Texel Visscherij Nacht over de haven Vergadering te Katwijk* Licht op voor alle voertuigen Vertrokken personen Zullen de Ziekenfondsen met 1 Jam ineenvloeien? Voorstel ter zake van een adres van J. H Wilburg en tien anderen, houdende verzoek het rioolstelsel in de Wagen straat en de Hartestraat te veranderen, voert de heer Uithol (Nat. Herstel) even het woord. Zijn er misschien te veel aftak kingen op het hoofdriool gemaakt' zoo vraagt hij. Hij dringt aan op een oplossing, want de bewoners van Hartestraat en Wagen straat zijn thans ernstig gedupeerd. Het riekt in de huizen alsof de bewoners boven een slootje wonen. Kunnen zij niet geholpen worden In antwoord daarop deelt wethouder v. d. Vaart (s.d.) mede, dat het oorspronkelijke riool al te klein was. Door verbeteringen in haar omgeving is het er voor de Hartestraat en haar bewoners niet beter op geworden praktisch gesproken is het onmogelijk om hier dieper te graven, daar er allerlei leidin gen in den bodem liggen. Zoodat het „oude zeer" niet verholpen kan worden of de heele buurt zou ontruimd moeten worden en op nieuw opgebouwd. Maar daar kan in de hui dige tijdsomstandigheden natuurlijk geen sprake van zijn. „Maar als we nog eens beter in de duiten komen, dan zullen we door de geheele stad gaan saneeren", zoo belooft de wethouder De heer Schoeffelenberger (opp zegt, dat er hier verkeerd afgewaterd wordt. Het riool moet eens goed schoon gemaakt worden. Wethouder v d. V a a r t antwoordt, dat dit pas gebeurd is. In hoeverre het riool ver keerd afwatert, zal een onderzoek ter plaatse moeten uitwijzen. Dit onderzoek zal ingesteld worden. Vastgesteld. De volgende voorstellen worden dan zonder discussie en z.h.s. aangenomen: Voorstel tot het wijzigen van de Leges verordening. Voorstel om afwijzend te beschikken op een verzoek van N. A. Kries om schade vergoeding wegens een geweigerde bouw vergunning. Voorstel tot het huren van een gedeelte binnenberm der Heldersche Zeewering, ten behoeve van de centrale werkplaats voor jeugdige werkloozen. Voorstel tot het koopen van grond van den Staat der Nederlanden, enz. ten be hoeve van de Zweminrichting aan den Dijkweg. Voorstel tot het verhuren van een stuk grond aan P. de Groot. Ter sprake komt dan het Voorstel tot het aangaan van een over eenkomst met de fa. E, N. Heiligenberg nopens het onderhoud van de brandalarm- inrichting. Dr. Feenstra Kuiper (Gem.-Belang) valt erover, dat voor het onderhoud van de ontvang- en zendtoestellen van de brand alarminrichting 120 per jaar betaald moet worden. Hoe komt het Gemeentebestuur aan de kostenopgave? zoo vraagt hij. De toe stellen zijn nieuw geleverd en veel onderhoud ervan verwacht spr. niet. Spr. werd hierin gesteund door de meening van Ir. Van Dijk van de H.R.C.O., die tegenover spr. uitgelaten had, dat er van reparaties e.d. wel geen sprake zou zyn, De heer Van Dijk ging zelfs zoo ver spr. mede te deelen, dat hij af zou zien van de 120 vergoeding, die voor het onderhoud gecontracteerd werden. De heer Uithol (Nat. H.) vraagt in aan sluiting hierop of bij het College een voorstel van den heer Van Dijk in dien zin was bin nengekomen. Wethouder v. d. Vaart (s.d.) betoogde, dat de gemeente de absolute zekerheid moet hebben, dat de alarminrichting te allen tijde uitstekend functionneert. Er moet absolute bedrijfszekerheid zijn. Spr. gaat dan na, welke moeiten en kosten de H.R.C.O. zich moet ge troosten om de contróle naar behooren te kunnen uitvoeren. Het gaat niet aan, dat men dit allemaal „voor niets" accepteert. De be treffende overeenkomst wordt maar voor een jaar gesloten. Blijkt dat de kosten geen 120 per jaar beloopen, dan zal dat bedrag heusch wel verminderd worden. Omdat thans een goede basis bereikt is, ontraadt spr. om te gaan „pingelen". Dr. F. Kuiper (Gem. Belang) is niet overtuigd door v. d. Vaart's betoog. Hij be weert, dat elke leek zal kunnen constateeren, °f er iets niet in orde met de toestellen is. Is dat het geval, dón pas is het tijd om er oen deskundige bij te halen. Spr. adviseert om het advies van een bevoegd persoon in te winnen en die te laten uitspreken of een uit gave van 120 voor dit geval wel noodig is. Ook Mr. Mulder (a.r.) blijkt met Ir. Van Dijk gesproken te hebben en dit Raadslid heeft den indruk gekregen, dat de 120 ver goeding nauwelijks voldoende is om de kosten voor contróle te kunnen dekken. Overigens volgt de heer Mulder het betoog van weth. V- d. Vaart. De Voorzitter wijst er nog eens met nadruk op, dat de toestellen onvoorwaardelijk goed moeten functioneeren. Naar het werk, dat voor de controle noodig is, acht hy een Vergoeding van 120 zeer billijk. Tenslotte doet Dr. Feenstra Kui per het voorstel om de 120 vergoeding uit het contract te schrappen. Dit voor stel wordt verworpen met 14 stemmen tegen. De heer Bregman (Gem. Be lang) stemde blanco. Voorstel om den Burgemeester een crediet van 1000.- te verleenen voor de uitvoering der wet tegen prijsopdry ving. De heer Uithol (N. H.): ..Burgemeester, hoe wilt U dat bedrag aanwenden De Burgemeeester: „Daarvoor ver wijs ik naar hetgeen daaromtrent in de des betreffende bijlage staat". De heer Terra (r.k.) „Aan wien is de beoordeeling of er prijsopdrijving plaats vindt?" De Burgemeester: „B. en W. hebben 5 schatters benoemd en die treden op als er inderdaad wat te schatten is." Voorts herinnert spr. aan de reeds gepu bliceerde waarschuwing, dat onvermijdelijk beslaglegging zal plaats vinden als in engros of detailhandel prijsopdrijving plaats heeft. Het voorstel wordt z.h.s. aangenomen. Voorstel inzake verbetering van den waterafvoer van achtererven van per- ceelen Ruijghweg 26 t/m 62. De heer Ran (r.k.) vraagt of er beslist op den 19en man gewacht moet worden. Als de overige 18 betrokkenen nu eens de 95 be talen, dan kan het plan toch doorgang vin den? De heer Uithol (Nat. Herstel) betreurt het, dat er op den 19en man gewacht wordt. Zit de weigeraar soms in Indië? zoo vraagt hij. Het is niet juist, dat 18 bewoners van den Ruijghweg door één weigeraar gedupeerd worden. Hij stelt voor om zelf de ontbre kende 5 gulden te betalen, dan kan het plan tenminste doorgaan. Wethouder v. d. Vaart (s.d.) antwoordt, dat er hier inderdaad één persoon is, die met de getroffen regeling niet accoord gaat. Deze betrokkene zal volledig moeten meewerken. Hier is sprake van opzettelijke obstructie en daarvoor is het Gemeentebestuur niet van plan opzij te gaan. De heer Uithol: „Maar dan worden er 18 man gedupeerd." De heer v. d. Vaart: „Ga naar betrok kene toe en geef hem de vijf gulden. Hij zal dan zeker zijn medewerking verleenen." De Voorzitter meent te mogen waar schuwen voor de consequenties van voorstel len zooals er nu door den heer Uithol gedaan werd. Denk er maar eens aan als het om grootere bedragen gaat, zegt hij. Het voorstel van B. en W. wordt vervol gens z.h.s. aangenomen. Zonder discussie worden daarna nog vast gesteld het: Voorstel tot het huren en onderverhuren van een gedeelte strand. En de Reclames wegenbelasting van: 1. den Staat der Nederlanden; 2. de erven C. Berg. Aangehouden wordt het Voorstel tot het benoemen van een lid der Commissie van Georganiseerd Over leg in de plaats van den heer W. Bier steker. Als dan het voorstel tot tydeiyke benoeming van een leeraar in wiskunde, een leeraar in de Nederland- sche taal en een leeraar in vakteekenen aan metaalbewerkers aan de gemeente lijke avondvakteekenschool. aan de orde komt, vraagt Dr. Feenstra Kuiper besloten vergadering. De Raad gaat daarop een uur lang in comité. Als de openbare zitting heropend wordt, deelt de voorziter mede, dat het voor stel aangehouden wordt. Benoeming van een lid der Com missie van Toezicht op het Lager Onderwys. Bij schriftelijke stemming worden 11 stem men op den heer L. J. van der Kuijl en 8 op den heer R. Gravenmaker uitgebracht, zoodat eerstgenoemde benoemd is. Rondvraag. De heer Steenlage (s.d.) zegt, dat de plaatselijke commissie voor de Bouwbedrijven op 24 Juli 1.1. schriftelijk aan het College van B. en W. gevraagd heeft om meer werkactie te verkrijgen. Nog steeds is geen antwoord op dit schrijven binnengekomen, hetgeen spr. in het College laakt. De Heldersche Bestuurdersbond heeft op 18 Jul' eveneens een verzoek gericht tot het College. Ook hierop is nog geen antwoord ge komen, ondanks het feit, dat door den H.B.B. tweemaal om antwoord verzocht werd. In de volgende vergadering zal wethouder Smits deze vragen beantwoorden, deelt de Voorzitter mede. De heer Bot (c.d.) breekt nog eens een lans voor de verlichting van het hofje aan de Achterstraat. Hij dringt er op aan om daar alsnog een lantaarn te plaatsen. Het College van B. en W. moet dit verzoek helaas wederom afwijzen. Niets meer aan de orde zijnde sloot de voorzitter bij half één deze vergadering. Jongen bij de taptoe gevallen. De jeugd is bij de taptoe in de meest op gewekte stemming zooals men weet, en die opgewektheid uit men vaak door hossen en springen. Een jongeman is gisteravond tijdens dit feest, in de Koningstraat gevallen en heeft daarbij de vingers van een zijner handen ernstig bezeerd, zoodat hy zich onder ge neeskundige behandeling moest stellen. Keukenbrandje op deLoodsgracht Gisterenmiddag merkten bovenbewoners van het perceel Loodsgracht 37 een sterke brand lucht op. zy waarschuwden de familie van Dok, die beneden woont, en samen ging men op zoek naar den brand. Na eenig zoeken bleek die er inderdaad te zijn en wel in de keuken van de familie Zimmerman, wonende op no. 38 die op dat moment niet thuis was. Daar stónd n.1. een brandende petroleumkachel, waarboven een ïyntje met waschgoed gespan nen was. Doordat de pit van de kachel te hoog opgedraaid was heeft het waschgoed vlam gevat. Ook het behang werd aangetast en toen de omwonenden de deur openden had Woensdag 11 Nov.16.42 uur het vuur zich juist aan het kozijn daarvan medegedeeld. Men waarschuwde de politie, die weldra onder leiding van hoofd-inspecteur Helder present was. Deze slaagde erin het brandje spoedig met enkele emmers water te blusschen. P. C. Vijn en gezin, geen, naar Hippolytus- hoef, Mekkenstuinweg. (Wieringen). K. Louwerse en gezin, N.H., sergeant-ma chinist, naar Soerabaja. D. A. G. Derks en gezin, R.K., majoor monteur, naar Soerabaja. A. H. OostwaldeGraaf en dochters, G.K., naar Rotterdam, Rubendwarsstraat 16. P. Bindenga en gezin, geen, matroos lekl., naar Vlissingen, J. de Moorstraat 7. H. de Jongvan Wier, N.H., naar Oost en West Souburg, Oude Middelburgscheweg. Maria J. Nap, N.H., dienstbode, naar Haar lem, Zonnebloemstraat 51. J. Zander en gezin, N.H., landbouwer, naar Schagen, Dorpen D 8. J. Brandsma, N.H., schilder, naar Hennaar- deradeel, Kubaard. J. C. TevelDamman en dochter, geen, naar Middelburg, Heerengracht 22. L. T. M. van der Linde en echtg., R.K., matroos le kl., naar Amsterdam, Boniplein 2. W. Brouwer, D., (gepd. off. mach. le kl.), naar 's-Gravenhage, Daal en Bergschelaan 70. Hester C. CordiaBrouwer, N.H., naar 's-Gravenhage, Daal en Bergschelaan 70. H. Slootjes en echtg., R.K., winkelchef, naar 's-Hertogenbosch, van Norenborg- straat 61. M. van de VeldeStrunck, R.K., naar Rot terdam, Willebrordusstraat 154 B. L. Minneboo en gezin, N.H., stoker le kl., naar Amsterdam, Albert Cuijpstraat 104 Ilhg, achter. De redactioneele auto stuift met voor dit vroege uur onwerkelijke snelheid havenwaarts waar we als ooggetuige op de „Utrecht" even tueel een komend avontuur willen beleven. Bij het Ankerpark maken we den laatsten bocht en tuimelen even later, tegelijk vechtend tegen een helschen slaap en een recalcitrant boórdenknoopje, uit het vehikel. Dóór ligt de „Utrecht" nog en zwarte vette rook gulpt unheimisch tegen den nachthemel. Maar als we de illusie hadden mee te gaan kwamen we bedrogen uit, want die vermale- deide schuit lag al los en toen we ons op den steiger bevonden was daar een lap water van zeker 4 meter, hetgeen zelfs voor een journa list een obstakel is En daar stonden we, met boven ons de on eindige melancholie van den stervenden herfst nacht, waarin de sterren reeds aan het ver- bleeken gingen. Beneden aan de steigers klot ste en klokte het water. Het water, zwart, duister, peilloos. Een oneindigheid. Maar verderop, enkele tientallen meters maar, daar gloren een paar lichten. We zy'n daar kind in huis en ook dien nacht was het weer als van-ouds. Een paar gemoe delijke oude heeren, waaronder de wachtsman, en een jonge kerel, met een zeegebronsde snuit en een rimpel in z'n kop getrokken. Het is hier, zooals het steeds geweest is en dót wil wat zeggen. Daar is de pijp van den wachtsman, die van boven gloeit als een Vusuvius in zakformaat, daar zijn de smeuiige geluidjes van de in agi tatie en drukte natgeworden tabak en daar zijn hun strakke gezichten. In een hoek staat een radiotoestel, daar naast een klok, een paar schilderijen waar onder een goede Jaarsma en voorts al die ouwe vertrouwde requisiten die des Haven- kantoors zijn. Er zit ergens, een dikke 25 mijl ten NW van de Haaks een schuit, vertelt de wachts man ons en de „Utrecht" is er heen (hetgeen ons bekend was). En we bespreken het geval en zeggen, dat het iederen keer weer troef is aan onze kust, wat niemand tegenspreekt. En de klok tikt den tijd weg en ineens valt de stilte door de kamer. Buiten kreunt heel zachtjes de wind en vlakbij hooren we het water schuren en ruischen in de haven. In de radio-kast gaat plotseling een stem spreken. Vreemd... krakend... schurend. Een mensch, midden in den nacht, die ergens in de oneindigheid zit als een spin in zijn web. En luistert. Luistert naar de klanken die vanuit den aether woorden werden. We luisteren mee en zien elkaar aan. Er is een tijding van een schip, dat huistoe gaat en dat is de „Immingham" en er is de tijding van een schip, dat met gebroken ma chines ergens in de Noordzee ligt te deinen. Van beide weten we niets. En de klok tikt. En het havenwater ruischt steeds door, daar beneden ons. Er wordt weinig gesproken in dat Haven- karftoor 's-nachts. Waar men luistert naar datgene wat er op die ontzaglqke lap water gebeurt en men is alle 24 uren van den langen dag en nacht op zyn qul vive. Je wordt er wókker van als je dat als out sider ziet. Zelfs om half zes 's-morgens Burgerlijke Stand van Den Helder van 10 November 1936. BEVALLEN: H. de Waard—Greeuw, d. OVERLEDEN: Wed. G. L. Keijser, geb. A. E. van der Poll, 87 jaar. De snurrevaadvisschery is door de Urker- vloot, van welke er speciaal daarvoor zijn ingericht, nog niet gestaakt. Waarschynlijk wel hierdoor, omdat de resultaten tot dus verre nog bevredigend waren. Echter moet deze visscherij thans tamelijk ver van den wal worden uitgevoerd, zoodat het om dezen tijd van het jaar wel eenig bijzonder risico met zich brengt. Verleden week kon door deze vaartuigen nog tot 300.per vaartuig wor den besomd. Toch zijn er al verschillende weer met den treilvangst begonnen. Het resultaat van de Urker Noordzeevloot was over het geheel ook niet ongunstig. Zij, die vischten van IJmui- den tot Scheveningen, besomden van 70. tot 90.de vaartuigen visschende tus- schen Texel en Terschelling besomden tot 250.—. De garnalenvisscherij voor IJmuiden, waar van de levende garnalen gaan naar Amster dam, leverde besommingen op van 90. tot 180.per vaartuig. Zooals men weet, mag elk vaartuig nog niet aan deze visscherij deelnemen; het is afhan kelijk van een basisperiode, waarin men vroe ger deze visscherg had uitgeoefend. Nu Amsterdam steeds roept om meer gar nalen, ware het wellicht te wenschen, dat er een andere basis werd gevolgd, opdat meer dere schepen er aan zouden kunnen deel nemen. Weliswaar zou men den prijs te Amsterdam veel lager gesteld willen zien dan dien welke nu wordt verkregen, maar er is'daarvoor mis- schjen ook wel een middenweg te vinden. Onlangs is een commissie uit den klein- en groothandel hiervoor naar Den Haag geweest, maar het resultaat schijnt niet gunstig te zijn geweest. Zou er niet een uitweg zijn te vinden, die meer visschers aan het werk zet met deze garnalenvisscherij, terwijl dan tevens de han del in Amsterdam zou zijn geholpen? Men weet: er is tegenwoordig een centraal-ver- koopkantoor voor garnalen, die deze zaken regelt. Misschien dus dat, middels dit insti tuut, wat is te bereiken, indien duidelijk wordt gemaakt, welke belangen er voor verschil lende groepen aan zijn verbonden. De Commissie van uitvoering voor de distri butie van visch aan werkloozen, bezocht de IJmuider vischhallen. Volgens het „Dagblad voor IJmuiden", die deze commissie aan klampte, bleken de heeren niet veel verstand van de verschillende vischsoorten te hebben. En hij geeft uiting aan de verzuchting, dat het maar goed is, dat een ter zake kundige belast is met den inkoop. Nu, dat laatste is het voornaamste, of schoon dan eigenlijk een commissie overbodig lijkt. Maar behalve het inkoopen van visch, zitten er aan dit vraagstuk ook nog andere kanten, waarvan deze commissie allicht wel verstand heeft. Maar het lijkt ons een uiting hoe over dit vraagstuk In IJmuiden wordt gedacht. De tongprijs was Dinsdag een ietsje hooger dan Maandag. De prijzen der overige soorten bleven nagenoeg hetzelfde, behalve die van haring, welke weer een daling vertoonde. Kabeljauw was ook minder, maar hake toonde een zeer hoog niveau. Van den Ned. Bond van Chr. Fabr. en Transportarbeiders en de Ver. van Schipper-Eigenaars van motor-trawl- loggers. De voorzitter, de heer D. v. Deelen, opent en zegt, dat op deze verg. niet slechts een belang van de visschers, maar tevens een belang van vele andere groepen wordt be sproken. De maaswijdte-vergrooting toch van mini mum 7y2 cm zal een funeste uitwerking heb ben. Volgens deskundigen zal er de meeste visch doorgaan Er moet een krachtig protest van ons uit gaan. Den Minister moet worden duidelijk ge maakt, dat deze maatregel zeer onrechtvaar dig is. De heer Remmelzwaal, voorzitter van de Ver. v. Schipper-Eigenaars, zegt, dat getracht is de Vischerij-Centrale tot andere gedachten te brengen. Ook den Kamerleden dient duidelijk te worden gemaakt, dat deze maaswijdtever- grooting een absurditeit is en het geheele logger- en kustvisscherijbedrijf ten gronde zal richten. De heer Stevenson van den Ned. Visschers- bond meent, dat, evenals .het loggerbedrijf, alle kustvisschers er door worden getroffen. Met dezen maatregel is er geen bestaans mogelijkheid voor de kleine trawlvisscherij. De contactcommissie is niet bijeengeroepen. Moeten we dan veronderstellen, dat slechts het advies van de groote trawlcommissie moest worden gevolgd om de kleine trawl visscherij te doen verdwijnen? Zoo ja, dan dient toch de Minister boven deze eenzijdige adviezen te staan. Maar is een dergelqke maatregel wel by Kon. Besluit te regelen? Moet daarvan de Tweede Kamer niet worden gekend? Vroeger, toen het z.g. puf verbod aan de orde kwam, heeft de Tweede Kamer dit weten te voorkomen. Nu tracht men schijnbaar te komen tot een pufverbod via de Visscherij-Centrale. Ware de maatregel internationaal geregeld, dan stond de zaak nog even anders. Nu toch zal het voorkomen, dat de visch, die aan de netten van de Hollandsche kustvisschers ont komt, door de netten van andere naties woTdt opgevangen. De heer De Jong, van de Ver. v. Schipper- eigenaars, geeft een uiteenzetting van zijn onderhoud met den Minister over deze kwestie. De heer Parlevliet, sprekende namens de Reedervereeniging, kan wel zeggen, dat ook deze vereeniging tegen den maatregel is, vooral omdat er geen internationale regeling voor de maaswijdte is. Spr. wil ook, nu op 23 Nov. a.s. te Londen een internationale conferentie zal worden ge houden over de regeling der maaswijdte, den Minister in overweging geven den maat regel op te schorten, totdat de conclusies van deze internationale conferentie bekend zijn. De heer Stevenson geeft in overweging een conferentie aan te vragen met leden der Tweede Kamer uit alle fracties, waar een deputatie van alle belanghebbenden deze zaak uiteen kan zetten. De kleine kustvisscher zal van dezen maat regel den grootsten last hebben. Er moet bovendien onderscheid worden gemaakt voor de maaswijdte der verschillende kustvis- schersschepen. De heer Stevenson heeft in zijn oor ge knoopt, wat de Kamerleden hebben gezegd! toon ons aan, dat het niet alleen is een vis- schersbelang, maar tevens een landelijk be lang. Spr. is doende met gegevens te verzamelen. En het blijkt hem nu reeds, hoeveel neven- bedrijven hiervan de dupe zullen worden. Daarom ook moet met al die groepen ge zamenlijk een actie gevoerd worden. Vele menschen worden broodeloos en dit is een argument, dat men niet ter zyde mag leggen. Er dient een comité gevormd te worden op korten termyn, die de actie inzet. Aangenomen wordt als eerste stap een telegram aan de Koningin te zenden. De heer A. den Dikker, Hoofd der Chr. School, Voorz. v. d. Commissie voor werk verruiming, wil naast een telegram aan de Koningin, een motie richten aan den Minister. Deze motie luidt: „Belanghebbenden uit het visschersbedryf in vergadering te Katwijk bijeen, waar verga derd zijn de Ver. Schipper-eigenaars van mo- torloggers, de Ned. Bond van Chr. Fabrieks- en Transportarbeideds, de Ned. Visschersbond en Loggerreeders, is van meening, gehoord de besprekingen op deze vergadering, dat de voorgestelde maaswijdte van 7% cm funest is voor deze visschersbedrijven en dat tegen de invoering daarvan een krachtig protest moet worden aangeteekend, opdat deze ramp van het visschersbedrijf worde afgewend en besluit deze motie ter kennis te brengen van de bevoegde autoriteiten." Een deputatie, die dit vraagstuk eventueel op een conferentie met de Kamerfracties zal bespreken, wordt gekozen. Moge de in te zetten actie het noodige effect hebben. Veel onnoodig leed kan daar door worden voorkomen. 't Ziekenfonds „Texel" (Den Burg en Om streken, Cocksdorp, Den Hoorn en De Koog) hield gisteravond in Hotel „De Oranjeboom" een algemeene vergadering, die een druk be zoek ten deel viel. De Voorz., de heer W. van Heerwaarden, deelde bij opening mede, dat deze bijeenkomst was belegd om tot bovenge noemd doel te komen. Het bestuur Den Burg heeft, zei spr., reeds verscheidene jaren ge ijverd om tot samensmelting te komen, doch steeds kwamen er van andere zijden bezwa ren, waarop de onderhandelingen afsprongen. Onlangs heeft evenwel een bespreking plaats gehad met de verschillende besturen en de doktoren, waarbij door Dr Noordhof het Zie kenfondswezen in ons land nader werd uit eengezet. Dientengevolge is later een bespre king gevoerd met het Gemeentebestuur, dat evenwel als eersten eisch stelt, om hier de voordeelen, verbonden aan de crisis-regeling, te doen toepassen, dat er slechts één fonds in deze gemeente zal bestaan en daar deze voor deelen voor de leden niet gering zijn, ligt samengaan voor de hand. Er komt dan even wel voor 1 Jan. waarop men gaarne de reor ganisatie zou doen ingaan, nog heel wat werk voor de besturen te doen, zoodat het besluit zoo spoedig mogelijk moet worden genomen. Hierna volgde lezing van de notulen door den secretaris, den heer J. Buijs, die onder applaus der vergadering werden goedgekeurd. De Voorz. deelde daarna het een en ander mede over de crisisregeling. Werkeloozen en daarmede gelijk te stellen personen, betalen dan de helft van hun contributie, die voor hen dan maar zal bedragen 12% cent per week, de andere helft wordt dan door de ge meente en door de Maatsch. v. Geneesk. (de Doktoren) ieder voor de helft aangezuiverd. Voor het fonds Texel brengt het samengaan ook nog het voordeel, dat na verloop van twee tijdsperioden de contributie met 2 cent per week wordt verminderd. Voor Oosterend was die al 25 ct.. voor Oudeschild zou die met 1 cent moeten worden verhoogd. Omdat de tijd dringt, vervolgde de Voorz., hebben wij maar doorgezet en het voorstel tot samengaan aan de vergadering voorgelegd. Aanvankelijk waren de besturen van de an dere dorpen ook besloten alle bezwaren aan kant te zetten en tot reorganisatie te beslui ten. Van Oudeschild heb ik tot heden nog niet anders vernomen, doch men heeft mij mede gedeeld, dat Oosterend nog weifelt. Het spijt my echter, dat wy nog niets hebben verno men over vergaderingen op andere dorpen. De heer Henkes deelde echter mede, dat te Oudeschild a.s. Zaterdag over dit punt zal worden beraadslaagd. De heer W. Bruin vroeg hoe het met de financiën zou gaan, er was vroeger door het bestuur medegedeeld, dat Oosterend en Oude schild jaarlijks niet behooriyk rondkwamen. De Voorz. deelde mede, dat het bestuur van Oudeschild had medegedeeld, dat deze ver eeniging over eenige baten beschikte. Wat ons Fonds betreft, zei spr., wy zijn thans nog

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1936 | | pagina 9