Het onverwachte
effect.
PAG. 2
ZATERDAG 18 JANUARI 1936
TOB NOOIT HOEKJE
Bont allerlei.
T JUTTERTi»
Populaire Rubriek
een spel der zinnen, die zich nog niet zoo
spoedgi konden losmaken van de mystieke
schoonheid van dit land en weer aanpas
sen by de realiteit van het alledag leven.
En steeds, al is men reeds jaren en
jaren verder, blijft die herinnering leven
dig en ziet ge soms te midden der ontzag
lijke banaliteit van de vele dingen des
daags, een beeld van het Werdenfelser
land opdoemen en voor een moment zit ge
weer in de schaduw van de Zugspit2e.
Deze herinnering zyn een der heerlijkste
souvenirs, die Garmisch ooit kan schenken.
BENT U „GEESTELIJK BIJZIENDE".
Verruimt dan Uw horizon!
Onlangs hoorden wij toevalligerwijs, in
een grooter gezelschap de volgende op
merking: „O, praat met haar maar niet,
daar kom Je toch niets verder mee. Zij is
geestelijk bijziende."
Omdat de opmerking ons grappig aan
deed, wendden wij ons tot den spreker en
vroegen: „Wat verstaat U onder geestelijk
bijziende?"
„Precies wat ik zeg", luidde het ant
woord.
„ZÜ leeft nog altijd in de Ideeën, die
haar tijdens haar opvoeding met den pap
lepel zijn ingegeven, een zeer ouder-
wetsche en conservatieve opvoeding tus-
achen twee haakjes. Je zoudt van een
vrouw van 35 verwachten, dat zij zelf
eens in de wereld heeft rondgekeken, en
wat verder dan haar neus lang is. Maar
neen, zij houdt zich in alle opzichten vast
aan de traditie van een 20 jaar geleden,
en al wat daarna veranderd is, aanvaardt
ze eenvoudig niet."
Heel veel menschen blijven automatisch
vasthouden aan de ideeën, waarin zij opge
voed zijn. Indien dit gebeurt zonder eenig
kennis nemen van nieuwe stroomingen en
met een vooropgezet veroordeelen van
alles, wat thans anders is dan 20 of 25
jaar geleden, dan is de uitdrukking
„geestelijk bijziende" zeker toepasselijk.
Het kan óók voorkomen, dat iemand wel
degelijk kennis heeft genomen van de
moderne levensopvatting, en omgegaan
heeft met menschen, die deze zijn toege
daan, maar desondanks tot de slotsom
komt: „Neen, dat is allemaal niets voor
mij, daar gevoel ik mij niet bij thuis." Zoo
iemand. bl(jft ook de opvattingen waarin nij
en zij is opgevoed geheel of bijna geheel
aanhangen, maar in dit geval geschiedt dit
uit vrije keuze en na bewuste vergelijking.
Zoo iemand is conservatief, wat geheel iets
anders is dan geestelijk bijziende.
De conservatieven hebben hun steek
houdende argumenten en het recht op hun
eigen meening, even goed als de moderne.
Opvoeding is een buitengewoon moeilijke
taak; men ziet dikwijls, dat bijzonder
streng opgevoede jonge menschen op een
oogenblik veel eerder over de streep gaan
en overslaan tot een veel feller ultra-
modernisme dan zij. wier ouders wat soe
pel zijn. Hiermede willen wtj geenszins een
verwijt richten tot de eerste categorie van
ouders, want er 2jjn menschen wier natuur
het hen nu eenmaal bijkans onmogelijk
maakt om soepel op te treden.
Het eenlge betreurenswaardige is de
kloof, die menigmaal ontstaat tusschen de
conservatieven en de modernen. Waarom
houden alleen reeds de woorden „verschil
van meening" het Idee in van een onaan
gename» toon en scherpe gezegden? Om
dat nog haast niemand geleerd heeft, de
meening van anderen te respecteeren,
omdat nog bijna iedereen behept is met
het kwaad, minachting voor een andere
meening dan zijn eigene.
Wy moeten leeren elkander vrij te laten,
en pal te staan voor onze eigen meening
in zooverre dat w(j elke inbreuk op onze
persooniyke vrijheid kalm maar beslist
weren. Zoodra wfl echter beginnen te
trachten, anderen tot onze meening over te
halen, zijn wy bezig met zelf Inbreuk te
maken op eens anders persooniyke vryheid.
Tenslotte leeft leder mensch in zyn
eigen tijd, en is het daarom raadzaam om
kennis te nemen van de gedachtenstroo-
mingen, de levensopvattingen die in dien
tijd de overhand hebben.
Daarom behoeft men nog niet al het oude
klakkeloos als ballast overboord te werpen.
Er zyn tenslotte Ideeën en idealen, die
niet van tyd afhankeiyk zyn, maar die te
allen tyde hun waarde biyven behouden.
Dat er b.v. sommige fouten zyn, die men
misschien nu gemakkeiyker ongestraft kan
begaan dan 30 jaar geleden, maakt die
fouten nog niet goed.
Goed en kwaad zyn betrekkeiyke begrip
pen ook alweer in zekeren zin afhanke
iyk van het land waar en den tyd waarin
men leeft
Maar tenslotte heeft Ieder bewust-
levend mensch een eigen geweten en een
eigen eere-code, en weet en voelt heel goed
wat deze hem of haar persooniyk toelaten
en wat onherroepeiyk als ontoelaatbaar
verworpen dient te worden.
DR. JOS. DE COCK.
„Mag ik een frietion, als 't u blieft?"
8.
Byziende barbier (tot In gedachten ver
zonken stafmuzikant)
„U zit goed in uw haren, mynheer!"
1935 WAS VOOR ENGELAND
HET BOEKENJAAR.
Nog nooit lazen de Britten zooveel
in één jaar.
Het jaar 1935 sluit voor de Britsche uit
gevers buitengewoon gunstig. Gedurende
dit Jaar werden in totaal 16.673 nieuwe
boeken uitgegeven, d.l. 45 nieuwe uitgaven
per dag. Dit aantal is het noogste, dat
ooit in Engeland werd bereikt. De in dit
jaar bereikte boekenproductie is zelfs hoo-
ger dan in de beste jaren der prosperity.
De Londensche bibliotheken tellen onge
veer anderhalf millioen abonnementen
Interessant is, dat, terwijl het vroeger voor
vlervyfde gedeelte de vrouwen waren, die
veel lazen, het thans de mannen zyn.
Romans behooren nog steeds tot de lec
tuur, welke het meest wordt gelezen. In
het jaar 1935 zyn ongeveer 500 romans
meer ian ui het vorig Jaar verschenen. De
meest populaire schryvers zijn: Theodore
Dreyser, Lion Feuchtwanger, Bernard
Shaw, Upton Sinclair en John Galsworthy.
Het manneiyk publiek Interesseert zich
buitengewoon voor vaderlandsche en his
torische boeken. Crimlneele romans worden
het meest door de jongeren gelezen, ter-
wijl de Jeugd zich nog steeds bezig houdt
met avontuuriyke verhalen.
ADEL KOST NOG STEEDS GELD.
Naar aanleiding van de onlangs ver
schenen, Jaariyks Uit te geven „Kings
honours list", waarin de namen staan van
in het afgeloopen Jaar geadelde persoon
lijkheden, herinnert een Engelsch dagblad
er aan, dat adel nog steeds geld kost, of
schoon de tyden reeds lang voorby zyn,
waarin men adel koopen kon.
Een pair moest de niet geringe som
van 329 p.s. aan belastingen, enz. betalen.
Een hertog heeft heel wat meer te be
talen; zyn belastingen beloopen tot 1000
pd. st. Daarby komt het wapen, dat men
draagt. Daarmee houdt zich een geheel
kantoor bezig, dat onder leiding staat
van den Oppersten Ceremoniemeester. Een
wapen kost ongeveer 100 pond sterling.
De pairsdracht is onder de 400 pd. sL niet
verkrygbaar. Vele pairs leggen hun tradl-
tioneele costuum af. om het één- of twee
maal in het geheele jaar te voorschyn te
halen. De pair moet zich ook van een
gouden kroon voorzien. De baronet draagt
zes kogels, de viscount zestien. De kro
nen kost ongeveer 200 p.s.!
Alles by elkaar brengt de Britsche adel
jaarlijks een aardig sommetje in het laadje
van den staat!
BOURGET ALS WANDELSTOKKEN-
VERZAMELAAR.
De eenigen tyd geleden gestorven Fran-
sche schrijver en jounalist, Paul Bourget,
was een verwoed verzamelaar van wan
delstokken. Hy bezat een kostbare verza
meling van allerlei soort. Onder de byna
duizend stokken bevinden zich eenvoudige
bamboe en waardevolle stokken met bril-
lant-bezette knoppen.
De waarde dezer verzameling ligt even
wel niet zoozeer in de stokken zelf, dan
wel in hun afkomst, daar de meeste exem
plaren van beroemde personen zyn. Het
mooiste exemplaar der verzameling is een
stok, eenmaal behoord hebbend aan Ben
jamin Franklin. <je liefhebbers vreezen.
dat de verzameling na den dóód van den
schryver naar alle windrichtingen zal uit
gaan. Daarom heeft men lnderhandelingen
gaande gemaakt, om de geheele verzame
ling in een museum onder të brengen.
Deze onderhandelingen Worden natuuriyk
hoofdzakeiyk gevoerd met de nabestaan
den van den overleden.
MEN WORDT STEEDS DOMMER.
De resultaten van een onderzoek van
een zeer bekend Amerikaansch dokter,
Wecohler, zijn weinig flatteerend voor de
menschheid. Er is nameiyk gebleken, dat
men in den loop van een arbeidzaam leven
steeds dommer wordt. Dr. Wecohler heeft
niet slechts duizenden patiënten in zijn
kliniek geobserveerd, doch bovendien een
onderzoek ingesteld naar de geestesgaven
van 15.000 officieren van het Amerikaan-
sche leger. Hij is tot de overtuiging ge
komen, dat men op 40-jarigen leeftyd het
hoogtepunt van zyn Intelligentie reeds
lang achter zich heeft liggen. Intelligent
zijn slechts jonge menschen dat is de
meening, die dr. Wecohler in een toonaan
gevend tydschrift voor medici heeft Uit
gesproken. De intelligentie neemt tot op
het vyftiende levensjaar toe. Op de dan
bereikte hoogte blijft men tien jaren lang
staan. Na hun 25ste levensjaar beginnen
de menschen weer dommer te worden rv
reeds met veertig jaren bereikt men d
tyd, waarin eerst langzaam en dan 3nel,en
en sneller de geestesgaven beginnen te t!'
nen om tenslotte de graad van een r>
geboren kind te bereiken.
AMERIKA BELANGRIJKSTE
VROUWEN.
Mevrouw Franklin Roos^
de „first lady of America".
De Amerikaansche suffragettenveterane
Carrie Catt houdt zich sedert jaren bezié
op het eind van ieder jaar een lijst saW
te stellen van vyf of tien der meest
kende vrouwen van Amerika.
In haar statistiek voor het jaar 1935
nemen de volgende vrouwen de eerste vijf
plaatsen in: Mevr. Franklin Roosevelt
„the first lady of America", die by allé
mogeiyke gelegenheden van 2ich doet
spreken door haar groote activiteit en in-
teresse op het gebied der vrouwenbewe-
ging. Verder Lady Ogden Reid, vice-pre.
sldente der „New York Tribune"; zy or
ganiseerde met behulp van haar dagblad
een forum, waarin de Amerikaanse^
vrouwen vertegenwoordigers van alle ian-
den kunnen zien en spreken en waar msn
over alle mogeiyke vraagstukken, belang-
ryk voor de geheele wereld spreekt.
Dan volgt Lady Anna Morrow Llnd.
bergh, de vrouw van den beroemden vlie
ger; dan Lady Amelia Earhart, de eerste
vrouw, die den Atlantlschen Oceaan over
vloog en tenslotte Lady Frances Perklns,
de Amerikaansche Minister van Arbeid.
Kunst en litteratuur Is op deze Iflat der
Amerikaansche vrouwen niet vertegen
woordigd en ook onder de andere namen
bevindt zich geen vrouw, die zich op dit
gebied verdlensteiyk schynt te hebben ge
maakt.
Een Engelsch journalist heeft eenzelfde
Ujst voor Groot-Brittannië opgesteld. Zij
begint met de koningin en de hertogin
van Kent. Op de derde plaats staat me
vrouw Miles. de moeder der vierlingen van
St. Noot. Dan volgt Jean Batten, de be
kende Engelsche pilote en tot slot de oude
tooneelspeelster Marle Tempest Zooals
men ziet, heeft de Engelschman de zaak
minder zwaar genomen!
„Ik zou gaarne een paar woordjes met
mynheer spreken".
„Goed, mynheer. Als U zoo lang wadi-
ten wilt totdat mevrouw uitgesproken is?"
„Kellner, ik wensch het menu, maar in-
plaats van de soep wil ik bier en inplaats
van het dessert een sigaar."
„Goed mijnheer, en misschien voor het
vleesch een uurtje biljart?"
door
James White.
Wel, het kan zjjn, dat de vrouwen pre
cies als wy mannen zyn en dat al de be
weringen omtrent haar geheimzinnigheid
en onbegrypeiykhetd, nu behooren te wor
den beschouwd als ouderwetsche rommel,
géiykstaande met crinolines, jorsetten, al
bumplaatjes e. a. vreesdij kheden Uit den
tyd, dien men om onbegrypeiyke redenen
wel eens „de goede oude tijd" hoort noe
men. En toch biyf ik beweren, dat dingen
op een vrouw een geheel onverwachten
indruk maken, heel anders dan op ons, man
nen. En al dan niet mysterieus iedereen
zhl moeten toe geven, dat dit geval met
Myra...
Het was zoo. hlyra Darls ton kwam van
een lange reis terug ze was acht-en-
twinttg, gescheiden, intelligent, succesvol.
Ze teekende, soms, als ze er lust in haJ,
elegant, niet mooi, doch charmeerend-wer-
keiyk, hinderiyk-charmeerenu. Alle man
nen, binnen een omtrek van myien, waren
min of meer onder den Indruk van die
charme. Myra was een van de zeldzame
vrouwen, die het klaarspelen, een bal zoo
hard te serveeren, dat een goed manneiyk
tegenspeler hem moeiiyk of niet kan hou
den en een uur later een kopje thee aan
te reiken met het teere gebaartje Van een
boudoir-vrouwtje; 2e reed paard op eeD
manier, die me altyd m'n hart deed vast
houden, maar als je haar in een avond
toilet zag 20U Je hebben gemeend, dat een
Windzuchtje haar kon omblazen. Ze leek
alles te bezitten om het leven amusant
te vinden en ze verveelde zich. My bekende
ze het eens, hetgeen niet prettig voor ut
was, want ik was net een uur lang (meen
de ik) boeiend en amusant geweest.
Om die verveling te verdryven, deed
Myra van alles. Ze gaf feestjes, zoo ori
gineel en aardig als niemand anders en
Zoo was ik niet verbaasd, toen ze me uit-
noodigde voor een souper-costumé. Het
was nogal ln de mode en kon schilderach
tig of vermakVijk zyn. Myra verzocht haar
gasten te verschynen in costümes, passend
voor een leeftyd van tot 8 jaar.
Met een geheimzinnige boosaardigheid
noodigde Myra Op dit souper diverse wel
gevulde lieden en ik verheugde me a öp tiet
effect, toen ik een berichtje kreeg, dat net
niet zou doorgaan. Een der gasien was in
halven rouw en had bezwaren om met zyn
Vrouw nu mee te doen aan zoo'n maske
rade, zoodat Myra het souper-costumé ver
schoof en er mee volstond, enkelen Van
haar kennissen te noodigen om te soupee-
ren er wat muziek te maken. Hetgeen een
geschikte stemmigheid van toon had voor
menschen-ln-halVen rou V.
Tot zoover ging alles normaal. Ik ver
scheen en rond de aa.-dige kamers van
Myra's flat al gedeelteiyk gevuld met men.
schen ln avondtoilet kaarslicht flakkerde
poëtisch óver Myra's boeken en gasten en
over een aantrekkeiyke tafel en vele bloe
men. Er was een bekend pianist met een
kaal hoofd en veelbelovende lange handen,
die Myra het heftigst van allen het aof
maakte, er waren nog enkele menschen,
die ln de kunst waren, of wel er verstand
van meenden te hebben en het zag er M-
ïaal heel mondain en aardig uit. Ik sprak
Delton, die cegen een schoorsteen geleund
naar Myra stond te kyken. Hy vertelde ras.
dat ze nog een gast verwachtten. Maar dl®
zou later komen. Zekere George Elfast was
het, biykbaar een jongeman, dien My»
vluchtig ontmoet had. Delton had aiwee
een klank van Jalouzie in zyn stem, hij wn'
Jaloersch op iedereen, die ln de nabijheid
van Myra kwam.
We gingen aan tafel en of het nu de
halve rouw was of de waarsverlichting, ei
was niet erg veel stemming en ik zei tege:
mezelf, dat Myra steeds melancholieke!
werd, des avonds overdag was ze frlsch
en sportief, een tegenstelling waar Ik
nooit achter kon komen en toen kwam
haar dienstmeisje binnen we zaten W
het dessert en zei:
Mevrouw, er is een... er staat een
een...
Ja, informeerde Myra geduldig.
Een man... geloof ik, zei het meisje
Hy... eh... hy bewe rt, dat hy is u'-ïc
noodigd...; en ze gaf Myra een kaartje.
(Slot volgt-'