Stadsnieuws Hu Gemeenteraad VELTHUIJS De „Boltha 1937 Klankenparade. Jan Bijl.- VAN HOUTEN'S KLM-REEPEN Waar gaan we heen? Feuilleton Ponderdag 4 Februari 1937 Tweede Blad Nieuwe Tehuis-concierge GOEDKOOPE PASSAGE NAAR INDIË Stoomv. Mij. „NEDERLAND" Prijzenswaardig samengaan van handelaren en kweekers Cabaret van het goede soort. Propaganda-feestavond van dc Heldersche Burgerwacht. HET RAADSEL ONBEWOONBARE IS Aan de Gem. Universiteit te Amsterdam is tot arts bevorderd onze stadgenoote mei Diny Mulders. J Voor het diploma Machineschrijven slaagden aan het Instituut „Mercurius" Loodsgracht 72, J. Kreukniet en J. Planken' leerlingen van bovengenoemd Instituut. Weer één van de oude garde heengegaan! En één der besten. „Oome Jan'zooals hij in de wandeling aan den buitenkant werd genoemd, was daar een gerespecteerde figuur. Niemand daar, die geen achting had voor „Oome Jan". Niet, dat hij daar moeite voor deed, want uiterlijk vertoon was hem vreemd. Maar, om dat hij de innerlijke eigenschappen bezat, die maakten, dat er respect ontstond. Groot was hij als redder, maar groot was hij ook als mensch. Wie zijn oor te luisteren legde aan den bui tenkant, kan daarvan nu en dan staaltjes op vangen, die hem stempelden tot een man van karakter structuur. Wie, daar in het zeemanskwartier, kende dezen stoeren man niet? Altijd bezig zoolang zijn gezondheid hem dat toestond. Steeds vol werklust. Zwijgzaam en rustig. Een geachte persoonlijkheid uit de zeemans wereld is heengegaan. Een woord van eerbiedige hulde aan zyn na gedachtenis. Hij ruste in vrede! W. J. Mets. Men zie ook het artikel elders in dit nummer. In het R.-K. Marine-tehuis. Wij lezen in „Stella Maris", orgaan van het R.-K. Marinepersoneel: Onze trouwe Tehuisbezoekers zullen dezer dagen misschien met eenige verwondering twee nieuwe gezichten in het R.-K. Marine- Tehuis hebben aangetroffen. Onze mannen hebben plotseling een nieuwen vader en nieuwe moeder gekregen, die waarschijnlijk ook met eenige verwondering het leven en het doen en laten van onze katholieke marinemannen heb ben aangezien. Twee frissche, jonge men- schen, die hun uiterste best zullen doen om zich zoo spoedig mogelijk in te werken in den geest en de mentaliteit van onze mannen en die met vollen moed hun nieuwe taak aan vaarden. Het Tehuisbestuur hoopt van harte een zeer gelukkige keus te hebben gedaan en ver wacht spoedig de bewijzen van een volle tevredenheid èn van het Tehuisbestuur èn van de nieuwe ouders. Onze menschen kunnen zelf zeer veel bij dragen voor een goede verstandhouding in hun nieuwe positie. Het Tehuisbestuur heeft den maatregel van verandering van conciërge genomen, meenend te handelen in het belang van de zaak. Het zegt de Familie v. d. Mark van harte dank voor het eerlijk en accuraat beheer en voor alles wat zij in het belang van onze mannen gedaan hebben. PER Agentschap t.o.Postbrug Eenige maanden geleden schreven wij reeds, dat het de bedoeling was in Den Helder, gedurende half Februari, een holbloemen tentoonstelling te organisee- ren, en wel door een aantal kweekers uit den omtrek in samenwerking met de plaatselijke bloemenhandelaren. Thans kunnen wij berichten, dat deze expositie inderdaad doorgang zal hebben en wel op de data 18, 19, 20 en 21 Februari a.s. in Musis Sacrum. Na Aalsmeer roet zijn„Lente in Ja nuari", thans dus Den Helder met: „Lente in Februari". Bovenstaande bolbloemen tentoonstelling werd als doopnaam gegeven: „Bolta 1937" en indien zij op het voetspoor van haar nog lang niet uit de herinnering Verdwenen grootmoe der van 1931 zal voortgaan, twijfelen wij er niet aan, of Noordhollands noordpunt zal we derom demonstreeren waartoe het, op het ge bied van bloemenkweekerij en bloemenopmaak in staat is. Deze expositie zal het product zijn van een vruchtbare samenwerking tusschen de kwee kers in onzen omtrek (Breezand, Anna Pau- lowna etc.) en de plaatselijke handelaren. De laatsten bezitten thans de veiling en hierop was het, dat het onderling contact uitgroeide tot bovengenoemd plan. De in de kassen getrokken bolbloemen worden, zooals gezegc. gedemonstreerd in Mu sis Sacrum en wel in beide zalen. Men meene evenwel niet, dat in min of meer systemati sche rangschikking de producten naast elkaar gedeponeerd zullen worden. Integendeel: de Musis Sacrum-zalen zull'en van 18 tot 21 Februari ongetwij feld iets laten zien. waar behalve de Hle- dersche en omgeving-bevolking, ook tal van belangstellenden uit het geheele land een kijkje zullen komen nemen. Want behalve dat het groot aantal kweekers zich zal beijveren om het beste van het beste van hun product naar Den Helder te brengen, daarbij is door de handelaren alhier besloten ogk een groot aantal specimina te laten zien van bind- en opgemaakt werk. Gezien het feit, dat Den Helder over een groot aantal experts op dit gebied beschikt, die hun sporen reeds gedurende vele jaren verdienden, meenen- wij wel te mogen verwachten, dat hier iets bijzon ders tot stand zal komen. Hiernaast zijn het eveneens de bloemen handelaren, die de taak op zich hebben geno men der algemeene aankleeding. Uit den aard der zaak hangt van een dergelijke expositie zeer veel af van den sfeer, de wijze van naar- voren brengen en ook in dit opzicht meenen wij dat deze zaak in goede handen is. Behalve dat deze werkzaamheden van de handelaars uit een oogpunt van alge meen Heldersch belang hun nut hebben, is het ook voor hen zelf, in reclame-op zicht, een mogelijkheid om de aandacht van het publiek op hun bedrijf te ves tigen. In dit verband is het dan ook minstens zeer merkwaardig te noemen, dat er een klein aantal handelaren is. die zich niet bereid ver klaarden hunne medewerking aan de „Boltha 1937" te schenken. Naar wij vernemen, zal het aantal bol len vele duizenden tellen en daar men er verzekerd van kan zijn, dat iedere kwee- ker het neusje van den zalm instuurt, is hier voor liefhebbers van bloemen iets bijzonders te verwachten. In verband hiermede is het verblijdend, dat de leidende organisatie besloten heeft den en- tréeprijs zoo laag mogelijk te stellen. Deze bedraagt namelijk voor volwassenen 20 en voor kinderen 10 cent. Wat de organisatie van de „Boltha 1937" betreft het volgende: Nadat door kweekers en handelaren beslo ten was deze tentoonstelling definitief te laten doorgaan, heeft men zich verzekerd van de hulp van de V.V.V. „Helders Belang", de ver- eeniging, die reeds zoovele malen op dit ter rein voortreffelijk werk verrichtte. Zij is het ook thans weer, die de algemeene voorbereidende maatregelen op zich genomen heeft, en wel met het navolgend bestuur: De heer Klerk, voorzitter. De heer Velthuys secretaris (en wel in zijn functie als secretaris van de Economische Commissie) en de heer Delgorge, penningmeester. Tot eereleden werden benoemd burgemees ter G. Ritmeester van Den Helder en burge meester G. J. Lovink van Anna Paulowna. De jury, die zal beslissen, welke onderdeelen van de „Boltha 1937" het best aan de ver wachtingen hebben voldaan, bestaat uit de heeren: A. van den Berg, te Breezand; G. van der Wel, te Beverwijk, en J. F. Ch. Dix, te Heemstede. Vermelden we nog, dat door een aantal gemeentenaren een garantiefonds bijeen gebracht werd en dat medailles beschik baar gesteld werden, o.a. door het Ge meentebestuur, de Kamer van Koophandel en andere openbare lichamen. Reeds nu wenschen wij de „Boltha 1937" een voorspoedigen bloei en bevelen wij haar aan in de belangstelling van Noordhollands Noordpunt en overig Ne derland. Voorstel van B. en W. om een Multilith- kantoormachine aan te schaffen. Het was tot dusverre gebruikelijk het ver slag van de gemeente, de bedrijven en andere gemeentelijke instellingen te laten drukken. De kosten hiervan vormden een groot bedrag; in 1935 werd b.v. voor de verslagen over 1934 in totaal aan de gemeente een bedrag van f 2.392,25 ih rekening gebracht Het gemeentebestuur wil thans overgaan tot het werken met een offset- -of een cyclo style-machine. In het eerste geval zou dit vol gens ontvangen prijsaanbiedingen 1.225, in het tweede f 1.340.kosten. De op de Secretarie aanwezige cyclostyle machine kan niet voor eeen dergelijk groot werk geschikt geacht worden. Deze machine is n.1. reeds vele jaren in gebruik en behoeft dringend reparatie .In verband hier mede werd uitgezien naar een andere machine en viel de aandacht op de Multilith-kantoor- machine. De kosten dier machine bedragen f 1.575, netto, waarbij nog komen de kosten van enkele benoodigdheden tot een totaal bedrag van f 25,Deze bedragen zullèn bestreden kunnen worden uit het op de begrooting 1936 geraamde bedrag van f 2.780,voor de ver vaardiging van meergenoemde verslagen. Van het resteerende bedrag zal ongeveer een be drag van f 1.000,noodig zijn voor het maken der verslagen op deze machine. In dit bedrag is tevens begrepen de bezoldiging van den typist-schrijver, die met dit werk zal worden belast. Genoemd bedrag van f 1000,voor bedoeld werk zal zeker voldoende blijken. De machine kan dus ineens uit den dienst 1936 worden betaald. soorten van smaak. Ze zijn alle even verrukkelijk Voorts deelen B. en W. mede, dat zal wor den overgegaan tot de benoeming van een typist-schrijver. De daaraan verbonden meer dere uitgave voor de bezoldiging van perso neel zal ruimschoots gedekt worden door de voordeelen, welke de machine zal opleveren. B. en W. stellen den Raad voor tot aan koop van een Multilith-kantoormachine voor den prijs van f 1.575,netto, alsmede van de daarbij behoorende benoodigdheden tot een totaal bedrag van f 25,over te gaan. De verhuur van gemeentewoningen. Ten einde te voorkomen, dat voor elke ver huring van een gemeentewoning een apart besluit aan den Raad ter vaststelling zal moe ten worden aangeboden, stellen B. en W. den Raad voor het volgende besluit te nemen: aan Burgemeester en Wethouders, te reke nen van 1 Januari 1937, over te dragen de bevoegdheid tot het verhuren van aan de ge meente in eigendom toebehoorende woningen, waarvan de jaarlijksche huurprijs een bedrag van f 600,niet te boven gaat. Werkplaats in de Crocusstraat. Het gemeentebestuur stelt den Raad voor, in afwijking van de meening der Commissie van Bijstand voor de Publ. Werken en Plant soenen, afwijzend te beschikken op het ver zoek van J. Bakker om de door dezen ge projecteerde werkplaats in het perceel Crocusstraat 31 te mogen bouwen. Op zijn zegetocht door ons land waaraan een succesrijk maandenlang verblijf in het Am- sterdamsche Leidscheplein-theater voorafging, heeft het A.B.C.-cabaret gisteravond Den Helder aangedaan en wel meer in het bijzonder het Casino-gebouw, dat voor deze gelegenheid uitstekend bezet was. Evenals in Amsterdam en in de andere steden, die reeds met een bezoek vereerd werden, was het suc ces hier ter stede zeer groot, getuige het dave rende applaus, dat na elk „nummer" en de ovatie, die aan het slot van het programma losbarstte. De reden van dit succes is gemak kelijk aan te geven. We hebben hier immers te doen met een ge zelschap, dat er in de eerste plaats op uit is, om gezonde kleinkunst te brengen. Men zoekt het niet in banaliteit, in groffe of losse phra- sen, doch men ontleent zijn kracht aan het vooropgezette doel om met elke sketch, met elk liedje, kortom met alles wat er ten tooneele gevoerd wordt, iets tot het auditorium te zeg gen. We zouden haast kunnen zeggen, elk on derdeel van het programma heeft een moraal. Veel wordt gezegd met een lach, met een grap, maar ondertusschen, de goede verstaander kan tegelijkertijd iets „in zijn zak steken". De auteurs, acteurs en actrices zijn van Neder- Natuurhistorisch Museum. Elke week: eiken Woensdagmiddag van 36 uur, eiken Zaterdagavond van 710 uur, den eersten Woensdag van elke maand van 810 uur, den eersten Zondag van elke maand van 3—5 u. Donderdag 4 Februari. Casino8.15 u. Concert „Winnubst". Burgerlijke Stand van Den Helder van 3 Februari 1937. ONDERTROUWD: B. N. W. Planken en M. Kraan; B. de Bakker en C. van den Ent; J. Poll en G. Tinkelenberg. BEVALLEN: Th. Ellen-de Boer, d.; E. Lenaerts-Oudhoff, d.; W. Kruidenier-Mast, z. landschen bloede en daarom stemt het tot groote voldoening te zien, dat ook zij succes, groot succes kunnen boeken, nu de teksten goed zijn en de ondergrond serieus is. Dit caba ret neemt wel op levendige wijze stelling tegen de nog bij zoovelen heerschende meening, dat om iets goeds mee te maken, men bij buiten landers moet zijn. Dat die stelling onjuist is, wel, de velen, die gisteravond in Casino waren, zullen het met ons willen getuigen. In een tijdsbestek van ongeveer 3 uur heb ben Louis Gimberg en de zijnen een grootè ver scheidenheid van cabaretnummers opgediend, de een aardiger dan de andere, maar in haar geheel een groot stuk gezond amusement vor mend. Het zou ons te ver voeren het program ma in détails te bespreken, maar gaarne wil len wij hier enkele onderdeelen, die ons bijzon der troffen, noemen. Dat was b.v. punt 4: Con serven (Families in blik) een prachtig karak terschetsje, Vader en Zoon, een schrijnend stukje tragiek met een verrassend slot. De Jalousie Internationale, een uitstekende trans- formatieschets met Louis Gimberg als de groote man, de piano-fantasieën van het be kende duo Beuker en Denys, en last not least ,,'t Konijn is dood", waarin Corry Vonk het verdriet van een Amsterdamsch „schoffie", wiens konijn gestorven is, zoo gevoelvol tot uiting weet te brengen. Wij noemden terloops al eenige namen. Als wij in gedachten de medewerkenden de revue eens laten passeeren, dan willen wij nog eens den naam noemen van de kleinste, maar tevens van de grootste van het gezelschap, n.1. van Corry Vonk, die wel van een zeer groote veel zijdigheid op het gebied van het cabaret blijk gegeven heeft. Het publiek was zeer met haar ingenomen en elk nummer, waaraan zij haar medewerking verleende, was een uitgesproken succes. Met eere mogen ook genoemd worden Tilly PerinBouwmeester, die vooral succes oogstte in het levenslied, Louis .Gimberg en Lau Ezerman, die zoowel in de conférence als in de sketsches met een verve en flair te werk gingen, die aangenaam aandeden. Dan noemen we Wim Kan, zoon van den bekenden Staats raad, in wien we meer den auteur dan den tooneelspeler bewonderen, maar die in zijn eerstgenoemde kwaliteit dan ook origineele en geestige schetsen geschreven heeft. Tenslotte vermelden we nog de namen van de dames Fientje Berghegge en Maria Marletto, die niet zoo'n groot aandeel in deze Klankenparade hadden, maar er toch volkomen op haar plaats waren. Summa summarum kunnen we zeggen, dat het A.B.C.-cabaret een avond van uitstekende kleinkunst heeft gegeven, waarvan, we zeiden het in den aanvang reeds, ten volle genoten is. We zijn er zeker van, dat we dit gezelschap nog wel eens in Den Helder terug zullen zien. Wij vestigen er hiermede de aandacht op, dat het tooneelstukje, dat de tooneelvereeni- ging T.A.L.E.N.T.O. oorspronkelijk op den propaganda-feestavond van de Heldersche Burgerwacht ten tooneele zou brengen, niet doorgegaan is. VAN HET Naar het Ecgelsch bewerkt door THEA BLOEMERS 9) „O, mijnheer Forsham", protesteerde ze, „hoe kunt u met zulke dingen spotten? Me vrouw Grey, u zult het wel met mij eens. Wij vrouwen zijn niet zoo nuchter en spotziek als mannen. U bent natuurlijk niet zenuwachtig, anders was u hier niet komen wonen, hè Toe, vertelt u me eens, hebt u iets gezien Amabel lachte en schudde het hoofd. „Of..." fluisterde ze, „gehoord. Ze zeggen... o, allerlei nonsens en natuurlijk... dat er vleu gels klappen, en dat er iets roept 's nachts. Ze huiverde en sprong op. „Ik had er niet over moeten praten, ik maak u misschien angstigen nu durf ik niet alleen weg in t don ker. Mijnheer Bronson zou me komen halen, maar hij schijnt het te vergeten." Met een smeekend gebaar wendde ze zich tot Julian. „O, mijnheer Forsham, wilt u me niet de laan uitbrengen? 't Is zoo donker en als ik wat zag... Ik ben lang niet zoo dapper als mevrouw Grey". Het draaide er natuurlijk op uit, dat Julian meeliep tot aan het kasteel; onderweg vernam hij dat Edward Berkeley „raar" gevonden werd; dat de dokter aoo héél snel aftakelde: en d«t sommige menschen zeiden maar dat was natuurlijk niet waar -dat mijnheer Bronson dronk. Tien minuten nadat Julian en mevrouw King vertrokken waren, kwam Jenny den heer Bronson aandienen. Hij keek verbaasd, dat zijn gast- niet op hem gewacht had. Ama bel vond, dat het kasteel een slechteren huur der getroffen kon hebben. Hij had goede ma nieren en een prettige stem. Hij was een forsche man, ver in de veertig, met een glad geschoren, bleek gezicht en lichtgrijze oogen. Hij bleef een kwartiertje praten, hoopte, dat het mevrouw Grey bevallen zou, dat ze het huis niet te vochtig zou vinden of zoo en ging toen heen. Jenny sloop binnen om de thee af te ruimen. HOOFDSTUK VI. Dien avond zat Aambei te lezen, toen Ellen het avondeten binenbracht. Ze keek op, en wat zij zag deed haar verschrikt opspringen. Ellen leunde tegen den muur, het blad ge vaarlijk schuin houdend en haar gezicht... Amabel bracht het blad in veiligheid en duwde Ellen op een stoel. „O mevrouw, doet u de deur dicht!" zei ze met witte lippen. .O mevrouw!" Ze barstte in snikken uit. Amabel liet haar uithuilen en gaf haar een glas water. ,,'t Was achter me. toen ik de trap af kwam" klonk het snikkend, „en ik heb het blad niet eens laten vallen. Ik weet zelf niet hoe ik het nog heb kunnen vasthouden." „Dat is kranig van je", prees Amabel, maar haar stem klonk vast en opgewekt. „Ik haalde een blad." begon Ellen, .„en toen ik bij de Brown's langs kwam, riep ik Jenny en ze zei: „Ja, dag hoor!" Halverwege de trap dacht ik. dat ik Jenny achter me aan hoorde komen. Ik bleef staan en vroeg: „Ben jij 't Jenny?" Maar ik wist opeens, dat het Jenny niet was. Toen ben ik hard naar boven geloopen, en ik hoorde 't achter me aankomen, maar ik dorst niet om te kijken." „Misschien is 't Jenny toch geweest," ver onderstelde Amabel. ,,'t Wis geen mensch," verklaarde Ellen beslist. Amabel deed de deur open en keek de gang in. Er was niet te zien. Vervolgens liep zij naar de trap en keek naar beneden. Er was niets ongewoons te bespeuren. Zij ging naar haar kamer terug cn toen zij de deur dicht deed, hoorde ze zwak het miauwen van een kat. Zy gebruikte het avondeten met Ellen sa men en het blad lieten ze staan tot den vol genden morgen. Toen ze naar bed gingen, zette Amabel de deur tusschen de beide slaap kamers op enen plaatste er een stoel tegen, om haar in denzelfden stand te houden. Juist toen ze in bed wilden stappen, hoorde ze iets tegen de voordeur bonzen. Aanstonds kwam Ellen de kamer in en greep Amabel krampachtig bij den arm. „O, mevrouw, gaat u niet naar beneden!" riep ze. „Maar Ellen!" Het geluid kwam weer met zwakke stooten en daarop volgde een huilend gebrom. Ellen's greep werd vasten. „O, gaat u niet, gaat u niet..." „Maar als 't Marmaduke is..." ,,'t Is Marmaduke niet," wiep Ellen tegen. „U gaat niet. Het is geen natuurlijk wezen. Als 't Marmaduka was. zou hij blaffen en niet zoo griezelig kermen..." „Hij kan wel ziek zijn," meende Amabel. Zij luisterden beiden in roerlooze afwachting. Er ging een minuut voorbij en Ellen's vingers ontspanden zich toen was er opnieuw een bons tegen de deur, gevolgd door een zwak ge kreun. Amabel sprong op. „Ellen, ik moet naar beneden. Wie weet wat 't dier heeft. Neen, zeg maar niets meer..." Zij was de gang in vóór de dienstbode haar kon tegenhouden en Ellen volgde haar. Bij de deur stonden ze even stil, toen draaide Amabel met een ruk den sleutel om. Zij was van plan de deur maar een paar centimeters te openen, maar die zwaaide vanzelf open alsof iemand er e kracht tegenaan duwde. „Duke, ben je daar' begon ze, maar ze bracht de woorden nauwelijks ten einde, want meteen floepten alle lichten uit. Ze hoorde Ellen gillen. Toen streek er in het donker iets langs haar en de deur sloeg dicht. Weer was er „iets" en nu raakte het haar aan; terwijl de dienstbode tegen haar aanviel, scheen het mauwen van een kat te weerklinken. Met moeite kreeg Amabel Ellen naar boven. Het mauwen bleef voortduren. Amabel had maar één gedachte: zij wilde in haar kamer zijn, in het licht. Het licht ging onmiddellijk aan en het eerste, wat ze opmerkte, was een ongewoon ding: midden in de kamer lag een stoel. Amabel keek verder rond en zag, dat de tusschendeur dicht was. Toen Ellen van den schok bekomen was, droegen ze haar matras en dekens naar de andere kamer, en na beide deuren gesloten te hebben, brachten de twee vrouwen samen den nacht door. Den volgenden morgen na het ontbijt stelde Ellen schreiend haar ultimatum. „Als 't nog een gewoon spook geweest was", betoogde ze, „had ik 't wel aangedurfd. Mijn tante Ellen is huishoudster geweest in een huis, waar 't ook spookte. Daar liep wel eens een dame rond, in haar nachtjapon, met han gend haar. Dat was tenminste een menschelijk spook, en 't deed niemand wat. Maar dat ge krabbel en gehuil en gebons en gemauw en die voetstappen als er niemand is, dat noem ik geen natuur meer. O, mevrouw, u blijft toch zeker hier niet?" Amabel, die zeer bleek was, keek haar oude dienstbode aan... „Ik moet blijven, Ellen", zei ze. „Maar jij hoeft niet." Ellen verborg haar gezicht in een grooten zakdoek en door verstikte snikken heen be zwoer ze, dat, al zou ze voor mevrouw door het vuur gaan, ze zooiets als vannacht niet nogmaals kon doorleven. „Ik eisch dat ook niet van je," zei Amabel. „Je gaat maar weer naar huis. De nieuwe be woonster, miss Lee, zal je wat graag hebben. Amabel wou niet toestaan, dat ze een kamer in het dorp nam en iederen dag kwam, zooals Ellen voorstelde. Dat zou maar nieuw voedsel aan de oude geruchten gegeven hebben. De oude gedienstige bleef schreien en Amabel voelde zich nog gedrukt, toen ze het rijtuig met Ellen de laan uit zag rijden. Toen het uit het gezicht verdweenen was, kwam er een telegrambesteller aanfietsen. Zenuwachtig nam ze de enveloppe aan. Wat kon dat zijn? Toen las ze tot haar verlich ting: „Marmaduke hier komen aanloopen. Zal ik hem houden? Lee." „Antwoord, mevrouw?" vroeg de jongen. „Ja", zei Amabel. Ze schreef: „Houd Marmaduke alstublieft" en peinzend keek ze den wegrijdenden jon gen r.a. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 5