Buitenlandsch Overzicht.
De burgeroorlog in Spanje
IE
CHINA
Geheim vlootbouw-
programma van de
Japansche marine.
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WEERINGEN EN ANNA PAULOWNA
REIST PER WACO-
DONDERDAG 27 AUGUSTUS 1936
64ste JAARGANG
AUTOBUSDIEN ST E N
naar HOORN, EDAM, AMSTERDAM
en GEHEEL WEST-FRIESLAND
Juliette Adamf
Het proces
Trotski Zinowjef.
Verlenging van den dienstplicht
in Duitschland.
EEN
IN
B E N B O LT
S. Kamenef overleden.
Het verblijf van Trotski in
Noorwegen.
Opzienbare mededeeling van het
dagblad „Jiji",
Ex-keizerin Zita bezoekt den Paus.
De postzegels van Koning
Eduard VIII.
Een waarschuwing van
Stal in.
Hevig artillerievuur op het
front van Irun en
San Sebastian.
Voorzorgsmaatregelen aan de
Fransche grens. Rio Tinto-mijnen in
handen der nationalisten.
Een groote aanval op Irun
San Sebastian aanstaande?
en
Een poging tot verzoening?
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.Heldersche Courant 1.50; Koegras,
Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel 1.65; binnenland 2.
Nederl. Oost- en West-Indlë per zeepost 2.10, idem per mail en overige
landen 8.20. Losse nos. 4 ct.; fr. p. p. 6 ct Weekabonnementen 12 ct.
Zondagsblad resp. 0.50, 0.70, 0.70, 1.—. Modeblad resp. 1.20, 1.50, 1.50, 1.70.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur: P. C. DE BOER
Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst)
dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling
10 ct per regel, minimum 40 ct.; bij niet-contante betaling 15 ct. per regel,
minimum 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en brieven onder nummer 10 ct
per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct
De internationale angst en de bewapening overal Reacties in
Frankrijk en België op de verlenging van den diensttijd
Duitschland.
De
internationale
vrees.
Toen de ontwapenings
conferentie belegd was
en men vol hoop was op
goede resultaten hebben
we ons niet al te opti
mistisch getoond over
een eventueel te bereiken resultaat en helaas
is dat pessimisme niet beschaamd geworden,
doch bleek de conferentie op een volkomen
mislukking uit te loopen. Immers, waar het
onderling vertrouwen ontbreekt is er geen
basis tot vruchtbare onderhandeling en bij de
algemeene vrees voor elkanders bedoelingen
is er geen hoop te koesteren dat Europa tot
een voor de wereld gezegende samenwerking
zal komen.
Ons optimisme van Dinsdag over de Italiaan-
sche instemming met het Fransche plan tot
niet inmenging in de Spaansche binnenland-
sche aangelegenheden is alweer teniet gedaan
door een bericht dat we in hetzelfde nummer
moesten opnemen over de verlenging van den
dienstplicht in Duitschland. Al zijn de reacties
in het buitenland op deze daad van Hitier be
trekkelijk zwak, dat neemt niet weg, dat het
wantrouwen in de bedoelingen van Duitsch
land sterker geworden is en dat men straks
weer over zal gaan tot uitbreiding van eigen
verdedigingsmiddelen, tot nog meerdere be
wapening dus.
Het gaat hard in Europa, schreef de Nw.
Rott. Crt. Dinsdagavond in een hoofdartikel,
doelend op de bewapeningsziekte. En het blad
schreef o.m.:
In 1933 nog, op de ontwapeningsconferentie,
vroeg Hitier het recht, op gelijken voet met de
andere Europeesche groote mogendheden, een
leger van 300,000 man te bezitten. Gisteren
heeft hij een besluit genomen, dat het Duitsche
leger binnen korten tijd op bijna een millioen
man moet brengen. De Russen zijn hem voor
gegaan met een maatregel, die hun in vredes
tijd ongeveer 2 millioen man sterk maakt. Zij
hebben er de ruimte en de mannetjes voor.
Rusland handelde uit vrees voor Duitschland,
en Duitschland handelde uit vrees voor Rus
land. Frankrijk en Polen zullen zich nu ge
noopt voelen, het „goede" voorbeeld te volgen.
En allerlei andere volken zullen niet ten achter
blijven.
Het begin van de ontwapeningsconferentie,
dat vrijwel samenviel met de eerste actie van
Japan op het Chineesche vasteland, is het be
gin geweest van een periode van bewapening,
zooals Europa nog niet heeft gekend. De ont
wapeningsconferentie is niet geworden, zooals
men in 1926, aan den aanvang van de voorbe
reiding, had gehoopt, het voorspel tot een tijd
perk van grooter vreedzaamheid in de wereld
en van toenadering der volken, maar de epiloog
van een betrekkelijk rustige periode.
Rusland en Duitschland wapenen tegen
elkaar. Dat is nog iets anders dan wanneer
Frankrijk en Duitschland tegen elkaar wape-
nen. Deze twee landen grenzen aan elkaar,
hebben elkaar onmiddellijk te duchten. Een
wedstrijd in bewapening uit wederzijdsche
vrees tusschen Rusland en Duitschland is het
gevolg van voorstellingen in veel grooter
dimensies. De grondgedachte is een Europee
sche kruistocht van het bolsjewisme tegen
Europa, of een fascistische kruistocht tegen het
communistische, democratische en semi-demo-
cratische of semi-fascistische Europa. Dit
tweetal denkt in termen van een wereldoorlog.
Niet minder. Want de Russen duchten een
samenwerking tusschen Duitschland en Japan.
Dat deze gedachte niet volkomen dwaas is,
blijkt daaruit, dat de Britsche en Amerikaan-
sche gedelegeerden op het half-officieele con
in
gres voor „Pacific Relations" de Japanners op
den man af hebben gevraagd, of reeds een
daartoe strekkende overeenkomst bestond.
Josjizawa, de Japansche oud-minister van
buitenlandsche zaken, heeft het ontkend, maar
eraan toegevoegd, voor de toekomst niet te
kunnen instaan.
Als die geweldige massa's in beweging
raken, kunnen Duitschland en Rusland niet bjj
elkaar komen, tenzij over een reeks tusschen-
liggende landen. Polen scheen een tijd lang
gewillig, om Duitschland door te laten. Op het
oogenblik schijnt het daarover weer tot andere
gedachten te zijn gekomen. Maar hoe het zij,
als die drie mogendheden zich opmaken tot
hun worsteling, wordt er heel wat in Oost-
Europa, dat als buffer bedoeld was, versplin
terd. Het is niet waarschijnlijk, dat de weste
lijke groote mogendheden bij deze titanische
katastrofe, welke de wereld zou dreigen uit te
leveren aan het machtgebod van een of twee
geweldenaars, lijdzaam zouden toezien. De
kansen zijn overgroot op een generale lawine.
Rusland en Duitschland moeten ernstig aan
dergelijke mogelijkheden gelooven, als zij op
het oogenblik den vreeselijken last van deze
krachtsinspanning op zich nemen.
De verlenging
van den dienst'
tijd in Duitsch'
land.
We schreven hierboven
reeds dat de reacties op
Hitler's daad in het bui
tenland niet sterk waren,
maar dat men zeker met
wantrouwigen blik het
oog naar Duitschland
gericht zou houden.
Want of Duitschland nu alleen en uitsluitend
om het Russische gevaar deze drastische maat
regelen neemt? Men twijfelt er aan.
Een redacteur van de Paris Soir heeft de
verlenging van den diensttijd in Duitschland
besproken met een aantal vooraanstaande
politieke personen in Frankrijk.
De voorzitter van de legercommissie van de
Kamer meende, dat Frankrijk het initiatief
moest nemen tot de bijeenroeping van een
nieuwe internationale conferentie, teneinde tot
een overeenkomst nopens de beperking en de
controle van bewapening te komen. Zoolang
een dergelijke overeenkomst niet bestaat, be
hoorde Frankrijk er volgens hem voor te zor
gen, de noodige militaire maatregelen te
nemen, opdat het noodzakelijke evenwicht tus
schen de Fransche en de Duitsche strijdkrach
ten weer hersteld zou kunnen worden.
Maurice Thorez, de algemeene secretaris van
de communistische partij, verklaarde, dat na
het oogenblik waarop Hitier brutaalweg den
diensttijd verlengd had, geen Franschman meer
mocht vergeten, dat volgens Mein Kampf,
Frankrijk voor Hitier de belangrijkste vijand
is, die Duitschland wenscht te verslaan. De
instelling van den dienstplicht van twee jaar
Inlichtingen WACO,
Kanaalweg 137, Den Helder - Tel. 773
toont overduidelijk aan, dat Hitier het belang
rijkste gevaar is voor den vrede. Het is nood
zakelijk, dat de vrede gered wordt en allen, die
zich in een oorlogsavontuur wenschen te stor
ten, moeten een vastbesloten en vereenigd
Frankrijk tegenover zich vinden.
Generaal Hirschhauer, lid van den
senaat, meende, dat de verlenging van den
dienstplicht in Duitschland dit land de
mogelijkheid geeft militaire operaties te
beginnen zonder eerst een algemeene mo
bilisatie af te kondigen.
De oud-minister van oorlog, Fabry, schrijft
in de Intransigeant, dat Duitschland een positie
wenscht in te nemen, die een tegenwicht vormt
tegen alle denkbare coalities. Hij acht de wijze
waarop het feit bekend gemaakt werd karak
teristiek voor Hitier, die op eigen gezag kon
beslissen en handelen.
In België waren het Dinsdag eenige avond
bladen, die beschouwingen vastknoopten aan
het Duitsche besluit.
Het Laatste Nieuws schreef:
De Duitsche dienstplichtigen van alle wa
pens zullen in den vervolge twee jaar dienen.
Wanneer men tevens rekening houdt met den
tijd, doorgebracht in den z.g. arbeidsdienst, dan
komt men tot een diensttijd van drie jaar en
een legereffectief van twee millioen manschap
pen in vredestijd.
Wanneer deze maatregel de volle uitwerking
zal hebben gehad zal het Duitsche leger heel
wat sterker zijn dan in 1914 en over de meest
moderne uitrustingen beschikken. Voor de uit
breiding van den diensttijd wordt het Rus
sische gevaar als voorwendsel gebruikt.
Ja, vooral België ziet met angst en vreeze
het Duitsche gevaar naderen. En wat kan het
ertegen doen?
De oudste Fransche schrijfster, Juliette
Adam, is Zondag overleden op het kasteel van
haar dochter, mevr. Paul Second, het kasteel
Cagnolle, te Callian (Var), na een leven, ge
wijd aan de letteren en kunst. Zij zou 4 Octo-
ber haar hondersten verjaardag hebben ge
vierd.
Het vonnis voltrokken.
Het praesidium van het centrale uitvoeren
de comité der Sowjet-unie heeft, naar Tass
meldt, het gratie-verzoek van de Maandag
ter dood veroordeelde leden van het vereenig-
de centrum TrotskiZinowjef afgewezen. Aan
alle zestien veroordeelden is het doodvonnis
voltrokken.
Uitvoeringsbepalingen.
De rijksminister van oorlog heeft de vol
gende uitvoeringsbepalingen uitgevaardigd:
le. In het najaar worden na eenjarigen
actieven dienst ontslagen: a. de vrijwilligers
van het geboortejaar 1913 en vorige jaren; b.
de in Oost-Pruisen ter vervulling van actieven
dienstplicht ingelijfde dienstplichtigen van het
geboortejaar 1916, voor zoover zij zich niet
vrijwillig tot een tweede jaar dienst willen
verplichten of reeds voor een langeren dienst
tijd hebben verplicht.
2. In het najaar 1936 blijven een tweede
jaar in actieven dienst: de in het najaar van
1935 ingelijfde dienstplichtigen van het ge
boortejaar 1914 en die van jongeren leeftijd,
die thans hun dienstplicht vervullen, met in
begrip van de vrijwilligers uit deze geboorte
jaren.
feuilleton
uit het engelsch
door
81
..Ja, maar ik zie hem er best voor aan,
sich van de grenzen van zijn provincie niets
aan te trekken en, als hij ons op het spoor
komt, zjjn mannen achter ons aan naar
ïunan te zenden."
„Laten we hopen van niet," antwoordde
Forsyth bemoedigend."
Kathleen kon de gedachte aan den man
darijn echter niet zoo gemakkelijk van zich
afzetten. Li Weng-Ho, beroofd van zijn prooi
cn het slachtoffer van diepe vernedering,
®ou ongetwijfeld energiek zijn in de achter-
Volging en ongenadig in zijn wraak. Dat ze
aog zoo dicht bij Pi-Chow waren, had haar
diep teleurgesteld en er kwam een druk over
kaar, waaraan ze zich niet kon ontworstelen.
Bovendien begon het weer te veranderen.
Boven de heuvels pakten zich wolken samen.
Zü werden steeds grooter in aantal en om-
gulden ten laatste de toppen der heuvels.
Verder naar beneden hingen de wolken-
sluiers als rook om de boomkruinen. De
Vluchtelingen zelf waren in een vochtigen
111181 gewikkeld, die hen tot op de huid nat
jhaakte en hen belette verder om zich heen
zien dan een paar meter.
De tocht werd hoogst onaangenaam. De
rotssteenen op het pad waren glibberig door
de opeenhooping van vocht. Het natte gras
doorweekte hun voeten en beenen, de hoo
rnen waaronder zij doorgingen deden een
regen van zware druppels op hen neervallen.
De gedruktheid, die Kathleen al een poos
gevoeld had, deelde zich aan Forsyth mede
en alleen Ching bleek bij machte een hoop-
vollen kijk te houden op een wereld, die zijn
gulden aspect verloren had.
„Heel slechte mist," constateerde hij, toen
zij op den top van een glibberige verheven
heid even stil stonden om wat te rusten.
„Maar de zon schijnt er boven. Hij verwarmt
ons weer gauw!"
Het was moeilijk zich dit voor te stellen
op deze van mist doordrenkte hellingen en
geen van de beide anderen gaf antwoord.
Ching bemerkte hun somberheid en snater
de opgewekt door.
„Heel slechte mist, maar verbergt ons
voor de mannen van den mandarijn, als zij
dezen kant uitkomen."
„Misschien," meende de dokter somber.
„Maar de mist kan hen ook voor ons verber-
gen-"
Zij gingen weer voort en tweehonderd
meter verder kwamen zij aan een punt, waar
het pad zich in twee deelen splitste, die zich
rechts en links van een steil stuk rots, waar
in het hoofd van Boeddha was uitgehouwen,
voortzetten.
In onzekerheid hielden zij halt.
„U blijft hier," besliste Ching; „ik ga
langs dezen wegdenk die ons naar
Yunan brengt."
Terwijl hij sprak wees hij naar het recht-
sche pad en zonder op de toestemming van
den dokter te wachten, trok hij op ver
kenning uit. Zwijgend stonden Dick For
syth en Kathleen daar samen, terwijl boven
hun hoofden de steenen, onbewogen oogen
van het kolossale gezicht in het tijdlooze
schouwden. Een kwartier ging voorbij; toen
klonk door den mist het geluid van vlugge
voetstappen. Instinctmatig schoof Kathleen
dichter naar Dick, die direct een arm om
haar heen legde. Enkele seconden later doem
de Ching uit den nevel op. Zijn gele gezicht
voorspelde slecht nieuws.
„Wat is er?" fluisterde Forsyth gejaagd.
„Mannen van den mandarijn daar!" Ching
maakte een hoofdbeweging over zijn schou
der. „Zijn met z'n drieën en zij hebben ge
weren. Zij wachten op ons, zoo zeker als
iets."
XX.
Het klooster.
De eerste oogenblikken na Ching's mede-
deeling staarde Forsyth hem onthutst aan,
terwijl in de trekken van Kathleen Barring
ton verbijstering der wanhoop te lezen stond.
Toen vroeg de dokter plotseling:
„Komen ze dezen kant op, Ching?"
„Neen. Blijven daar en wachten op ons."
„En hebben ze je niet gezien?"
„Neen, ik hoorde ze praten en keek zoo
listig als een slang. Zitten langs den weg en
spelen kaart."
„Dan weten zij zeker niet, dat wij hier
zijn," merkte Forsyth zacht tegen Kathleen
op. „Ze zijn hier alleen om den weg te be
waken, voor het geval we van dezen kant
zouden komen. Iemand moet gisterenavond
laat Li Weng-Ho en zijn secretaris hebben
gevonden. Wij moeten dat andere pad pro-
beeren."
„Niet doen," adviseerde Ching haastig.
„Dat pad gaat vast en zeker terug. De sol
daten moeten het zijn afgekomen langs an
3e. De opperbevelhebbers der weermacht
zullen de hiertoe nog noodige aanvullende be
palingen afkondigen.
Het centraal comité van de communistische
partij en het centrale uitvoerende comité en
de raad van volkscommissarissen van de
Sowjet-Unie, alsmede het volkscommissariaat
van defensie, doen mededeeling van het over
lijden na een korte, ernstige ziekte van den
leger-commandant eerste rang Sergej Kame
nef (geen broer van den gisteren geëxecu
teerden leider van het centrum-Trotski-
Zinowjef), lid van het centrale uitvoerende
comité van de Sowjet-Unie, hoofd van de
verdediging tegen luchtaanvallen van het
roode leger en gewezen opperbevelhebber van
alle Sowjet-strijdkrachten in de jaren van den
burgeroorlog.
Hem worden zekere voorwaarden
gesteld.
De minister van justitie heeft het pas-
bureau opgedragen Trotski de voorwaarden
van zijn verblijf in Noorwegen te herinneren
en hem te verzoeken zich gedurende „het
restant van zijn verblijf" niet in politieke aan
gelegenheden te mengen en zich als schrijver
te beperken tot historische geschriften of tot
beschouwingen, die tegen geen enkel land
zijn gericht.
Tokio, 25 Augustus 1936.
Volgens een opzienbarende bewering van
het dagblad „Jiji", dat te Tokio verschijnt,
heeft de Keizerlijke Japansche marine be
sloten, over te gaan tot de uitvoering van
een geheim vlootbouwprogramma, dat Japan
tot de sterkste mogendheid ter zee zou
maken. Dit programma zou voorzien in den
bouw van een groot aantal eenheden der
kleine en snelle scheepscategoriën, zooals
torpedojagers en duikbooten, dus oorlogs
schepen, die voor de verdediging van de Ja
pansche eilandenwereld, die niet zoo heel uit
gestrekt is, als men dikwijls aanneemt en dus
groote slagschepen met een groote actie
radius overbodig maakt, van de allergrootste
beteekenis zijn.
Het Japansche blad schrijft woordelijk
„Het feit, dat Japan aan het eind van dit
jaar door geen enkel verdrag meer gebonden
is, veroorlooft het de Japansche marine een
vloot te bouwen, die zich in alle opzichten
aan de nationale wenschen van het volk en
de geografische eischen van het land aanpast.
Bij de uitvoering van dit nieuwe vloot- en
luchtvloot-bouwprogramma zal Japan zich in
geen enkel opzicht naar het Engelsche en
Amerikaansche voorbeeld richten. Weliswaar
zal ook Japan slagschepen bouwen, die gelijk
waardig of zelfs superieur zijn in qualita-
tief opzicht aan de groote oorlogsschepen
van de andere zeemogendheden, maar wij
denken er niet over ten aanzien van deze
scheepseenheden een vlootbouwwedstrijd te
ontketenen.
Het vlootbouwprogramma zal, door ver
betering van de contra-spionnage, volkomen
geheim gehouden worden. Want", zoo ver
klaart het blad, „de oorlogswapenen van een
staat zullen des te krachtiger zijn, naar mate
de andere staten er minder van weten."
(Auteursrecht V.P.B.-United Press),
De Paus heeft op Castel Gandolfo een par
ticuliere audiëntie verleend aan ex-keizerin
Zita. Hij heeft zich drie kwartier met de kei
zerin onderhouden.
Komen Vrijdag in omloop.
De eerste postzegels met den beeltenaar
van koning Eduard VHI zullen Vrijdag in
omloop gebracht worden. Kleur en teekenlng
zijn dezelfde gebleven als bij de bestaande ze
gels van koning George. De waarde van
1% 2% stuiver worden het eerst verstrekt.
eD penny-postzegel volgt volgende week. De
eerste uitgifte is van beperkten aard.
De Evening News publiceert een bericht
volgens hetwelk Stalin ln een radoirede tot
het roode leger zou hebben verklaard:
Wij staan aan den vooravond van ern
stige gebeurtenissen. Men kan u elk
oogenblik vragen uw leven te offeren in
de verdediging van uw proletarischen ge-
boortgrond".
Nader meldt Havas uit Londen, dat de uit
lating van Stalin, waarvan een der avond
bladen gewag maakt, een zekere sensatie
heeft verwekt in politieke kringen te Lon
den.
De toenemende spanning tusschen Moskou
en Berlijn wekt te Londen ernstige bezorgd
heid in verband met de conferentie van vijf,
die een der weinige punten uitmaakt, waarop
men zijn hoop nog gevestigd heeft.
Sedert Woensdagochtend zeven uur
donderen aan het front van IrunSan
Sebastian ononderbroken de kanonnen
van de nationalisten. Vliegtuigen worden
in hun actie gehinderd door een sterken
laaghangenden nevel, hetgeen niet weg
neemt, dat zij vele bommen op de stel
lingen van het Volksfront hebben ge
worpen.
Naar het geluid van de motoren te oor-
deelen, zijn in den middag zwaardere vlieg
tuigen in actie gekomen, terwijl ook de ont
ploffingen van zwaardere bommen worden
gehoord.
De Fransche gendarmerie heeft uitgebreide
maatregelen genomen om te voorkomen, dat
gewapende henden de grens overschrijden.
Uit de richting van Irun hoort men een
voortdurend geweer- en mitrailleurvuur, waar-
tusschen de ontploffinger van handgranaten
klinken. Naar men van de grens kan waar
nemen, hebben de nationalisten zich vooruit-
gewerkt tot ongeveer twee kilometer van
Irun. Ook uit de richting van San Sebastian
is geschutvuur te hooren.
De Rio Tinto-maatschappij te Londen heeft
bericht ontvangen, dat het gebied rondom de
mijnen bij Huelva alsmede de stad Nerva door
de nationalisten zijn bezet. Dit geschiedde
zonder dat er tegenstand werd geboden. De
exploitatie liep geen schade op.
De regeeringskruiser „Miguel de Cervantes"
heeft gisteren verscheidene salvo's gelost op
Ceuta, na tevoren de kust ten westen van
Gibraltar te hebben gebombardeerd.
Radio-Sevilla bevestigt dat het spoorweg
verkeer in alle door de opstandelingen bezette
provincies is hersteld, evenals de geregelde
treinenloop op de lijn SevillaHendaye en
vice-versa.
Volgens geloofwaardige berichten bedraagt
het aantal manschappen, dat uit Marokko
naar Spanje is vertrokken, 12.000, terwijl in
Marokko nog 37.000 man zijn.
Uit Hendaye wordt gemeld, dat 700 man
van den Tercio in de omgeving van Cyarzun
zjjn aangekomen en tezamen met de opstan
dige militie een aanval op groote schaal
voorbereiden op Irun en San Sebastian.
Aan den kant der regeeringsstrijdkrachten
is alles gereed voor het bieden van weerstand.
Kleine posten met automatische wapenen zijn
ingericht en patrouilles zorgen voor een
voortdurende verbinding. De eerste linies lig
gen verschanst achter prikkeldraadversper
ringen, terwijl speciale secties gereed staan
om tusschen beide te komen. Verder wordt
gemeld, dat de artillerie van de forten Gua-
delupe, San Marcos en San Marüal dagelijks
hun demoraliseerend vuur op de opstandelin
genstellingen doen neerkomen, vooral Oyarzun
als doelwit kiezende.
Drie regeeringsvliegtuigen, die uit Santan
der vertrokken waren, hebben Dinsdagavond
de stellingen der opstandelingen aan het
front van Guipuzcoa gebombardeerd.
Reuter maakt gewag van pogingen om het
eind van den Spaanschen burgeroorlog te hel
pen te bespoedigen of althans het lijden en da
materieele verliezen zooveel mogelijk te ver
zachten door het nemen van maatregelen op
humanitairen grondslag, voor welke pogingen
op het oogenblik in verscheidene hoofdsteden
en ook te Londen belangstelling zou bestaan.
Het denkbeeld moet afkomstig zijn van den
deken van het diplomatieke corps te Madrid,
den ambassadeur van Argentinië, en den steun
hebben van den Franschen en Engelschen am
bassadeur en o. a. gericht zijn op de uitwis
seling van burgerlijke gevangenen.
Ter dood veroordeeld.
De majoor en drie kapiteins, die te Barce-
lona voor den krijgsraad gestaan hebben van
wege hun aandeel aan den opstand, zrjn tefl
dood veroordeeld. Het vonnis Is terstond vol
trokken.
deren weg kan niet, want ik brug doorge
sneden."
Forsyth dacht na. Ching's voorstelling van
zaken scheen de eenige juiste te zijn en na
een oogenblik overweging nam de dokter op
nieuw het woord.
„In de gegeven omstandigheden blijft er
maar één ding over. Wij moeten den weg
verlaten en den heuvel beklimmen. Daarna
moeten we rechts aanhouden tot we de
wachtpost voorbij zrjn en dan weer probeeren
op den weg terug te komen."
Ching ging op zjjn gewone wijsgeerige
manier accoord met het voorstel.
„Beter nek breken, dan levend gevild door
Li Weng-Ho. We vertrekken meteen."
Onverwijld begonnen zij hun gewaagde
onderneming. Het pad volgend, dat, als
Ching's topografisch inzicht juist was, naar
Pi-Chow terugvoerde, bereikten zij een punt,
waar het mogelijk leek den heuvel tot boven
aan toe te beklimmen. Maar een gemakkelijke
taak hadden zij zich allerminst gesteld, struik
gewas en hoornen zouden hun bewegingen
ernstig belemmeren en Kathleen stelde voor,
dat ze daar den draagstoel zouden achterlaten.
„Neen," weerde Forsyth af, „we moeten
hem meenemen. Het wil er bij mij niet uit,
dat we er later blij om zullen zijn. Daarbij,
als we hem hier laten en hij wordt gevonden,
zou dat een spoor voor onze achtervolgers
kunnen zijn. Neen hoor, de stoel moet mee."
Dat meenemen was echter een halsbrekende
toer. De bodem was vreeselijk oneffen en
tweemaal moesten zij door een klein bosch,
zóó dicht dat het bijna onmogelijk was er
doorheen te dringen. En al dien tijd was in de
stilte der bergen de grootste voorzichtigheid
geboden, want het geluld droeg hier ver en
een rollende steen zou voor de kaartende
soldaten beneden een noodlottige aanwijzing
kunnen zijn.
Na een tocht van bijna twee uren, hielden
zij even stil om weer op adem te komen. De
beide mannen baadden in hun zweet en zon
der zich om den mist te bekommeren, wier
pen zij zich op het ruwe berggras. Maar
nauwelijks lagen zij of van ver beneden hen
klonk een plotseling geluid van ruwe stem
men. Ching luisterde en begon te grijnzen.
„De soldaten maken ruzie over de kaarten.
De een bedriegt de anderen."
Toen de twist voortduurde spitste Forsyth
de ooren om vast te stellen waar het geluid
vandaan kwam. De stemmen moesten bijna
van recht onder hen opstijgen en bewezen hen
dat de lijn van hun vlucht, hoe moeilijk ook
te handhaven in den mist en de woeste om
geving, werkelijk de juiste was.
„Kom, vooruit Kathleen," zei hij in een
plotselinge opwelling van hoop. „Kom Ching!
Terwijl ze kijven, zullen ze wel geen aan
dacht hebben voor andere dingen en zijn we
het gevaarlijke punt voorbij."
Zij vervolgden hun weg, terwijl de wolken
om hen heen steeds dichter werden. Het land
schap kreeg een nog wilder aspect, de af
gronden werden veelvuldiger, de uitstekende
steenen en rotspunten steeds moeilijker te
overwinnen. Ten laatste, in het besef dat zij
nu veilig waren, trachtten zij het pad terug
te vinden, doch ze slaagden daarin niet en
telkens dreven terreinhindernissen hen hooger.
Terwijl Forsyth en Kathleen bij den stoel
bleven, liet Ching hen alleen om het pad op
te sporen. Hij was nauwelijks vertrokken,
toen tusschen de heuvelen een zacht gerommel
van donder weerklonk.
Forsyth keek rond.
„Ik vrees dat we onweer krijgen."
„Ja," luidde Kathleen's ontmoedigd ant
woord.
Een bliksemflits speelde om de toppen van
de boomen onder hen en toen klonk het rollen
van den donder aanmerkelijk dichter bij en het
weerkaatste luguber tusschen de bergwanden.
Opnieuw zocht het meisje de bescherming
van haar metgezel en weer sloeg hij den arm
om haar heen en trok haar naar zich toe.
Zwijgend bleven zij wachten, geen woorden
vindend tegenover het gevaar en de grimmige
majesteit van de natuur. De minuten gingen
traag voorbij; de invallende avond voegde zich
bij de schimmen van het onweer en het werd
steeds donkerder op de heuvelhelling.
Forsyth begon ongerust te worden; et
waren nu al ongeveer twintig minuten ver-
loopen sinds Ching's vertrek en nog was do
Chinees niet terug. Als hij maar niet ver
dwaald was in deze wildernis...
De gedachte had nauwelljk vorm aange
nomen in zijn brein toen hij tot zijn onbe
schrijfelijk opluchting in het blauwe licht van
een bliksemstraal hun trouwen metgezel zag
naderen.
„Niets te vinden," kondigde hij somber aan,
„Ben bang wij zijn verdwaald."
„Dat lijkt mij ook," stemde Forsyth toe.
„Maar we kunnen hier niet blijven; je kunt
er op aan dat we straks een regentje krijgen
van wat-ben-je-me en voor het zoover is
moeten we op de een of andere manier dek
king zoeken. Die overhangende rotsen ginds
zullen ons tenminste eenigszins tegen den
regen beschermen. Laten we daarheen gaan
voor het heelemaal donker is.
Toen Ching en hij den stoel optilden liep
Kathleen voorop in de richting, die hij aan
gegeven had. Ze bereikte de rots eerder dan
haar metgezellen en op het moment dat zq
er aankwam, werd het witte gesteente ver
licht door een bliksemlicht. Voordat de don
derslag volgde, gaf ze eensklaps een
schreeuw.
(Wordt vervolgd.)