PAG 8
ZATERDAG 21 MAART 1936
2J£tert_
3
Uit onzen Iachsproeier.
Zwart 7 sch.12/14, 21/23, 3&
Wit 7 sch.24, 3°. 32, 38. 41, 42, 44-
Wit speelt en wint.
Zwart 7 sch.: 13, 14, 17, 22, 26, 29, 43.
Wit 7 sch.25, 31, 36/38, 47, 49-
I 25—20 43X41
a 20X27 26X37
Zwart 7 sch.: 11, 14, 17, 21, 25, 37, 43.
Wit 7 sch.: 18, 23, 35, 38, 46, 49, 50.
Wit speelt en wint.
Verrassend, doch vrijwel een intacte pro
bleemstand van Blankenaar tot miniatuur ge
reduceerd.
Oplossingen:
INTERNATIONAAL, TOURNOOI
TE CANNES.
Nederland wist in dit tournooi, dat in
de afgeloopen weken is gehouden niet één
wedstrijd te winnen en moest zich der
halve met de laatsteplaats tevreden stel
len. Gelukkig is hiervoor een goede reden
te vinden: de sterkste spelers waren niet
disponibel, zoodat -werd deelgenomen met
een viertal, waarvan er drie nog nooit een
internationalen wedstrjjd nadden medege
maakt, zoodat ook de zenuwen wel een
woordje zullen hebben .medegesproken.
Elk der andere drie- deelnemers, Enge
land, Frankrijk en. België, wist twee over
winningen te boeken-, zoodat het behaalde
puntenaantal ten slotte den doorslag moest
geven. Hierdoor werd Engeland eerste.
Frankrijk tweede, en België derde. Enge
land blijft hierdoor in het bezit van de
wisselbeker tot. de volgende ontmoeting.
De grootste nederlaag was tegen Enge
land .ofschoon de cijfers in geen geval in
juiste verhouding tot de prestatie staan,
doordat een optimistische gToot-slam door
Engeland werd gemaakt, door een minder
juiste, m.i. zelfs foutieve Uitkomst van de
Hollanders. Bij juiste uitkomst was het
groot-slam niet te makën, zoodat hierdoor
een verschil van een zeer groot aantal
punten ontstond.
Het betreffende spel was het volgende:
S. lC
H. a. h. y. x. x. x.
R. a. 10; 35, h
K, b. x. 'x.
S. x. x. x. x. - N. - S. b. 10. x. x.
H. x. x. w n b' x'
R. x. x. x. Ry h. x. -x. x.
K. v. x. x. x. Z. K. x, x.
S. a. v. 9. x.
H. x, x.
R. v. b. x.
K. a."-h. x. x.
De bieding bij de Engelschen verliep
als volgt:
N.ia
4 H.
5 S.A.
7 S.A.
Oost en West pasten natuurlijk steeds.
West wist nu niet waarmede hij het best
kon uitkomen en koos van de twee onge
boden kleuren de K., hetgeen m.i. niet te
verdedigen is. Door inleggen van K. b. in
Z. 1 S;
4 S.A.
6 S.A.
De oplossing van den driezet van Hume is 1 Pa8. Na Kd7 volgt Tc7* en Te7l. Na Tc8:
volgt hc8: T. Na Ta8kan ba8: P. De oplossing van het probleem van Blake is 1 Da4.
Aardig is Pe2, Pe3f en g4, Pf4). r
N. Ruthberg.
Svenska Dagbladet 1925.
Wit begint en geeft mat in drie zetten.
Wit: Ka8, Da6, Lb8 en c8 Zwart: Ke4, Tai, pi a2.
De volgende partij is uit den wedstrijd Niederrhein—Mühlheim 1936.
21 g4
Béter was Tg3 voor wit.
22 Th3
23 Dg7 :f
24 Ttdi
Beter Lc8 voor zwart.
25 Td6
Beter Le8 en Lf7.
26 g5
27 Kf2
28 gf6
29 Tfj
Kruyer
Paslack
1 d4
45
2 04
e6
3 P<>3
Pf6
4 Lgs
Le7
5 e3
0-0
6 Pf3
Pbd7
7 Ta
c6
8 Ld3
dc4
Een bekende stelling uit het orthodox dame-
in de match
gambiet. Veel voorgekomen
Aljechin—Capablanca 1927,
9 LC4: Pd5
10 Le7: De7
11 0-0 PC3
Capablanca speelde hier geregeld Pe4 voor
Wit.
-12 Tc3:
Dreigt e#.
13 -d«5:
14 Pes:
15 f4
Hier mag de vraag j
voor zwart het beste
NoteboomIgel 1931)
(Tartakower— Maroczy
16 f5
95
- v.
5 - ;Pe5i
Des
De7
'esteld worden, wat is
Ue4, Lb3, Dg6. e4
of Df6, e4, Le6, Ld3,
1932).
Kh8
Df6 schijnt slecht te zijn (EuweThomas
1934). Ook Td8, f6 is niet goed voor zwart.
17 Dh5 Ld7
Na g6 kan tg6fg6Tf8Df8 De5+,
Dg7, De84.
18 e4 g6
19 Dhó g<5
20 efjió
Beter Tg3 voor wit.
30 Kg3
3' Td7
32 Ld 3
33 Tfd3i
- 34 Tf3
35.
36
37
38
39
40
4'
42
43
44
Ké3
Te7
Ke4
Th3
KfS
Ke6
Ta3
Taa7:
f7
Tae8
Dg7
Kg7
Te7
Tfe8
Teif
LfS:
Kh8
Ties
Lg6
*>5
Ld3:
Tg8t
Thjy
Th7
Th6
Thgó
h6
Tg5+
h5
h4
Th5
Tt8
Eindelijk. Wit's manoeuvre met den koning
is interessant.
45
Kg7, Tf8
Te8
Kf8:
opgegeven.
Ta8tl
Dr. P. FEENSTRA KUIPER.
Noord door den speler, was alle
voor hem geweken, omdat de H
ten, zoodat in totaal werden
6 H., 3 S., 1 R. en 3 K.-slagen.
Bij uitkomst in de eveneens
R. kleur, is het contract niet te'
terwijl bij uitkomst in één der
kleuren Zuid reeds direct moet besuL
hjj de R. wil snijden met afspelen oT
len op een dwangpositie, n.1. s.b. 1
beide bij Oost, welke beslissing met
voudig is, omdat niet de minste gee-
van de tegenpartij bekend zijn.
De Hollanders boden op dit spel
hetgeen een veiliger eindcontract is e
ook werd gemaakt. Door bjj het af
de keuze te laten vallen op de (W/®
positie werden er zelfs 7 gemaakt 1
De ontstane achterstand had voor
deel kunnen worden ingeloopen m
volgende spel:
S. h. 10. x. x.
H. a. h. x.
R. 10. x.
K. a. v. 10. x
S. v. x. N. S. a. 8. 7
H. v. b. 10. x.x. x H. x x.
R. x. R. h. x x x
K. x. x. x. x Z. K. x. x
S. b. 9. x
H. x. x.
R. a. v. b. x. x.
K. h. b. x.
De Hollanders kwamen in een wel u,
optimistisch contract te recht, n.1. 5 v
die echter te maken zjjn, omdat S.a t
vallig in de hand zit met slechts 2 H 2oo'
dat die kleur niet meer kan worden na»
trokken.
West kwam met R. uit, zoodat dez
kleur zekergesteld was.
Bij het verder afspelen durfde Z. echter
niet de risico te nemen om alle troeve
af te spelen alvorens met S. te beging
zoodat het spel verloren werd, omdat W
nu een R. kon aftroeven.
Door na met R. aan slag te zijn geko-
men de H. a. en h. te incasseeren en de
derde H. af te troeven, waarbij dan zou
gebleken zijn, dat O er slechts twee had
kan het spel, door daarna alle troeven wez
te spelen, worden gemaakt
n.-d.s.
In den trein.
De denker.
Frits was vreselijk slordig en geen en
kele morgen kon hij zich herinneren, waar
hij de vorige avond al zijn kleren had ge
laten. Moeder was dikwijls de wanhoop
nabij, maar zelfs straf hielp niet. Op ze
kere dag liepen zij in een museum en za
gen daar een groot schilderij: getiteld:
Rodin, de denker.
Frits büjft er even voor staan en zeg'
dan tegen zijn moeder: „Hij zit zeker na
te denken, waar hij zijn kleren gelaten
heeft."
t
Prettig.
Een politie-agent kwam een harmonica
speler op straat tegen die een paar liedje3
ten beste gaf en zei: „Heb je vergun»"#
om hier te spelen, anders moet ik je n*'
nemen.
„Met plezier", zei de straatmuzifc8111
„wat wilt U zingen?"
Marietje: Zeg, ik heb daarnet een P18^
tige poes gezien met een kersenkleurig
en rozenkleurige pootjes.
Annie: Nou zeg, maak mij wat wÜ3' f
Marietje: (lachend) Toch is het
hoor. Haar vel had de kleur vair 2*®^
kersen en haar pootjes de kleur van
rozen.
Alles betreffende deze rubriek te adres-
seeren aan:
G. L. GORTMANS,
61 Sinclair Road, Flat 2,
Kenaington, Londen W. 14.
MINIATUUR
Wedstrijd Grognard
„Mijn naam is Smit".
„De mijne Dozijn".
„Dat is een zeer ongewone naam!"
„Heelemaal niet 'k heb elf broers".
MINIATUUR
Wedstrijd Grognard
3 36—31 37X26
4 47X36 5 26—3 r
5 2721 17X26.
6 36X27 en wint.
Zwart 7 sch.: 12, 13, Ï5, 16, 18, 21, 23.
Wit 7 sch.: 25, 27, 29; 32, 33, 38, 48.
1 33—28 23X34
2 25—20 15X24
3 2823 18X29
4 38—33 29X38
5 32X43 21X32
6 43—38 32X43
7 48X17 en wint.
Een aanmerking op dit vraagstuk is, dat
wit ook als eersten zet kan spelen 2520.
Slaat zwart nu 23X34 dan wit 33—28 etc. als
boven. Slaat zwart 15X24, dan wit 29X20 en
loopt naar dam met een" volkomen gewonnen
eindspel.
Le Xme Siècle bevat een aardigen stand
van den bekenden probleem-„aestheet" Ir.
Vrijlandt te Dordrecht:
Zwart 8 sch.: 12/15, 17, 22, 27, 35.
Wit 8 sch 25, 26, 31, 34, 37, 39. 42, 44-
Wit speelt en wint.
Dat op een aardig, hoewel bekend eindspel-
letje uitloopt.
Kracht der gewoonte.
De slangenbezweerder zoekt zjjn bretels.