Feestvreugde in ons land over
de verloving van de Prinses.
Groote geestdrift
in Nederl. Indië.
Een prins die aller hart wint door zijn eenvoudige hartelijkheid.
H.M. de Koningin, H K.H. Prinses
Jul iana en Prins Bernhard
voor de microfoon.
TWEEDE BT AD
HELDERSCHE COURANT VAN DONDERDAG 10 SEPTEMBER 1936
Hoe de verloving bekend
werd.
Hoe de Koningin, de
Prinses en de Prins het
défilé vonden.
Verlovingsfeesten op het Loo.
Groot vreugdebetoon van
de burgerij te Amsterdam.
Aardig militair voorval in
Den Haag.
Rede Prinses Juliana.
Den Haag ziet weer het
jonge paar.
Viering door de landmacht.
Rede Prins van Lippe—
Biesterfeld.
Een interview met
Prins Bernhard.
Prins Benno plukt veldbloemen
Prinses en Prins spreken
tot de menigte.
Huldebetuiging door heel
het land.
De Prinses en Prins Bernard
naar de Jaarbeurs.
Telegrammen van den
Landvoogd.
De ontvangst van het bericht
in Indië.
Sperwershof, de buitenplaats te 's-Graven-
land, welke in de 17e eeuw gesticht werd door
den Amsterdamschen koopman Adriaan Sper
wer, wiens afbeelding voorkomt op den schut
tersmaaltijd van v. d. Helst, was het eerste
huis in Nederland, waar Dinsdagochtend half
elf de vlag werd geheschen.
De bewoners, de familie, jhr. mr. W. F.
Röell, waren uiteraard eerder van de persoon
lijke bezegeling van de verloving van de Prin
ses op de hoogte, maar men heeft daar het
officieel afgesproken uur in acht willen nemen
Het dorpsleven is gescheiden van wat er
binnen de buitens geschiedt. De dorpelingen
vernamen de heugelijke tijding via de riado en
ook hier was het gemeentebestuur hiervan
niet officieel in kennis gesteld.
De 's-Gravenlanders zijn er onbewust van
geweest dat in de parken en bosschen van
Sperwershof het laatste praeludium werd ge
speeld alvorens de vriendschap van het jonge
paar tot een historische gebeurtenis zou
worden.
Even na half elf ging op Boekenstein, waar
jhr. J. A. Röell, de broeder van den eigenaar
van Sperwershof woont, de vlag in top. Deze
sportsman heeft den Prins von Lippe op de
Olympische spelen gesproken. De Prins was
bevriend met Willem Röell, den koninklijken
houtvester op het Loo, die wel eens in
Duitschland jaagde en een zoon is van den
heer Willem Röell van Sperwershof. Zooals
men weet is zijn moeder mevrouw Röell
Sloet van Marxveld. Zij was hofdame van de
Koningin.
Prinses Juliana kwam hier meermalen, zoo
dat aan het feit van haar aanwezigheid op
zichzelf geen bijzondere beteekenis werd ge
hecht. Goede vrienden die er zouden komen
logeeren, hadden bericht gekregen, dat zij
eerst na 8 September konden worden ver
wacht, doch ook dit was natuurlijk geen feit
om eenige nieuwsgierigheid te wekken.
Dinsdag is het echter al zeer moeilik ge
weest om tot Sperwershof door te dringen.
Het vertrek omstreeks vier uur is zeer onop
vallend geschied. In den eersten auto namen
de prinses en haar verloofde plaats, in den
tweeden de heer en mevrouw Röell.
In de nabij gelegen gemeente Bussum, waar
de burgemeestersfamilie De Bordes ook met
de 's-Gravenlandsche familie vriendschappe
lijke relaties onderhoudt, is het nieuws even
eens eerst uit de radio vernomen.
Een verslaggever van het Algemeen Neder-
landsch Persbureau heeft een en ander ver
nomen van mr. Th. Bautz, voorzitter van de
Haagsche afdeeling van het Nationaal Jonge
ren Verbond, die zich met zijn medebestuur
ders op het balkon bevond.
De heer Bautz zeide, dat het hem duidelijk
Is, dat de Prinses, evenals haar moeder en
toekomstige gemaal, overgelukkig is.
Herhaaldelijk verzekerde H. K. H. mij, al
dus de heer Bautz, dat zij deze betooging juist
door de spontane deelneming, buitengewoon
indrukwekkend vond. De Prinses zeide mij
woordelijk: „Ik kan het niet allemaal be
seffen, dat dat nu voor ons is. Ik ben toch
Zoo gelukkig."
De Koningin maakte een even gelukkigen
indruk als de Prinses. Hoewel het lange staan
H. M. merkbaar vermoeide, wilde zij zich geen
oogenblik terugtrekken. Niets ontging aan de
onverflauwde aandacht van de Koningin. Haar
1 belangstelling ging uit naar ales, wat zij op
merkte: een dame, die flauw viel en op ver
zoek van de Koningin in het paleis werd bij
gebracht, de oververmoeibaarheid van het
muziekkorps van het 3de regiment huzaren.
Zooals een echt gelukkige moeder dat zou
zeggen, vroeg de Koningin mij, aldus de heer
Bautz: Hoe vond u hun aankomst, beiden in
een two-seater?
Allen, die hiervan getuige zijn geweest
het is ter plaatse wel op ondubbelzinnige wijze
gebleken waren verrast en diep ontroerd
door het eenvoudige karakter van dezen in
tocht. Eenvoud is inderdaad een van de mar
kantste eigenschappen van ons volkskarakter
en juist om deze reden heeft de entrée van
het Prinselijk paar in de Koninklijke resi
dentie zulk een indruk gemaakt.
Voortdurend sprak de Prinses met den
Prins, om hem niets te doen missen van de
gebeurtenissen, die mede te zijner eere plaats
Vonden.
Hartelijk lachte het paar, wanneer spreek
koren een nadrukkelijk B.E.N.N.O. aanhieven.
Ook voor het samenspelen van de verschil
lende muziekkorpsen had het Jonge paar bij
zondere aandacht.
Toen de stoet tenslotte ontbonden werd, kon
de Prinses geen woorden van afscheid vinden
Voor het haar omringende bestuur van het
N. j. v.
De heer Bautz deelde mede, dat de Prins
hem na afloop van het défilé in zuiver Neder-
landsch, met een zeer correcte uitspraak,
Voor de hulde bedankt had. De Prins verze
kerde, het niet moeilijk te vinden, onze taal
te leeren er zijn best te zullen doen, haar
spoedig als een Nederlander te spreken.
Hij maakt een ongelooflijk sympathieken
Indruk, heeft een knap, open gezicht en glim
lachte voortdurend, een innemend vorstelijk
Persoon, die kennelijk ontroerd was door de
bewijzen van aanhankelijkheid en innig dank
baar voor het warme onthhal, zoo besloot mr.
Hautz het onderhoud.
Naar gemeld wordt, zullen de feesten ter
gelegenheid van de verloving van Prinses Ju
liana met Prins Bernhard binnenkort ten pa-
leize het Loo worden gevierd. De wederzijd-
Sche families zullen hier als gasten ten pa-
teize het Loo worden genoodigd.
Woensdagavond heeft de hoofdstad des
lands wel op zeer overtuigende en indruk
wekkende wijze uiting gegeven aan de groote
en oprechte vreugde, waarmede de verloving
van Prinses Juliana de burgerij vervuld heeft.
Op het historische Damplein, voor het nu
onbewoonde koninklijke paleis, is het gekomen
tot een grootsche huldebetooging aan het Huis
van Oranje, tot een uitbundig vreugdebetoon,
dat niet hartelijker en nauwelijks geestdrif
tiger had kunnen zijn, wanneer het jonge ver
loofde paar, naar hetwelk thans de geluk-
wenschen van het heele volk uitgaan, zelf
tegenwoordig was geweest en persoonlijk deze
overweldigende manifestatie van medeleven
met zijn geluk aanschouwd had.
Wat hetgeen zich gisteravond op den Dam
afgespeeld heeft vooral tot een zoo diep-
treffende gebeurtenis gemaakt heeft, is het
feitelijk geheel spontane, geheel onvoorbereide
er van geweest. Tienduizenden en nog eens
tienduizenden zijn uit alle stadkwartier uit
oost en west, noord en zuid, in een onafzien-
baren, ordelijken feeststoet, met oranje ge
tooid, met flambouwen en lampions, met
vlaggen en banieren, met schallende vreugde-
muziek en tromgeroffel, eensgezind in natio
nale vreugdegevoelens, juichend en jubelend,
opgetrokken naar den Dam.
Om half negen was het verzamelen op het
IJsclub terrein. Uit alle stadskwartieren zijn
de feeststoeten daarheen op komen marchee-
ren, en hebben zich onder de beproefde opper-
leiding van den heer Haitsma Muiier gefor
meerd tot een grooten feestoptocht, die zeker
dertigduizend deelnemers telde. Talloos waren
de muziekcorpsen, die onderweg nationale en
vaderlandslievende liederen speelden, op welker
vlotte maat het leger van oranjegezinden
langs het Museumplein, de Stadhouderskade,
het Leidsoheplein, door de Leidschestraat,
langs Spui en N.Z. Voorburgwal, optrok naar
den Dam. Zeer veel organisaties voerden breed
uitwaaiende nationale vlaggen mede. Andere
groote gedeelten van den stoet werden ge
markeerd door dansend lampionlicht, weer
andere door den rossen gloed van flambouwen.
Het voorbijtrekken van den geweldig langen
optocht heeft ongeveer drie kwartier geduurd.
De duizenden op den Dam wachtenden
kortten zich den tijd met het uit volle borst
meezingen van vaderlandslievende liederen
onder begeleiding van en gesteund door een
muziekkapel, uit vier muziekkorpsen samen
gesteld, die midden voor het paleis stond.
Als een machtige jubel klonk deze zang
tegen den hoogen wand van het paleis op.
Het was een massale zanguitvoering, waar
aan duizenden met groote liefhebberij mede-
deden. Totdat tegen halftien de kop van den
stoet uit de Paleisstraat langs de kleine steen
tjes kwam zwenken. Het waren de jeugdige
pijpers en tamboers van het Nationaal Jon
geren Verbond, in vlugge sportieve uniform,
met verbondsbanier en den schelleboom in het
midden.
(Reeds opgenomen in de stads-editie van
het nr. van gisteren).
Ingeleid door den Minister van Bin-
landsche Zaken, mr. J. A. de Wilde,
heeft H. M. de Koningin zich gistermid
dag met de volgende radiotoespraak ge
wend tot het Nederlandsche volk:
Ingezetenen van alle deelen des rijks.
De bladen hebben u gisteren de blijde
tijding kond gedaan van de verloving
Mijner dochter met Prins Bernhard van
Lippe-Biesterfeld.
In groote en beslissende oogenblikken
in Mijn leven en in dat der Mijnen, ge
voel Ik Mij meer dan ooit met u nauw
verbonden, dank zij uw innig medeleven
met Ons lief en leed.
Het is voor Mij daarom eene diep ge
voelde behoefte in dit gelukkig oogen
blik, waarop Ik, vergezeld van het van
blijdschap stralend verloofd paar, voor
den zender sta, enkele woorden tot u te
richten, opdat gij in ruime mate zoudt
kunnen deelen in Onze vreugde.
Ik kan u niet zeggen, hoe dankbaar Ik
ben, dat deze verloving eene is, die uit
sluitend berust op beiderzijdsche gene
genheid, den besten waarborg voor eene
gelukkige toekomst.
Het is Mij eene voldoening, hieraan te
kunnen toevoegen, dat Ik de keus Mijner
dochter van harte toejuich en eene alles
zins verstandige acht, gezien de goede
eigenschappen, die Mijn aanstaande
schoonzoon bezit.
Ofschoon hij onlangs eerst den leeftijd
van 25 jaar bereikte, heeft hij blijk ge
geven, een degelijk en hard werker te
zijn. Aanstonds na voltooiing van zijn
studie in de rechten in zijn vaderland,
heeft hij werk gezocht en gevonden op
economisch gebied. Een jaar geleden
Op hun doffe roffels en de schrille toonen
van de fluiten zweeg het groote zangerskoor.
Allen, die op den Dam wachtten, hadden nu
slechts oog voor den feeststoet.
In lange, bijna niet onderbroken gelederen,
kwamen ze onder fanfare-geschal aan mar-
cheeren: Het Mobilisatiekruis, de Senaat van
het Amsterdamsche Studentencorps, gevolgd
door veel andere studenten-organisaties, de
Oranjegarde met hun vlotte baretten op, die
getooid waren met een oranje veer.
Verder de Nationale Jeugdstorm, honderden
en nog eens honderden padvindsters en pad
vinders, de meisjes van de Graal in haar
zwierige kleurige kleed ij, en met haar golven
de vlaggen, Kolping's lijfwacht van de St.
Josephsgezellenvereeniging, en dan in onaf
zienbare rij de leden der Oranjegezinde ver-
eenigingen, getooid met een oranjestrikje,
zwaaiend met vlaggetjes en lampions; duizen
den en nog eens duizenden eenvoudige bur
geressen en burgers van Amsterdam, die met
graagte deze gelegenheid hadden aangegrepen
om te doen blijken, hoezeer zij allen tezamen
en ieder voor zich, zich verheugden in het
geluk van Prinses Juliana en haar verloofde,
en van haar koninklijke Moeder.
Toen hief de muziek het eerste couplet van
het Wilhelmus aan, waarvan de plechtige
melodie door een reusachtig koor van zangers
werd overgenomen. Alle vlaggen neigden bij
wijze van huldigende groet voorover.
Na de laatste tonen van ons volkslied, ging
een oorverdoovend „leve de Koningin, leve
Prinses Juliana, leve Prins Benno" op, telkens
door een driewerf hoera gevolgd, dat tot op
verren afstand in de stad hoorbaar geweest
moet zijn en tenslotte is een rede door den
heer J. ter Haar jr. uitgesproken.
Het Buitenhof was Dinsdagavond, na afloop
van de huldiging voor het paleis, het brand
punt van een drukte als in lang niet meer. Op
alle café-terrassen zat het tjokvol. Op het
terras van het café „Regina" had zich een
groot gezelschap officieren van de huzaren
met hun dames neergezet, onder hen kolonel
Diemont, den commandant van het 3e regi
ment huzaren.
Op een gegeven oogenblik kwam de aftrek
kende muziek van de huzaren, die voor het
paleis had gespeeld, langs gemarcheerd. De
kolonel liet hier halt houden, zij stelde zich
voor het terras op (natuurlijk onder zeer
groote belangstelling van de vele voorbijgan
gers en de bezoekers van het terras) en speel
de onder buitengewone geestdrift van allen
het Wilhelmus, dat uit volle borst werd mee
gezongen. Nadat de kolonel de muzikanten
een verfrissching had aangeboden, sloot het
heele gezelschap officieren en dames zich ach
ter de muziek aan en marcheerde men met
slaande trommen huiswaarts. Een aardig
voorval, dat de stemming in de stad op onge
zochte wijze illustreert.
werd hij te werk gesteld te Parijs en het
lag in de bedoeling, den daar aangevan
gen arbeid en studie te Amsterdam voort
te zetten. Zijn verloven gebruikte hij voor
buitenlandsche reizen tot verdere ontwik
keling en bezocht o.a. Nederland en Ma
rokko.
Waar het slechts Mijne bedoeling is,
het verloofde paar bij u in te leiden,
wensch ik dit thans aan het woord te
laten komen.
Ik besluit met den uit het hart opwel
lenden wensch, dat Juliana en Bernhard
door het smaken van een groot eigen
geluk in ruime mate de kunst mogen ver
staan, anderen gelukkig te maken en tot
een zegen te zijn en veel, zeer veel voor
ons volk in al zijne geledingen te kunnen
doen. Daartoe sterke hen God.
Ik heb gezegd.
Hoe kan ik u beschrijven, wat een blij
moment het voor mij is, u mijn verloofde
voor te kunnen stellen.
Ik ben heel gelukkig, nadat wij elkan
der in den loop van dit jaar in alle stilte
heel goed hebben leeren kennen. Het
eerst ontmoetten wij elkaar in de winter
sport, daarna herhaalde malen hier in het
land, ten slotte onlangs in de bergen. Ge
leidelijk zijn wij het samen „eens" gewor
den en wel zeer eens.
Nu wij vanuit deze stilte plotseling ge
komen zijn in de feestvreugde te onzer eere
gisteren nog geheel onopgemerkt rij
dende naar mijn ouderlijk huis nu ma
ken wij uren mee, die onder de mooiste
van ons gemeenschappelijk leven gere
kend zullen blijven. Wij staan verrast en
overweldigd door wat ons hier op
wachtte en ik dank u bij dezen hartelijk
Als ooit feestvreugde spontaan was, is het
die der jongste dagen. Juist dit geeft daaraan
een zeldzame bekoring, de frischheid en onbe
vangenheid van ongekunsteld sentiment, van
impulsieve vaderlandsliefde. De wijze, waarop
velen hun blijdschap hun treffende Oranje
liefde aan den dag leggen, is even oprecht als
ontroerend.
Woensdagmiddag voor het paleis was er op
nieuw gelegenheid het publiek te observeeren.
De Prinses en haar verloofde arriveerden veel
later met de moeder en den broeder van den
Prins dan verwacht was; urenlang stonden de
menschen opeengedrongen in en rondom het
Noordeinde. Soms was er een hevige deining
en stuwing; telkens opnieuw moesten de poli
tieruiters erbij te pas komen om te voorkomen,
dat de voorsten tegen hun wil verder door de
achterste rijen vooruitgeduwd werden dan met
de verkeersregeling vereenigbaar was. Men
hoorde wel eens een angstig gilletje, maar be
wonderenswaardig goed bleef het humeur van
schier al die harington-duizenden.
De verkeersregeling mocht tegenover de
dichte menigte slechts met moeite te hand
haven zijn, toen eenmaal de mannen der motor
brigade waren aangesnord en de vorstelijke
auto nabij het paleis was gearriveerd, liet de
politie terecht het publiek opdringen tot voor
bij het ruiterstandbeeld. De geestdrift was toen
onbeschrijfelijk. Het gejuich nam geen eind.
Met blijden lach wuifden de Prinses en haar
verloofde terug. Ook de Koningin was blijkbaar
onder den indruk van deze spontane huldiging.
Hoog boven de hoofden tilden vaders kleine
kinderen, die met vlaggetjes zwaaiden; duizen
den ouders waren even kinderlijk blij en zwaai
den bij gebrek aan vlaggen, zóó wild met hun
hoeden, dat de randen er schier afvlogen.
Voorrecht der mannen, die geen ondulatie be
hoeven te sparen. Maar de vrouwen compen
seerden dit door vocale record-prestaties, welke
geen enkele man kon evenaren.
Later, toen het jonge paar zich nog even op
het balcon vertoonde, juichten de duizenden het
opnieuw toe.
Vrijstelling voor krygstuchtelyk
gestraften.
Gisterochtend om 10 uur is aan de soldaten
der landmacht de volgende dagorder van den
minister van defensie bekend gemaakt:
Ik breng met groote vreugde ter kennis van
de Koninklijke landmacht dat Prinses Juliana
zich heeft verloofd met Prins Bernhard von
Lippe-Biesterfeld.
Aan alle militairen, die een krijgstuchtelijke
straf ondergaan, wordt daarvan vrijstelling
verleend, uitgezonderd voor wat betreft de
straf van verlaging in klasse en van plaatsing
in de tuchtklasse.
voor dit alles en tevens voor mijn deel
van de tallooze schriftelijke en telegra
fische gelukwenschen en het paradijs van
bloemen, die wij hier gevonden hebben,
en dat sindsdien nog steeds aangegroeid
is.
Mijn verloofde wil zich eerst nog eeni-
gen tijd rustig wijden aan de studie van
ons land en zijn overzeesche gewesten en
die, geleid door zijn persoonlijken aan
leg, speciaal van de economische zijde
aanvatten.
Wij zijn zoo gelukkig en ontvangen
zooveel blijken van hartelijk medeleven,
dat onze grootste wensch is, zooveel mo
gelijk geluk te verspreiden, waar wij de
mogelijkheid zullen vinden, dit te doen.
Thans zal mijn verloofde eenige woor
den tot u spreken.
In de eerste plaats een woord van
innigen dank voor de hartelijke ont
vangst, welke mij in Nederland ten deel
is gevallen. Ik begrijp natuurlijk volko
men, dat die hartelijkheid in de aller
eerste plaats de Prinses geldt en niet mij,
die voor u een onbekende ben. Maar toch
heb ook ik reeds zoovele hartelijke ge
lukwenschen ontvangen, dat ik niet kan
nalaten, er hier mijn diepgevoelden dank
voor uit te spreken.
Maar ik wil trachten, mij zoo spoedig
mogelijk met mijn toekomstig vaderland
vertrouwd te maken. En ik hoop, dat
men mij rustig den tijd zal willen laten,
om mij hier in allerlei belangen in te
werken.
Ik hoop, dat wij dan na twee of drie
maanden kunnen trouwen.
Ik ben heel gelukkig en mijn streven
zal er op gericht zijn, mijne aanstaande
vrouw tot een werkelijken steun in het
leven te zijn.
In mijne betrekkingen met het Neder
landsche volk neem ik mij voor, mij te
laten leiden door het voorbeeld van de
zoo bijzondere verhouding, welke van
ouds bestaat tusschen Nederland en het
Huis van Oranje.
Alle Engelsche ochtendbladen publiceeren
op ln het oog vallende wyze berichten aan
gaande het jonge paar: Juliana en Bernhard,
waarbij ook tal van foto's van het paar wor
den afgedrukt.
De Daily Express merkt op, dat met dit
feit eigenlijk geen ongetrouwde Prinsessen zjjn
overgebleven die gerechtigd zijn tot de Kroon.
De Daily Express publiceert op de eerste
pagina een telegrafisch interview met Prins
Bernhard, die in antwoord op de vraag, wan
neer het huwelijk zal worden voltrokken
mededeelde: Met Kerstmis of waarschynlyk
later. Wy hebben nog geen bijzonderheden
omtrent de huwelijksreis vastgesteld. Wij heb
ben elkaar voor het eerste te Garmisch Par-
tenkirchen ontmoet.
Ik wou dat ik my kon herinneren, vervolg
de hij, wie ons het eerst met elkaar in kennis
bracht. Maar het was op de gewone manier
op de een of andere partij, waar we met elkaar
dansten.
We houden beiden van schaatsenrijden en
wintersport Drie weken geleden besloten we
tot het engagement, maar ik heb nog niet
voor een ring gezorgd.
De Prins reed eens met den verslaggever
van het Engelsche blad te Parijs, waarbij hy
met een geweldige vaart over den weg snorde.
De journalist herinérde hem aan dat moment
door de telefoon en vroeg hem of hij al eens
met zijn aanstaande vrouw was gaan auto
rijden, waarop de Prins lachend antwoordde:
Ik rijd nu heel langzaam, dat moogt u citeeren.
De News Chronicle denkt dat zijn huwelijk
niet van invloed zal zijn op den Europeeschen
toestand. Het Nederlandsche volk, zoo gaat
het artikel verder, is zeer gesteld op zyn onaf
hankelijkheid. Prinses Juliana heeft het voor
deel van een vrij veilige positie. Zooals iemand
eens opmerkte: Je hebt geen revoluties in een
land, waar iedereen de Koningin aan het ram
kan zien zitten naaien.
Prins Benno is gisterochtend uitgereden in
zyn sportieve open Ford.
Zooals Dinsdag, toen hy met Prinses Juliana
aan het paleis aankwam, chauffeerde hij zelf.
Even voor 9 uur werd de auto door een chauf
feur van het Koninklijke huis voor het paleis
gereden. De Ford had blijkbaar een goede
beurt gehad en glom dat het een lust was.
Na enkele oogenblikken kwam prins Benno
uit het paleis. Met vlugge, lenige stappen ging
hij naar buiten, gekleed in een dunne overjas,
zyn hoed in de hand.
Hij liep naar zijn auto, nam plaats achter
het stuur en startte zijn motor. Een lakei nam
naast hem plaats.
Het publiek juichte den toekomstigen ge
maal van onze Kroonprinses hartelijk toe, die
vriendelijk lachend en met de hand wuivend
voor deze hulde dankte.
De Prins maakte een ritje door den omtrek.
Drie kwartier later kwam de Ford het voor
plein van het paleis aan het Noordeinde weer
oprijden.
Er waren nu veel meer menschen gekomen.
Af en toe viel een motregentje, maar dat
baarde den belangstellenden geen zorg.
Met een eleganten zwaai stuurde de prins
zijn wagen tot voor het paleis en parkeerde
hem naast een van de schildwachthuisjes.
Het publiek kwam toen naar voren, tot even
voorbij het standbeeld, doch bleef toen eigener
beweging staan. Politie was er niet. Dat was
ook niet noodig, want men wilde slechts ge
tuigen van zijn groote vreugde over deze ver
loving.
Vriendelijk lachend en nogmaals dankend
ging de prins het bordes van het paleis op en
verdween enkele seconden later achter de
glazen deuren.
Een lakei bracht een bouquet veldbloemen,
die de prins tijdens zijn rit zelf geplukt had.
Het bleek, dat prins Bernhard, toen hij was
uitgereden van het paleis Noordeinde, een
bezoek had gebracht aan den vice-president
van den Raad van State, jhr. mr. F. Beelaerts
van Blokland.
De feestelijkheden ter gelegenheid van de
verloving van Prinses Juliana en Prins van
Lippe Biesterfeld duren voort.
Dinsdagavond werd een taptoe gehouden
door de marine-kapel, welke taptoe aanving
bij de woning van den commandant der zee
macht, waar verschillende officieren aanwe
zig waren, alsmede hoofdambtenaren van
marine.
De commandant der zeemacht hield een
korte, kernachtige toespraak, waarbij hij zich
ook tot de aanwezige manschappen richtte en
waarin hij de groote verheugenis uitsprak
over de voor het Huis van Oranje en het Ne
derlandsche Volk, waarmede het zoo innig is
verbonden, zoo beteekenisvolle gebeurtenis.
De muziek speelde hierop het Wilhelmus,
gevolgd door het Duitsche volkslied, waarop
de vlootvoogd een „Leve de Koningin" aan
hief, gevolgd door een driewerf „hoezee" van
alle aanwezigen.
Terwijl de marine-kapel, geflankeerd door
fakkeldragers en vergezeld van een enthou
siaste menigte getooid met Oranje en de na
tionale kleuren, door de stad trok, hoorden
de gouverneur-generaal en zijn familie, in ge
zelschap van den vice-voorzitter en leden van
den raad van Ned.-Indië en den algemeenen
secretaris, ten paleize aan het Koningsplein,
de muziek aan van de regimentskapel, welke
in een ander deel van de stad een taptce
hield. Ook voor deze taptoe bestond een geest
driftige belangstelling van de zijde van het
publiek.
Even nadat de militaire muziek was afge
marcheerd trok de marinekapel, omstuwd
door een geestdriftig, zingende menigte den
tuin van het paleis binnen, welke spoedig vol
stroomde met een menigte met vlaggetjes
zwaaiende burgers, terwijl zich voor het hek
nog een duizendkoppige menigte verdrong, die
in den tuin geen plaats meer vonden.
Golven van geestdrift stegen op uit de ver
zamelde burgerij, culmineerende in geest
driftige uitroepen en gejuich, toen de gouver
neur-generaal, nadat het Wilhelmus en het
Duitsche volkslied waren gespeeld, uitriep:
„Leve onze Prinses".
Het publiek, samengesteld uit personen van
alle standen, leeftijden en landaarden, reageer
de hierop met langdurige ovaties, uitroepend:
„Leve de Koningin", „Leve de gouverneur-
generaal", en tenslotte, doelende op het a.s.
vertrek van jhr. De Jonge: „Een goede reis
naar het oude land". Deze ovaties eindigden
eerst toen de marinekapel afmarcheerde naar
5
Gisteravond tegen half elf kwamen de
Prinses en Prins Bernard weer voor het ge
opende venster van den linkervleugel om een
ovatie van de ontzaglyke menigte in ontvangst
te nemen. Door een handbeweging maakte de
Prinses duidelyk, dat zy iets wilde zeggen.
Het wachtwoord stilte werd daarop uit de
eerste ryen doorgegeven en toen kort daarop
volkomen stilte heerschte, sprak de Prinses
„Ik ben zeer bly, dat u allen hier gekomen
zijt. Ik dank u allen zeer", waarop opnieuw
minutenlang gejuich opging.
Even later gaf ook de Prins te kennen, dat
hij iets wilde zeggen en onder eerbiedige stilte
zeide hjj: „Ik ben heel gelukkig, ik dank u
allen zeer". Deze woorden werden wederom
met een stormachtige ovatie beantwoord.
Steeds wuivende trokken de Prinses en de
Prins zich terug, waarna een groot gedeelte
van de menigte zich verspreidde.
In vele steden, stadjes en dorpen van Over
ijssel heeft de bevolking in samenwerking met
de autoriteiten uiting gegeven aan haar
vreugde over de verloving van de Prinses. Er
zyn toespraken en optochten gehouden, er is
gejuicht en gezongen, gevlagd en versierd.
Vele burgemeesters hebben de bevolking van
hun gemeenten toegesproken en daarby hun
verknochtheid aan ons Vorstenhuis tot uit
drukking gebracht.
Gelukwenschen.
Uit tal van plaatsen des lands blijven de
berichten toestroomen over feestelijkheden en
bijeenkomsten, naar aanleiding van de verloving
van Prinses Juliana georganiseerd. Onnoodig
te zeggen, dat het aantal gelukwenschen, het
jonge paar uit alle streken gezonden, door
officieele instanties, vereenigingen enz. reeds
ontelbaar is, en dat het aafital bloemstukken
ten paleize nog voortdurend toeneemt.
Naar gemeld wordt, zullen Prinses Juliana en
Prins Bernard Woensdag een bezoek brengen
aan de Jaarbeurs te Utrecht.
DE KONINGIN RIJDT UIT.
Gistermiddag om kwart voor drie is de
Koningin, vergezeld van de Prinses van Erbach,
van het paleis Noordeinde uitgereden voor het
maken van een rondrit.
GELUKWENSCH VAN MI KLAS.
De Oostenrijksche bondspresident, Miklas,
heeft een hartelijk felicitatietelegram aan Ko
ningin Wilhelmina gezonden ter gelegenheid
van de verloving van Prinses Juliana.
HULDEBETOON AAN DE KONINKLIJKE
FAMILIE.
Bij het Haagsche Comité voor Volksfeesten
bestaat het voornemen, in verband met de ver
loving van Prinses Juliana alle vereenigingen
en corporaties, zoowel uit Den Haag als uit
omliggende gemeenten, uit te noodigen tot een
gezamenlijk huldebetoon met banieren en
vaandels aan de Koninklijke familie.
Dit huldebetoon zal a.s. Zaterdag om 5 uuü
plaats hebben voor het paleis Noordeinde.
EEN HEELE WEEK ORANJE.
Door middel van de afdeelingsbesturen heeft
het hoofdbestuur van De Princevlag aan alle
leden in den lande verzocht, zich tot en met
15 September, den dag van de opening der
Staten-Generaal, te tooien met het vereeni-
gings-insigne in de nationale kleuren, als per
soonlijke uiting van vreugde over de verloving
van prinses Juliana met prins Bernhard. De
Princevlag vertrouwt, dat het een week lang
Oranjedragen door de gansche bevolking zal
worden overgenomen.
de Sociëteit „Harmonie", waar tooneelen van
de uitbundigste geestdrift te zien waren.
In de groote hotels en restaurants, waar,
zooals reeds gemeld, speciale programma's
werden uitgevoerd, werden de feestelijkheden
voortgezet.
De gouverneur-generaal heeft de volgende
telegrammen, in verband met de verloving
van H. K. H Pinses Juliana gezonden.
Ten eerste een telegram aan de Koningin,
van den volgenden inhoud: „Heuglijke tijding
verloving H.K.H. Prinses Juliana met Prins
Bernard Leopold von Lippe-Biesterfeld wordt
alom in Ned.-Indië met groote vreugde be
groet. Mede namens ingezetenen dezer ge
westen bied ik Uwer Majesteit eerbiedig ge
lukwenschen aan, daarbij namens geheel Indië
hoop uitsprekend dat deze gebeurtenis zoowel
voor verloofden als land en volk, gelukkige
toekomst moge verzekeren De Jonge."
Ten tweede een telegram aan Prinses
Juliana van den volgenden inhoud: „Geheel
Ned.-Indië begroet met groote vreugde tijding
verloving Uwe K.H. Mede namens ingezetenen
dezer gewesten bied ik Uwe K. H. en Prins
Bernhard eerbiedige gelukwenschen aan. In
dië hoopt, dat Gij beiden zoowel als land en
volk door deze gebeurtenis gelukkige toe
komst moogt tegemoetgaan. De Jonge."
Uit alle plaatsen in Ned.-Indië stroomen
thans telegrammen binnen, waaruit blykt, dat
het bericht van de verloving van H. K. H.
Prinses Juliana met de grootste vreugde is
begroet, hetwelk zich uit in een explosie van
geestdrift. Allerwegen worden huldigings- en
feest-comité's gevormd, terwijl op vele plaat
sen de resident en andere autoriteiten een
toespraak tot de bevolking richtten.
Reeds gisteren waren de eerste feestelijk
heden in verschillende sociëteiten geïmprovi
seerd, waarbij het Wilhelmus door allen uit
volle borst werd meegezongen.
Ook de taptoes en de fakkeloptochten droe
gen bij tot verhooging van de feestvreugde.
Nadat gedurende de eerste lesuren op de
scholen de leerlingen de beteekenis van de