wmn
Modepraatje
De provisiekast
der dieren.
PAG. 4
ZATERDAG 7
DECEMBER 1935
T JUTTERTJE
huwelijksgeschenk zeven kinderen mee
bracht. In een gelukkig huwelijksleven
van elf jaar schonk zfl het leven aan ze
ven kinderen. Haar vierde huwelijk met
David Ladewijk Cronje vermeerderde haar
gezin met acht kinaeren, terwijl zij er zelf
nog vier bij kreeg. Het aantal kinderen
uit de verschillende huwelijken breidde
zich gestadig uit'en toen ook deze man
door een ongeluk gedood werd, huwde zjj
Hendrik Klopper, uit welk huwelijk tien
kinderen geboren werden. Na den dood
van dezen man trouwde zij niet Coenraad
van Wijk, een weduwnaar met vijf kinde
ren, terwijl zij er zelf nog vier bij kreeg.
Elf gelukkige jaren heeft zij met dezen
man doorgebracht en. toen hij stierf, had
de wêduwe in totaal vijftig kinderen
bijna tweehonderd vijftig kleinkinderen,
waarvan, velen den laatsten verjaardag
der krasse tachtigjarige moeder en groot
moeder, die ook overgrootmoeder is, heb
ben mede gevierd.
Middagjapou.
VKK 1762.
De japon van effen wollen stof bestaat
uit één achterbaan, waarin op taillehoogte
twee naadjes worden aangebracht aan den
binnenkant, waardoor de rug meer aan
sluit. De voorzijde heeft opgestikte zij
stukken, waardoor een bijzonder aardige
lijn wordt verkregen. De revers worden
aangeknipt en met de stof tegen gevoerd,
terwijl een smalle kraag wordt aangezet
Ceintuur van hetzelfde met eenvoudige
gesp-sluiting met knoopen. Bij dit model
zijn aangesloten mouwen het meest in
overeenstemming; zij worden, aan den pols
met rechte stofreepen afgewerkt en
knoopgarneering. Het japonnetje kleedt
buit'èngewoon aardig en wordt van effen
wollen stof gemaakt. Geen andere garnee
ring wordt aangebracht dan een aardige
bloem, die even boven de revers gehecht
wordt.
Patronen verkrijgbaar in de maten 44
en 48 voor 0.58.
Gekleede japon.
VKK 1765.
Met zeer weinig moeite kan men. deze
bijzonder aardige japon maken, die zoo
goed kleedt. Bedrukte zijde wordt hiervoor
gekozen, terwijl de garneering uit plissé's
aan voorzijde en mouwen bestaat. Indien
men aan effen zijde of desnoods een
wollen georgette dr voorkeur geeft, zal
het effect niet minder goed zijn.
De japon bestaat uit bovenstuk met los
vo:orstuk, waarvan de plissé's gezet wor
den terwijl deze ook op de mouwen aan
een aparte stofreep worden bevestigd.
De tweebaansrok heeft aan de voorbaan
een klein heupstuk, waaraan twee stof
reepen geknipt zijn, die dienst doen als
ceintuur en als garneering een gesp of een
paar glazen ringen hebben.
Ben. stof 4 el Van 100 cm breed.
Patronen' verkrijgbaar in de maten 44
en 48 voer 0.5814.
Mfddagjnpon.
VKK 1767.
Deze eenvoudige, doch gekleede middag
japon geeft het figuur een mooie lijn, door
de smal toeloopende halsuitsnijding, met.
tot de taille reikende revers. De opening
tusschen de revers is aangevuld met een
vest, bestaande uit smalle over elkander
vallende valenciene kantjes, die men klaar
kan koopen.
De rok bestaat uit één achterbaan en
een voorbaan, waarvan de aan weerszijden
opgestikte, naar binnen vallende plooien,
even den indruk geven van een smalle
baan. Ongeveer'35 cm van den zoom af
springen deze plooien uit, waardoor de
noodige bewegingsvrijheid wordt verkre
gen. Mooie aansluitende mouw.
Ben. stof 3 m van 1.30 m.
Patronen verkrijgbaar in de maten 44
en 46 0.58.
KANS-BEREKENING.
Wanneer men een contract afspeien
moet, Is het van groot ..belang te weten
hoe de ontbrekende kaarten van één of
meer kleüren, verdéeld zullen zitten.- JD's
experts hebben daarvoor- een. kansbereke
ning opgemaakt, die aan ontelbare nor
male s pellen getoetst is en dan ook van
zeer veel nut kan zijn.
In onderstaand spel-voldeed de kans
berekening heel goed:
S. b.7.3.
H. h.6.2.
R.h.7.4.
K. h.8.7.4.
S. a.h.10.8.6.
H. 10.7.
R. b.10.9.5.
K. b.9.
S. v.9.4.
H. 9.4.3.
R. v.3.
K. v.10.6.5.3.
N.
W. O.
z.
S. 5.2.
H. a.v.b.8.5.
R. a.8.6.2.
K. a.2.
Bieden N/Z kwetsbaar, Zuid gever;
Zuid 1 H. 4 H.
West IS. pas
Noord 2 H. pas
Oost pas pas
Het antwoord van 2 H. van Noord, vind
ik persoonlijk niet mooi, omdat de kaart
wel eenige kracht en troefsteun bevat,
de speelwaarde is maar klein, er zitten
geen speelslagen in. 1 S.A. had m.i. juister
geweest.
West begon maar direct eenige slagen
te incasseeren en speelde S. h. en a., ter
wijl de 3e' S. door Z. werd getroefd.
Zoo op 't eerste gezicht worden door
den speler altijd de l troeven en de azen
en heeren van de beide lage kleuren ge
maakt, dus in totaal 9 slagen; aan het
contract ontbreekt er dan nog 1, die
alleen ,kan worden gemaakt, als de R.
33 verdeeld zitten tusschen de beide
tegenspelers.
Nu leert ons echter de kansberekening,
dat bij het ontbreken van 6 kaarten van
een kleur de 33 verdeeling slechts in 36
van de 100 gevallen, de 42 verdeeling
echter in 48 van de 100 gevallen voor
komt, zoodat de kans op een gunstige
verdeeling kleiner is dan op een ongun
stige.
De speler wist er echter iets anders op
te vinden en speelde niet eerst de troe
ven uit, doch de Ruiten. Aas en Heer wer
den gemaakt en de derde Ruiten werd
door West overgenomen met de 10. Ge
bleken was nu reeds dat de verdeeling
van de Ruiten werkelijk 42 was. Waar
mede West nu terugspeeld is van minder
belang, omdat Z. toch altijd aan slag
komt en onmiddellijk de 4e Ruiten na
speelt, die hij in den Blinde met de H. h.
laat troeven, zoodat overtroeven niet mo
gelijk is.
Klerk: „Gefeliciteerd met uw jubileum,
meneer.
Chef: „Maar ik viei heelemaal geen
jubileum."
Klerk: „Jawel, mijnheer, ik ben van
daag 25 jaar bij dé firr.ia."
Daarna werden de troeven uitgespeeld
en met K. aas en/of heer was het con
tract gemaakt.
Natuurlijk moest hij nu de kans nemen
van een ongunstige verdeeling van de
troeven, het zou kunnen gebeuren, dat
deze 41 zaten en dan moet in die kleur
een slag worden verloren, maar ook hier
werd afgegaan op de kansberekening, die
aangeeft, dat 5 ontbrekende kaarten in
68 van de 100 gevallen 3—2 verdeeld
zitten.
Ook bij het volgende' spel komt de
kansberekening van pas:
S. a.7.3.
H. a.v.8.6.3
R.. 8.7.-
K.; 6.5.4. -
S.:4.
H. b.9:2.
R. h.v.4.3.2.
K. h.10.9.2
- 'S. 6.5.
H. li.10.7.4.
R. h.10.9.
K. B.8.7.3.
N.
W. O
z.
S. h.v.b.10.9.8.2.
H. 5. - 1
R. a.6.5.
V K.a.y.- V v
Bi-edëii: -(West en Oöst passen 'steeds)-
Zuid 1 ik 'Noords 2 H, --
4' S. 5 S.
d S. pas.
West kwam uit met R. h., die in de
hand met het aas werd genomen.
Ik denk wel, dat de meeste spelers één
der beide snijkansen zouden hebben geno
men, die beide verkeerd uitvallen, zoodat
aan het contract niet zou zijn voldaan. Er
is echter een mogelijkheid om het contract
zonder snijden te maken en wel doordat de
'kansberekening aangeèft, dat. de 7 ont
brekende H. in 62 van dé 100 gevallen
4—3 verdeeld zitten, zoodat de 5e H. op
tafel kan worden vrijgespeeld. waarop dan
de te verliezen K. v. kan worden wegge
speeld. Toch een mooiere oplossing dan in
het wilde weg te snijden!
- N. D. S.
Men verzamelt winter
voorraden. De hamster
hamstert. Hoe de mol
conserveert
door
H. W. SMULDERS.
Door de manieren, waarop de verschillende
dieren voorzorgsmaatregelen voor den
winter nemen, met elkaar te-vergelijken,
krijgt men een interessanten kijk op de
psychologie dezer dieren.
De fauna, in dé noordelijke regionen
heeft op dat gebied .-atuurlijk een zekere
routine, omdat in die str< ken ue kou eigen
lijk het geheele jaar door heerscht
De poolvos en de blauwvos beginnen er
ai vroeg mee om hun provisiekamers te
vullen, in de eerste plaats met vogels. Dc
kleine alk is hier „favoriet".
De vos vangt zooveel mogelijk vogels,
eet tot hij niet meer kan, en bergt'de rest.,
in een kloof in het "ijs, welke hij zorgvul-;
dig met mos dichtmaakt.
En in de koude dagen, dat schraalhans
keukenmeester is, wordt het -voedseldepót
geopend en aangesproken, wanneer er ten
minste niet anderen, soortgenooten, hem
voor geweest zjjn.
Over het algemeen behoort het tot de
uitzonderingen dat vleeschetende dieren
voorradenopslaan, omdat zij het voedsel
niet zoo goed kunnen conserveeren als de
poolvos.
Doch ook de bunzing verbergt muizen
en kikvorschen in gaten, en eet die op m
tijden- van nood.
Heei intelligent is in dit opzicht de mol,
wiens provisiekamer bepaald geraffineerd
ingericht is. Hij conserveert zijn regen
wormen, aoor ze eenvoudig den kop af te
bijten, en ze eep voor een door een dunne
aardlaag te isoleeren. Jaardoor- kunnen
de wormen .weiswaar doorleven, maar ze
kunnen niet ontvluchten, omdat ze zonder
kop geen gangen,, kunnen graven.
De hamster, die speciaal voor .dit doei
met wangzakken is /uitgerust, en die om
zjjn voedselverzamelen zóó bekend is, dat
van hem het woord „hamsteren" afgeleid
is, oezit een voorbeeldig ingericht voedsel
depót. En ook 3e in Amerika levende
buidelrat heeftzakken, buidels, aan zijn
lienaam, waarin hij oorraden verzamelt.
Soms is het de menschelijke onachtzaam
heid, die 'aüe voorzorgsmaatregelen der
dieren te niet doet; of het -zijn dieren, die
hun rijkere broeders benadeelen. Wilde
zwijnen eten bijvoorbeeld graag de wortels
uit de provisiekamers der woeimuizen en
schapen de grasnoopen van de sneeuw-
haa~. Vogels verzamelen zelden voorraden.
Het is bekend, at de specht ga.in. in de
boomen boort,om er -eikels'in te bewaren.
't Melancholieke interregnum.van dén
herfst gaat over in dat jaargetijde, hetwelk
gekenmerkt wordt, door kou: de winter.
Met den winter verbindt de mensch int de
noordelijke streken" de voorstelling, van
glinsterend-witte ijsvlakten, van witte,
zwevende sneeuwvlokken, en_dan glijden de
gedachten; yèrder naar het"-Feest van h|t§
Lichtlmldden in dege koude periode, en hêtö
Kerstfeest^ versierde .denaehoomen -en--=aiiés
wat er mee samenhangt, zijn prettige,
heerlijke dingen om aan te denken.
Overigens maakt de overgang, de ver
andering van temperatuur, zich op -een
buitengewoon onaangename wijze merk
baar. Verkoudheder zijn aan de orde van
den dag-en de menschen schikken er
zich in: het moet nu eenmaal koud zjjn
in dezen tijd van het jaar...! Door be
schermende maatregelen, hetzij door war
me kleedingstukken, hetzij door het ver
warmen der kamers, tracht men er het
beste van te maken.
En zooals de menschen da t doen, de
.intelligente, begaafde, knappe schepsels,
zoo doen het ook de dieren, die, doordat zij
zeer veel instinct hebben, ook des te ge
voeliger zijn.
Het is een zeer verstandig ding van ds
natuur om 's winters de pels en het veeren
kleed der dieren dikker te maken. Daar
door worden zij zooveel mogelijk tegen de
kou beschermd.
Maar... wat helpt deze warmte, indien
het voedsel ontbreekt, én het niet mogelijk
is aan voedsel te komen?
Om te maken dat zij i„et hoeven te ver
hongeren, beginnen veel dieren winter
voorraden op te slaan, en een blik in de
verschillend ingerichte voorraadkamers
laat zien, hoe handig ze daarin zjjn. De
intelligentie, waarmee de dieren zich voor
den winter verzorgen, zou men kunnen
vergelijken met die van de huisvrouw, die
het zoo goed verstaat om voedselvoorraden
te verzamelen! Natuurlijk hebben de ver
schillende categorieën van dieren hun
speciale methoden, en zelfs die zrjn tij
elk dier afzonderlijk anders. De provisie
kamers der dieren laten ons hun verschil;
lenden aanleg en eigenschappen zien, maar
zij zijn tegelijkertijd een symbool voor de
zórgende wijsheid van de natuur.