Abonneert II op dit M WSIROOP De Engelsche regeering ^preekt zich uit ten aanzien van de Parijsche vredesvoorstellen. Predikbeurten Last van Uw zenuwen? Verdrijf dien Hoest TWEEDE BLAD HELDERSCHE COURANT VAN ZATERDAG 21 DECEMBER 1935. De verklaring van Hoare. - Heftige critiek van de oppositie. Een onderhoud met den Keizer. Het antwoord van den Negus. De Volkenbondsraad plotsel ng verdaagd. De uitbreiding der sanctie- maatregelen. Strijd aan de Takarze. De zameling van trouwringen Hoest- Criep-Brofichitis-Asthma N Vraag aan de Middellandsche Zee-mogendheden. Scherpe Italiaansche aanvallen op Baldwin liet 76e Italiaansche legerbericht Van het Noordelijk front 1 Milliard lire extra op de Italiaansche begrooting Er heerschte Donderdag geweldige spanning in het Lagerhuis waar meer dan 550 afgevaardigden opgekomen waren om de debatten over de vredesvoor stellen bjj te wonen. Ook de prins van Wales en een groot aantal buitenlandsche diplomaten woonden de ritting bij. Er was een atmosfeer van ernst zoo als men die alleen op heel belangrijke dagen van de troonrede, de indiening der begrooting enz. aantreft. Het vragenuur waarmee de zitting opende werd bekort en tegen half vier kwam Sir Samuel Hoare binnen en ging op de hoekplaats in de derde rij der conservatieve banken zitten. Hij werd met groot applaus ontvangen, waaraan ook arbeiders-afgevaardigden meededen. Plotseling was het in de groote zitting zaal rustig en daardoor vestigde ieders- aandacht zich op de geste van Sir Aust en Chamberlain, door velen beschouwd als de opvolger van den afgetreden minister van buitenlandsche zaken. Chamberlain bood zijn hoekplaats op de voorste bank der regeeringspartijen aan en nam zelf plaats op een stoel, die daarnaast stond. Verklaring van Hoare. De voorzitter verleende den afgetreden mi nister bijna onmiddellijk het woord. Sir Samuel zeide om.: Ter zake diene in de eerste plaats dat ik, van het ©ogenblik dat ik de portefeuille van buitenlandsche zaken aanvaarden, het als mijn voornaamste taak heb beschouwd om den vrede te bewaren in Europa en tot bijna lederen pri)s een oorlog Italië—Engeland te voorkomen. De oorlog in Oost-Afrika had groote moeilijkheden gebracht in de verhou dingen tusschen Groot-Brittanje en Frankrijk. Een deel der Fransche openbare meening was niet voor de toepassing van sancties en zij was Italië welgezind, een ander deel wilde Italië thans niet uitdagen met het oog op de Fransche verdedigingsmiddelen in het Zuiden. Niettemin was de Engelsche regeering ver plicht de sancties toe te passen, toen zij een maal afgekondigd waren en daartegen heb ik mii ook geen oogenblik verzet, maar loyaliteit »an het beginsel van den Volkenbond en arti kel 16 behoefde niet te beletten, dat de vredes pogingen intussohen werden voortgezet. EEN DREIGENDE TOESTAND. Toen ontstond plotseling een nieuwe dreigende toestand b|j het voornemen om een embargo op den uitvoer van petro leum te leggen, met de bedoeling den oorlog daardoor te bekorten. De weerslag dien de aankondiging van dien eventueelen maatregel In Italië vond was geweldig en van alle zijden bereikten mj] betrouwbare rapporten, dat Italië zulk een embargo niet langer zon be schouwen als een oeconomlsche, maar als een militaire sanctie en aldus zou beant woorden of m.a.w, den oorlog verklaren. Dit wenschte Ik te voorkomen; niet uit vrees voor een Itatlaanscben aanval, die, zooals de geschiedenis bewezen heeft, nooit eenlg succes tegen Engeland heeft gehad, maar omdat een Italiaansch-Engelsche oorlog, afgezien van zijn uitkomst, In elk geval zou hebben geleid tot een volkomen ontbinding van den Volkenbond en daar mee van het systeem van collectieve vei ligheid, dat wij met zooveel moeite waren beginnen op te bouwen. In deze atmosfeer van dreigenden oor log vertrok ik naar Parijs. Toen ik te Parijs was bleek, dat ook de Fransche regeering den ernst van den toe stand had Ingezien en zij was verder gegaan en had een serie vredesvoorstellen geformu leerd, die haars inziens een bruikbare basis voor nadere onderhandelingen tusschen par tijen en den Volkenbond konden vormen. Het werd mij spoedig duidelijk, dat de voorstellen, die gij nu alle kent, de mini mum-basis vormden, van welke de Fran sche regeering eenig succes verwachtte. Ofschoon ze mij persoonlijk te ver gingen, beoordeelde ik den toestand toch zoo ern stig en zag zulk een gevaar in niets doen, dat ik mijn toestemming gaf zonder vol doende zekerheid te hebben erlangd van de toestemming van de Engelsche regee ring. Ik meende hiertoe gerechtigd te zijn, omdat de tijd drong en mede omdat er niets defini tiefs aan de voorstellen zelf was clan een basis. Ik schroom evenmin te erkennen, dat ik ze zeer veel minder gunstig vond dan m\j spoedig bleek uit de Engelsche openbare meening, die een geheel andere zienswijze was toegedaan. Maar dat ik ten slotte mijn per soonlijke bedenkingen op zij schoof en mijn toestemming gaf, was vooral omdat ik vreesde te Addis Abeba de valsche hoop te wekken dat de Volkenbond meer voor Abessinië zou kunnen doen dan in de voorstellen vervat was. Ik heb de mogelijkheid voorzien en over wogen, dat Abessinië als onafhankelijke staat zou vernietigd worden en dus zou ophouden te bestaan. Het was geen oogenblik mijn be doeling, dat deze voorstellen den Negus en zijn regeering zouden opgedrongen worden als de eenig mogelijke oplossing, maar voor mjj stond een ding vast: 3r waren s echts twee mogelijkheden van vrede: door onderhandelingen en door over gave en van dat standpunt uitgaande was het niet moeilijk om mijn keus te bepalen. Thans kan ik zeggen: de voorstellen bestaan niet meer, maar het vooruitzicht op een vrede dcor vergelijk en onderhan''"1-'-'g fs althans nog gered. Het kwam mü bovendien vreemd voor, dat niet alle Volkenbondsstaten de balans van den algemeenen politieleen toestand hadden opgemaakt zooals wij. De anderen of vele anderen schenen het gevaar niet zoo acuut in te zien en Ik vernam niets van besprekingen of maatregelen om onze Volkenbondssolidaritelt, als het er op aan moest komen, ook door daden te kunnen bewijzen. Wij hebben Aden en Malta ver- Sterkt, wjj hebben een deel der vloot naar Alexandrië verlegd, maar geen enkel ander Volkenbondslid heeft één schip of één soldaat gemobiliseerd of van standplaats doen veranderen. Het was mijn vaste over tuiging, dat w|j geen honderd procent vrede konden krijgen met vijf proeent samenwerking. De aanvaller zou ongetwijfeld het voordeel hebben gehad van het toebrengen van den eersten slag met snelheid en minutieuze be slistheid en alle leden van den Bond hadden zich op die mogelijkheid moeten voorbereiden. Na het overwegen van al die mogelijkheden heb ik de feiten onder de oogen durven zien en een beslissing genomen, die den vrede al thans niet in onmiddellijk gevaar bracht en bovendien de deur openzette voor nadere onderhandelingen. Intusschen is mij gebleken, dat de groote meerderheid van mijn eigen volk het met de door mij gevolgde gedragslijn niet eens was. Ik kon niet meer terug, en geloof zelfs op dit oogenblik nog, dat ik den eenlgen weg heb ingeslagen, die mij in de gegeven omstandig heden open was gebleven. Nu ik op dien weg niet langer het vertrouwen van mijn eigen landgenooten blijk te bezitten, heb ik, zonder «enigen aandrang van buitenaf, aan Baldwin, mijn premier, mijn ontslag aangeboden, dat deze heeft aanvaard. Sir Samuel ging zitten, onder levendige toe juichingen van een deel der conservatieven, en een beetje lauw handgeklap van een paar liberalen en arbeidersafgevaardigden, en toen majoor Attlee zoowat 5 minuten bezig was, heeft de gevallen minister langzaam en schijn baar onopgemerkt het Huis verlaten. Motie van afkeuring. Majoor Attlee diende daarop een motie van afkeuring in, waarin gezegd wordt, dat de voorstellen van de Britsche regeering tot rege ling van het Italiaansch-Abessijnsche geschil den aanvaller beloonen ten koste van het aan gevallen land, dat zij het systeem van de collectieve veiligheid vernietigen, en dat zij gericht zijn tegen den duidelijk uitgesproken wensch van de volkeren en tegen het Volken bondsconvenant, waaraan Groot-Britannië zijn steun beloofd had. De arbeiderspartij eischt dan ook, dat de voorstellen onmiddellijk zullen worden ingetrokken. In de toelichting zeide de leider der oppo sitie o.m.: De rede van Sir Samuel was, met alle respect voor de eerlijkheid, een onmogelijke rede op zichzelf. Zij had nooit in dien vorm gehouden mogen of kunnen worden. Het is geen excuus ons op anderen te be roepen en te zeggen, dat anderen geen afweer- maatregelen hadden genomen. Onze regeering had haar trouw aan den Volkenbond verpand en dat den kiezers meegedeeld.. De moeilijk heden van de toepassing der sancties hadden vóór de afkondiging onder de oogen gezien moeten worden. Misschien waren andere maatregelen moge lijk geweest, maar nu ze afgekondigd waren, had de regeering ze met het volle gewicht van haar invloed en verantwoordelijkheid moeten steunen, en niet voor de toepassing van uitgebreide sancties moeten terugschrik ken door met deze vredesvoorstellen als uit weg aan te komen. Ik stel dus de pertinente vraag: Heeft de regeering deze voorstellen gekend en goedge keurd? De eer van ons volk en de eer van den eersten minister hangen van het antwoord af, dat ik zal krijgen. (Stormachtige toe- Juichingen op de banken der arbeiderspartij). Er is m. i. slechts een ding wat wij moeten ten doen, maar dan ook onverwijld, deze voor stellen, ofschoon zy in feite al niet meer bestaan, moeten ook thans nog in het open baar verloochend en gewraakt worden, omdat z() niet in overeenstemming zijn met het ge geven woord van het Engelsch volk. (Her- nieuwe toejuichingen). Baldwln's antwoord. Onmiddellijk stond de premier, onder doode- lijke stilte op, en zichtbaar aangedaan zeide h(j: Ik zal volkomen openhartig en eerlijk zijn en ik zal met de meeste nauwgezetheid zeg gen wat mijn aandeel bij de vredesvoorstellen geweest ls en en in hoever ik direct mede verantwoordelijk ben. Toen sir Samuel naar Parijs vertrok drong de tijd. Hij vond er de voorstel en reeds gereed en schreef er mi) een uitvoerigen brief over, die mij, door den tusschenliggenden Zondag eerst Maandagmorgen bereikte. Wij wisten toen niet dat reeds overeenstemming bereikt was. Maar toen ik Maandagmorgen den kabi netsraad bijeenriep waren de voorstellen door het door mij reeds vorige week gesignaleerde „lek" te Parijs bekend geworden en ik stond slechts voor de keus: aanvaarden of mijn collega verloochenen. Persoonlijk gingen de voorstellen ook mij te ver en ook in den ministerraad stuitten zij op ernstige bedenkingen en verzet De ver antwoordelijkheid rustte in laatste instantie ten volle bij mij en toen ging het bij mij slechts om de vraag of ik een afwezigen co'lega en departementschef steunen of wra ken moest. Na ernstig beraad besloot ik hem te steu nen en ik gaf, in het volle besef van wat ik deed mijn toestemming. Mijn eerste werk hierna was om sir Sumuel uit Zwitserland weer thuis te krijgen. Een cp zich zelf onnoozel ongelukje heeft mij ook daarin gedwarsboomd en intusschen hadden de voorstellen hun uitwerking op de openbare meening niet gemist. Ik erken dat er veel schade door be rokkend Is die de tijd alleen weer zal kunnen goedmaken. Ik wil ook beloven dat zulk een toestand nooit meer zal voor komen en dat de voordeelen van een poli tieke liaison niet meer op deze wijze zul len misbruikt worden. Een uitstel van de bekendmaking ware natuurlek de eenige oplossing geweest, maar de verantwoordelijkheid rust nu ook ten volle op mfl en al miin collega's. Het Engelsche kabinet heeft de voorstellen goedgekeurd. Maar dit beteekende ten s'otte slechts dat de regeering bereid was de beslissing aan Genève over te laten. De voorstellen zijn inm'ddels volkomen dood en de regeering zal niet de geringste poging aanwenden om ze weer tot nieuw leven te wekken. De leider van de oppositie heeft ge vraagd waar de regeering stond? Ik ant woord met den meesten nadruk: Waar zij altijd gestaan heeft en zal blijven staan n.1. om het statuut van den Volkenbond naar de letter en den geest aan te han gen en uit te voeren. Ik eindig u te vragen rnjj opnieuw uw vertrouwen te willen schenken. (Applaus). De arbeidersafgevaardigde Dalton, gewezen onder-staatssecretaris van buitenlandsche zaken, zeide, dat de rede van Baldwin een ver dediging van het optreden van de regeering een van de minst overtuigende geweest was. Dalton vroeg, of Engeland bereid was de kwestie van het petroleumembargo weer op ie nemen. Hij wenschte ook te weten, of het tot de politiek van de regeering behoorde niets te doen, dat het fascistische regieme in Italië in gevaar zou brengen. Het antwoord van de regeering. Neville Chamberlain antwoordde voor de re geering. Over de kwestie of andere mogend heden geraadpleegd waren, zeide Neville Chamberlain, dat indien er gevaar voor e eni gen aanval was, dit zou zijn in de Middeliand- sche Zee. Belangrijk om te weten was voor Engeland de houding van de mogendheden aan de Middellandsche zee. Ook aan andere mogendheden dan Frankrijk is naar hun hou ding gewaagd, maar die van Frankrijk was verreweg het belangrijkst. Hij zeide tevens, dat Engeland van den kant van sommige mogendheden geen bevestigende verzekering gekregen heeft. Wat het petroleumembargo betreft, zeide Chamberlain, dat als de Volkenbond tot een doeltreffende toepassing besluit en Engeland overtuigd is, dat alle leden van den Volken bond die van belang zijn, niet slechts bereid zijn, om hun verzekering te geven, maar om deel te nemen aan den afweer van een aanval, die plotseling en onverwacht zou kunnen vol gen, Engeland bereid is om zijn rol te spelen en toe te stemmen in het opleggen van een petroleumembargo. Daarop werd de motie van afkeuring van de arbeiderspartij met 397 tegen 165 stemmen verworpen en het door de regeering goedge keurde amendement-Winterton met 300 tegen 165 stemmen aangenomen. „De guerilla-taktiek is volkomen ge slaagd". Vele vrouwen en kinderen omgekomen. (Van onzen correspondent Stuart Emeny). Dessie, Donderdag. Vandaag heb ik een onderhoud gehad met den Koning der Konin gen, aan den -ngang van het hoofdkwartier alhier. De keizer droeg de uniform van een maarschalk van het Abessijnsche leger. We spraken over de Parijsche bemiddelings voorstellen en over het verloop van den oor log. „Wij vertrouwen er op, dat de Volkenbond ons niet in den steek zal laten en wij geloo- ven niet, dat hij een bemiddelingsvoorstel zal steunen, welks karakter in strijd is met het Volkenbondsstatuut, een voorstel, dat in- druischt tegen de werkelijke belangen van Abessinië en de wereld", aldus zeide de kei zer, „Wij hebben de voorstellen grondig be studeerd en de mogelijkheden er van ernstig overwogen, maar zij bleken volkomen onaan vaardbaar te zijn voor Abessinië, dat, indien zulks noodig blijkt, bereid is- den strijd voort te zetten." Op mijn verzoek, zijn meening te geven over de kansen in den oorlog, zei de keizer: „Tot nu toe hebben de Italianen iniandsche troepen gebruikt op alle kritieke punten van den strijd. Deze iniandsche troepen zijn met succes teruggeslagen of opgehouden door onze guerilla-troepen, geheel in overeenstem ming met onze verdedigingstactiek. Deze taktiek is zoo doeltreffend gebleken, dat de Italianen er van hebben afgezien een alge meenen opmarsch der blanke troepen te on dernemen. De keizer zeide niet in staat te zijn, cijfers omtrent de Abessijnsche verliezen te geven, maar wel verklaarde hij, dat het aantal vrou wen en kinderen, die tijdens de luchtbom bardementen ln Ogaden om het leven zijn ge komen, weerzinwekkend groot is. Op de vraag, hoe het met den Abessijn- schen ammunitievoorraad gesteld is voor het geval de oorlog nog lang zal duren, wenschte de keizer slechts het volgende te antwoorden: „Iedereen weet, dat Abessinië niet voldoen de wapenen bezat, toen de oorlog uitbrak. Dat had zijn oorzaak in het verbod van wapen- leveranties. Maar onze troepen beschikken thans over voldoende middelen om den strija geruimen j tijd voort te zetten en de noodige maatregelen voor een geregelde voedselvoorziening zijn door een speciaal daarmede belast regeerings- departement getroffen. De moraal van mijn troepen is schitterend", vervolgde de Keizer, „en ik ben er zeker van, j dat zij hun land tot het einde trouw zuilen I dienen ln den strijd voor een rechtvaardige j zaak." Hiermede was ons onderhoud ten einde. De Abessijnsche regeering heeft aan de ge zanten van Frankrijk en Engeland een memo randum overhandigd, dat het antwoord bevat op de Fransch-Britsche vredesvoorstellen. Hoewel de officieele tekst van dit antwoord geen woorden van weigering of verwerping der voorstellen bevat, worden deze niet aan vaard, daar zij beoogen een regime in te stél len, dat erger is dan een mandaat, dat het uiteenvallen van Abessinië zou voorbereiden, en dat gelijk zou staan met omverwerping der Volkenbondsprincipes. Het antwoord is geen categorisch „neen", doch laat het aan den Volkenbond over het Vredesplan te verwerpen. „Wij zijn overtuigd, aldus wordt in het antwoord verklaard, dat nog de raad, noch de vergadering deze voor stellen zullen steunen die buiten het kader van den Duee vallen, die een inbreuk vormen op de feitelijke beginselen waarop het organisme van Genève is gebaseerd, en afbreuk doet op de onafhankelijkheid en territoriale onschend baarheid van een staat, die "lid is van den Vol kenbond, terwijl zij een belooning vormen van den aanvaller, ten koste van het slachtoffer. Wij zijn vastbesloten ons grondgebied en onze vrijheid tot het einde toe te verdedigen. Eden en Laval moeten „thuis" zijn! Het geheele vastgestelde programma van werkzaamheden voor Vrijdag en Zaterdag is plotseling en nauwelijks een half uur later om ver geworpen. De Volkenbondsraad en de commissie van achttien zijn reeds heden namiddag bijeen ge weest en de commissie van dertien zal voor- loopig heelemaal niet vergaderen. Alle leden van den Volkenbondsraad en van de commissie van achttien verlieten Genève. De reden. De voornaamste reden voor het plotseling einde der Geneefsche besprekingen was, dat Eden onmiddellijk na afloop der geheime raadsvergadering uit Londen den wensch te hooren kreeg, dat hij met het oog op de daar bestaande crisis zoo spoedig mogelijk naar Londen zou terugkeeren. Laval greep den wensch van Eden naar een zoo spoedig mogelijke beëindiging van de Ge neefsche bijeenkomst gretig aan, daar ook Laval zoo spoedig mogelijk in zijn land terug wil zijn om aan de politieke manoeuvres tegen hem, die tijdens zijn afwezigheid des te ge vaarlijker zouden kunnen zijn, zoo snel moge lijk weerstand te kunnen bieden. Het is niet onwaarschijnlijk, dat de val van Hoare de volgende week ook den val van Laval mede tengevolge zal hebben. De positie van Laval is toch door het aftreden van Hoare sterk verzwakt en Laval zal zeker te Parijs piet kunnen beweren, dat zijn vredesplannen van 8 December hem te Genève veel lauweren hebben bezorgd. Met het oog op de verhoogde kans dat Laval tot heengaan zou worden gedwongen, hadden de andere leden van de commissie van acht tien geenerlei bezwaar er tegen de bespre kingen over de petroleumsanctie tot begin of midden Januari uit te stellen in de hoop, dat dan een Fransch minister-president aanwezig zal zijn, die meer sympathie voor de verscher ping der sanctiemiddelen zal bezitten. Van üngelsehe zijde werd de aandacht er op gevestigd, dat de woorden van voorzitter Vasconcellos duidelijk maken dat ondanks de ondernomen verzoeningspogingen de toepas sing der sanctiemaatregelen onverzwakt zal blijven voortgaan en tevens, dat de kwestie van de uitbreiding der sancties op de volgen de bijeenkomst der commissie van achttien aan de orde zal komen. Zooals boven vermeld, ls men in Volken bondskringen van oordeel, dat de commissie van achttien op Maandag dertien Januari voor dit doel zal bijeen komen. Doch men zal eerst de meening van den Nieuwen Britschen mini ster van buitenlandsche zaken en van wellicht ook den opvolger van Laval moeten afwachten. Won Italië of Abessinië? Hoewel de Italiaansche legerberichten trachten aan te toonen, da", de strijd aan de Takazzé met een Italiaansche overwinning is geëindigd, zijn de Italianen geheel en al uit hun stellingen, dip zij aan deze rivier in namen, verdreven, zoodat een Abessijnsche overwinning met weinig minder reden kan worden aangenomen. De strijd aan de Ta kazzé wordt zoowel aan Italiaansche als aan Abessijnsche zijde als de belangrijkste be schouwd, die tot dusverre gevoerd is en het is aan te nemen, dat deze gevechten nu spoe dig door anderen van weinig minder grooten omvang gevolgd zullen worden. Niet onbelangrijk is voorts dat de Abessi- niërs met hun geweldige voorraden soldaten in de komende dagen nog wel gelegenheid zullen hebben om tusschen de Italiaansche linies door te dringen. Het aantal wegen daartoe is nog groot en naar bij de laatste gevechten bij de Takazze gebleken is, zijn vele van deze wegen slechts zwak bezet. Dat het in de onmiddellijke nabijheid van Makallé op het oogenblik reeds zeer spant, blijkt uit verschilende berichten over scher mutselingen tusschen afdeelingen van de Italiaansche en de Abessijnsche voorhoeden, by die plaats. Het Britsche Roode Kruis. Reuter meldt uit Addis Abeba, dat gister ochtend het personeel en de ambulance-auto's van het Britsche Roode Kruis in de Abes sijnsche hoofdstad zijn aangekomen, waar zij door de bevo'king met geestdrift zijn ontvan gen. Zjj gaan de volgende week naar Dessié. Volgens gegevens van de fascistische partij zijn gisteren dooi de bevolking van Rome en de omliggende provircie meer dan 250.000 ttouwringen aan den staat geschonken, waar van 100.000 in de stad zelf. Hierbij zijn niet meegeteld de vele ringen reeds eerder ge schonken. De secretaris van Je partij heeft bepaald, dat Zondag 23 December, den 35sten dag van de b'okkade, de ceremonie zal worden her haald. Slop vlug dien okeligen hoeit, neem Akker's Abdijsiroop Op slag zuH Gij ondervinden, datGijhiereen nulp hebt om den meest weerspannige» hoest te verdrijven. Vanaf den eersten lepel openbaart zich haar kolmeerende, verzochtende, slijmoplossende wer king. Oe vastzittende slijm komt los en Gij zult weer gemakkelijk kunnen ademhalen. Abdijsiroop verschaft U reeds vannocht een rustigen slaap en binnen 24 uurzijt Gij don dien benouw- den hoest finooi vergeten. Neem bij AKKtn-* R(j Makallé. Naar Reuter uit Addis Abeba seint, zouden volgens officieuze berichten aldaar de Abcs- siniërs ln de buitenwijken van Makallé zijn doorgedrongen. Inzake eventueele steunverleenlng. Naar vernomen wordt, heeft Groot-Brit- tannië bij de Middellandsche Zee-mogendheden stappen ondernomen om te vragen of zfl mili taire en maritieme voorzorgsmaatregelen heb ben genomen met het oog op moeilijkheden, die uit de toepassing der sancties zouden kun nen voortvloeien, en of zi) bereid zouden zijn, om in geval van een aanval op de Britsche vloot den in par. 3 van art. 16 voorzienen wederzijdschen steun te veil oenen. Men acht het wenschelijk. aldus wordt nog over bovengenoemde démarche gemeld, dat deze kwestie te Genève ter sprake komt, vóór de behandeling van de verscherping der sanc ties, men weet echter nog niet, of Engeland het initiatief zal nemen. Het Lagerhuis tot begin Februari op recès. Het Lagerhuis is gisteren op recès gegaan en zal op 4 Februari a.s. weer bijeenkomen. Nu het te laat is worden de voor stellen ,,goed" genoemd (Van een specialen correspondent). ROME, Vrijdag. Nu het debat in het En gelsche Lagerhuis over de bemiddelingsvoor stellen achter den rug is, ziet Italië met span ning uit naar de bijeenkomst van den Grooten Fascistischen Raad van hedenavond. Een re- geeringsvertegenwoordiger deelde mede, dat de Fascistische Raad de bemiddelingsvoorstellen aan een verdere bespreking zal onderwerpen, daar geen officieele mededeeling uit Londen of Parijs is ontvangen omtrent een intrekken der Parijsche voorstellen, zoodat de Duce nog steeds bezig is, het aanbod te overwegen. Men vraagt wel ironisch, of de voorstellen niet In het vergeetboek zullen zijn geraakt tegen den tijd, dat de dictator zfln beslissing openbaar maakt! In welingelichte kringen gelooft men, dat de raad geen beslissingen zal nemen, maar dat de Duce zal vaststellen, dat het met het oog op den internationalen toestand geen zin heeft om nog te trachten tot een beslissende formu leering te komen en dat h/j dan ook zal voor stellen de zitting te verdagen. Wel is het merkwaardig, dat het bemid delingsvoorstel betreurd wordt, nu het over leden is, en sinds minister Baldwin verklaard heeft, dat hij niet van plan is het nieuw leven in te blazen, wordt het hier gekenmerkt als een „goed plan", hoewel de regeeringsbladen èet in het begin van de week een zeer slechte pers gaven. In officieele kringen wordt geen commen taar geleverd op de debatten, die gisteravond in het Lagerhuis hebben plaats gehad. Over het algemeen heerscht ln de pers een stilte, waarvan men zou kunnen zeggen, dat zij aan den storm voorafgaat. Overigens zijn de berich ten uit Londen het er grootendeels over eens, dat Sir Samuel Hoare als overwinnaar uit de debatten te voorschijn is gekomen. Scherpe critiek wordt geleverd op minister-president Baldwin. Gayda, die als de spreekbuis van Mussollni wordt beschouwd, schrijft in de „Giornale d'Italia": „Een nieuwe merkwaardige episode is toegevoegd aan de geschiedenis van Europa, een episode, die niet gemakkelijk is te rang schikken onder de verschillende duidelijk spre kende gebeurtenissen op Internationaal gebied". Het feit, dat Baldwin de voorstellen van Parijs heeft gedesavoueerd, wordt „meedoo- genloos" genoemd en de „Tribuna" schrijft, dat Baldwin een droevig figuur heeft gesla gen. „Hij verwierp de Parijsche voorstellen zon der eenig berouw en vroeg vergiffenis voor een vergissing, waarvan hij zich een paar uur te voren nog niet bewust was. Men vraagt zich af, welken weg de Britsche buitenlandsche poli tiek thans zal gaan volgen". De pers maakt van de gelegenheid gebruik om te wijzen op de voordeelen van het fascis tische regime. „Scènes, zooala die zich ln het Lagerhuis hebben afgespeeld, ontbreken geluk kig in ons'parlement", zegt een der bladen hooghartig. Intusschen hoort men hier ook wei eens de meening verkondigen, dat, wanneer Mussollni vlotweg verklaard had, dat hij de voorstellen als basis voor onderhandelingen accepteerde, de situatie zich niet zoo zou hebben toegespitst als thans het geval is. Laval wordt opnieuw genoemd als bemid delaar in den ontstanen toestand en het feit, dat de Fransche premier niet is afgetreden om blijkbaar ook niet van plan ls dat te doen, heeft nieuwe hoop in Italië gewekt. (Auteursrecht News Chronicle-A.N.P.) Zondag 22 December Ned. Herv. Gem. (Nw. Kerk. Weststraat) 's Avonds 7.30 uur. Oecumenische Dienst Hervormd Kerkkoor. Westerkerk, (Helden der Zeeplein). 's Morgens 10.30 uur, Ds. F. W. J. v. d. Poe) Geref. Kerk (Jullanapark). 's Morgens 10 uur, Ds. Joh. Meynen 's Avonds 5.30 uur, Ds. Tollenaar Geref. Kerk (Rehoboth-Kerk). 's Morgens 10 uur, Ds. Tollenaar 's Avonds 5.30 uur, Ds. Meynen Oud Geref. Kerk (Hoogstraat). 's Morgens 10 u. en 's avonds 5.30 u. Leesdienst. Chr. Geref. Kerk (Steengracht). 's Morgens 10 uur 's middags 5 uur de heer J. Rebel. Herst. Evang. Luth Gem. (Weezenstr.). 's Morgens 10.30 uur, Ds. C. F. Westerman van Amsterdam. Doopsgez. Gem. 'a Morgens 10 uur. Ds. P. J. Smidts Evangelisatie (Palmstraat). 's Morgens 10 uur en 's avonds 5.30 uur, Ds. C. A. ter Linden, van Amsterdam. Gebouw Middenstraat 117. 's Avonds 8 u., Evangelisatie samenkomst Oud-Katholieke Kerk (Langestraat 76). 's Morgens 10 uur. kerkdienst. Evangelisatiegebouw, Vijzelstraat: Zondagmiddag 4 uur. atraatprediking Molenplein Verschillend© sprekers. Bijeenkomst 's avonds 8 uur, Verschillende spreker. Leger des Heils. 10 uur v.m. Heiligings-Samenkomst 3.30 Openluchtsamenkomst. 8 uur n.m Verlossings-Samenkomst Donderdagav. 8 u., Heiligings-samenkomst Hersteld Apostolische Zending Gemeente Sluisdijkstraat hoek Schagenstraat. 's Morgens 10.30 uur, dienst. Kerk van Jezus Christus, Janzendw.str. 8 'a Morgens 8.30 en 's avonds 5 uur Samenkomsten. HUISDUINEN Ned. Herv. Gemeente. 's Morgens 10 uur, Ds. M. van Wichen Spoedig weer opgewekt en gekalmeerd met Mijnhardt's Zenuwiableittn Buisje 75 ct. Bi) Apoth. en Drogisten. Voortdurende gevechten in Sclre. Maarschalk Badoglio seint: „Onze afdeelingen hebben gisteren, na een levendig gevecht een troep gewapende Abes- siërs verslagen en uiteengejaagd, ten Zuiden van Abbi Addi in Tembien. Van onzen kant zijn een onder-officier en een Askari gesneu veld en 16 Italiaansche soldaten gewond. De vijand heeft aanzienlijke verliezen geleden. „Onze luchtmacht heeft opnieuw verza melingen van vijandelijke strijdkrachten aan beide oevers van de Takazze in de streek van Mai Tincht tegengegaan. „De hoofden, edelen en krijgslieden van de stam van Rer Abdulla in Ogaden hebben te Gorrahei hun gebruikelijke stamvergade- ring gehouden en voor den resdien aldaar nogmaals hun volledige onderwerping be tuigd. Er zijn afdeelingen krijgslieden uit Ogaden opgenomen in onze Dubat-troepen." De jongste Abessijnsche actie. Reuter meldt uit Adids Abeba: Aangaande de operaties aan het Tigré- front ontbreken nog steeds alle bijzonder heden. Naar het schijnt hebben zich in den iaatsten tijd echter de posities der beide strij dende partijen op geenerlei wijze gewijzigd. De Abessiniërs pogen blijkbaar de Italiaan sche vleugels aan het Tigré front te om trekken. Op den rechtervleugel geschiedt dit door de troepen van Ras Syoem, hetgeen de bot sing aan de Takazza, waarvan de Italianen twee dagen geleden melding maakten, ten gevolge had. Op den linkervleugel door troe pen van Dedjaz Kassa Sebath ten Noord- Westen van Makallé. Men gelooft, dat aan den kant van den rechtervleugel der Italianen de Abessiniërs door hun numerieke overmacht hun tegen standers zullen noodzaken zich naar het cen trum samen te trekken op de verdedigings linie. Italianen mishandelt ln New York. Naar Reuter uit New York meldt, zijn drie Italianen, die zich begaven naar het ar- beiderslyecum te Brooklyn, waar een verga dering werd gehouden voor het Italiaansche Roode Kruis, door zes onbekende lieden aan gevallen, die hun stokslagen en messteken toebrachten en daarna op de vlucht gingen. Reuter meldt uit Rome: Bi) decreet is een uitgave van een milliard lire toegestaan op de begrooting 1935/36 op de begrooting van buitenlandsche zaken, ko loniën, binnenlandsche zaken, oorlog, marine en luchtvaart, in verband met de „buitenge wone omstandigheden in Oost-Afrika". DE POSITIE VAN SIR ROBERT VANSITTART. In de wandelgangen van het Lagerhuis was sprake van een aftreden van den onderstaats secretaris van buitenlandsche zaken Sir Robert Vansittart, die te zamen met Hoare te Parijs de besprekingen over het plan heeft gevoerd. De Daily Telegraph zegt evenwel van be trouwbare zijde te weten, dat Sir Robert op uitdrukkelijk verlangen van den minister-pre sident voorloopig op zijn post zal blijven.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1935 | | pagina 5