Buitenlandsch Overzicht.
Taptoe
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Wïntersctiotels
'n Barstende Hoofdpijn
EERSTE BLAD
DINSDAG 12 WOV^^BER 1935
63ste JAARGANG
Duitschland en de sanctie-maatregelen en de andere weigerende
staten. De besprekingen tusschen Engelsche en Italiaansche
vlootdeskundigen. Japan is boos op Engeland en China.
Duitschland
en de sanctie'
maatregelen.
De oeconomische toestand
in Duitschland.
KONIJN'S AUTOMATIC
Het bezoek aan de Brusselsche
wereldtentoonstelling.
Een weg naar de Roode Zee.
Tweede Kamer.
De begrooting der P.P.T.
voor 1936.
Provinciale Staten van
Noord-Holland.
De begrooting voor 1936.
HAAS' Azijn al
Steêvast nummer
FEUILLETON
MARINEROMAN
door
W I L L I A R I S
f^o. 7 673
COURAN
Abonnement per 3 maanden b|j voorultbet: Helderecbe Courant 1.50; Koegras,
Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel 1.65; binnenland 2.
NederL Oost- en West-Indlë per zeepost 2.10, Idem per mail en overige
landen 3.20. Losse nos. 4 ct.; fr. p. p. 6 ct Weekabonnementen 12 ct.
Zondagsblad resp. 0.50, 0.70, 0.70, 1.—. Modeblad resp. f 1.20, 1.50, 1.50, 1.70.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur: P. O. DE BOER
Uitgave N.V. Drukker|J v/h. O. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 418
Pos t-ölro rekening No. 16066.
advertentienj
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst)
dubbele pr||s. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) b|j vooruitbetaling
10 ct per regel, minimum 40 ct.; bij niet-contante betaling 15 ct. per regel,
minimum 60 ct (Adres Bureau van dit blad en brieven onder nummer 10 ct
per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct
We hebben in ons
vorige overzicht ge
wezen op de houding
van Duitschland ten op
zichte van het toepas
sen der sancties. Duitsch
land had officieus te kennen gegeven geen
oorlogswinsten te willen maken, door mis
bruik te maken van de omstandigheden. Voor
de sancties-toepassende landen was dit een
hcele geruststelling, immers men kon er nu
wel zeker van zijn dat Duitschland geen roet
ln het eten zou gooien, voor zooverre het
mogelijk was.
In de Nw. Rott. Crt. van Zaterdagavond
vonden we nog een hoofdartikel gew(jd aan
deze houding van Duitschland, terwijl het blad
ook de andere landen, die niet tot het toe
passen van de sancties overgaan, onder de
loupe neemt.
W(j nemen uit dit artikel het volgende
- over:
In werkelijkheid zullen er maar beperkte
mogelijkheden voor een uitbreiding van den
Duitschen uitvoer overblijven. Met chemische
producten kan Duitschland ruimschoots ten
dienste staan. Met moet hopen, dat giftige
gassen of hun voornaamste grondstoffen
onder het verbod van handel met wapenen
zullen vallen. Kolen is misschien het belang
rijkste, wat Duitschland aan te bieden heeft.
Als Italië echter geen geld krijgt door uitvoer
naar andere landen, zullen zijn inkoopen in
Duitschland vanzelf bescheiden moeten blij
ven. Crediet kan Duitschland niet verleenen
voor dingen, die het niet geheel van of uit
eigen bodem kan leveren. Italië zal met waren
willen betalen die het, bij het wegvallen van
het overgroots gedeelte van z(jn afzetgebied,
in overvloed ter beschikking kr|jgt. Maar
heeft Duitschland aan de verhooging van in
voer van Italiaansche producten behoefte?
Italië kan z|jn eigen invoer, gedwongen of b|j
w|jze van tegensanctie, naar in het conflict
neutrale landen verplaatsen. Maar met zijn
invoer gaat jiet niet. Met verhoogden invoer
maakt men op het oogenblik geen enkel land
gelukkig. Kan Italië naar Duitschland vetten
leveren
Men kan zeggen, dat de voorzichtige poli
tiek van Berlijn, ln haar toepassing, voor een
groot gedeelte door het betalingsvermogen
van Italië zal worden bepaald. Dit geldt voor
Duitschland, en dat geldt ook voor Brazilië,
welks antwoord erop neerkomt, dat het met
de politiek van Genève niets te maken wil
hebben. De groei van z|jn leveranties zal voor
namelijk worden bepaald door z|jn eigen ver
mogen, om Italiaansche waren op te nemen.
Van Japan weet men nog niets, niet eens
of z|jn regeering van zins is, op de vraag uit
Genève te beantwoorden. Het is voor Japan
een lastig geval. Aan den eenen kant staat
z|jn sympathie voor de gekleurde Abessiniërs,
wier vriendschap het in wedjjver met Italië,
heeft gezocht; aan den anderen kant het feit,
dat een, aan sancties tegen Italië deelnemend
Japan een waarlijk grootsch tafereel van
huichelarij zou opleveren. Voor de mogelijk
heden van Japan's handel met Italië is echter
ook weer van beslissend belang, dat Japan
geen crediet kan geven. Het verbod van in
voer uit Italië naar bijna alle, asm de ssmeties
deelnemende, staten is de fnuikendste van alle
ssmeties. En dat is bovendien de sanctie, die
het minst zal worden ontdoken!
Nu blijft er nog Amerika. Men kent het
standpunt van Roosevelt: Welwillend voor
Genève. Wapenhandel wordt streng verboden.
Andere handel met Italië ls op eigen risico.
De besprekingen tus-
De vloot' schen de Britsche en
Conferentie. Italisismsche maritieme
deskundigen over tech
nische kwesties, ter voor
bereiding der vlootconferentie, die op 5 Dec.
begint, zijn in het laatst van de vorige week
geëindigd, na drie vergaderingen, welke vol
doende waren om het werk te voltooien.
Reuter meldt nog dat verschillende punten
zijn opgehelderd.
Men meent te Londen, dat de conferentie
gevsiar zou loopen te mislukken, indien de
vlootquaesties uit politiek oogpunt zouden
worden behandeld. Men zslI dit derhalve van
Britsche zijde trachten te voorkomen.
Ofschoon de Italiaansche deskundigen niet
hebben gesproken over een neutralisatie der
verbindingswegen op de Middellandsche Zee,
met name met Gibraltar, sluit men de moge
lijkheid van een dergelijke bespreking niet uit.
Daar het politiek sispect van den toestand
ter zee de opstelling van programma's nood
zakelijk maakt, schijnt het moeil|jk, dat de
toekomstige onderhandelingen te Londen tot
zuiver technische quaesties worden beperkt.
Men meent hier intusschen, dat het Middel
landsche Zee-probleem grootendeels afhangt
van de ontwikkeling van het Abessijnsche
conflict. Het Noordzee-vraagstuk is feitelijk
al geregeld door het Britsch-Duttsch accoord
en dat betreffende het Verre Oosten schijnt
te omvangrijk voor de capaciteit dezer con
ferentie te z|jn.
Onder deze omstandigheden hoopt men hier
de conferentie te kunnen beperken tot een
discussie met het doel te komen tot een quall-
tatlef accoord omtrent de eigenschappen van
elk type oorlogsschepen.
Japan is weer eens
verbolgen op Engeland
en op China. Op Enge
land omdat het zich in
laat met de politiek van
China en op China, omdat het zich deze in
menging laat welgevallen. Uit Tokio wordt
nu gemeld dat de minister van oorlog een
fel communiqué heeft gepubliceerd over de
beweerde plannen van Engeland betreffende
de financiën van China.
De minister maakte melding van het ge
rucht, dat Engeland 50.000.00d -aan China
wilde leenen, onder dekking van de overschot
ten op den dienst der invoerrechten en den
dienst der spoorwegen. Hierover zouden nl.
besprekingen worden gevoerd.
In het communiqué worden de leiders der
Chineesche regeering ervan beschuldigd „hun
land aan de buitenlanders te verkoopen om
zich zelf te verrijken."
Japan zoo heet het dan verder in het
communiqué kan als stabiliseerende invloed
ln het Verre Oosten niet de oogen sluiten
voor welke poging ook van Engeland om
China in de macht te brengen van het Brit
sche kapitaal. In het communiqué wordt aan
gekondigd, dat de gedwongen overbrenging
van de zilvervoorraden uit Noord-China naar
Nanking een onherstelbare oeconomische ver
warring in China zou te weeg brengen, het
geen de Japansche regeering niet zou kunnen
gedoogen.
Van Japansche sagde wordt bericht, dat
de Japansche militaire attaché Isogal
verklaard heeft, dat de hervorming der
zilverpolitiek ln China binnenkort her
roepen zal worden. H|j gaf als z|jn meentng
te kennen, dat de zilvervoorraden ln
Noord-Chlna niet naar elders zullen wor
den vervoerd.
Een conflict tusschen Tokio en
Londen?
Reuter meldt nog uit Londen:
In goedingelichte kringen wordt verklaard,
dat de Chineesche regeering geheel zelfstan
dig tot de munthervorming heeft besloten en
dat de adviezen van Sir Frederik Leith Ross
niet bindend zijn geweest. Men is van oor
deel, dat de Japansche eisch tot annuleering
van de getroffen maatregelen zijn grond vindt
in het feit, dat Japan moeilijk een band tus
schen de provincies van Noord-China en Nan
king, zooals zou ontstaan door de bankblljet-
tencirculatie kan toestaan.
Indien Tokio werkelijk op annuleering zou
staan, dan zouden de betrekkingen tusschen
Londen en Tokio zeer delicaat worden.
I)r. HODZA,
de eerste Slowaaksche minister
president in Tsecho-Slowak|je.
Een rede van minister Schwerin
von Krosigk.
Zaterdag heeft de minister van financiën,
Schwerin von Krosigk, te Frankfort a.d. Main
een rede gehouden over den oeconomischen
toestand van Duitschland, waarin h|j gewe
zen heeft op de noodzakelijkheid voor Duitsch
land om koloniën te eischen.
Wat betreft de boterschaarschte, zeide h|j,
dat de binnenlandsche productie intensiever
ter hand genomen moest worden, en dat het
noodig is gebieden te verkrijgen, die het mo
gelijk maken, dat Duitschland over voldoende
grondstoffen beschikt.
Wat betreft den financieelen toestand uitte
Schwerin von Krosigk zich optimistisch. Het
programma ter bestrijding van de werkloos
heid kan tot dusverre betaald worden over
eenkomstig de plannen die men daarvoor in
de begrooting verwerkt had, het is niet noo
dig om gel|jk in 1933 het geval was hiervoor
credieten te vragen.
DAG EN NACHT. BEZORG ING f 0.25 PER PORTI E
Ook nu nog zeer druk.
De correspondent van de N. R. Crt. te
Brussel meldt, dat verscheidene duizenden
personen, ln de afgeloopen week, van de ge
legenheid hebben gebruik gemaakt om de
liquidatie van de wereldtentoonstelling b|j te
wonen. Tegen een entréepr||8 van 1 franc per
persoon, 2 francs per auto, mag men nog
steeds, van B uur 's morgens tot 's avonds
5 uur, het expositieterrein, dat thans op
een chaos begint te gelijken, betreden. Op
Zondag worden evenwel geen auto's toege
laten. Verscheidene café's hebben de noodige
vergunning bekomen om, tot nader order,
open te blijven. Ook het post-, en telefoon-
en telegraafkantoor is nog volop in wer
king, terw|jl het tentoonstelingsbestuur er
van zijn kant voor gezorgd heeft, dat de
luidsprekers, die over het geheele terrein z|jn
verspreid, niet worden weggenomen, maar in
tegendeel vrool|jke muziek blijven uitzen
den.
Gedurende 10 maanden hebben 10.000 Ita
liaansche arbeiders met 2000 Eritreeëers en
1000 Arabieren en Lybiërs den grootsten weg
geconstrueerd, welke op de Roode Zee uit
loopt
De weg loopt van Massoea naar Decamare
en Asmara, over een lengte van 130 km,
en zal binnenkort officieel in gebruik wor
den genomen.
De weg is voornamelijk gemaakt door de
Italiaansche arbeiders, de Inlanders ver
droegen wel de warmte, doch niet de ver
moeienis.
T|jdens den aanleg hebben zich tragische
tooneelen afgespeeld, meermalen vielen de
werklieden neer door de hitte bevangen. De
warmte bedroeg dikw|jls 60 graden in de
schaduw.
Deze weg is een soort Ioopende band waar
langs 250.000 man in Tigré worden gevoed.
Aan de memorie van antwoord inzake de
begrooting der P.T.T. voor 1936 wordt het
volgende ontleend;
Exploitatie-uitkomsten. Financiering.
Het vereischt zeer zeker voortdurende zorg
de gunstige financieele resultaten van het be
drijf te behouden. De aandacht moet aanhou
dend gericht bl||ven op handhaving van den
bestaanden bedrijfsomzet eenerz|jds en op be
perking van de bedr|jfsuitgaven anderzijds.
De belangen van het platteland.
Door tariefsverlaging, voortgaande automa
tiseering en acquisitie wordt het mogelijke
gedaan om het telefoongebruik ook ten platte-
lande te bevorderen.
Bestellingen.
Uiteengezet wordt, dat de gedachte maat
regel om den kring van kostelooze bestelling
uit te breiden tot een zeer onevenredige ver
hooging van exploitatiekosten zou leiden en
daarom geen aanbeveling verdient.
Tarieven.
Hoeveel aantrekkelijks een verlaging van
het briefport in het binnenlandsch verkeer
van 6 op 5 cent ook zou hebben, hiervan
moet vooralsnog worden afgezien, omdat
zulk een verlaging een derving van eenige
millioenen guldens aan inkomsten met zich
zou brengen, hetgeen met het oog op den
tegenwooridgen stand van 's rijks financiën
niet verantwoord kan worden geacht.
Het ligt in het voornemen, voor de uitvoe
ring van den besteldienst op het platteland en
ln de steden ln de toekomst meer personeel
op arbeidscontract te gebruiken.
Voortaan zal een grooter aantal commie
zen b|j den P.T.T.-dlenst worden benoemd dan
b|j den T.T.-dlenst.
De bedrijfsleiding is erop uit om niet meer
Zondagsdienst te laten verrichten, dan strikt
noodig ls.
Alleen in de v|jf groote steden vindt des
Zondags van de daarvoor in aanmerking ko
mende stukken bestelling plaats.
Radio.
De omroepvereenigingen hebben haar ver
tegenwoordigers aangewezen in den te benoe
men raad van beheer van de Nozema. De
minister heeft de leden aangewezen, die den
radioraad en het Staatsbedrijf der P.T.T.
tegenwoordigen.
De regeling ten aanzien van de uitzendin
gen op hoogtijdagen voor de arbeidersbewe
ging en op nationale feestdagen maakt eener-
zijds een einde aan een toestand, die één der
omroepvereenigingen een bevoorrechte positie
gaf, en breekt anderzijds met een onbillijke
bepaling in iet zendtijdenbesluit, waarbij om
roepvereenigingen die op zulke dagen haar
zendtijd aan anderen moesten afstaan, gel|jk-
waardigen zendtijd terugontvangen.
Radiodistributie.
De minister heeft kennis genomen van een
schema voor een overeenkomst, regelende de
samenwerking tusschen de omroepvereeni
gingen en den Bond van exploitanten van
radiocentrales (B.E.R.C.) met betrekking tot
de inrichting van een centralen draadomroep
en hun verhouding ten aanzien van de radio
distributie.
Postcnèquo- en girodienst.
Wanneer de verhooging van den rentevoet,
die sedert eenige maanden valt waar te ne
men, blijvend zou z|jn, wat moeilijk valt te
voorspellen, zou er thans aanleiding kunnen
z|jn, de inkomsten van den postchèque- en
girodienst wat hooger te ramen, ware het
niet, dat vrijwel gelijktijdig met die verhoo
ging een niet onaanzienlijke daling van het
algemeen saldo-tegoed aan de postrekenin
gen was gepaard gegaan.
Niet onwaarschijnlijk houdt deze daling met
den verhoogden rentevoet verband, omdat het
verklaarbaar is, dat de rekeninghouders de
saldi sneller naar particuliere banken over
brengen.
Algemeene beschouwingen.
Bjj de behandeling in de afdeelingen van de
Provinciale Staten van Noordholland omtrent
de begrooting der provinciale Inkomsten en
uitgaven voor het dienstjaar 1936, spraken
verscheidene leden hun tevredenheid uit over
de door Ged. Staten overgelegde begrotings
cijfers; z|j getuigden van een voorzichtig be
leid.
Met ingenomenheid werd geconstateerd,
dat ondanks de nog steeds moeilijke tijdsom
standigheden de provinciale financiën nog een
vrij bevredigend beeld vertoonen, zoodat in de
opcentenheffing geen verandering behoeft te
worden gebracht.
Enkele leden waren van oordeel, dat men
aan een sluitende begrooting weinig waarde
kan hechten, wanneer er daarnaast niets,
althans uiterst weinig, wordt gedaan om het
volk uit zijn nood op te heffen.
die U kwelt en ^>elet te werken? Neem
een "AKKERTJE" en binnen een kwartier
voelt Ge de hooidpijn wegtrekken als mist
voor de zon. Heb steeds AKKER-CACHETS
in huis, vannacht kunnen zij te pas komen
bij Hooidpijn, Kiespijn, Zenuwpijn, Spier
pijn. Slechts 52 cent per 12 stuks. Overall
Alleen door eenheid van actie van sociaal
democraten en communisten, waarbij de ge
heele werkende bevolking tenslotte het ge
heele volk zich zou moeten aansluiten, kan
aan deze voortwoekering, door een einde te
maken aan eene verkeerde oeconomische po
litiek, eene grens worden gesteld.
Bij het pleit tot krachtige terhandneming
der jeugdzorg, sloten enkele andere leden zich
aan.
Verschillende andere leden merkten op, dat
het tot een zekere dankbaarheid kan stem
men, dat niet tot belastingverhooging be
hoeft te worden overgegaan. Zij juichten het
toe, dat in deze provincie betrekkelijk ge
sproken nog belangrijk werk kon worden
gedaan op het gebied van wegenaanleg en
verdere werkverruiming.
Verdediging van het nationaal-
socialisme.
Tegenover de politieke beschouwingen,
welke een aanval op nationaal-socialisme en
fascisme inhielden, kwam een enkel lid in
het geweer.
DE VERKOOPPRIJS VAN MELK.
De Staatscourant van Maandag 11 Novem
ber 1935 bevatte een beschikking, welke hier
op neerkomt, dat de inkoopsprijs van melk op
Regeeringscontract voor de week van 10 tot
16 November 1935 cent en voor de volgen
de weken cent hooger zal zijn dam de hui
dige.
Ter toelichting z|j het volgende opgemerktt
Basis van den inkoopsprijs van consumptie-
melk is de zuivelwaarde verhoogd met 1 cent.
Daar deze zuivelwaarde wekelijks wisselt en
de handel niet wekelijks den verkoopprijs aan
het publiek kan wijzigen, wordt van de zui
velwaarde een rekening-courant aangelegd, die
aangeeft, hoeveel meer of minder de veehou
der heeft ontvangen dan waarop h|j recht
heeft. Op dit oogenblik w|jst deze rekening
courant een bedrag aan van 4 cent ten gunste
van den veehouder; m.a.w. de veehouder zou
gedurende één week recht hebben op een 4
cent hoogeren prijs dan hij nu ontvangt.
Aanvankelijk lag het in de bedoeling den
inkoopsprijs met cent te verhoogen tot het
tegoed op de rekening-courant zou zijn ver
dwenen. Aangezien zoodanige verhooging ver
moedelijk zou geleid hebben tot verhooging
van den verkoopprijs aan het publiek is, mede
in verband met bezwaren van de z|jde van den
melkhandel, nader bepaald, dat de verhooging
van den inkoopsprijs met cent slechts ge
durende één week zal gelden en daarna V.
cent zal bedragen. Het verdwijnen van het
tegoed op de rekening-courant zal op deze
w|jze uiteraard langeren tijd vergen dan bij
een verhooging van den inkoopsprijs met
cent.
De Minister van Landbouw en Visschertj
vertrouwt dat door bovengenoemde regeling
de prijs waartegen de melk aan het publiek
verkocht wordt geen verhooging zal behoeven
te ondergaan.
Waar was zijn vrouw toch? Ze was ner
gens te zien. Toen schoot hem te binnen, dat
h|j haar een poos geleden had hooren zeg
gen, dat ze met Jo meeging.
Hij zou daar dan ook maar heengaan.
De brandmeester kwam hem nu zeggen,
dat hij een onderzoek had ingesteld in het
huis en dat dit, behalve wat waterschade,
bijna niets van den brand geleden had.
Hij knikte slechts en mompelde binnens
monds: „Dank je wel."
De brandweerman haalde een weinig ge
ërgerd de schouders op en verwijderde zich
weer. Nu hij zou dan zjjn vrouw maar op
zoeken. Het was hem als was h|j opeens vele
jaren ouder geworden. Z|jn sterke wil
scheen gebroken, zijn anders nog zoo veer
krachtige gang was nu veranderd in een zich
traag voortbewegen en langzaam, voetje
voor voetje, het hoofd gebogen en met de
handen op den rug liep h|j de gracht op.
Een gebroken man belde even later aan
het huis van Jo.
Daar was het nu stil geworden.
De dokter zeide, dat dat een gevolg was
van de zware verwonding aan z|jn long en
had den patiënt gezegd zoa stil mogelijk te
blijven liggen en niet te spreken.
Daarna was hij weer buiten bewustzijn ge
raakt en kort daarop was de dokter heen
gegaan met de belofte over een paar uur
terug te komen.
Jo schrok van het lawaai dat de bel
maakte en keek angstig naar den zieke of
het hem hinderde. Toen ging ze, geërgerd
over die stoornis naar voren om open te
doen.
Haar vader stond voor de deur.
Met nederigen, bjjna smeekenden blik keek
hij naar haar op als was hij de schuldige,
die deze ramp had veroorzaakt
Z|j voelde een diep medelijden in zich op
komen voor hem die daar, zonder iets te
vragen in deemoedige houding voor haar
stond.
De beide vrouwen zaten b|j het bed van
Wim en sloegen met angstige spanning den
patiënt gade. Een poosje geleden was h|j
heel even bij kennis geweest en toen was er
bloederig schuim uit z|jn mond gekomen.
„Kom binnen, vader," zei ze zacht.
H|j wachtte tot z|j de deur gesloten had
en volgde haar toen de kamer in waar de
zieke lag. Achter z|jn vrouw bleef h|j staan,
met de hand op haar schouder steunend en
heel even keek h|j naar Wim.
Toen sloeg h|j de oogen neer en bleef
wachten. Zijn vrouw legde een vinger op
haar mond om hem te beduiden, dat h|j stil
moest zjjn, maar dit gebaar was overbodig,
want geen woord kwam over zqn lippen.
„Gaat u zitten, vader," noodlgde Jo hem
vriendelijk uit terwijl ze hem een stoel wees.
H|j deed het en met het bovenlichaam
voorover gebogen, steunde h|) de ellebogen
op de knieën en het hoofd in de handen.
Een poosje later hoorden de vrouwen een
verdacht geluid en toen ze naar hem om
keken zagen ze dat er tranen tusschen z|jn
vingers doordruppelden.
Daar zat nu de trotsche, eigenzinnige
man, neergeslagen door het vijandige lot, in
eengeschrompeld tot een klein hoopje
ellende.
De oude vrouw was te zeer begaan met
haar dochter dan dat z|j ook maar een
oogenblik kon denken over de materieele
schade die z|j geleden hadden.
Wat beteekenden die enkele duizenden gul
dens bjj een menschenleven vergeleken?
En ze begreep dat, zoo er geen wonder
gebeurde. Jo haar man zou verliezen.
Maar ze wilde haar kind niet nog meer
verontrusten door dit te zeggen en daarom
trachtte z|j haar op te beuren door haar
moed in te spreken en evenals de dokter ge
daan had, haar er op te wijzen, dat hjj heel
sterk was.
Er werd dien nacht weinig gesproken door
de beide vrouwen, die voortdurend het oog
op den zieke gericht hielden.
Geen van hen dacht aan slapen en toen dtig
dokter in den vroegen morgen zjjn beloofde*
bezoek bracht en h|j den toestand van den
patiënt nog onveranderd vond, raadde h|j
hen aan ook om 'zichzelf te denken en om
beurten te gaan rusten.
De oude vrouw ging eerst eenige uren lig
gen om straks haar dochter af te lossen.
Nadat hjj getracht had te ontbjjten ging
de oude heer Vonk weg om het tooneel van
de ramp bjj daglicht te bekijken en de
schade aan het woonhuis op te nemen.
Toen hij weer terugkwam antwoordde h|j
op Jo's vragen, dat de'schade aan het huis
hem erg meeviel, maar dat er toch wel een
paar dagen mee gemoeid zouden z|jn eer
alles weer geheel ln orde was,
„Dan blijven Jullie zoolang hie», vader,"
zei zjjn dochter hartelijk, „en als ik u was,
ging ik nu maar een poosje slapen."
Als een gehoorzaam kind ging hij naar bo
ven.
Greta, die dien nacht reeds met haar man
was wezen kjjken, kwam, nadat ze de kin
deren naar school geholpen had, nu ook even
aanwippen en sprak met haar zuster af, dat
zij des avonds zou komen om een halve
nacht te waken.
Toen 's middags de dokter kwam was de
patiënt juist uit zijn bewusteloosheid ont
waakt en na een zeer ernstig onderzoek
toonde hjj zich zeer tevreden.
„Wel vrouwtje", antwoordde hjj op Jo's
vragenden blik, „het gaat goed zoo, de pa
tiënt heeftt geen koorts en als het zoo een
paar dagen bljjft vorderen we hard.
Denkt u erom, dat hjj niet mag spreken
en dat alles zoo rustig mogeljjk gehouden
wordt. Ik zal u voorschriften geven om
trent eten en drinken. Mocht er koorts bij
komen, laat me dan dadelijk waarschuwen.
Z|) beloofde, waarop de dokter weer heen
ging.
Het was den eersten Zondagmorgen na
den brand, dat bjjna de geheele familie ver
gaderd was in het huis op de Gracht.
Wim had een paar goede dagen gehad en
zjjn vrouw voelde zich bizonder opgewekt,
nu alles zoo naar wensch ging.
Ofschoon er op gedempten toon gesproken
werd en alle luidruchtigheid vermeden werd,
was het de aanwezigen aan te zien, dat z|)
in hun schik waren met den goeden gang
van zaken.
Slechts de oude heer Vonk mankeerde nog
op het appèl.
Deze had een paar slechte dagen doorge
maakt. Het was niet zoozeer de materieele
schade die hem zoo bedrukt maakte, doch
hjj tobde over andere dingen,
Den avond te voren toen ze zich ter ruste
begaven, had hjj een ernstig onderhoud met
zjjn vrouw gehad. Nadat zij den toestand
van Wim hadden besproken, had hjj gezegd:
„Luister eens vrouw; ik ben altijd een groote
dwaas geweest en een nog grooter egoïst,
altijd heb ik jullie zooveel tegengewerkt en
ik deed niet anders dan geld bjj elkaar
schrapen.
Jullie waren altjjd zoo geheel anders, zoo
veel beter dan ik. Ikhoe zal ik het zeg
genik heb jullie veel leed berokkend en
ik wou datdathet nooit gebeurd
wasdat ik het verhelpen kon."
Zijn vrouw, die dacht dat hij steeds tobde
over zjjn verloren zaak, was uitermate ver
rast hem zoo te hooren spreken.
Zjj drukte dankbaar zijn beide hemden en
zeide: „Hoor eens man, wat gedaan is, is ge
daan, maar nog is het niet te laat. Ga mor
gen naar Wim en Jo en vraag hen ver
geving. Ik ben er zeker van, dat ze je
gaarne tegemoet zullen komen en heel blij
zullen zijn, evenals ik.
Man, lieve man, je weet niet hoeveel goed
zulke woorden me doen."
De oude vrouw snikte van bljjdschap.
„Weet je wat mij zoo bizonder getroffen
heeft:" vervolgde hjj.
„Op den morgen van haar huwelijk heb ik
Jo de deur gewezen. Het was een onvergeef
lijke daad, dat besef ik nu pas ten volle.
En weet je wat zjj gedaan heeft?
Toen ik den nacht van den brand hierheen
kwam en zij de deur opende, had zjj het
volste recht mij den toegang te weigeren.
Zjj had gerust kunnen zeggen, man ga weg,
ik iken u niet, laat me met rust.
En weet je wat ze zei?
Ik verwachtte niet anders dan de harde
woorden die ik verdiend had, doch ze zei
dadel|jk: Kom binnen vader.
Ik voelde me diep beschaamd en was ge
troffen door haar gulle hartelijkheid.
En nu zal ik doen zooals je zegt. vrouw.
Morgen zal ik hun om vergiffenis vragen eu
hoop ik, dat alles nog in orde komt."
Het is reeds lang na middernacht eer de
oudjes gingen slapen en belden gevoelden,
dat de hooge scheidsmuur, die voorheen elke
toenadering had belet, nu was afgebroken.
Den volgenden morgen bij het ontb|jt be
gon hjj opeens tegen Jo te spreken over wat
hem zoozeer bezwaarde.
Zjjn dochter maakte het hem gemakke
lijk en zei nog voor hij uitgesproken had:
„Hoor een vadertje, het verleden zullen we
laten rusten, dat is voorbjj en daar spre
ken we niet meer over."
„Ik ben blij," zei de oude man. „dat je er
zoo over denkt, Jo, het getuigt van je groote
edelmoedigheid, maar ik zou toch graag wil
len, dat je me de verzekering schenkt, dat
je me vergeeft."
Zij keek hem aan en las in zijn oogen, dat
hij hongerde naar eenig blijk van genegen
heid. Zij stond op en terwjjl ze de armen om
z|jn hals sloeg boog ze zich over hem heen
en zeide: „Lief, best vadertje, ik verzeker u,
dat ik u van harte gaarne vergeef en ik ben
heel blij, dat ik nu mijn vader weer terug
gevonden heb." Zjj kustte hem op beide
wangen en vroeg: „Bent u nu overtuigd,
papa?"
Hij dankte haar geroerd en de oude vrouw
wischte een traan weg toen zij dit tafe
reeltje aanzag. Jo wipte even de voorkamer
ln maar kwam dadelijk weer terug met da
medcdeellng dat haar man nog sliep.
Haar vader maakte zich gereed voor eet»
lange wandeling.
(Wordt vervolgd),