Een Spaansche
Paaschvertelling
PAG. 2
ZATERDAG 4 APRIL 1936
T JUTTFRt.e
Astronomische verschijnselen in April 1936.
Populaire Rubriek
Zon: De tijdsvereffening bedraagt: op 1
April: +4m6s; 6 AprU: +2m37s; 11 April:
lml3s; 16 April: 0m4s; 21 April:
lxnlls; 26 April: 2m8s: 2m4ös.
Wanneer de tijdsvereffening negatief is,
zooals in de 2e helft van April, dan betee-
kent dit dat de zon vóór is op de klok, dat
wil zeggen, als de zon precies in het Zui
den staat, dan is het volgens de klok nog
geen 12 uur. Als de tijdsvereffening positief
is, dan beteekent dit dat de klok vóór Is
op de zon (le helft van April). Dan wijst
de klok reeds 12 uur aan, wanneer de zon
nog niet precies in het Zuiden staat. Uit
een en ander volgt, dat de bovengenoem
de waarden de tijdsvereffening, alge
braïsch opgeteld (dus met behoud van het
of teeken) b(j den waren tijd, den
middelbaren tijd geven. De ware tjjd wordt
aangewezen door de zon (dus door een
zonnewijzer)de middelbare tjjd is een
kunstmatige grootheid, waarnaar de maat
schappij zich richt, die aangewezen wordt
door uurwerken.
De declinatie der zon neemt toe van
+4°.4 tot +15°.0
De middaghoogte van de zon neemt toe
van 42°.4 tot 53°.0, haar dagboog van
12u 57m tot 14u 54m (voor 52° N.Br., wat
zoowat met het midden van ons land over
eenkomt).
De Maan: 6 April: V..M.; 14 April: L.K.;
21 April; N.M.; 28 April: E.K..
De planeten: Mercurius is op 10 April
in bovenste conjunctie (samenstand) met
de zon. Aan het einde van de maand gaat
de planeet ruim 1% uur na de zon onder
en is wellicht laag boven den Westelijken
horizon waar te nemen. De April/Mei
verschijning van Mercurius is betrekkelijk
gunstig voor de waarneming. 22 April is
er een samenstand van Mars en Mercurius
aan den hemel (afstand der beide plane
ten in hoekmaat: 1.2°).
Venus, Mars en Saturnus staan te dicht
bij de zon om waargenomen te kunnen
worden.
Jupiter beweegt zich tot 10 April recht-
loopend in den Slangendrager (Ophiu-
chus), daarna terugloopend. Begin April
ongeveer 11 uur 's avonds. De planeet is
in den nanacht laag boven den Zuide
lijken horizon waarneembaar.
Uuranus is niet waar te nemen.
Neptunus beweegt zich terugloopend in
den Leeuw.
Het zodicale licht is goed zichtbaar aan
den avondhemel (helling van 50° op den
horizon). Aan den morgenhemel is het in
de Lente niet waarneembaar wegens de
te geringe helling van den as der licht-
pluim op den horizon.
Vallende sterren: Van 1824 April zijn
er vallende sterren te verwachten, die tot
den zwerm der Lyriden behooren (uitstra-
lingsplek of radiant op de grens der ster
renbeelden Hercules en de Lier). De
zwerm der Lyriden bestaat uit meteoren,
die zich in de baan van de komeet van
1861 I bewegen.
Sterrenbeelden: 'savonds om 10 uur (be
gin April 11 uur, einde April 9 uur) staat
de groote Beer in het Zenith. Orion en de
Groote Hond zijn dan reeds in het Westen
ondergegaan. Boven de Westerkim ziet
men nog Procyon (alpha van den Kleinen
Hond; helderheid Om5; parallaxe O".30,
afstand 11 lichtjaren 110 billioen km,
dus een onzer naaste buren in het Heelal).
Voorts vindt men in het Westen en Noord
westen Castor en Pollux van de Tweelin
gen en Capella van den Wagenman.
Tusschen de Leeuw en de Tweelingen
vindt men het kleine sterrenbeeld de
Kreeft.
Hierin is een fraaie sterrenhoop, de
Kribbe (Praesepe), die op heldere maan-
looze avonden reeds met het bloote oog
als een lichtend wolkje zichbaar Is.
In het Noordoosten vindt men het ster
renbeeld Perseus, waarin de veranderlijke
ster Algol. Van alle veranderlijke sterren
Is Algol, het gemakkelijkst waar te nemen.
Gewoonlijk Is de helderheid 2m2. Om de
68.8 uren bereikt de helderheid echter de
minimum-waarde van 3m5. De helderheid
vermindering duurt 4.9 uren, de daarop
volgende helderheidstoename duurt even
eens 4.9 uren. Daarna blijft de helderheid
gedurende 59 uren constant en gelijk aan
de normale waarde 2m2. Daaran begint
opnieuw een helderheidsvermindering, enz.
Algol is een spectroscopische dubbelster.
Zelfs in de grootste telescopen kan Algol
niet dubbel gezien worden. Dat zij eclJter
inderdaad een dubbelster is blijkt uit de
verplaatsingen die de spectraallijnen van
het spectrum ondergaan. De begeleider is
donkerder dan de hoofdster en wentelt
zoodanig om deze dat zij eenmaal in 68.8
uren een deel van het licht van de hoofd
ster onderschept. Hierdoor wordt het totale
licht door het Algolstelsel in onze richting
uitgezonden, periodiek verminderd. De
tijdsduur der eclips (9u45min.) is de tijd
dien de begeleider noodig heeft, om voor
de schijf der hoofdster te passeeren.
In het N.O. ziet men Deneb (alpha van
den Zwaan; helderheid lm3; parallaxe
0"005, afstand 650 lichtjaren 6500
billioen km).
Boven het Zuiden staat het sterrenbeeld
de Maagd (Virgo), hetwelk de heldere ster
Spica bevat (helderheid lm2; parallaxe
0".022, afstand 150 lichtjaren 1500
billioen km). Bovendien bevat de Maagd
de fraaie Dubbelster gamma Virginis. De
beide componenten van deze reeds met
kijkers gemakkelijk te splitsen Dubbelster
wentelen in een periode van 180 jaren om
elkaar. De parallaxe van deze dubbelster
is 0".10, de afstand bedraagt dus 33 licht
jaren 330 billioen km.
Tusschen de Groote Beer en de Maagd
staat het sterrenbeeld de Jachthonden
(Canes Venatici). De ster Alpha van de
Jachthonden („Cor Caroli") is een hel
dere dubbelster. Verder bevinden zich in
dit sterrenbeeld twee prachtige extra
galactische objecten, hemellichamen dus,
die zich ver buiten het Melkwegstelsel be
vinden.
Deze objecten zijn: de bolvormige ster
renhoop Messier 3 (nummer 3 uit den door
den „kometen jager" Messier aangelegden
catalogus van nevelachtige objecten, die
gemakkelijk met kometen verward konden
worden) en de spiraalnevel Messier 51.
Messier 3 bevindt zich op een afstand van
2 millioen lichtjaren.
De Kleine Beer bevat de Poolster
(alpha van den Kleinen Beer). Deze ster
bevindt zich op 1°4' (2 maansmiddellijnen)
afstand van de Noordpool des hemels en
nadert deze tot 26'5 in het jaar 2100, om
zich daarna van de Noordelijke hemelpool
te verwijderen. Gedurende de eerstvolgende
eeuwen kan de huidige Poolster dus nog
wel dienen als middel ter oriënteering,
wanneer men niet beschikt over een kom
pas.
Nadruk verboden. Copyright Redactie
„Hemel en Dampkring" en ,,'t Juttertje).
ESKIMO'S STERVEN UIT!
Zuigelingensterfte nergens zoo groot als in
Alaska.
In opdracht van den Amerikaanschen
staat hebben eenige deskundigen in het
vorig jaar grondige onderzoekingen gedaan
in geheel Noord-Amerika, waarbij Is
komen vast te staan, dat de Eskimo's van
Alaska tot uitsterven gedoemd zijn. Prof.
Victor Levine heeft in Alaska duizenden
Eskimo's medisch onderzocht. Hij heeft
moeten concludeeren, dat de gemiddelde
ouderdom der Eskimo's thans nog slechts
24 jaar bedraagt.
De zuigelingen- en kindersterfte is ner
gens zoo groot als in Noord-Amerika.
Slechts weinige Eskimo's worden ouder
dan 30 jaar. Dit is te wijten aan de tu
berculose, die epidemisch woedt en de
jonge menschen zoo vroeg uit het leven
wegrukt. Prof. Levine heeft het Staats-
Departement een uitvoerig verslag voor
gelegd en heeft tevens een plan voorge
steld voor energieke maatregelen op hy
giënisch gebied, zulks om het algeheel
uitsterven der Eskimo's nog bijtijds tegen
te gaan.
DE AARDAPPEL VIERT EEN
JUBILEUM.
Een aardappelstruik als vor-
teljjk bouquet!
De aardappel viert in den loop van dit
jaar haar 450-jarig Europeesch jubileum.
Zooals men weet, werd zij in 1586 door
twee Engelsche uit Peru meegebracht
Doch eerst 200 jaar later is de aardappel,
eerst in Frankrijk, een volksvoedsel ge
worden. Na vele jaren van misoogst heeft
Parmentier de aardappel populair weten
te maken, doch niet zonder moeite. De
Koning van Frankrijk heeft hem hierbij
ijverig geholpen. De vorst verscheen op een
dag bij een ontvangst te Versailles met
een aardappelstruik. De zeldzame „ruiker",
bestaande uit knolletjes en -bladeren, ver
wekte natuurlijk veel verwondering, doch
daar de koning op de idee was gekomen,
kon de adel niet minder doen, dan het tot
haar plicht rekenen, de aardappels eens
als voedsel te probeeren. Ende aard
appel had succes. En voedsel viel ze mee
en was tevens goedkoop. Nog vóór Par-
mentiers dood was de aardappel hèt
volksvoedsel geworden, ook in andere
Europeesche landen.
JAPANSCHE VROUWEN EN DE
SCHOONHEIDSINSTITUTEN.
De Japansche dames zijn de laatste jaren
de beste bezoeksters van de schoonheids
salons, die zich ook in de groote Japansche
steden hebben gevestigd. Wanneer een Ja
pansche dame naar een schoonheidssni
gaat, is het bijna altijd om haar neua
laten vervormen. De Japansche vro
vindt den vorm van de neus der West
sche vrouwen veel mooier dan haar
goolsche neus. Neusoperaties worden in
salons het meest ondergaan. Het is echte!
de vraag, af de Japansche met de West
sche neus even mooi zal zijn als haar zT'
ter, die niet de hulp der specialisten inrien"
zulks mag men gerust betwijfelen.
In goede aarde.
Baas: Jan, je hebt nog geen enkele da.
je werk afgemaakt, ik geloof, dat het
maar het beste is, dat ik naar een anderen
knecht uitzie.
Jan: Nou baas, daar doet u goed aan
want er is heusch werk genoeg voor twee
DE UITVINDER VAN JIU Jixsp
76 JAAR.
Dezer dagen vierde Baron Jigoro Kano
de man, die het verdedigingssysteem zon
der wapengebruik, het z.g. Jiu Jitsu uit-
Vond, zijn 76e verjaardag. Reeds 50 jaa!
geleden, toen Baron Kano nog student
aan de universiteit was, zon hij 0p een
verdedigingsmiddel, hetwelk door een
leder zou kunnen worden gebruikt en
waarbij men geen wapenjp zou nodig heb
ben. Hoewel Kano zelf een klein en vrij
tenger man is, is het hem toch meermalen
gelukt een groteren tegenstander van
hem, die hem tot een gevecht uitdaagde,
machteloos te maken door aanwending
van zyn systeem. De kracht van het Jiu
Jitsu ligt in de zo groot mogelijke bespa-
ring van de menscheljjke kracht en het
uitlokken van de krachten van den tegen-
stander, zodat deze op een gegeven ogen
blik uitgeput raakt. Dit zwakke moment
benut hjj, die van Kano's systeem gebruik
maakt om den tegenstander te overmees
teren.
Baron Kano's systeemaanhangers noemt
men Jiudsisten. Toch is Kano's systeem
niet in ieder land hetzelfde. Kano houdt
rekening met de sterkte van het volk en
met de lenigheid van de mens. Zijn eerste
streven b(j zijn verdedigingssysteem is
echter: den tegenstander te overmeesteren
zonder hem noodeloos te kwetsen.
SLECHTS EEN KROON.
„Wat zou het kosten om rondom het
Jamespark ten heg te plaatsen?" vroeg
Koningin Carolina aan Minister Walpole
met de bedoeling om het publiek de toe»
gang in het park te beletten.
De Minister, die dit wist, boog en ant
woordde: „Slechts een kroon, Mevrouw".
Onderhoud van bont.
Wanneer zich vuile plekken door veel
vuldig dragen aan het bont doen zien,
wrijft men deze met verwarmde zemelen
en schudt het bont daarna goed uit. Wit
bont wordt met warme bloem bestrooid en
zachtjes geborsteld, daarna kloppen. Nat
bont mag nimmer bij de kachel drogen,
doch moet in een vertrek met een tempe
ratuur van 62° op een hanger drogen;
van tijd tot tijd schudden, doch nimmer
het vocht met doeken afbetten.
Bella Gonchita, de schoonste
van het dorp door
JUAN DE RAMERO
Conchita was de dochter van den dorps
burgemeester Alvarez Storio. Haar haren
glansden als korenaren, als zij in de zon
rijpten, en haar donkere oogen glinsterden
als de zee in maanlicht. Iedereen wist, dat
Conchita het mooiste meisje uit het dorp
was, en zij verdiende dan ook den naam
„Bella Conchita". Maar, iedereen noemde
haar „de driftige Conchita". Zelf deed het
meisje alsof het haar mets kon schelen.
Niemand wist dat Conchita vaak woedend
was op zichzelf en in het geheim over haar
drift huilde.
,t Was iets heel eigenaardigs met deze
drift. Een kleine ergernis, een misverstand,
een krenking, ja, vaak zelfs een onbe
dachtzaam gesproken woord, kon haar in
woede doen ontsteken. Het kwam over
haar als een plotseling opkomende storm
wind, die het rustige water van het meer
door elkaar woelt en warrelt, zoodat het
met schuim wordt bedekt, en men niet
meer tot op den bodem kan zien.
Toen Conchita nog naar school ging,
vocht de oude onderwijzer vaak tegen
dezen toorn, waarmee Conchita dikwijls
nog in het laatste uur haar goede cijfer
wist te bederven. Thuis nam de vader de
handen van het kind in de zijne, en sprak
geduldig met haar, als de woedende woor
den uit haar van drift vertrokken mond
stroomden. Hij probeerde het ook met
strengheid. Maar niets hielp. Toen dacht
Alvarez Storio, dat deze woede, die vaak
met zoo'n geweld tot uitbarting kwam,
alleen hieraan was toe te schrijven dat
Conchita geen moeder meer had. Zij was
gestorven toen Conchita nog in de wieg
lag. Alvarez Storio had haar nooit kunnen
vergeten, dus kon hjj haar ook geen op
volgster geven. Zjjn moeder zorgde voor
hem en zijn kind. Maar zij was een harde
vrouw die er de menschen een verwijt van
maakte, dat zij zoo weinig geluk in haar
leven had gekend. Wat zij niet geven kon,
waren woorden en daden van liefde, die
een kind zoo noodig heeft.
Conchita was zoo wild als een jongen,
en speelde ook het liefst met hen. Want
het was makkelijker, als onder jongens
haar drift over haar kwam; dan werd het
immers uitgevochten, en Conchita, die niet
een van de zwaksten was, trok zelden aan
het korsten eind. Dat bezorgde haar een
zeker respect bij de jongens, maar de
meisjes schrokken voor haar terug.
Zoo kwam het, dat Conchita, niettegen
staande haar schoonheid en haar vaders
rijkdom eenzaam opgroeide. Maar haar kon
het niets schelen. Het leek wel, of ze liever
haar tijd bij de dieren doorbracht, die ze
beter scheen te begrijpen, dan bij de men
schen. De honden waren onafscheidelijk
van haar, en de paarden hinnikten als ze
Conchita's stap maar hoorden, en als een
koe kalfde, dan wendde ze, als om troost te
zoeken, den kop naar Conchita, en liet
zich dan kalmeeren door de zachte handen
van het meisje.
Toen Conchita grooter werd, trokken
ook de jongens van het dorp zich van haar
terug, en vergaten den leuken tijd, toen
zij nog door vroolijke spelletjes aan elkaar
verbonden waren.
Maar Pedro Cortes, de zoon van den
buurman, ontdekte plotseling, dat zijn
broederlijke kameraadschap iets meer was
dan dat, en tot innige liefde gegroeid was.
Persoonlijk was hij nog nooit het slacht
offer geweest van Conchita's drift, en hij
dacht dat een groote liefde alles wel zou
overwinnen. Tegelijkertijd moest ook Con
chita zichzelf bekennen dat zij Pedro lief
had. Zij hadden nog niets over die liefde
gezegd, maar hij danste met niemand an
ders dan met haar. Maar toen h\j de eerste
boschviooltjes vond, en die aan haar gaf,
toen hielden zijn oogen een bede in: „J(j
zult mijn lieveling worden. Conchita, want
jou heb ik het liefste van allemaal!" Con
chita lachte, en toen kusten zij elkaar.
Conchita was zoo gelukkig als zij nog
nooit geweest was in haar heele leven.
Maar toen gebeurde het vreeselijke, toen
kwam Marita op de hoeve van Pedra Cor
tes. Pedro was haar zelf uit de stad gaan
halen. Z(j had heel zachte oogen, zag er
hef en mooi uit, en was ook door de week
zoo chique gekleed, dat de jongens uit het
dorp het niet konden nalaten haar te be
wonderen. Conchita had haar nog niet ge
zien, maar haar hart begon te kloppen,
en haar oogen fonkelen, als iemand met
haar over het meisje sprak.
Toen ontmoette zij, tot overmaat van
ramp, Pedro en Marita op de kermis. Ze
zaten in de draaimolen, en Marita zat met
Pedro op een paard. Toen het door Pedro's
overmoedigheid hevig begon te schomme
len, stiet zij een zachte kreet uit, en sloeg
Pedro zijn armen om haar heen. Hij boog
zich met een lieve uitdrukking op zijn
knap gezicht naar haar over, en zij keek
hem dankbaar aan en lachte schel, als een
gelukkig kind.
Toen de draaimolen stil bleef staan, zag
Pedro zijn Conchita staan. Hij wuifde haar
toe, maar zij keek niet naar hem, en
staarde met starre blik recht voor zich
uit. Toen riep hij verschrikt haar naam:
„Conchita!" Het was, alsof zij uit een
droom ontwaakte, maar toen liep zij hard
weg.
Pedro ging haar achterna. Eerst lang'
zaam, zoolang de menschen hem konden
zien. Dan, telkens vlugger en vlugger.
Dicht bij haar huis haalde hij haar in-
Maar zij sloeg zijn handen van haar schou
ders weg, en keek hem kwaad aan: ,fi*
jij maar naar je Marita!" schreeuwde
en haar oogen werden donker van drift-
Toen Pedro iets wilde zeggen, hield zjj
haar ooren dicht, stampte met de voeten,
en riep steeds: „Neen, neen!" Toen üep
zij gauw het huis binnen.
(Slot volgt.)