I HOEBU POPULAIR BIJVOEGSEL VAN DE HFI DFRSCHF COURANT Duikers door alle eeuwen 740 ZATERDAG 14 MAART 1936 AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN 'C! Voorloopers van de moderne diepzeekogel. Duiker* demonstraties voor Karei V. Met een brandende kaars naar den bodem van de rivier. Het „watercorset" van Pater Scott VOOR DE door f William Beebe. De bekende Amerikaansche diepzee- vorscher en zoöloog, William Beebe, is van een expeditie naar de Bermuda eilanden, die vijf maanden geduurd heeft, teruggekeerd. Hij is bij de afge legen groep van deze 360 kleine eilanden in den Atlantischen Oceaan met zijn beroemde metalen diepzeekogel opnieuw in zee afgedaald om het leven en de gewoonten van de diepzeevisschen te bestudeeren. Ook heeft hij proeven met ultraviolette stralen genomen. In de eerste helft van de 16de eeuw werden in verschillende oplagen van Vege- tius' De Re Militari afbeeldingen van een duiker gegeven, die op dezelfde wijze als de eerste Europeesche duiker is uitgerust. Een nauwsluitende lederen helm met ope ningen voor de oogen uit de een of andere stof vervaardigd, bezit een leeren buis, die naar de oppervlakte leidt, waar ze door een zwemblaas vol met lucht, drijvende wordt gehouden. De afgebeelde heer zal wel geen strijdlustige bedoelingen hebben gehad, ofschoon hij een lange hellebaard draagt en met een zwaard omgord is, want in de linkerhand houdt hij een groote visch. Hij bevindt zich ongeveer 1.20 M. onder de oppervlakte wat ongeveer de grens van het gebruik van zijn toestellen voorstelt, want de druk van het water op de longen op grootere diepte zou het zeer moeilijk maken een toereikende voorraad versehe liicht vanboven naar beneden te neinen.' De eerste Europeesche duikerklok schjjnt "Slechts een vérgrfiote editie van de gezonken pot of het vatwan Aristoteles te zijn. Ongeveer vierhonderd jaar geleden vergezelde John Taisnier Karei de Vijfde op zijn reis naar Afrika en stelde vele De duikerklok met driepoot. Het idee van de omgekeerde pot of ketel steeds weer naar voren; zoo was dat op het eind van de 16de eeuw het geval bij Francis Baca, die iets dergelijks met een eigenaardige verbetering beschrijft: „Een leeg vat van metaal werd op dezelfde wijze tot onder de oppervlakte van het water neergelaten en nam zoo doende al de lucht, die daarin opgesloten was, naar den bodem van de zee mee. Het stond als een. driepoot op drie pooten, die iets minder dan de lengte van een mensch hadden,- zoodat de duiker, wanneer hij zijn adem niet langer kon inhouden, het hoofd in het vat kon steken en met opnieuw gevulde longen weer aan het werk kon gaan. Het „watercorset" van Pater Scott. waarvan deze ons een beschrijving en een afbeelding heeft nagelaten, das de eerste duikerhelm van het Europa der Middel eeuwen en het schijnt inderdaad in gebruik geweest te zijn. Daar: het nogal groot was, was het bijna tot de duikerklokken te rekenen. Het bestond uit leer en zag eruit als een geweldige, ondersteboven gekeerde Vierkante emmer. Het had kleine venstertjes, die op de afbeelding als de möz'aïekramen van een kerk aandoen. Wie ermee duiken wilde, moest zijn hoofd erin stoppen, het ding met riemen aan zijn schouders vastmaken, zich oprichten én, als we de afbeelding gelooven .mogen, liep men dan van den Oever het water in, alswas men in de vrije lucht Een aantal .bijgevoegde ge- wichten maakten iet den drager-van- dit „corifet? mogéljjk, haar believen- ópv en neerité" gaan, dóórdat; men deze -'gewichten, die men aan het eind van een koord hield, liet zakken of ze ophief. De uitvinder dacht aan 25 pond vooi buis; hij kan door twee kristaleln venster tjes naar buiten kijken, om zich heen grij pen en met de vrije handen doen, wat hij wil, hij kan door deze buis zijn bevelen naar boven roepen en vermoedelijk de lucht inademen, die door de buis moet circulee- ren. Een rol en een touw doen het heele toestel stijgen en dalen, zoodat men het hoe dwaas het ook lijkt, toch altijd met veel omslag een korten tijd in gebruik kan nemen. Wij kunnen niet nalaten, de scherp zinnigheid van deze uitvinders te bewon deren, die zonder de geringste kennis van zuurstof en rubber gewerkt hebben. De eerste duikerklok met Iuchtverversching. Drie-en-zenventig jaren nadat Lorini zijn uitvinding in practijk had gebracht, bedacht een andere Italiaan, Borelli, een onhandig, moeilijk en geheel onbruikbaar toestel, dat intusschen de kiem van de gedachte inhield, die het moderne duiken mogelijk maakte. Dat was het afvoeren van de ingesloten lucht en de verversching door nieuwen toevoer. Zijn product ziet er uit als de god der wateren, Mercurius. Al had de uitvinder er ook zorg voor gedra gen, dat de oude lucht door nieuwe ver vangen kon worden, wanneer de duiker de oppervlakte bereikte, toch geloofde hij, dat de lucht tengevolge van haar circulatie in de buis weer versch en geschikt om- in te ademen terug zou keeren, daar het water er omheen afgekoeld was. Een merkwaar dig ding, een soort van luchtpomp, dat de duiker om zijn middel had hangen, diende om hem in het water., te doen stij gen of dalen. - - H Een duiker tot ridder geslagen. Het eerste duikeravontuur verhaalt ons Whymper; hij deelt mede, hoe William Phipps, een van de eerste Engelsche dui kers, het adellijke huis Mulgrave stichtte. Hij was de zoon van een smid en maakte in het jaar 1663 een plan op, om de schat ten aan boord van een Spaansch schip, dat voor de kust van Spanje gezonken was, te laten bergen. Karei H verschafte hem een schip en alles wat hij noodig had, doch het plan werd een mislukking en Phipps verviel tot armoede ën ellende. Maar hij was een man van groote energie, en wat later gelukte het hem, den hertog van Albemarle en anderen voor zijn plan nen te -winnen; zij verstrekten hem het geld voor een tweede poging. In het jaar 1667 voer Phipps opnieuw uit; men was overeengekomen, dat de winst onder de twintig belanghebbenden verdeeld zou worden en wel naar rato van de door elk ingebrachte som. In het begin had hij te genslag, maar juist toen hij ermee wilde uitscheiden, vond hij zijn goudschat. De gelukkige duiker keerde met 200.000 pond naar Engeland terug; een tiende "deel kreeg hij zelf; de hertog van Albemarle kreeg 90.000 pond, terwijl de rest onder de overige aandeelhouders" verdeeld werd. Phipps werd tot ridder geslagen. De diepzeekogel, waarin Beebe naar den bodem der 2ee afdaalde. ^richten over allerlei natuurwetenschap- Pee te boek. Zijn beschrijving van de klok "ikt alleszins geloofwaardig: ••Wanneer de onwetende man uit het volk hoorde, dat men tot den bodem van en Rijn zou ^unnen nederdalen, zonder Uat dekleeren of ook maar eenig lichaams deel nat zouden worden, en dat men zelfs een brandende kaars naar den bodem van et water zou kunnen meenemen, dan zou b'J dit voor belachelijk en onmogelijk 'ouden. Toch zag ik, hoe zulks in Toledo 'd Spanje in het jaar 1538 geschiedde de oogen van Karei de Vijfde en bijna 'enduizend toeschouwers. De poging werd °°r twee Grieken uitgevoerd; ze namen 2eer grooten, aan touwen hangenden °t, met de opening naar beneden mee, ^vachten balken en planken in het midden 6 °^en m'mte aan en &int?en er met n kaars op staan. De pot werd door mid- van lood, dat om zijn opening heen ingebracht, in evenwicht gehouden, at bij het laten dalen in het watei w„e, deelen van den rand precies gelijk het makv ^kten, anders zou het water ge- (jjj e,iik de daarin opgesloten lucht ver- keblfen en ,,in vooótlgen damp veranderd" dit doel genoeg te hebben, een belachelijk klein gewicht om een leeren klok met ai de daarin bebaarde lucht te doen zinken. Pater Scott schrijft-heel' eenvoudig: „Dank zij dit toëstèl kan men op den bodem van de zee rondwandeleif, zien, lezen, schrijven, brieven bij zich dragen en andere zaken vajn dién aard. Doch men moet er goed voor zorgen, dat deze klok loodrecht naar beneden gelaten wordt, op dat men het. binnendringen van het water kan beletten, wat noodlottige gevolgen zou 'hebben." Nog altijd leer. Lorini gééft in 1609 een beschrijving van machines, waarin de mensch onder watér kan blijven. Een ervan was een fan tastisch bedenksel, dat nooit tevoren, noch daarna beproefd werd. Een groote buis van ongeloeid leer van tien meter lengte, wordt door vele ijzeren banden open gehouden ;onderaan is een ijzeren platform aangebracht. Hierop zit de duiker; hij is om de heupen en aai. polsen vastgebonden, in een waterdicht geitenvel gekleed, dat aan de verticale buis is gesneden. Het hoofa van den duiker bevindt zich binnen X 'y c- s* Reeds enkel» jarèn~h.ebrilriin dagbladen? organen van onderwijzersbonden, tijdschrif ten voor opvoedkunde ené., met alle kracht geprotesteerdtegen het m.i. veel te overladen leerplan op de lagere school. In dezen strijd stond ik niét alleen: tal rijke, niet in het onderwijs practisch werk zaam zijnden doch wel belanghebbend als ouders! stonden achter mij. Doch liet resultaat van al ons geschrijf 'is 'n den grond van de zaak toch nog, maar bedroe vend klein. Men gaat behoudens enkele beperkte uitzonderingen eenvoudig door met de kinderen allerlei kennis en weten schap in te pompen, welke hét voor een groot percentage of nooit noodig heeft, of zal vergeten, nadat het'een jaar van school is. Een zakenman zal zich wel-ervoor wach ten onnutte en on-economische dingen overhoop te halen. Heeft hij voor derge lijke dingen interesse, dan kómt dit meest al doordat hij naast zijn werkelijke zaken er ook gaarne een of andere liefhebberij op na houdt, welke hem niet 'direct voor deel oplevert. In de onderwijswereld is men van der gelijke waarheden nog steeds niet door drongen. Daar gaat men dag in dag uit door met kennis aanbrengen, wejke prac tisch gesproken evengoed achterwege had kunnen blijven voor het gróótste gedeelte der leerlingen. In plaats van bij het kind belangstelling aan te kweeken voor .onze geschiedenis van land en volk--— een,niet genoeg te waardeeren iets laat men het jaartallen leeren, waardoor hét eens en voorgoed genoeg heeft vin. „geschiede nis". Dan denk ik aan de onzinnige* "opvat ting van het laten leeren van plaatsen- en rivierenreeksen bjj aardrijkskunde, in een van dit bij uitstek algemeene vorming vaste volgorde. Het veel móóiere gedeelte aanhangend onderwijs: land- en volken kunde, wordt öf verwaarloosd, öf krijgt geen voldoende tijd van behandeling. Daar naast behoorde tijdens dit lesuur ongetwij feld de leerlingen het gebruik geleerd te worden van gidsen voorspoorwegen, auto busdiensten enz. Ik denk verder aan het teekenonderwijs- Een uiterst duur leervak op de scholen, maar de wijze, waarop het in vele scholen gegeven wordt, heeft mijn instemming geenszins! Men laat kinderen van alles en nog wat nd-teekenen, landschapjes, figu ren en op ansichtkaarten, naar boek illustraties of iets dergelijks. Wat een" tijd gaat hier onnuttig teloor. Welk kind tee kent, eenmaal de school verlaten hebbend, nog wel? Alleen die, waarin een aange boren teekentalent schuilt. De rest neemt nauwelijks meer een teekenpotlood ter hand en zal nog minder iets nd gaan tee kenen. Het is toch eigenlijk onzin een an sichtkaart nd te teekenen. Men kan.hem toch beter koopen. Dan heeft men ten minste kans, iets te hebben, dat goed is. Eenige malen per week kom ik in aan raking met een tweehonderdtal oudera meisjes (1418 jaar), die dan van mij les ontvangen in algemeen vormend onderwijs. Ik kom herhaaldelijk tot de ontstellende ontdekking, dat deze meisjes, over eenige jaren vrouwen, moeders, juist die dingen, welke zij in het leven dagelijks als het ware noodig hebben, niet weten noch kun nen! Ik noem slechts: met behulp van een spoorweggids een reisplan uitstippelen; .een girobiljet, idem: postwissel, adres kaart; een sollicitatiebrief schrijven; een telegram opmaken; een advertentie plaat sen of er op antwoorden, een eenvoudig huishoudboekje bijhouden, een recept uit een kookboek, aangeven voor 4 personen, omrekenen voor 7 personen, een figuur teekenen naar opgegeven afmetingen en indeelingen, enz. enz. Er komt bijna steeds niéts van terecht. En ik vraag u, ouders, nogmaals, zoudt gij niet zeer gaarne zien, dat uw dochter dergelijke practische dingen kende? Straks staat het als vrouw ik denk hier aan de meisjes aan de zijde van den man. Hoe dikwijls zal zij dan in aanraking ko men met dergelijke dingen. Hoe vaak zal de vrouw dan dergelijke dingen voor haar man kunnen opknappen! Maar hoe onge lukkig valt het te achten, wanneer zjj het niet kén. Daarom, laat uw kind voor u dergelijke dingen onder uw toezicht eens opknappen. Helpt het mede zelfstandig te maken voor het leven! Het zal er u later zoo dankbaar voor zijn. Tenslotte kunnen naast de sohool ook in het gezin dergelijke dingen wel aangeleerd en gedaan worden!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1936 | | pagina 17