echter wordt in hetzelfde artikel voorgeschreven, dat in geval van aanval of gevaar voor aanval de Raad zich zal beraden omtrent de middelen om de uitvoering van deze verplichting te verzekeren, doch art. 16, hetwelk in het algemeen de uitvoering der dwangmaatregelen, waartoe de Volkenbond kan komen, regelt, noemt dit artikel niet. Het beperkt zich tot de artikelen 12, 13 en 15, die achtereenvolgens betrekking hebben op het geval, dat een land zou weigeren een geschil aan een vredelievende procedure, dus hetzij door rechtspraak, arbitrage of behandeling voor den Raad te onderwerpen; dat een land een met algemeene stemmen door den Raad aangenomen rapport niet nakomt, terwyi de tegenpartij zulks wel doet; dat een land welis- 5 moderne opvolgers. Tot op het oogenblik kon den alleen de soldaten van de keizerlijke lijf wacht van den Negus, ongeveer 5000 man, van de modernste geweren voorzien worden. Ernstiger is dan ook het acute gebrek aan munitie. Aangezien Abessinië geen arsenalen heeft, kan het zgn scliaarsche voorraden slechts aanvullen door invoer uit het buitenland, doch daar stuitte het tot nog toe op het embargo, dat verscheidene mogendheden hadden afge kondigd, doch dat thans hier en daar schgnt te zijn opgeheven. Nog korten tijd geleden, toen ik met een Abessgnsch generaal over dit onderwerp sprak, zei hij tegen mij; „Het is een kwestie van leven of dood voor ons, dat dit embargo wordt opgeheven". En in het vervolg van dit gesprek zei hg eenvoudig; „Wg zijn niet rgk genoeg om artil lerie te koopen, doch we kunnen geld genoeg bgeenbrengen voor geweren en munitie. Wg zouden een kwart millioen geweren en tiental len millioenen patronen kunnen bestellen, In dien men ons daartoe de gelegenheid gaf". waar aan eenige vredelievende instantie het geschil onderwerpt, maar geen zes maanden geduld heeft om de uitspraak van deze in stantie af te wachten, of dat een land binnen den termijn van drie maanden tegen de andere party lostrekt, zelfs in het geval, dat de uit spraak van een dezer instanties haar, wat eventueele eischen en wenschen betreft, in het gelijk heeft gesteld. Wat zegt Artikel 167' Wat zegt nu art. 16? Het is het artikel, dat kan geacht worden de kern van het Grondverdrag in zooverre, dat daaruit blykt, dat een lid of niet-lid dit laatste volgens art. 17 hetwelk zgn verplich tingen niet nakomt, kan komen te staan tegenover de gezamenlijke macht van de andere leden. Art. 16 verklaart, dat zoo danig land beschouwd wordt een oorlogs daad tegenover alle andere leden van den Volkenbond te hebben begaan. Dit brengt echter voor alle die andere leden niet de verplichting met zich mede om zich reeds op datzelfde oogenblik als in staat van oorlog verkeerend met het betreffend land te moeten beschouwen. Oppervlakkige lezing van art. 16 brengt er in het bgzonder den leek, die de kronkel wegen van het door de politiek beheerschte actueele volkenrecht niet volkomen kent, maar al te licht toe om aan te nemen, dat, doet zich een noodzakelijkheid van toepassing van art. 16 voor, het de Raad of wellicht de Assemblée is, die bepaalt wat alle leden moeten doen. Dat zou eigenlijk de juiste toe stand zgn, want zonder centraal gezag is orde, en deze wil men internationaal door den Volkenhond scheppen, niet denkbaar. Maar reeds ter tweede Assemblée, in 1921, zijn de leden van den Bond min of meer terugge trokken voor de volstrektheid van de ver plichtingen, die zg krachtens art. 16 op zich hadden genomen. Er zgn toen enkele wijzi gingen in art. 16 voorgesteld, die nog niet in werking zgn getreden, maar er is ook een leiddraad opgesteld, die weliswaar geen ver plichte kracht heeft, doch voor de uitvoering van art. 16 van het grootste belang is. Krachtens deze leiddraad nu is het niet de Raad, die uitmaakt of overtreding van het Grondverdrag heeft plaats gehad, of dus sancties moeten worden toegepast, maar heeft ieder der leden, die niet in den Raad zitting heeft, voor zichzelf het recht om te beoor- deelen, of het een zoodanige uitspraak van den Raad onderschrijft. Gesteld, dat de Raad niet met algemeene stemmen verklaart, dat toepassing van sanc ties noodig is, dan heeft dit besluit al reeds daarom geen kracht, wijl alle besluiten, be halve die over de procedure, met algemeene stemmen dienen te worden genomen. Ver- eenigt zulk een besluit alle stemmen op zich, dan is ieder buiten den Raad staand lid be voegd om uit te maken of hij met dit oordeel van den Raad accoord gaat. Kan hij echter op goede gronden In de politieke praktijk dus dikwerf met inachtneming van het allerge ringste fatsoen, niet anders dan dit oordeel byvallen, dan heeft hij zich ook te gedragen naar de aanwgzingen, die de Raad geeft. Hij heeft dan, althans wat de diplomatieke en economische sancties betreft, de aanwijzin gen van den Raad op te volgen, die aan aan grenzende Staten van het land, dat in over treding is, byzondere verplichtingen kunnen opleggen, maar ook landen, die door de toe passing van economische maatregelen bijzon der zouden worden geschaad een voorloopige vrijstelling verleenen, geheel of gedeeltelijk. Tot militaire sancties kan de Raad, naar het algemeen geldend oordeel der volkenrechte- lgke schrijvers, slechts adviseeren, door welkè bepaling de toch reeds moeilijke eenhoofdige militaire, maritieme en luchtorganisatie niet vergemakkelijkt wordt. Van beteekenis is ze ker hierbg, dat de verplichting om een strijd macht, die tot dit doel oprukt, doorgang over het grondgebied te verleenen, dwingend is; echer, gelgk te Locarno aan Duitschland toegezegd en in verband met het Protocol van 1924 geldend voor geheel den militairen bgstand, in overeenstemming met de eigen militaire sterkte en de aardrijkskundige lig ging. De algemeene beschouwingen van de commissie van vijf. De algemeene beschouwingen ter laatste Assemblée te Genève, die plaats had, terwgl de Commisie van Vijf, door den Raad be noemd, nog vergaderde, hebben op voor velen verrassende wijze naar voren gebracht, dat het ditmaal met den trouw aan het verdrag ernst kan en vermoedelgk zal worden. Dat het overgroote deel van de leden van den Bond bereid is te gaan tot het bittere einde, d.w.z. tot toepassing van sancties op het eventueel in overtreding zijnde Italië, tot zelfs militaire sancties toe. De verrassing was begrijpelijk, omdat in het geschil tusschen China en Japan, toen de overtreding, door Japan èn aan het Grondverdrag èn aan het Kellogg-Pact be gaan, niet minder duidelijk was, en toen niet minder belangryke politieke belangen in het geschil waren, Raad en Assemblée wel zeer onvriendehjke woorden tegen Japan gebruik ten, maar dit overigens rustig iieten begaan. Opgemerkt dient te worden, dat, hoe nauw»

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 5