OUDERS IN DEN WALPURGIS-NACHT. Mysteries van het oerwoud: POPULAIR BIJVOEGSEL VAN DE HELDERSCHË COURANT De demonische jonkvrouwen THOËKJ AUTEURSRECHTEN V OOR BEHOUDEN 30 APRIL 1 MEI EEN OEROUD FEEST VAN HEIDENSCHE OORSPRONG. Italianen zich in Peru inge- VOOR DE B0p bezems en op stokken op vorken en op bokken!" Sat de heks al niet op baar geweten beeft! door DR. MARIE FALKENHEIN. Op bezems en op stokken, op vorken en op bokken", rijden, volgens oeroud volks geloof de heksen in den nacht van 30 April op 1 Mei, in den Walpurgis-nacht, naar den Heksenberg, om daar met nun teer en meester, den duivel, het jaar- lijksch terugkeerende groote feest der heksen te vieren. In Duitschland vindt men vele heksen- kergen, daar iedere oud-Germaansche offerplaats na de invoering van het Chris tendom tot heksendansplaats werd gede gradeerd. Doch de bekendste is wel de hoogste berg in den Harz, de Broeken, die reeds in de lbe eeuw na Chr. als de meest geliefde heksendansplaats bekend stond. Iedere provincie in Duitschland heeft haar eigen heksenplaats: zoo vindt met „Ehren- burg" of het „Walperla" bij Forchheim in Franken, de „Heuberg" nabij Rothenburg of de Taupber, de „Tanzreiche" nabij Bis- schofsheim (Rhön), de „Ringberg" nabij Egern aan de Tegernzee (in Beieren), de „Seharnitzer Klause" nabij Mittenwald (in Tirol) en de „Schlernkofel", de „Kandei- fels" in het Zwarte Woud, de „Hechel- berg" in Hessen, de „Hörselberg" en de „inselberg" in Thuringen, enz. enz. De kringvormige openingen in den bo dem van de offerplaatsen noemde men Waar komt eigenlijk- de- benaming „heks" vandaan? Sommige geleerden zyn van meening, dat het afstamt van het oud-Duitsche woord Hagadisen, dat zoo veel beteekent als „boschbezoeksters". Zoo Mem de men na de geloofsverkondiging °ok de aanhangsters van het oude geloof. Ongetwijfeit hangt de beteekenis heks met woord struik of bosch samen. De heksen hebben in den loop der tijd heel wat op haar geweten gekregen. Zil bezaten b.v. de macht de menschen geheel te doen hanoelec zooals de heksen 1 verkozen. Ook de natuur konden zij 30 a(ten. Met hun giftige adem, zoo zeg- °en de °hde sagen, behoefden zij slechts langs het frissche weiland te strijken, 6 bodem werd onvruchtbaar. Zij plas- dü{wijis ook net zoo lang in het water, en 6r een verscIlrikkelijk onweder losbrak ke zware storm vele schepen deed zin- in de oudheid noemde men deze stor- w "bekaenatormen". En zelfs het vee jiondVOor baar niet veilig. Ook de dieren etl worden „behekst". De paarden uitsla!! longziekten, de ossen kregen huid- ?aa~5' de koeien gaven giftige melk. De o en hippen lagen dood in het hok; van"? Was on»gedraaid alles het werk b(de heksen. Ja, zri deden nog meer, die 'rouwen. Zij stalen zelfs kleine kinderen uit de wiegen en legden hiervoor in de plaats harde, met zand opgevulde brooden, „heksenbrooden", waaraan men kon sterven, als men ze at. En nog heden ten dage gelooven de boeren in sommige streken van Duitsch land aan kinderroof door heksen! Natuurlijk was het in vroeger jaren noo- dig, dat men zich weerde tegen de plage rijen der heksen. Dikwijls gingen de boe ren er in den nacht op uit en schoten over de velden knalden met zweepen, om de heksen af te schrikken. Ook zuiverden zij wel de omgeving door een berg hooi in brand te steken. Aan de staldeuren kalk ten de meeste boeren een groot kruis, dit om de heksen af te schrikken. Ook spij kerde men wel. een hoefijzer boven de deurposten. De stalbezem moest altijd in een donker hoekje worden opgeborgen, opdat de heksen haar niet in het voorbij gaan konden zien en meenemen. Op be zems schijnen alle heksen dol te zijn! In de paardestallen hingen de oude boe ren graag een spiegeltje en een geopend mes aan den wand. Was het vee „be hekst", dan diende het een speciale ver zorging te hebben. Het voeder b.v. moest met zorg worden gekozen. Wilden de beesten het niet eten, dan boorde men in het linkeroor van de dieren een klem gaatje, waardoorheen men... een wortel tje stak! Wanneer het wortelttje geheel verdroogd van het oor viel, was het dier gered en de pjaag der heksen voorbij. „Behekste" koeien werden geslagen met een tak van een esdoorn. De heksen veranderden zich het liefst :n -padden - of- -katten,- doch konden zich dok onzichtbaar maken. Op die manier konden de mensehen zich niet tijdig voor de hek sen in acht nemen en werden zij vaak het slachtoffer. Daar de heksen zich ook graag verscholen onder struiken en laag geboomte, moesten de Meidoornen, waar- meer de lente werd binnengehaald, eerst worden „gezuiverd".. Met veel geraas en gebel werden de Meiboomen omgekapt. Hoe harder men bij dit werkje schreeuw de, hoe beter, want dan joeg men immers alle booze geesten op de vlucht. Bij de boeren in Beieren heeft men de melk altijd, g.ekookt, piet zoo zeer uit hygiënisch oogpunt, dan wel vanwege het feit, dat de heksen zich zelfs in melk kun nen veranderen. Door het koken worden tevens dè leelijke vrouwen gedood. In ons land, evenals in het buitenland, kent men het „afkloppen", wanneer iemand een op merking maakt over een kwestie, die wel eens verkeerd zou kunnen afloopen. Dit „afkloppen" is eveneens afkomstig van de oude Germanen. Men beweert dat het een toovermiddel tegen heksenplagerrjen is. Zegt de mensch nu hardop, dat hij over het een of ander in zijn nopjes is, dan zint de heks op een middel, dien mensch onte vreden en boos te maken. Vandaar... het afkloppen... driemaal op een tafelpoot, waarvan het hout ongeverfd moet zijn! Door heel de wildernissen van Amazoaenstroom. Een bacchanaal van den dood. Haat en slimheid. Hoe de Hui- toto© bruiloft vieren. Nr.) oe italiaansche expeditie, Voor een jaar vertrok naar de wereld van Zuid-Amerika, talrijke avonturen en lotgeval- Welbehouden in de beschaafde ^'d teruggekeerd. Intusschen heb- be® (je ^Pt ter terugreis. Aan het voor- bericht van den expeditieleider wjj volgende bijzonderheden. streek ter wereld is ondanks alle Kil le,s nog zoo ondoorzocht gebleven, 1 ^tstuk van de Zuid-Amerikaan sche tropen, dat zich over een oppervlakte van 3 millioen vierkante kilometer langs den bovenloop van den Amazonenstroom uitstrekt. Het is een gebied bedekt met bijna ondoordringbare oerwouden die zich gel(jk een groene muur verheffen, op de oevers van de tallooze watervallen en stroomen, die zich verderop tot een der grootste stroomen van de wereld vereeni gen. De eenige menschen die vaker in deze wildernis doordringen zijn de Caucheros, Mestiezen naar hun afkomst die hun leven op het spel zetten op het „goud van het oerwoud", de kostbare melk van den gummiboom, te zoeken. Voor alle andere levenden is het oponthoud in deze groene hel met haar vochtig en het klimaat steeds doodelijk. Overal ligt het verderf op de loer. Het te evenwei niet aiieen dit ongezond klimaat dat den blanke gevaarlijk kan worden, dat hem langzaam maar zeker verteert. Het verderf leert overal en de dood treedt hem in duizenderlei vorm tegemoet. Zijn het de muskieten en ae steekmuggen, die zich in heele wolken op den indringer werpen, om hem het bloed uit te zuigen of hem met hun s-eek doode- lijke ziekten en epidemieën over te zetten niet, dan zijn het de gifslangen, van alle soort en alle grootte die hem bedreigen. Bovendien wemelt het in deze maagdelijke wouden van reusachtige schorpioenen, duizendpooten en giftige padden. Een buitengewoon gevaarlijk vijand is ook de kleine in de rivieren en stroomen levende Piranna, die men ook wel de haai der zoete wateren noemt, aan zijn vlijm scherp gebit ontgaat niets. Leelijk, laag en gemeen. In deze bacehanale van den dood aan den Amazonestroom is de Italiaansche expeditie doorgedrongen. Daarbij bediende zij zich van de primitieve kano, daar in deze wildernis ondanks alles nog geen beter geschikt voertuig bestaat, vooral wegens de talrijke stroomversnellingen, die overal in deze wateren voorkomen. De belangstelling van de expeditie was overigens minder gericht naar botanische of zoölogische ontdekkingen. Zij gold vooralt de ethnografische studie van de talrijke stammen van inboorlingen die in deze oerwouden hun ellendig bestaan slijten. Deze inboorlingen behooren tot de verschil lende rassen. Zij zijn gedeeltelijk roodhuidig, gedeel telijk zwart als negers. Maar men treft ook lichtbrons als huidskleur aan. Soms zijn zij groot als reuzen, dan weer klein en onooglijk als pygmeeën. In het algemeen zijn ze leelijk, en dit geldt niet alleen de mannen, maar ook de vrouwen. Verder zga ze laag en gemeen. Hun wapen is de list. Allen worden ze vereenzelvigd door een gemeenschappelijke haat tegen de vreem deling, vooral tegen een blanke. Steeds moet men, wanneer men zich in de wilder nis tot deze wilden begeeft, rekening houden met de mogelijkheid, om op eea bepaald oogenblik door een wolk van ver giftige pijl overvallen te worden. De schutters blijven onzichtbaar. Soms slaagt men er in, met hen ia verbinding te komen, maar dan ook zal de blanke goed doen, op zijn hoede te hLijven. Want deze bewoners van het oer woud zijn onbetrouwbaar. Paalwoningen in het oerwond. Zij vestigen zich heelemaal verdoken in het dichtste van het woud. Alleen smalle en kronkelige paden, slechts voor een geoefend oog herkenbaar, leiden van deze nederzettingen naar de watervallen. Haa SCHADUWEN OVER HET ONDERWIJS. De opvatting, dat de school in het volle leven heeft te staan, heeft ertoe geleid, dat de rusteloosheid van het leven, óók de school is binnengedrongen. Het maatschap pelijk leven is juist in onzen tijd in een steeds sneller wordende beweging. Het aspect verandert a.h.w. dagelijks. Hetgeen gisteren nog als bést gold, heeft vandaag zijn waarde verloren Er valt op alle ter rein des levens een twijfel te ontdekken aan de hechtheid van hetgeen vóst en heilig scheen. Men leze, teneinde hiervan een scherpe diagnose uitgebeeld te ziet, het bekend geworden werk van prof. Huisinga: In de schaduwen van mórgen." Ieder bladzijde van dit boek teekent het benauwende, het waanzinnige, het over stelpende van het leven, zooals het zich in dezen tijd aan ons openbaart! In deze woedende draaikolk zou de school geplaatst moeten worden! Mag men haar verwijten, »dat zij hiervoor huivert, dat zij nog wat achteraan komt? 't Lijkt mij zoo gezien, zoo ontzettend moeilijk. De school het is haar aard eisent rust en nog eens rust! Het moet alles langs „lijnen van gelei delijkheid" ontwikkelen. De onderwijzer weet echter, dat de rust langzamerhand de Bchool uitgebannen wordt. Het „leven" deed reeds lang zijn luidruchtige intrede, haar eisehen drongen door tot in het inenrlijk leven der school. Leerstof, leer gang, leervorm en leermiddelen ondergin gen ingrijpende veranderingen. Ik denk hier aan schoolbioscopen en radio. De waarde daarvan wordt hóóg op gevoerd: of zij in werkelijkheid het is, werd mij nimmer overtuigend aangetoond. Ik schaar me voorloopig nog aan de zijde van hen die met wijlen den hr. Stamperius sceptisch staan tegenover deze nieuwigheid. Dan denk ik aan het dwaze gedoe in onzen tijd, om voor alles en nog wat een beroep te doen op de school. Menschen, die het niet in hun hoofd zouden halen een dergelijk beroep te doen op de kerk bijv., zien er absoluut geen bezwaar in, dit wel te doen op de school. Laat ik mijn bedoeling toe lichten met enkele voorbeelden. In de jaren '18 ontstond in alle landen de opvatting, dat alleen langs den weg van overleg en onder handeling de vrede tusschen de volkeren bewaard kon blijven. De Volkenbond werd geboren en met hem de eisch, dat de school zich in zrjn dienst zou stellen. De school heeft het gedaan, m.i. vaak overdreven en ondoordacht. Een te vèr doorgevoerde op vatting der internationale gedachte bracht ingrijpende wijzigingen in het geschiedenis onderwijs en de leermiddelen daarvan. De gevolgen bleven niet uit: de geschiedenis boekjes op de lagere school ademden op de lagere school op iedere bladzij de inter nationale gedachte... doch het gezond© nationale bewustzijnsbesef waarop ten slotte internationalisme slechts groeien kan werd grovelijk verwaarloosd. D© reactie bleef niet uit en thans slaat d© naald te ver door in tegenovergestelde rich ting. Een ander voorbeeld vinden we in de be faamde spelling-misère. Een groep voorstanders weet een nieuw© spelling „er door" te krijgen. Het was in enkele jaren tijds een tweede wijziging. Enfin: de school had haar te aanvaarden. Leermiddelen werden gewijzigd, boekjes met „potlood" bewerkt de spelling is er op school! Breede volkslagen doen er niet aan mee. Het verzet wordt bij den dag grooter, eveneens de mogelijkheid, dat we binnenkort opnieuw een wijziging krijgen. Ook dan heeft wellicht de school te ge hoorzamen, waar tenslotte niets tegen is, indien over alle liniën één lijn getrok ken wordt. Maar vreemd doet het aan, dat èn de regeering, èn de pers èn de overgroot© meerderheid in de zakenwereld afzijdig blijven!! Ik neem eenige andere voorbeelden: Tengevolge van de tijdsomstandigheden bandeloosheid en vandalisme onder de valt er een onrustbarende toename van jeugd te constateeren. De schuld aan de school! De onderwijzer heeft slechts aan dacht voor zjjn kleiner wordend salaris en zijn grooter wordende klasse!! De school moet de strijd aanbinden tegen dit crisis- product. Altijd maar weer de school. De lijst van verkeersongelukken breidt zich jaarlijks uit, geen nood! De school kan er moet ons helpen dit te bestrijden. De zui velindustrie is noodlijdend. De school, mijnheer! Roep haar hulp in: zij leert den kinderen een zuivellied, geeft hun propaganda-materiaal mee, enz., enz. Straks komen dan de glas-, aardewerk-, aardappelmeel-, carton-, schoenen-Industrie met gelijke eisehen... Waarom ook niet? SC*.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1936 | | pagina 13