Buitenlandsch Overzicht.
Taptoe a.
Aspirin
Verkorte oorlogsberichten
uit Abessinië.
De Winkelweek
EERSTE BLAD
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Het herstel van de
monarchie in Griekenland
In 1933 werden 5000 dagbladen
in Duitschland opgeheven.
De Italiaansche verliezen
zijn gering.
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant 1.50; Koegras,
Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel 1.65; binnenland 2.—,
Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost 2.10, idem per mail en overige
landen 3.20. Losse nos. 4 ct.; fr. p. p. 6 ct. Weekabonnementen 12 ct.
Zondagsblad resp. 0.50, 0.70, 0.70, 1.Modeblad resp. 1.20, 1.50, 1.50, 1.70.
Engelands doortastende houding te Genève. De santcie'Commissie
heeft een eerste verschil van meening. De houding van Duitsclv
land tegenover de sanctie'maatregelen
Verschtjnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur: P. C. DE BOER
Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIEN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst)
dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling
10 ct. per regel, minimum 40 ct.; bij niet-contante betaling 15 ct. per regel,
minimum 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en brieven onder nummer 10 ct.
per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct.
Men handelt op het
oogenblik in Genève, 't is
van een praat-conferen
tie, tot een daad-confe
rentie geworden en met
belangstelling volgt de
wereld hoe ver men in den Volkenbondsraad
zal durven gaan in zijn maatregelen tegenover
Italië.
Met waarlijk indrukwekkende snelheid gaat
men te Genève te werk, schreef de Nw. Rott.
Crt. Zaterdagavond. Woensdag is de Assem-
blée bijeengekomen, binnen een week na het
begin der procedure waarin de Raad, voor
zoover dat in zijn macht stond, zijn vonnis
reeds had geveld. Twee dagen later is het ver
bod op den uitvoer van wapenen naar Italië
reeds aangenomen en Zaterdag is begonnen
met behandeling van financieele en economi
sche sancties, waarbij de eerste moeilijkheden
tusschen Engeland en Frankrijk gerezen zijn,
zooals we hieronder nader vertellen. Het em
bargo op den uitvoer van wapenen is met alge-
meene stemmen goedgekeurd. Oostenrijk, of
schoon ter vergadering vertegenwoordigd,
beeft er niet tegen gestemd. Hongarije was,
consequenter, weggebleven.
Als men bedenkt, dat de commissie in den
loop van den morgen gevormd was, zal men
het resultaat van den eersten namiddag niet
gering kunnen vinden.
Waarlijk moeilijke kwesties en waarlijk
nijpende maatregelen moeten echter nog
aan de orde komen. Maar men werkt onder
zeer hoogen druk te Genève.
Dien druk oefent Engeland uit. Engeland
echter niet alleen.
Alle vastberadenheid echter weegt niet op
tegen die van Londen omdat deze ook over de
middelen beschikt, zich tegenover Italië te
laten gelden. Daar kan zelfs Laval met zijn
steeds volgehouden lijdelijk verzet tegen de
motie van den Volkenbond niet tegen op.
Het wordt met den dag duidelijker dat En
geland, nu te Genève eenmaal de toestand
van rechtswege bepaald is en de algemeene
verplichting erkend is, zelf te drastischer zou
gaan optreden, naarmate te Genève genomen
maatregelen zwakker zouden blijken. Laval
heeft slechts met moeite respijt op Engeland
kunnen veroveren. Londen vreest blijkbaar, dat
er veel tijd verloren zou gaan. Het is niet be
reid zich neer te leggen bij acties waarvan geen
effect te verwachten is. En nog minder bij een
definitief falen van de actie. Londen houdt
sluiting van het Suez-kanaal en blokkade in
het verschiet, waarvan Laval ongetwijfeld den
termijn zal kennen.
De stemming in Engeland zou men
groeiend oorlogzuchtig kunnen noemen. De
diplomatie van Eden wordt gesteund door
een openbare meening die begint te trap
pelen van ongeduld. Dit is reeds van groo-
ten invloed geweest op het tempo van
Genève en kan nog van invloed blijken op
den omvang der „aanbevelingen,, waar
over men het eens zal worden.
Laval zal deze concessie aan Engeland tegen
over Rome, dat in hem nog steeds terecht een
vriend ziet en dat te zijnen opzichte lankmoe
dig gestemd is, kunnen verdedigen met het
argument, dat zij slechts heeft moeten dienen
om grooter gevaar voor Italië af te wenden.
Men kan zich daarom geen illusie maken
omtrent het critieke van de situatie.
Krijgt Engeland zijn zin dan zal Italië
onder verlammenden financieelen en oeco-
nomischen druk komen te staan, die het
niet zoo lang zal kunnen uithouden als
noodzakelijk zal blijken om den oorlog in
Abessinlë tot een goed einde te brengen.
Ook de verdere wereld zal een toestand van
dien aard niet al te lang kunnen verdragen.
Daarbij komt nog het risico, dat vooral in
Frankrijk niet gering wordt geacht, van andere
verwikkelingen in Europa.
Op het oogenblik is alles heel rustig en geeft
bijv. Duitschland geen reden tot vrees, dat het
van de omstandigheden hardhandig partij zal
trachten te trekken. Polen werkt te Genève
mede al is het ook pruttelend en met merk
baar gebrek aan geestdrift. Doch Laval zal
meer nog dan wie ook beseffen, dat men niet
op een oneindigen duur van deze betrekkelijk
rustige omstandigheden kan rekenen. Ook hij
moet het gevaar van tijdverlies inzien.
Al deze dingen wijzen er dus op, dat men
spoed moet maken met de afhandeling van de
zaken te Genève, wil men niet voor het feit
komen te staan, dat de zaak zich ten ongunste
keeren zal.
Het toepassen
der sanctie'
maatregelen.
Vorstelijk huwelijk in Engeland.
De Hertog van Gloucester (Prins Henry), derde zoon van Koning
George, zal 6 November a.s. met Lady Alice Scott in de Westminister
Abbey in het huwelijk treden.
Men staat dus nu in
Genève voor de practi-
sche toepassing van de
sanctiemaatregelen. Het
is zeer begrijpelijk, dat
men bij een zoo moeilijk
vraagstuk, wel eens verschil van meening zal
hebben. Dat is Zaterdag het geval geweest
met Frankrijk en Engeland. Onder voorzitter
schap van de Vasconcelles heeft de commissie
van zeventien, die zooals men weet belast is
met de bepaling van de sanctie-maatregelen,
langdurige besprekingen gehouden over de
tegen Italië te treffen economische sanctie
maatregelen.
Tweeërlei sanctiemaatregelen werden, zoo
als te verwachten was, vooral in overweging
genomen: le. dat de Volkenbondsstaten den
uitvoer van bepaalde grondstoffen en in het
bijzonder steenkolen, petroleum en smeerolie
naar Italië zullen verbieden, en 2e. dat de
Volkenbondsstaten den invoer van waren uit
Italië in hun land verbieden. Men was het er
over eens, dat beide maatregelen genomen
behooren te worden, doch er waren twee
stroomingen over de wijze van uitvoering van
dit beginsel.
Eenerzijds drongen de Engelschen er op aan,
dat reeds onmiddellijk verklaard zou worden,
dat de regeeringen tot een invoerverbod van
alle Italiaansche waren zouden moeten over
gaan en Eden betoogde, dat een dergelijk in
voerverbod, waarop geen enkele uitzondering
zou mogen worden toegestaan, gemakkelijk
terstond uit te voeren zou zijn en vanzelf ook
den uitvoer van grondstoffen en 'andere waren
naar Italië zou bemoeilijken, daar Italië bij
gebrek aan uitvoerartikelen om financieele
redenen onmogelijk groote hoeveelheden uit
het buitenland zou kunnen invoeren. Eden
verklaarde, dat de Engelsche regeering ook
voorstandster is van een verbod van uitvoer van
grondstoffen naar Italië, docht hij vreest dat
over dit punt niet een spoedige overeenstem
ming te verkrijgen zaln zijn, daar verschillende
leden, die op het oogenblik de voornaamste
exporteurs van grondstoffen naar Italië zijn,
compensaties in den vorm van andere afzet
gebieden voor die grondstoffen zullen verlan
gen opdat zij niet in grootere mate dan andere
staten de schade van deze sanctiemaatregelen
te dragen zouden hebben. Eden vreesde, dat
over dit onderwerp nog moeilijke en tijdroo-
vende beraadslagingen noodig zouden zijn en
drong er dus op aan, dat men niet met 't uit
vaardigen van een invoerverbod van waren uit
Italië te lang zou wachten totdat overeen
stemming over het verbod van uitvoer van
grondstoffen naar Italië verkregen zou zijn.
Tegenover dit Engelsche standpunt betoog
den de Fransehen, dat het verbieden van den
uitvoer van grondstoffen zoo buitengewoon
belangrijk voor het succes van de sanctie
maatregelen was, dat deze kwestie niet tot
later mag worden aangehouden. De Fran-
schen drongen er dus op aan, dat beide denk
beelden tegelijkertijd in toepassing zouden
worden gebracht.
Men is Zaterdagmiddag niet tot overeen
stemming gekomen en zou gisteren (Maan
dag) verder discussieeren.
Uit Londen verneemt Havas verder dat
men daar nog geen blokkade overweegt om
een einde te maken aan de vijandelijkheden
in Abessinië. Intusschen stipt de Manchester
Guardian aan dat, bijaldien het conflict van
langen duur mocht blijken, men wèl draconi
sche dwangmaatregelen zou overwegen. Het
blad acht evenwel in dat geval een sluiting
van het Suez-kanaal onwaarschijnlijk. Veeleer
zou men in de Roode Zee maatregelen nemen
om Italiaansche schepen het uitvaren van het
Suez-kanaal te beletten ('t geen wellicht de
voorkeur zou verdienen boven maatregelen
om hun het binnenvaren van het kanaal te
beletten) en hun verhinderen de kusten van
Eritrea te naderen.
Opmerkelijk is, voegt de Havas-correspon-
dent hieraan toe, dat te Londen tot dusver
sprake is geweest van een blokkade der Ita
liaansche havens, om de ontscheping van
goederen die onder de oeconomische sancties
vallen, te verhinderen, terwijl thans een blok
kade van de havens van Massana en Mo-
g a d i s c i o wordt overwogen. Dat bewijst
dat Engeland elke operatie in de Middelland-
sche Zee wenscht te vermijden.
Duitschland
en de sanctie
maatregelen.
Volgens den Berlijn-
sehen corr. van de Times,
was het besluit van de
50 Volkenbondsstaten
tot het toepassen van
sancties tegen Italië, te
Berlijn een niet zeer aangename verrassing.
Het idee, dat de Volkenbond tenslotte toch
een macht is, waarmee rekening moet wor
den gehouden, vindt men te Berlijn aller
minst prettig.
In de Duitsche pers voorspelt men, dat de
werkzaamheden van de coördinatie-commis
sie, meer verwarring, dan de toepassing van
sancties ten gevolge zullen hebben. Verder
huldigt men in de Duitsche kranten de op
vatting, dat dit de Volkenbondlanden die niet
direct bij het Conflict betrokken zijn, in oor
logsgevaar zal brengen.
Het vooruitzicht, dat sancties zulen worden
toegepast, heeft Duitschland gedwongen zijn
nouding ten aanzien van het collectieve sy
steem onder oogen te zien.
De Duitsche politiek is er op het oogenblik
op gericht de neutraliteit te bewaren en
zich zoo weinig mogelijk met het conflict te
bemoeien.
Waarschijnlijk zou een toestemming van
Duitschland om deel te nemen aan de sanc
tie-maatregelen tegen Italië, politieke na-
deelen met zich brengen. Het zou zich hier
door weer aansluiten bij het Geneefsche in
stituut, juist op het oogenblik waarop haar
besluit om den Volkenbond te verlaten, wer
kelijkheid zal worden. Een weigering om aan
het toepassen van sancties mee te doen, zou
Duitschland waarschijnlijk weinig nadeelen
kunnen bezorgen.
Aan den anderen kant vraagt men zich
Aan den anderen kant vraagt men zich,
af. of een politiek van strikte neutrali
teit Duitschland niet in moeilijkheden zou
kunnen brengen met de mogendheden,
die tot sanctiemaatregelen hebben be
sloten.
Het is mogelijk, dat pjen in Duitschland
znziet, dat er zoowel op materieel gebied, als
op politiek en psychologisch gebied groote
nadeelen kunnen ontstaan, wanneer men de
Volkenbondsmogendheden geleid door Enge
land, voor het hoofd stoot. In sommige krin
gen schijnt men er zelfs over te denken, dat
het niet zoo'n slecht idee zou zijn zich in een
bepaalden vorm bij de sanctie-procedure aan
te sluiten, wanneer de mogendheden zich be
reid zouden toonen in ruil hiervoor het Duit
sche grondstoffenprobleem eenigszins te
gemakkelijken.
KONUN's AUTOMftTIC
niet uit blik.
DAG EN NACHT
FEUILLETON
MARINEROMAN
door
W I L L I A R I S
18
Ik ben de gezaghebber van dit eiland en
tevens handelaar. Mijn naam is Alting.
Het huis dat ik bewoon is klein en een
voudig, maar dat zult ge voor lief moeten
nemen. Doch ik veronderstel, dat jullie niet
verwend zijn en na zooveel ontberingen zal
het zeker goed bevallen. Willen jullie me nu
maar volgen, dan zal ik eerst wat eten klaar
laten maken."
Onderwijl zij zich aan het maal te goed
deden vertelde Alting dat hjj vroeger in
Nieuw-Zeeland had gewoond, en daar ge
trouwd was met een Maori-vrouw, waarbij
hij twee dochters had. Enkele jaren geleden
hadden geruchten de ronde gedaan, dat op
deze eilanden parels gevonden werden. Hij
had echter nooit succes gehad. Toen was hij
naar dit eiland gegaan en had hij zich ge
vestigd als handelaar, terwijl hij kort na zijn
vestiging door de regeering was aangezocht
zich tevens te belasten met het' ambt van
gezaghebber.
„Er wonen hier ongeveer honderd men-
schen.", aldus ging h(j verder met zijn ver
haal. „Ik koop hun producten op, terwijl ztf
h(j m(j hun benoodigdheden halen. Twee maal
per jaar komt er hier een schoener, die en
kele eilanden van deze groep bezoekt en dan
naar Ruckland gaat. Drie maanden geleden
was hij hier voor 't laatst en nu verwacht
ik hem weer in de eerste helft van Decem
ber.
Andere schepen komen hier nooit, dus tot
zoolang zullen jullie hier moeten blijven.
Plotseling verschenen in de deuropening
de twee meisjes, die zij dien morgen reeds
In het bosch gezien hadden.
De jongen stootte den bootsman aan.
Alting stelde de beide meisjes aan hen
voor als zyn dochters.
„We hebben haar vanmorgen al gezien,"
lichtte de bootsman hem in. „Zij heeft ons
wakker gemaakt door haar zingen. Maar
gaan die twee zoover van huis? Wij deden
er ruim drie uur over om hier te komen."
„Ja," lachte Alting, het zijn allebei echte
wildzangen en samen zwerven ze over het
heele eiland. Maar zij kennen alle paden, dus
is voor hen de weg korter en gemakkelijker.
Mary heet de oudste en evenals haar vroeg
gestorven moeder heeft zij de liefde der
Maori's voor zang en muziek in het bloed.
Z(j zingt dan ook buitengewoon mooi,"
Jachtte de trotsche vader, terwjjl hij zijn
dochter over het haar streek.
Mary had een matbleeke teint en donkere
oogen en het zwarte haar golfde over haar
rug tot aan haar middel, dat een aardig con
trast opleverde met het vroolijk gekleurde
kleedje, dat zij droeg.
Roelofs, die geen Engelsch sprak, mengde
zich, door tusschenkomst van den bootsman,
nu ook in het gesprek en zeide: „Vanmorgen
zong zij zoo'n mooi lied, jammer, dat we het
niet konden volgen. Alleen de woorden „hine
e hine" verstonden we. Wat beteekent dat,
mijnheer Alting?"
„Wel, dat zal ik jullie vertellen. Mary
spreekt ook Engelsch, maar zij gebruikt lie
ver de Maori-taal. Er zijn in die taal veel
mooie liederen, die zij gaarne zingt.
„Hine e hine" beteekent „liefste o liefste"
en het is een wiegelied.
Gij zult het hier vaak hooren zingen. Veel
al heeft de Maori-moeder dan een kind op
haar schoot, dat zij heen en weer wiegt op
de maat van het gezang en zoo in slaap
sust.
Het goed weer te geven is bijna niet doen
lijk, doch vrij vertaald komt het ongeveer
hierop neer:
„Liefste, o liefste,"
„Liefste, o wensch van mijn leven.
'k Waak over jou als je rust.
Nu gij vermoeid van het spelen
Door mij in slaap v/ordt gesust.
Sluit de oogjes béide toe
t Kindje is nu rpelensmoe!
Straks als j ontwaakt, lokt weer 't spel
Liefste, o liefste.
Liefste, o liefste.
De heer Alting nam hen nu mee naar de
voorgalerij en liet een verfrisschenden drank
aanbrengen, welke de mannen zich goed lie
ten smaken.
Ondertusschenspraken ze over allerlei on
derwerpen, doch telkens keerde het gesprek
terug naar den schoener die over drie maan
den zou komen om hen naar de bewoonde
wereld terug te brengen.
,,'tls het beste maar je in het lot te schik
ken", sprak Alting op bemoedigenden toon.
Bij mij is er altijd wel wat werk te vinden.
En je kunt gaan visschen of mooie tochten
gaan maken over het eiland.
Die drie maanden komen wei om."
„Ja, dat geloof ik ook wel," lachte Roelofs
tevreden, terwijl hij zich gemakkelijk uitstrek
te in een ligstoel. „Ik voor mij ben al heel
dankbaar dat wee indelijk weer eens vasten
grond onder de voeten hebben.
't Is mij heelemaal niet meegvallen zoo'n
dag of vijf in dat jolletje, waar je steeds op
een plaats moest blijven en geen andere li
chaamebeweging had dan roeien en nogeens
roeien."
„Toch mogen we niet klagen, jongen," sprak
de bootsman, „we hebben goed weer getrof
fen en gelukkig geen honger of dorst be
hoeven te lrjden."
„Dat geef ik dadelijk toe, bootsman, maar
ik zal u nu alvast vertellen dat, als ik nog
eens bij de marine terugkom, niemand zoo
knap is om mjj op een onderzeeboot te krij
gen. y
Daar heb ik mijn buik meer dan vol van!"
„Dat kan ik best begrijpen", zei hun gast
heer.
„Na zulke ervaringen krijg je den schrik te
pakken. Jjj hebt het dan ook wel slecht ge
troffen om zooiets mee te maken op je eerste
reis.
Maar een mensch is een wonderlijk wezen.
Al kan men zulke dingen nooit vergeten,
toch vervagen ze op den duur wel en door de
vele nieuwe ondervindingen worden ze lang
zamerhand- op den achtergrond gedrongen.
Ook mij heeft het noodlot met gespaard.
Toen bjj de g boorte van mijn jongste doch
tertje mijn vrouw mij werd ontnomen, scheen
het leven mij waardeloos en een groote last.
Doch geleidelijk werd dat anders, want ik
moest leven voor mijn kinderen en ik vond
tenslotte bevrediging in mijn werk op dit
mooie eiland dat ik liefkreeg en ik leerde be
rusten.
heeft het Aspirin-tablef be
wezen. Sedert 38 jaar, dus
sedert een generatie, ver
trouwt de gehele wereld
het kleine Aspirin-tablet.
Daarmee is tevens bewe
zen, dat Aspirin zelfs na
jaren geregeld gebruik
geen schadelijke neven
werkingen voor het or
ganisme veroorzaakt.
Het product van vertrouwen.
Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van
20 tabl. 70 ets. en oranjezakjes van 2 tab! a 10 ets.
De Grieksche gezant te Londen
bezoekt ex-koning George.
De Grieksche gezant te Londen, Simopou-
los, hegaf zich Vrijdag naar koning George
van Griekenland om hem mededeeling te
doen van de Donderdag door de Nationale
vergadering aangenomen resolutie en tevens
den vorst eerbetuigingen van de Grieksche
regeering over te brengen.
Lieden uit de omgeving van den koning
verklaren, dat de koning zeer onder den in
druk van het onderhoud was en dat hij er nog
eens met nadruk op heeft gewezen, dat zoo
nu als-immer zijn vurigste wensch is, dat in
Griekenland eenheid zou heerschen en dat
dit land tot zijn vroegere welvaart zou mo
gen terugkeeren.
De Grieksche gezant verklaarde na zijn
bezoek aan den koning nog, dat deze te Lon
den zou blijven totdat de uitslag van de volks
stemming over het herstel der monarchie zou
bekend zijn.
Grootere invoer van buitenland-
sche bladen.
Volgens de officieuze gegevens, gepubli
ceerd door de administratiee der Posterijen,
hebben sedert 1933 vijfduizend Duitsche dag
bladen hun uitgave gestaakt.
In 1934 werden acht millioen driehonderd
duizend exemplaren van buitenlandsche bladen
ingevoerd, tegen zeven millioen zevenhonderd
duizend exemplaren in 1933.
Daarentegen daalde de uitvoer van Duit
sche bladen in 1934 van 32 millioen exem
plaren op 19 millioen.
De berichten over een slachting b(j
Adoea zijn onjuist.
Reuter meldt uit Asmara, dat zijn corres
pondent, na zich in verbinding te hebben ge
steld met verscheidene menscUen, zoowei ge
neraals als soldaten, en na een bezoek aan de
hospitalen, van meening is, dat de berichten
nopens enorme verliezen aan Italiaansche
zijde, van allen grond ontbloot zijn.
Te Adi Oegri had het hospitaal slechts één
doode en enkele gewonden; andere hospitalen
geven gelijke rapporten.
Inzake de oeconomische sancties is
Zondag te Genève een Fransch-Engelsch
accoord bereikt. Het houdt In, dat de uit
voer van zekere grondstoffen naar Italië
zal worden stopgezet en dat de uitvoer
van Italiaansche producten naar aan de
sancties deelnemende landen zal worden
verboden.
Men is te Genève ontstemd over het
uitlekken van nieuws uit de vergaderin
gen van de commissies inzake de sancties.
Er loopen geruchten, dat Mussolini een
afgezant naar Londen zou zenden om al
daar onderhandelingen te openen.
De Italianen maken melding van nog
meer afval van Abessiniërs. Dezen gewa
gen van het overloopen van Somali's.
Generaal De Bono heeft Zondag te
Adoea het monument voor de gesneuvel- t
den van 1896 onthuld, b(j welke gelegen
heid een groote parade is gehouden.
Graaf Vinei bevindt zich nog steeds te
Addis Abeba, zjj het min of meer als
gevangene.
De commissie van zeventien heeft
Zajerdag langdurige besprekingen gehou- i
den over de tegen Italië te treffen oecono- i
mische sanctiemaatregelen. Het Engel-
sche standpunt, dat in de eerste plaats
een invoerverbod van Italiaansche waren
wil zien uitgevaardigd en het Fransche
standpunt, dat den uitvoer naar Italië
tegelijkertijd wil verbieden, konden nog t
niet tot overeenstemming worden ge- 1
bracht.
Zwitserland heeft verklaard onmogelijk
den volledigen invoer van Italiaansche
waren te kunnen verbieden.
Te Londen houden de betrokken depar
tementen zich gereed voor een onverwijl-
de toepassing van de financieele en
oeconomische sancties. De volgorde,
waarin deze sancties vermoedelijk zullen
worden genomen.
De Abessiniërs ondervinden grooten
last van de Italiaansche luchtaanvallen.
De moreele uitwerking van dezen on-
zichtbaren vijand schijnt afbreuk te doen
aan de toewijding van de troepen.
Generaal de Bono zal vandaag te Adoea
plechtig het veroverde gebied voor Italië
in bezit nemen.
Men vreest tegen graaf Vinei, die zich
in de Italiaansche legatie te Addis
Abeba heeft verschanst, van geweld te
moeten gebruik maken.
Lees de bizonderheden over
den étalage-wedstrijd op
pagina 5 van dit nummer.
Zie toch eens wat een schitterende pracht,
nu de zon met haar laatste stralen de aarde
verlicht. Hoe mooi, hoe grootsch is dit alles!"
De mannen zwegen en keken bewonderend
naar het prachtige schoi wspel.
De korte schemering viel in en de nacht
Wierp donkere schaduwen over het stille
eiland.
Geen blad bewoog en geen vogel werd meer
gehoord. Slechts de zee zong zacht haar me
lancholiek lied en deinde traag tegen het rif
dat zich verloor in de groeiende duisternis.
Toen, eerst zacht, daarna voller begon een
wonderschoone stem te zingen en door de dui
sternis klonken de lieflijke tonen van „hine e
hine."
Het eiland waarop de schipbreukelingen ge
land waren behoorde ioi de Tonga of Vriend
schapseilandengroep en was het meest Noor
delijke daarvan.
Behalve de heer Alting, die de eenige Euro
peaan was, woonden nog eenige Maori-gezin-
nen op het eiland dat slechts enkele vierkante
mijlen groot was.
De geheele gemeenschap bestond uit on
geveer honderd zielen die in een kampong bij
elkaar woonden op de zuidwest-kust van het
eiland, waar een mooie baai was.
Deze baai was tamelijk diep en werd aan
een zijde beschermd door een ver in zee
loopend rif dat iteeds nog aangroeide.
Heel vroeger, zooals Alting zijn gasten had
verteld, waren er parels gevonden naar men
beweerde, doch hijzelf had nooit succes ge
had en ook de oudere bewoners wisten zien
niets van dien aard te herinneren. Nu had hij
klappertuinen en dreef hij ruilhandel met de
inboorlingen, die rl hun copra bij hem inruil
den voor tabak, kleedingstukken en wat ze
verder zooal noodig hadden.
De Maori's verbouwden rijst, mais en
vruchten voor eigen gebruik en deden veel
aan vischvangst. Hun behoeften waren zeer
gering, zoodat zij een vrij en onbezorgd leven
leidden.
Alting had bij zijn woonhuis een schuur
gebouwd, welke hij als pakhuis gebruikte en
waarin hij de handelswaren opstapelde, tot
de schoener kwam om alles weg te halen en
hem weer een nieuwen voorraad ruilartikelen
aanbracht.
De Maori's waren zachtaardige en vrede
lievende menschen en de beide vrienden had
den dan ook alras vriendschap met hen ge
sloten.
Vooral de jeugd was erg met de blanke
mannen ingenomen en de jonge kok, die zijn
best deed om vlug de Maori-taal machtig te
worden, was onuitputtelijk in het verzinnen
van allerlei spelletjes om hen aangenaam
bezig te houden.
Spelenderwijs leerde hij hun, voor een
blanke zoo moeilijke woorden, verstaan,
maar 's avonds of als de gelegenheid zich
voordeed, wijdde hij zich aan het Engelsch
en sprak hij met den heer Alting of met zijn
lotgenoot in die taal.
Met de beide dochters van Alting maakte
hij soms lange zwerft ->chten over het eiland
en hij leerde daardoor Mary kennen, niet
alleen als een moedig, maar ook als een ver
standig meisje.
Hij genoot als hij haar in het eenvoudige
kleedje en met loshangende haren de heuvels
op zag rennen. Zjj was als een wilde bloem
en behoorde daar thuis in de machtige groot
heid van de tropische natuur.
Zeer veel leerde hij van haar omtrent de
verschillende planten en gewassen en dik
wijls stond hij verbaasd over haar kennis van
de natuur er haar voortbrengselen.
(Wordt vervolgd).