Stadsnieuws De strijd om de „Betty Bonn" ASTO voor Buitenritten Waar gaan we heen? ampo lucht op en geneest I Maandag 4 Januari 1937 Helderschc Courant Tweede Blad Wijdingsdienst Nieuwe kerk Aanvulling Buurtcomité's. De feestavond van Moed, Volharding en Zelf opoffering TELEF. 636 Ruijghweg38 Den Helder trekt het bruidskleed aan Feestprogamma's. Verkouden - Grieperig! Feuilleton Onder verwijzing naar een in dit nummer opgenomen advertentie vestigen wij de aan dacht op den morgenavond te houden Wij dingsdienst in de Nieuwe Kerk aan de West straat. Het Kerkgebouw is in verband met het aan staande feest versierd. Ons werd verzocht te willen melden, dat bij de opgave der buurtcomité's, zooals men deze vindt in het algemeen programma der feeste lijkheden, bij de namen van Huisduinen ver geten werd op te geven die van den heer J. J. Snel. Buurtcomité Emmastraat. Men deelt ons mede, dat, twee weken ge leden alsnog is opgericht een buurtcomité ter versiering van de Emmastraat van het Ko ningsplein tot de Van Galenstraat, welke ver siering inmiddels bijna gereed is. Deze buurt- commissie is niet vermeld in het feestpro gramma. Het comité bestaat uit de heeren G. de Haan, voorzitter; J. Bastiaanse, secretaris; W. de Vries, penningmeester; C. Koopman, J. Kus sendrager, P. A. Klik, J. Oudijk, leden. Buiten was het Zaterdagavond Januari- weer. Of beter gezegd: Heldersch Januari- weer. Dat was me een regen en een bul derende wind en maar gelukkig, dat de oud-redders zich hiervan niets aantrekken. Ze weten dat het er bij hoort in Januari. En Casino was vol. Met de mannen, waarvan er velen waren wier borst schitterde en flonkerde van het eere metaal en de dames, die in niet gering ïfental medegekomen waren. En velen neurieden vast met de Casino-band mee, wat altijd het beste bewijs is dat een avond gaat slagen. Om kwart over acht beklom de voorzitter der vereeniging, de heer J. van Dok, het podium, voor deze gelegenheid extra versierd, en met op den achtergrond het voltallige be stuur met in het midden: Claas Roetman. De heer van Dok heette de aanwezigen hartelijk welkom, speciaal burgemeester Rit meester, den garnizoens-commandant Bentz van den Berg, den burgemeester van Callants- oog, den commissaris van Politie, de aan wezige wethouders en raadsleden en tenslotte de vertegenwoordigers van de N.- en Z.-Holl. Reddingmaatschappij, het Reddingfonds en het eere-lid, den heer Egner. De heer van Dok spreekt de hoop uit, dat dit wederom een van die gezellige avonden mag worden, die er in de geschiedenis van M.V.Z. reeds zoo vele zijn en besluit zijn kort woord met een driewerf hoezee uit te bren gen op het Vorstelijk Paar, iets waaraan spontaan gevolg wordt gegeven. Hierna wordt mededeeling gedaan, dat bur gemeester Ritmeester bereid gevonden is tot het aanvaarden van zijn functie als Bescherm heer, en even later staat onze eerste burger reeds voor het voetlicht. De heer van Dok dankt den burgemeester voor zijn groote sympathie die deze sedert zijn verblijf in Den Helder reeds getoond heeft voor het reddingwerk, en noemt hier eenige voorbeelden van. Spr. wijst er voorts op, dat men steeds bij den heer Ritmeester een luiste rend oor voor de belangen van M.V.Z. vond en dat het bestuur dit uit den aard der zaak op bijzonder hoogen prijs stelt. Het is hem dan ook een eer insigne en diploma te kunnen aanbieden. Rede burgemeester Ritmeester. De burgemeester vangt aan met er op te wijzen, dat het geen phrase is als hij zegt, dat hij het beschermheerschap van juist deze vereeniging op prijs stelt, daar hij hierdoor in de gelegenheid is ook iets bij te dragen voor medemenschen, die het nog steeds niet bijzonder ruim hebben. Spr. wijst er op, dat men wel eens in de meening verkeert, dat deze menschen, die men zoo langs de straat ziet kuieren nietsdoeners zijn. Men vraagt zich onwillekeurig af; „wat voert zoo'n kerel nu toch eigenlijk uit?" Doch dan moet men zijn linker-revers zien, veelal bedekt met medailles, die U vertellen van het menschlievende werk, van de helden daden die deze zelfde menschen op hun naam hebben staan. Het heeft spr. goed gedaan eenige maan den geleden in Rotterdam Janus Kuiper als eerste in den grooten stoet te zien mee- loopen. Janus Kuiperde oudste en tevens: een Jutter. Burgemeester Ritmeester wijst er op, dat ondanks de vele hulp die men thans den red ders biedt, er toch nog meer gedaan moet worden en hiertoe moeten wij allen mede werken. Tenslotte is hier een eeretaak te ver vullen. Spr. heeft in de oude historie van Den Hel der gelezen en o.a. over een zekeren nacht in October 1824, toen twee schepen in den storm omkwamen en de redders niet meer terugkeerden. Dat was het, wat den stoot gaf tot de oprichting van de Noord-Zuidholland- sche Reddingmaatschappij. Voor de instandhouding hiervan en voor den bloei is, spr. herhaalt het, evenwel de medewerking en de volle sympathie van ieder noodig. De heer Ritmeester releveert de groote liefde, die wijlen Prins Hendrik voor dit ideëele werk gevoelde en zegt het plan te hebben deze week, een krans voor diens borstbeeld op het Helden der Zeeplein te leggen. De burgemeester besluit zijn toespraak met de belofte, dat hij M.V.Z. zal steunen en hel pen zooveel hem dit mogelijk is en te danken voor zijn benoeming. Nadat mevr. Ritmeester bloemen geoffreerd zijn, treedt de jubilaris naar voren en wordt toegesproken door den heer van Dok. Samen hebben van Dok en Roetman reeds 25 jaar bestuursfuncties in de vereeniging vervuld en samen heeft men al heel moeilijke klippen moeten omzeilen, vooral in de oorlogsjaren. Maar het is gelukt, dank Zij de groote kracht die Roetman voor M.V.Z. was, een kracht die niet gemist kan worden. De vereeniging is Roetman dankbaar. Dankbaar voor zijn vele en belangelooze werk, dat hij gedurende lange jaren ver richtte. Een gouden horloge is dan ook het cadeau dat men voor Roetman het meest op zijn plaats achtte. De heer van Dok wijst er nog op, dat de gelden voor dit prach tig cadeau vrijwillig gestort zijn en werden opgebracht met een groote mate van spontaniteit. Nadat een hartelijk schrijven van Levy Grunwald voorgelezen is en namens het be- stuur nog een schilderij gegeven wordt, deelt de heer v. Dok onder daverend enthousiasme der zaal mede, dat oud-burgemeester Houwing een pracht van een prjp gestuurd heeft voor Roetman met een begeleidend schrijven. Uit dit schrijven citeeren wij: Tot mijn leedwezen moet ik U mededeelen, dat ik geen gebruik heb kunnen maken van de vriendelijke uitnoodiging van het bestuur der vereeniging M.V.Z. om den feestavond bij te wonen, ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum van den penningmeester, den heer Roetman. Dit spijt mij, omdat ik den heer Roetman zeer heb leeren waardeeren en dan ook gaarne persoonlijk blijk had willen geven van mijn belangstelling in zijn huldiging. Dit dus niet mogelijk zijnde, stel ik er prijs op, van mijn waardeering voor zijn persoon te doen blijken door hem een souvenir aan te bieden. Voorts is bericht van verhindering (tevens felicitatieschrijven) ontvangen van den vice- Admiraal en den heer Bandsma. Nadat mevr. Roetman in de bloemetjes ge zet is, dankt de jubilaris voor de gaven en hartelijke woorden en laat een driewerf hoera voor het huidige bestuur aanheffen. Het feestelijke gedeelte. Dit was 't einde van het eigenlijke officieele gedeelte en hierna arriveerden ter planken het ensemble, dat voor en na de pauze zorgde voor een non-stop-programma. Het programma was geleverd door het Amusements-bureau Ben Ali Libi te Amsterdam en sloeg zeer in. Het zou ons te ver voeren in détails alle medewerkenden hier te noemen, doch een uit zondering willen wij maken voor Poor Billi, die zooveel en zoo voortreffelijk!) instrumen ten bespeelde, en voor den goochelaar (de Prof. zelf). Met het uur groeide de stemming in de zaal en toen men na de prijzenverdeeling op de steunbonnen ten dansvloer toog, kon met recht gesproken worden van „Feest-avond" van Moed-Volharding-Zelfopoffering. Waarmede dus wederom een prettige her innering aan de vele reeds bestaande is toe gevoegd. De inzet van de feestelijke verlichting van onze stad is niet zonder tranen gepaard ge gaan. Het drupte Zaterdagmiddag uit den he mel, het stroomde Zaterdagavond. Maar dat heeft de vreugde van het lichtfeest toch niet getemperd en velen hebben het beschamend enthousiasme van onzen burgemeester ge volgd, die Zaterdagavond, na de ontsteking van de feestverlichting van Spoorstraat, Ko ningstraat, Keizerstraat, de heeren van het comité tot „een wandeling" door de verlichte straten uitnoodigde, hoewel de regen tegen de ruiten van de warme bovenzaal van het militair Tehuis tikte. Het bleek later op den avond, dat heel wat Helderschen, het was toen trouwens droog ge worden, een wandeling door de stad maakten, om de verlichting in oogenschouw te nemen. En dat was waarlijk ook de moeite waard, want onze stad komt goed voor den dag. Er zijn straten, die zich speciaal hebben toege legd op de versiering. Er zijn er ook die bij zondere aandacht hebben besteed aan ver lichting en daarmede alleraardigste effecten hebben bereikt. Natuurlijk was alles Zater dagavond nog niet ontstoken. De meeste buurtcomité's wachten tot Maandag of Dins dag, maar in de binnenstad was er toch al te genieten van vaak origineele verlichtingen. Zoo b.v. die van de Breewaterstraat, die van de Hoogstraat, die van, ja, waar moeten we eigenlijk eindigen. We zullen dan ook maar stoppen met het noemen van straat namen, al mogen de bezoekers van de city toch niet vergeten een bezoek te brengen aan de Reigerstraat, die zeer fraai is. Hieronder laten wij nog eens een opgave volgen der adressen waar men zich het Oranje programma kan aanschaffen: Het programma bevat de opgave van alle feestelijkheden, tot in bijzonderheden, en wordt voor slechts 0.10 verkocht. Bureau Drukkerij De Boer, Koningstraat. Boekhandel Duinker, Spoorstraat. Boekhandel Spruit, Kanaalweg. Boekhandel Egner, Keizerstraat. Boekhandel De Wit, Keizerstraat. Boekhandel Schreuder, Koningstraat. Boekhandel v. d. Hagen, Spoorstraat. Boekhandel Boendermaker, Koningdwarsstr. Boekhandel Bergman, Van Galenstraat. Boekhandel 't Noorden, Stakmanbossestraat. Sigarenmagazijn Mesker, Spoorstraat; Van der Maden, Koningstraat; Lassche, Keizer straat; Stegehuis, Weststraat; Kok, Hoofd gracht; Blom, Dijkstraat; Keizer (Het Monu ment), Kanaalweg; Bibl. Tuindorp „Sustrath", Bloemstraat. En aan de volgende depóts; Depóts: Duinker, Oostslootstraat; Smit, Westgracht; J. de Wit, Vijzelstraat; Riedeman, Oranjestraat; Jongkees, Paardestraat; Bieg- straten, Corn. Ditostraat; Bres, Spoorgracht; Buis, Molenstraat; Wed. Mondfrans, Jonker straat; Minneboo, Vischstraat; Roomeijer, Pol. derweg; Kramer, Ruyghweg; Boogert, Kei zersgracht; Riteco, Vosstraat; Heiligenberg, Stakman Bossestraat;. Vlas, Ruyghweg; 't Hart, Schagenstraat; Uipkes, Brakkeveld- weg; Thijssen, Basstraat; Bosch, de la Reystr.; Czech, Corn. Ditostraat; Kikkert, Zuidstr. 47. De K.S.K.-verlichting wordt ont stoken door den burgemeester. Het K.S.K.-comité had gemeend een offi cieel tintje te moeten geven aan het ontste ken van de feestverlichting en het had den burgemeester bereid gevonden, Zaterdagavond zeven uur de handle over te halen, die de Spoorstraat in feestlicht zou zetten en die het sein zou zijn voor de ontsteking in Ko ningstraat en Keizerstraat. Het K.S.K.-comité was Zaterdagavond, om zeven uur, bijna voltallig aanwezig in de bo venzaal van het Alg. Militair Tehuis, Spoor straat. Het was de heer Zegel, die den bur gemeester dankte voor zijn bereidwilligheid aan het verzoek te voldoen, om de feestver lichting te ontsteken. De heer Zegel sprak er zijn vreugde over uit, dat er in onze stad zooveel belangstel ling bestaat voor de viering van het feest. Den Helder is een van de plaatsen waar veel tijd en zorg is besteed aan de versiering. Het is prettig de straten te doorkruizen en dat niet alleen de groote, maar ook de kleinste. Het is een spontane uiting van de gevoelens, die men koestert voor het Huis van Oranje. En dat is in dezen tijd van buitengewoon groot belang. De ontsteking van de verlichting is een inleiding tot de feesten van de komende week. Spr. wijst dan nog op een gelukkig toeval. De heer Ph. B. Polak was n.1. op de aardige gedachte gekomen een vers voor het bruids paar te dichten, dat aan de Koninklijke Fa milie werd gestuurd en waarop reeds spoedig een hartelijke dankbetuiging werd ontvangen. Spr. overhandigt een exemplaar van dit lied aan den burgemeester, die het in dank aanvaardt. De burgemeester, hierna het woord verkrij gend, zegt, dat hij bij zijn rondwandeling door de stad, gezien heeft dat het meest kapitaal krachtige deel van Den Helderschen Midden stand, de K.S.K., met buitengewoon enthou siasme de zaak heeft aangepakt. Hij begrijpt, dat daar achter, behalve een ideëele, ook een materieele kant is. De vraag is ook geweest: Natuurhistorisch Museum. Elke week: Woensdag nam. van 35 u. en van 810 u. en Zaterdag nam. van 36 u., alsmede op den eersten Zondag van elke maand nam. van 35 u. Licht op voor alle voertuigen Maandag 4 Jan16.29 uur DDan Dam po inwrijven en diep inademen. Pot 50. Doos 50 ct. Bij Apoth. en Drogisten. Hoe kom ik het best naar voren, hoe trekt m'n zaak de meeste aandacht. Dat is vol komen begrijpelijk en het is prijzenswaardig, dat men in dezen moeilijken tijd worstelt om het hoofd boven water te houden. In eiken tijd, maar vooral in den onzen, is dit gezamenlijk naar voren komen van groote beteekenis. dig hebben. Er is vroeger wel anders gedacht, een feit van groote ideëele beteekenis. Wan neer wij ons realiseeren hoe slecht, onzuiver en ellendig de toestand om ons heen is, dan is er diepe vreugde over de bevoorrechte positie waarin ons land leeft, een vreugde over den ideëlen band, die ons bindt, in Oranje. Wij voelen meer dan ooit, dat wij elkander noo dig hebben. Er is vrouger wel anders gedacht, maar gelukkig is er in dat opzicht een ken tering gekomen. Spr. hoopt tenslotte dat het weer zal mo gen medewerken om het feest te doen slagen en hij spreekt den wensch uit, dat uit deze samenwerking de band mag blijven, die den Middenstand nu bindt en dat men door lezin gen en opwekkingen tot een regelmatig con tact zal komen. Want: Eendracht maakt macht. Spr. stel hierna door het omhalen van een handle, de feestverlichting van de Spoorstraat in werking en op dit sein volgen, kort daar na, Koningstraat en Keizerstraat. Het is een voorname, artistieke verlichting, die de hoofd straten hebben aangebracht. Op verzoek van den burgemeester werd hierna door het comité een rondwandeling door de drie straten ge maakt. Wielerfeest in de Vroonstraat. Het was het buurtcomité van de Vroon straat, dat Zaterdagmiddag haar feestpro gramma inzette met sprintwedstrijden voor wielrenners, waaraan de Heldersche renners- vereeniging „Dok" haar medewerking ver leende. Ondanks de dreigende regenwolken hadden velen reeds ver voor het aanvangsuur zich van een goed plaatsje onder de groene guir landes verzekerd en tegen half drie was de publieke belangstelling zoo groot, dat de re gelingscommissie, geassisteerd door de Po litie handen vol werk had de baan vrij te houden. Het was jammer, dat er onder de renners zelf zoo weinig animo voor deze wedstrijden bestond, want slechts negen hadden zich ln laten schrijven. De vele andere wiairen- beoefenaars hebben zich blijkbaar door de hobbelige straatkeien af laten schrikken, of misschien houden zij wel een winterslaap. Niettemin hebben de vele bezoekers kun nen genieten van het gebodene, menige sprint werd fel verreden en gaven de renners elkaar niet cadeau. Ook waren er minder spannen de series, waarbij de winnaar met een „straat, lengte" voorsprong de overwinning behaalde, zooals J. SnijderAberson en J. Snijder- Tichelaar, waarin Snijder blijk gaf een stuk boven zijn concurrenten uit te steken. De uitslagen luidden: le serie: 1. J. Snijder, 2. A. Aberson. door Friedrich Lindem a n 36) De uitreis zou waarschijnlijk over twee dagen plaats vinden. Men was met Thompson overeengekomen, dat de helft van het bergloon hier in Gibraltar uitbetaald zou worden en de rest te Genua na aflevering der vracht. Verder was men overeengekomen, dat drie man en de bootsman van de „Frisco" tot Genua zouden worden geplaatst op de „Betty Bonn omdat zeelui te Gibraltar zeer moeilijk te krijgen waren. Als kapitein wilde Thompson zelf zijn schip aanvoeren. Zoo was dus alles eerder klaar, dan ik had durven denken, of liever gevreesd had. Wij zonden onze bagage den volgenden morgen aan boord laten brengen. Wij namen afscheid van Spurling en Crane op een zeer vriendschappelijke wijze. Alle narigheid die om dit schip was, scheen weggevaagd. Ja, zelfs menigmaal, tijdens de onderhan delingen, hadden Nancy en ik het onverklaar- bare gevoel gehad, dat wij bij zeer goede bekenden aan boord waren en ieder zich in spande het de ander zoo aangenaam mogelijk te maken Daardoor waren wij beiden voor een bijna kinderachtige vroolijkheid aangestoken, toen wij naar de stad terugkeerden, net alsof wij zoo juist een kwajongensstreek hadden uitge haald of een gezellig avontuur beleefd. Toch keek ik Nancy eenigszins twijfelend van terzijde aan: Ge komt nu juist niet in een eerste klas omgeving, en ik vrees... Maar zij viel mij lachend in de rede. MannengekletsGe zult eens zien hoe ik op een twee drie dat donkere hol in een vor stelijk salon veranderd heb. Ja, we waren beiden zoo uitgelaten vroolijk, dat wij niet alleen een zoo zeldzaam avon tuurlijk plan hadden uitgedacht, maar ook dat wij vier volle dagen gewonnen hadden, vier dagen, waarin niet aan scheiding gedacht be hoefde te worden. Nu moest ik alleen nog een laatste visite bij den Rijksadvocaat maken. Niet dat daar door nog iets veranderd kon worden. Trevor had reeds zijn toestemming voor Nancy's reis gegeven. Ik vroeg Nancy nog hoe zij dit, toch minstens zeer ongewone voorstel gedaan had. Zij lachte alleen maar. Ik kon het echter niet begrijpen. Hij was met al zijn fantasie, met al zijn on berekenbaarheid, jeugd, ja, wonderlijke samen stelling van zijn heele karakter toch per slot van rekening ambtenaar, een man met een ver-strekkende en verantwoordelijke positie, en dan daarbij nog in een Provinciestad. En deze man zou zijn dochter toestemming voor zulk een avontuurlijke reis gegeven heb ben, zonder mij van te voren nog eerst even te spreken? Een antwoord op deze vraag kreeg ik. toen Nancy en ik als kinderen na ons bezoek aan de „Frisco" de werkkamer in het gebouw bin nenstormden. Mijn stemming en vreugde waren met een slag verdwenen. Daar zat als altijd achter zijn lessenaar Trevor, in de donkere kamer. Maar als Nancy reeds gezegd had, dat hij oud geworden was in deze twee dagen, zoo was het nog veel erger, dan ik ooit had kunnen vermoeden. Zijn anders zoo frisch rood gezicht was asch- grauw. Dikke wallen lagen onder zijn oogen, die rood waren van eindeloos, eindeloos slape- looze nachten. Zijn zilvergrijze haar, waarop hij nog gaarne een beetje ijdel was, hing kleurloos en ongekamd over zijn voorhoofd. Alles aan hem maakte de troostelooze indruk van een onverzorgd, zich laten gaan. Hij keek niet eens op, toen wij, frisch door den zeewind, stralend van de zon en gelukkig over het door ons bereikte resultaat, zijn ka mer binnenkwamen. Hij liet zioh cok niet aansteken door Nancy's vroolijkheid, waarmee zij hem bij de schouders pakte en door elkaar schudde. Mat bleef hij in zijn stoel zitten. Ik wist. Zoo zit hij nu al twee dagen, de vele, vele uren, sinds zijn neder laag. Want een nederlaag was het, een schan delijke, hoe flink ook zijn terugtreden geweest was; en niet hij alleen onderging het zoo. Maar wie was dan de overwinnaar? Spurling? Die sleepte zijn treuïig bestaan voort en ging ten gronde aan een hopelooze liefde. Thompson? Die had het meeste geld gekost en de krijgskosten betaald. Sir William Douglas? Die was en bleef een diplomaat. Het Bristol-parlement en met hen de open bare meening te Gibraltar? Ook hier had men een bittere nasmaak op de tong; dat men een Britisch Rechter, die men een oogenblik tot boven de wolken verheven had, nu door een Amerikaansch bullebak zoo diep had doen vallen. Neen, overwinnaars waren er niet, alleen overwonnenen. Iets ondefinieerbaars was de motor bij dit spelletje, had ze allen als trek poppen op bevel laten dansen, een onoplos baar raadsel, waarbij de kapitein Spurling, dit armzalig mensch met zijn slecht gezicht, nog het dichtste bij stond. Alleen Trevor was het zwaarste getroffen. Hij moest wel het gevoel hebben, dat het on geluk hem overal achteryolgde, waar hij ook giing. Voor hem beduidde deze afloop niets anders dan een noodlottige uitspraak van het Recht zelf. Slechts eenmaal had hij zich verzet tegen zijn lot. Maar hij was verslagen, veroordeeld tot eeuwige verbanning. Hij kon en mocht zich niet meer verzetten tegen deze macht, die hem blind vervolgde. Hij had eenvoudig de kracht niet meer, om op iets, dat hem gevraagd werd, „neen" te zeggen. En zoo had hij ook zich niet tegen Nancy's plan verzet. Toegelaten had hij echter niet en deed dit ook' nu niet. Hij maakte een onbestemde be weging met zijn hand, schudde zijn hoofd en mompelde zacht: kinderenkinderen Nancy had zichzelf antwoord gegeven op haar vraag en wel in dien zin, als haar hart haar ingaf. Toen wij Trevor verlieten en over de Main- street teruggingen, ik sterk onder den indruk van Trevor. Nancy, die dit al gewoon was, nog steeds van een aanstekelijke vroolijkheid, probeerde ik nog eenmaal een bezwaar op te werpen: Nancy, kunnen we uw vader alleen laten? Zij keek mij aan. Zij wist, wat deze vraag mij kostte, die zij zichzelf dikwijls genoeg ge steld had. Toen antwoordde zij ernstig. Ik geloof, dat wjj vergeten hebben, dat wij niet op een pleizierreisje gaan, dat deze reis, die naar de uiterlijke omstandigheden te oordeelen, zeker een genoegen zal zijn, dat deze reis een doel heeft, ja, dat zij in wezen voor mij niets anders beteekent dan een ver volg op het onderzoek naar de „Betty Bonn" alleen met andere middelen, en dat gij daar bij helpt. Ik wil en zal deze Emmo Deerkson vin den, omdat ik er van overtuigd ben, dat hij iets definitiefs te vertellen heeft. En dat zal vader ook begrijpen, al is het dan misschien nog niet heden. Maar zijn tegenwoordige neerslachtigheid zal voorbij gaan, en dan zal er voor hem ook niets meer anders zijn dan dit: deze nederlaag, die hij nu eenmaal geleden heeft, uit te wisschen, dan zal hij het onderzoek ook weer ter hand nemen, al is het dan ook niet officieel. Eerst moet hem weer een spoor gewezen worden, dan komt zijn oude speurzin weer boven. En vooruit, beste vriend, laten wij zijn trouwe jachthonden zijn, die het wil opsporen. Tegen dien tijd kan hij weer schieten. Ik kon niet anders, ik moest haar hand kussen. Een warme stroom van bewondering voor dit meisje ging door mijn hart. Zooals zij tegenover haar vader stond, zou zij ook tegenover ieder staan, die zich haar vriend en kameraad noemen kon. De Rijksadvocaat had mij dien avond voor de eerste maal bij hem aan huis uitgenoodigd. Nancy kwam mij in de gang tegemoet. Zij werd rood tot aan haar haarwortels toe, nu zij mij in deze omgeving als vrouw des huizes begroette. Zij bracht mij in de kamer bij Trevor. Wij spraken over niets anders dan over de „Betty Bonn", over onze aanstaande reis en over dien geheimzinnig?n passagier Deerkson, (Wordt vervolgd.),

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 7