Op de proef
gesteld.
PAG 2
ZATERDAG 7
Astronomische verschijnselen in Maart 1936
1
T JUTTERT.p
MAART 1936
TOB NOOn_ HOEKJE
Populaire Rubriek
Een leerzame geschie
denis van liefde en list.
Door:
L.M.A. EILERS
De Zon:
De tijdsvereffening bedraagt op: 1 Maart:
4-12m36s; 6 Maart: +llm32s; 11 Maart:
10ml7s; 16 Maart: -(- 8m34s; 21 Maart: f
7m26s; 26 Maart: +5m56 s; 31 Maart:
-j-4m25s.
Deze bedragen geven, opgeteld bij den
waren tjjd (die door een Zonnewijzer aan
gewezen wordt), den middelbaren tijd (die
door een uurwerk aangewezen wordt). De
declinatie van de Zon neemt toe van 7°7'
tot 4°4. Hierdoor neemt de middaghoogte
der Zon toe van 30°3' tot 42°4' en haar
dag boog van 10u53m tot 12u37m (voor
het midden van ons land). Op 20 Maart
begint de Lente; de Zon treedt dan in het
teeken Ram (Aries), of „lentepunt", dat
zich, tengevolge van de precessie, thans
ih het sterrenbeeld de Visschen (Pisces)
bevindt.
Zonnebeelden beschreven in Maart ellip
tische banen, waarvan de holle zijde naar
de Zuidpool der ecliptica gekeerd is.
De Maan:
8 Maart: V.m.; 16 Maart: L.K.; 23 Maart
N.m.; 29 Maart: E.K.
Op 16 Maart, 's morgens, gaat de Maan.
2e. ten Noorden aan Jupiter voorbij.
De Planeten:
Mercurius is in deze maand geschikt
voor waarneming.
Venus verdwijnt langzamerhand in de
morgenschemring en is niet goed waar te
nemen.
Mars staat te dicht bij de Zon om waar
genomen te kunnen worden.
Jupiter beweegt zich rechtloopend in
Ophiuchus. De planeet is aan den morgen -
hemel waar te nemen.
Saturnus was op 3 Maart in conjunctie
en is dus deze maand niet zichtbaar.
Uranus staat te dicht bjj de Zon om
waargenomen te worden.
Neptunus beweegt zich terugloopend in
den Leeuw. Op 6 Maart is de planeet, die
als een sterretje van de 8ste grootte zicht
baar is (dus voor het bloote oog niet waar
neembaar) in oppositie.
Het zodiacale licht
is goed zichtbaar aan den avondhemel.
Het lijkt een zwak lichtende pyramide, die
de ondergegane Zon volgt en een helling
van 60° op den horizon heeft. Als verkla
ring noemt men wel het bestaan van kos
mische stof om de Zon, waarvan de deel
tjes het zonnelicht weerkaatsen en ver
strooien.
Sterrenbeelden
In de avondschmering worden de eerste
zichtbaar: Sirius alpha van den Groo-
ten Hond) in het Zuiden en Capella (van
den Wagenman) in het Zenith. In het be
gin van de maand om 11 uur, in het mid
den van de maand om 10 uur en aan het
einde om 9 uur 's avonds, culmineert Re-
gulus (alpha van den Leeuw). Het fraaie
groote sterrenbeeld de Leeuw (Leo) over
spant een groot deel van den Zuidelijken
hemel en levert steeds een Imposant
schouwspel op. De verbeeldingrijke geest
der Grieken heeft in dit sterrenbeeld den
leeuw gezien, die door Hercules gedood
werd in de Nomeïsche wouden. Het licht
van Regulus (helderheid) lm3; parallaxe
0"058) heeft 55 jaren noodig om ons te
bereiken.
Een der fraaiste dubbelsterren van den
geheelen hemel is de ster gamma van
den Leeuw. Haar afstand bedraagt onge
veer 150 lichtjaren.
De ecliptica op schijnbaren Zonsweg vol
gend vindt men tusschen den Leeuw en de
Tweelingen het sterrebeeld de Kreeft
(Cancer). Op maanvrije avonden is in dit
sterrenbeeld reeds met het bloote oog een
lichtend, elliptisch wolkje zichtbaar, dat
zich in een tooneelkijker al ontpopt als een
prachtigcn open sterrenhoop: de T-rib (of
Praessope).
Deze groep sterren, die gezamenlijk op
reis zijn door de wereldruimte, zijn zoo
ver van ons verwijderd, dat het licht 200
jaren noodig heeft om ns een boodschap
van dit reisgezelschap over te brengen.
Een sneltrein, die zich met een vaart van
120 km/uur, dag en nacht zou voortspoe
den, zou na 30 millioen jaren het eindpunt
bereiken. Indien men om de 10.000 km een
cent als „mijlpaal" zou neerleggen, dan
zou.men daarvoor meer dan drie-vierde
gedeelte van onze geconsolideerde Staats
schuld, ten bedrage van ruim 3 mllliard
gulden, noodig hebben.
Rechts van de Kreeft bevindt zich het
sterrenbeeld de Tweelingen, waarvan
Castor en Pollux de helderste sterren zijn.
Daaronder bevindt zich Orion, welk ster
renbeeld, de glorie onzer winternachten,
steeds vroeger onder de Westerkim duikt.
Wanneer Orion ondergegaan Is, komt dia
metraal er tegenover de Schorpioen op en
gaat de Schorpioen onder, dan komt Orion
weer op, zoodat het is alsof z(j elkander
eeuwig achtervolgen.
Nabij het Zenith culmineert de Groote
Beer (Ursa Major), Mizar zêta van
den Grooten Beer) vormt met Alcor een
met het bloote oog te splitsen dubbelster
(grootten 2.m2 en 4.m0; afstand H'30")
Met een kleinen kijker (b.v. opening 5 cm;
vergrooting 25 maal) is Mizar reeds te
splitsen in twee componenten met groot
ten 2.m4 en 4.m0. Deze %eide en tevens
Alcor zijn spectroscopische dubbelsterren.
De dupliciteit van zulke sterren wordt
ons niet door telescopen onthuld, zelfs niet
door de grootste, doch door het wonder-
instrument dat spectro-scoop heet. De af
stand van het veelvoudig stelsel, dat door
Mizaren Aleer gevormd wordt, bedraagt
ongeveer 100 lichtjaren.
Nadruk verboden. (Copyright „Hemel
en Dampkring" en ,,'t Juttertje".
HOE WAS HET OOK WEER?
Ordent uw denken.
Vergeetachtigheid is geen gevolg van
druk werk; dit blijkt wel hieruit, dat men-
schen die het werkelijk druk hebben,
meestal zelden iets vergeten. Ze zijn ge
wend, verantwoording te dragen, ze zijn er
ook aan gewend, dat aan hun herinnering
vele en veelzijdige eischen gesteld worden,
en daardoor werken hun gedachten intens
en regelmatig.
Juist bij hen, die weinig te doen heb
ben wat er werkelijk op aankomt, en die
zelf hun dag vullen met minder belang
rijke bezigheden, vindt men dikwijls ver
geetachtigheid.
Eenerzijds begrijpelijk, want hun onder
bewustzijn is erop ingesteld, dat het zoo
nauw niet luistert, en hun opmerk)
gave is daardoor een beetje traag
geworden. ^i;
Zulke menschen nemen alles half
nog minder dan half in zich op. Nim
staat iets, dat zij zich trachten te
inneren, hen duidelijk voor oogen. Het^
alles vaag, wazig, half. Dit gebrek a 'S
concentratie veroorzaakt ook, dat n,1*1
alles zonder aandacht maar ergens rie 6,1
legt, het dan een volgend oogenblik nf"
vinden en een massa tijd moet verliep
met naar dingen te zoeken.
Er zijn twee soorten van vergeetachti
menschen; zij wier hersens voortdurend o°
halve kracht werken door een gewoontP
van geestelijke luiheid, en die dus
zen
Ten tweede is er de categorie, die steefl
aan wat anders denken dan aan hetgeen
waarmee zij bezig zijn Hun denken is mis.
schien krachtig en intens, maar ze passen
daarbij geen cencentratie toe. En daar-
door verspillen ze veel energie.
Ieder mensch verdiept zich wel eens
graag in een toekomstdroom of in een U«.
velingswensch, maar dit kan men beter
doen op een rustig oogenblik, dat men
niets bepaald te doen heeft en er rustig
tien minuten of langer voor ontspanning
kan afnemen. En men zal de meeste tijd
voor ontspanning overhouden, wanneer
men steeds zijn volle aandacht bepaalt bij'
hetgeen waarmee men bezig is.
Wat soezen met een minder zacht
woord: suffen betreft, dit Is niet alleen
een gewoonte die ons veel tijd en energie
doet verliezen, he is zelfs een gevaarlijke
gewoonte.
Want een gewoonte is iets, waarvar
men zich tenslotte niet eens meer bewust
is; en wie bij het tegenwoordige verkeer
op straat loopt te suffen, heeft groote
kans. een ongeluk te krijgen.
Zelfs de eenvoudigste bezigheden ver-
eischen aandacht, wanneer men ze zoo
goed en zoo vlug mogelijk wil uitvoeren.
Een bekend feit. is. dat menigeen meer
fouten maakt in heel eenvoudig werk dan
in moeilijker werk, juist omdat het
moeilijk is, b(j weinig-inspannend werk
zijn aandacht te bepalen.
Weest klaar wakker, en met de volle
honderd procent van uw aandacht brj al
hetgeen u doet. Neemt eens een proef bi)
uzelf, en u zult er verbaasd over zijn, hoe
veel er aan uw opmerkings-gave dus
aan uw concentratie hapert. Neemt daar
voor b.v. eens een straat, waar u eiken
dag doorloopt. Kunt u de daar gevestigde
zaken in de juiste volgorde opnoemen?
Een trap, die u dagelijks vele malen op
en af gaat, weet u hoeveel treden die
trap heeft? Nu zijn dit louter proef
nemingen, er is niet zooveel aan ge
legen of u die vragen al dan niet kunt
beantwoorden, maar iemand die gewend
is, scherp op te letten, zal ze kunnen
beantwoorden.
En hoeveel dingen zijn er niet, die op
een dag door toevallige omstandigheden
tot ons doordringen en ons de verzuchting
doen slagen: „had ik daar maar eens eer
der op gelet!"
Daarom, droomt niet buiten uw ont-
spanningstijd, en verricht ook het een
voudigste werk aandachtig. Het zal u heel
wat onaangename verrassingen, en heel
wat tijd en energie besparen.
Dr. JOS. DE COCK.
Op een gastvoorstellingstournée, had
Meta Rosman, de gevierde zangeres, ten
gevolge van een kwaadaardige keelaandoe
ning, haar stem verloren.
Zoo stond het in de couranten, vol lof en
waardeering, maar tusschen de regels
jioor, kon men opmerken dat, wat hen be
trof, de zangeres had afgedaan.
In alle stilte keerde de kunstenares naar
huis terug, en vertelde haar ongeluk al
leen aan een paar goede vrienden. Deze
maakten plichtmatig, zooals Meta Ros
man ironisch opmerkte, hun „condoléance"
bezoek en vertrokken daarna zonder meer.
Eén liet zich alleen niet zien, dat was
Hans Harteveld, de eigenaar van de kunst
zijdefabrieken, die met haar een hechte
Vriendschap onderhield. Die vriendschap,
gold dus alleen haar stem. Zooals bjj alle
anderen, die hun leedwezen kwamen be
tuigen, doch op haar smeekbede, haar aan
een passenden werkkring te helpen, met
een medelijdend schouderophalen antwoord
den.
Hoe zou men Meta Rosman kunnen hel
pen? Ja, haar financieele steun te geven,
dat ging wel, maar een vrouw, die men
alleen terwille van de kunst zjjn vriend
schap gegeven had, den heelen dag als on
dergeschikte om zich heen te hebben, dat
kon men moeilijk verlangen.
Maar Meta Rosman wilde geen onder
steuning, zij wilde werken. Advertenties in
de couranten hadden weinig succes, en op
haar sollicitaties kwamen negatieve ant
woorden, daar geen onderneming iemand
wilde aanstellen zonder eenlge vakkennis.
Zoo zag de toekomst er niet al te roos
kleurig uit. Meta begon zich terug te trek
ken, zonder evenwel den moed op te geven.
Op zekeren dag, lag er een brief op haar
bureau, die uit het kantoor van Hans Har
teveld kwam, met ongeveer den volgenden
inhoud:
„Zeer geachte mevrouw Rosman,
Op gevaar af, door U een ontrouwe
vriend genoemd te worden, heb ik U m
Uw eerste smart niet opgezocht, en mijn
leedwezen niet betuigd, maar doe dat nu
alsnog. Wat geeft het echter om te la-
menteeren, men moet de dingen nu een
maal nemen zooals ze zjjn.Daarom heb ik
een voorstel; want dat Uw trots het zou
toelaten, aalmoezen aan te nemen, kan ik
mij niet voorstellen, maar goed en eerlijk
werk heeft niemand nog tot schande ge
bracht.
Nu mijn voorstel. Mijn oude secretaresse
is mij ontrouw geworden, wat ik haar niet
kwaljjk neem, daar zjj in het huwelijk beter
werk zal vinden dan bjj mij. Maar, zonder
secretaresse gaat het in mijn bedrijf nu een
maal niet, en dus doe ik U, geheel zakelijk,
en zonder medelijdende gevoelens, mijn
voorstel, de vacature te komen innemen, en
mijn medewerkster te worden. Dit is na
tuurlijk zonder eenige verplichting, daar ik
eerst moet zien hoe U zich inwerkt.
Ik zou gaarne zoo spoedig mogelijk Uwe
beslissing willen ontvangen, en teeken in
middels,
Hoogachtend,
Hans Harteveld.
Meta zag er zeer gelukkig uit, toen zi)
haar antwoord schreef, en de brief zelf in
de bus gooide
De rest ging natuurlijk zeer logisch.
Op een Maandagmorgen begon zij met
haar werk. Het wederzien met Hans Har
teveld, gaf haar de overtuiging, dat hg wer
kelijk op haar werkicracht rekende Daar zjj
alles goed en sne' in zich opnam en niet
dom was, viel haar het inwerken niet zoo
zwaar, en zoo kwam de dag, dat Harteveld
zijn tevredenheid uitsprak.
En Meta moest toegeven, dat dit zakelijke
werk haar vroolijker stemde, dan Indertijd
het applaus van een jubelend publiek. Zoo
vlogen de dagen, in goede verstandhouding
om, en had Meta er den slag van beet, zich
onontbeerlijk voor Harteveld te maken, wat
deze dan ook volmondig toegaf. In de kan
tooruren, was het alles koel en zakelijk
tusschen hen, maar daarna liet hij haar
niet merken, dat zij een betaalde kracht
was, maar was de vriend van vroeger.
En toch voelde zij, dat haar werk bij
Harteveld bijna ten einde was. Zjj kon zich
niet verhelen, dat de vriendschap in hechte
liefde was veranderd. Dat maakte haar
angstig. Een half jaar, nadat Meta Harte-
veld's secretaresse was geworden, vroeg
z(j hem om haar ontslag.
Hij verborg haar zjjn schrik en verba
zing niet.
„Heb ik iets verkeerds gedaan, bevalt
het werk U niet? Dan zal ik iets anders
voor U vinden, maar weg gaan mag U
niet."
Met schorre stem bracht hg deze woor
den uit.
„Ik moet, manheer Harteveld, het kan
niet anders."
„Waarom niet?"
Harteveld had zijn hoed reeds op.
(Slot volgt.)