pag. 8
JUTTert^
1935
october
zaterdag
Tï oplossing van het probleem van Köhnleïn is i KI12. Na KI14 volgt Dg2. Ook na Kf4 kan
dit geschieden. De oplossing van het probleem van Schneider is 1 Ddu
Een aardige matverandering.
S. l.oyd
Baltimore Dispatch 1859.
Wit begint en geeft mat in drie zetten.
"Wit:'Kc5, Dhr, tf3, Pe3, pi f4~eng2. Zwart-: K-fa, pi-.c6.f5. -
Een van de sterkste spelers op het landentournooi te Warschau was de Amerikaansche speler
R. Fine, die'aan het eerste bord van zijn land streed, ftier volgt een partij van hem
Fine Simonson - Zwart denkt, dat e6 niet genomen kan worden.
16 Deö: Pe5
1 d4 ds
2 C4 e6
3 Pcj c6
4 e4 Pd7
Een geweigerde damegambiet, waarin echter
de gewone wégen niet bewandeld worden.-
Wit vermijdt met e3 de.Cambridge-Springs.
5 Pf3 Ld6
6 Ld3 f5
Dit is bij -;zwart's- slechte ontwikkeling niet
verantwoord.
7 cd5 cds
8 Ld2 a6
9 0-0 Df6
Hier staat de dame gevaarlijk.
10 ïeï jr .- g :Ui&C ~:s
Zwart vreesk-êérj
11 Jcl - - P#7 - 'c
12 jp'4, f<-'4
Maar e4 komt toch enrleidt-een.'fraai .offer in.
13 Le4:- - de4:
14 pe^.: WS
15 Üb3h6
17 Pf6f 'Dfó
Wit forceert hiemee de winst.
18 Dc8f Kf7
.19 .- Dc5Td8
Na Dh8:- volgt Lh2: J
20
Db4
Ld6
21
Db3f-
Kf8
22
Teó
E>f5
23
Tcei
Pd5
24
Ub7
Tab8
25
Td6
Tb7
Tenslotte wordt de dame. voor drie stukken
gegeven...
26 7 Td8:f - - Kf;
- 2*7 v Tetf x - -Ke.7 -
28 - - Td5: r Dc2 -
.«9^-,^- ...LC3..r.,Tc7
36 Pf3f v K#7
31 Tlëy Da4
34 ^3, i opgegeven. d 7
Zwart strijdt tegén een .overmacht.
Dr. P. FEENSTRA KUIPER.
Zwart 7 «h.: 7, 9. '3. '4> '9-
Wit 7 sch.: 22, 23, 28, 32, 33, 3
Wit speelt en wint.
waaabij de ballast wel; in evenwicht vereert
doch dat wij gaarne door een standmét iets
meer inhoud buiten den sl&gzet zouden
vangen zien.
OPLOSSINGEN VAN MINIATUREN:
Zwart 4 sch.: 9. 5. 24, 3°
Wit 4 sch.: 19, 39. 4°. 44
19—14 9X20
4035 20—25 gedw.
44—40 15—30
40-34 24—29
35X33 20-24
3328 3.4-30
39—33 30X39
33X44 en wint
Zwart 3 sch.: 15, 16, 24
Wit 4 sch.; 33, 36, 39. 43
1 39—34 15—20
2 43—39 l^—21
3 36-3' 20-2 5
4 33-28 35-30
5 34X25 24—29
het fijne verschil met de voorgaande stelling.
Wit kan nu niet 28—22 wegens 21—27 met
remise. Wit heeft echter een buitengewoon
verrassenden zet inpétto.
6 31—26 2127
Op 29—33; 26X17 moet wit 2 sch. terugslaan
met verlies.
7 26—21 27X16
8 28—22 16—21
9 22—17 21X12
Dit herhaald teruggooien, de tweede maal
nog een ruitje verder van de damlijn is weder
bizonder belangwekkend.
2520
2014
14-9
9-3
3—26
of ook 320
14
15 2648
16 39—34
17 48X45
12^-18
18—22
22.-t28
28 32
3-2-.38
38—43
29 X40
gewonnen
1 O
Zooals men ziet wordt practisch gesproken de
witte dam slechts benut om de zwart
op tempo te houden. c s.chijf
De Siameesche tweeling gevormd door h.
eindspelen: oeide
Zwart 5 sch.: 9, 15, 16, 24, 30
Wit 5 sch.: 19, 36, 39, 40, 44
Opl. 19—14, 9X20; 40-35, 20—25,
15-20; 40-34, 16—2136-31, 24-^
35X33, 20-24; 33-28, 25-30; 34X25, 24-3^
3126 enz. 9,
Detective: „In deze kamer is een muis."
Assistent: „Waaruit leidt u dat af?"
Detective: „Op dezen stoel is de afdruk
van een paar damesschoenen."
„Toen ik gisteren thuis kwam, wachtte
mij een blijde verrassing: mijn vrouw had
mijn luie stoel bij de kachel geschoven,
mijn pantoffels stonden klaar, en mijn pijn
was gestopt..."
„Zoozoo. En... hoe staat haar nieuwe
japon?"
OPLOSSINGEN VORIGE WEEK.
Horizontaal. Alp. Praag, standje, ja,
K.K.K.. in. B.B„ <hd.,' gade,.min, eere,
parellelcirkels, lord, does,Naïn, roet, re,
ets, N.T.-j rebus, Ds.. ërdal'. oir.
'Verticaal. Klankfilmstudio, arak, pad,
sabeldier, eiderdons, baron, kreet, gal, dar,
mes, N.C.C., els, koet, ar, Ebro, S.S.,
Ee, Ar.
Deze week bracht ons een buitengewoon
groot aantal oplossingen, waarvan verre
weg de meeste goed waren. In het nieuwe
raadsel komen een paar Hollandsche woor
den voor, die veel minder 'bekend zijn.
adn hun vreemde synoniemen, maar na
eenig zoeken zult u ze zeker vinden.
De prijs werd gewonnen door:
A. EYLDERS,
S
Horizontaal.
i. Nieuwe haring (figuurlijk),
8. plaats in Gelderland.,
meL-de- wuiat—
10. eerste twee letters van een bekend
.studentenliédje (latijn).
11. niet rijk..
13. academische titel (létters verwisselen)
14. lied (met name uit éen opera)
(meervoud).
16. onaangename reuk "(5 letters).
17. wortelstronk (derde letter is „0").
18. hoofdstad van Thibet. -
19. eerstvolgend (afk.).-
21. voornaam van de gewezen vrouw van
ex-koning Alfonso.
22. persoonlijk voornaamwoord.
23. slecht, boos (derde letter is g).
24. laagte; dal.
25. industrie.
MINIATUUR (slagzètkern)
van Herman de Jongh, Parijs.
Koningstraat 24.
CORRESPONDENTIE.
H, H. J. P. Het paatsje, waar Jezus een
gestorven jongeman opwekte, heet volgens
Lukas 7 11, Naïn. Zoo wórdt het in alle
mij bekende bijbelvertalingen geschreven.
Misschien heeft u een minder gangbare
vertaling geraadpleegd?
Mej. C. V. (en al die andere trouwe
puzzelaars, die week in week uit hun op
lossingen insturen, zodef tot nog toe ooit
een prijs gewonnen te hebben).
Wat baat het, of ge zwoegt, en draaft,
en u verhit?
Fortuin liefst hem bezoekt, die wacht
en stille zit.
Oplossingen in te zenden in een afzon
derlijk couvert, vóór Donderdagochtend 8
uur. In den linkerbovenhoek van het cou
vert plaatsen; Kruiswoordraadsel.
Verticaal.
1. Hollandsch woord voor „magneet"1
(3de en 4de letter „il").
2. Groningsche jongensnaam.
3. aardrijkskundige benaming voor
„riviertje."
4. blanke inwoner van Zuid-Afrika.
5. krachtmaat( letters verwisselen).
6. ouderwetsch strafwerktuig (o.m.. door
Sinterklaas gebruikt), le en 3e letter
verwisselen).
7. Hollandsch woord voor" „film."
11. provincie hoofdstad (laatste letter
weglaten).
12. meester, mijnheer (neger-Engèlseh).
14. visch.
15. vorm van het werkw. „staan."
20. zonder dwang.
22. vloeistof, die na de afscheiding van
de kaasstof, van de melk overblijft
24. lidwoord.
Zwart: 7 sch.:"j/9, 16, 19 23, 29.
Wit 7 sch.-27, 28, 32, 34, 38, 48, 50.
Wit speelt en wint.
Een aardige liefhebberij op miniatüurgebied
is het weergeven van slagzetten in hun kleinsten
vorm. Dergelijke kernen, die men gemakkelijk-
in het geheugen houdt, vormen weder een
groote hulp om de mogelijkheid van den be-
treffenden slagzet- in de partij te onderkennen
en daarop te spelen Het is gemakkelijk te zien,
dat bovenstaande stand zich gemakkelijk op
velerlei manier, tot, klassieke posities laat
aanvullen, waardoor de afwikkeling onder de
veelheid van het schijvental zeer verborgen
wordt en bij dit voorbeeld aanzienlijk in schoon
heid wint. Over dit onderwerpde verhooging
van schoonheid eener afwikkeling door bij
vulling, in tegenstelling met het principe van
uiierste eoonomiein de probleemkunst, schreven
wij destijds een artikel in Het Dammersweek-
Zwart 7' sfchy II, 13, 16, 18,-19) 23, 26
Wit 7 sch.: 27, 28, 32, 37, '38, 42,-43'.
Een stand, die men zich niet fraaier kan
wenschén. Hier is getracht den ballast te
verwerken tot e.eii klassiek;eindspelletje:
Opl. 27—22, 18X27; 32X21,23X41 21 17,
ilX22; 42-37, 41X32; 38X9, 26—31; 9-4,
'31-36 op .31—3/.; 4—10) 4—10, 19—24A;
4339< 24—29; 14—46 (zwari dreigde 29—33
en 36—41), .16—2146—37, .21—27; 37—19,
'27—31 (indien nu 29—33 en 36—41 dan 28—22
'en 19X46); 19;32 èn-wint.
Tóch heeft men hier slechts te doen met
15 verloren minuten uit het leven van een
problemist, want A speelt zwart eenvoudig
1621 met remise.
In. on-ze verzameling hebben wij daarom het
volgende opgenomen:
blad onclër'déirtitélf'Üë'proTïlèmati'ek van'de
Slanke Lijn.
Het onderbrengen van slagkernen in miniatuur
stand, waarbij het probleemkarakter, n.1. be
nutten van alle ballastschijven, zooveel mogelijk
moet worden geschapen, heeft zijn compositie-
moeilijkheden. Een interessant voorbeeld daar
van is het volgende: