Stadsnieuws
UNICUM
Dobbelmaitn
lekker... man!
Het Wachtschip
weer op honk
Waar gaan we heen?
SAFETY FIRST
Het aanstaand
Marine-concert
Vrijdag 19 Maart 1937
Bezichtiging van het nieuwe
Kantoorgebouw van de
Nutsspaarbank.
Hr*Ms* Jan van Amstel"
in Nieuwediep aangekomen
Het afscheid van den Commandant
van het Veldleger
„Krynica" in „Musis Sacrum"
Burgelijke Stand van Den Helder
Instinct en verstand
Een storende fout
Crackfree
Heldersche Courant
Tweede Blad
Voetkwalen
en hare genezing
Licht op voor alle voertuigen
ASTO-TAX
TE LEF. 636 Ruijghweg38
Feuilleton
Bij het laatst gehouden examen slaand*
te VO°I het certificaat Radiotfle!
graf is t 2e klasse de heer P. Blaauw
- d® Gemeentelijke Handelsavond
school slaagden voor het diploma Machine-
schrijven de heeren: G. Bak, W. Esmiond H
J. Rondel en S. L. v. d. Vaart. &mona- H-
Elders in ons blad herinnert het Bestuur
van de Nutsspaarbank er aan, dat het nieuwe
gebouw van de Nutsspaarbank voor de Hel-
dersche bevolking ter bezichtiging zal worden
gesteld op Zaterdagmiddag a.s. van 2—4 uur.
Gistermorgen verscheen op de reede
van Nieuwediep, de nieuw aangebouwde
mijnenlegger Hr. Ms. „Jan van Amstel".
In het middaguur kwam het schip naar
binnen, om te half drie ligplaats te
nemen op de Marinewerf.
Zooals men weet, is Hr. Ms. „Jan van
Amstel" de eerste der groep mijnen-
leggers, die in dit jaar naar Oost-Indië
zal vertrekken.
Hedenmorgen om half 11 heeft
Luit.-Kol. Roëll afscheid genomen
van het Regiment Kustartillerie.
Hedenmorgen half 11 heeft de Comman
dant van het Veldleger, Luitenant-Gene
raal Jhr. W. Roëll, afscheid genomen op
Fort Erfprins van de eerste Compagnie
van het Regiment Kustartillerie.
De geheele troep stond aangetreden,
evenals de Koninklijke Marinekapel, on
der leiding van kapelmeester L. Leistikow.
Bij het afscheid had eveneens een inspec
tie van den troep plaats.
Voor bijzonderheden over deze plechtigheid
leze men het verslag in ons nummer van
morgen.
Men schrijft ons:
Zondag a.s. arrangeert de Directie van
„Musis" weder een bijzonderen avond. Het zal
aan variatie niet ontbreken, waarvan de
„sneeuw-eport" een voornaam bestanddeel zal
uitmaken. „Krynica", het land van Jan Kie-
pura, de plek waar ons Prinselijk Paar de eer
ste huwelijksdagen doorbracht, inspireerde de
Directie tot dezen attractie-avond.
van 18 Maart 1937.
BEVALLEN: K. H. BuurmeesterSeijner,
d. C. E. Risonvan Dam, z. J. Snijders
Markus, d.
OVERLEDEN: J. NobelsVisser, 32 jaar.
GEHUWD: K. Bakker en J. M. Sepers. J.
F. Fondse en J. Timmens. A. Wieringa en
L. E. van den Blink. M. van Offenbeek en
A. M. S. Kerkhoven.
2 OBLIGATIES
de intellect-voorstelling van
a.s. Zondag.
Zondagmorgen gaat in het Rialto-theater
de intellect-voorstelling, geüteld „Instinct en
erstancT, een productie, vervaardigd door
de afdeeling Documentaire Films der UFA,
onder regie van Dr. Ullrich, K. T. Schultz
en Wolfram Junghans.
Uit de beschrijving der film citeeren wij
het volgende:
De handelingen der meeste dieren berusten
niet op verstandelijke overweging, doch op
instinct. Doelbewuste oefening, berekening
en uitvindingen stellen den mensch tot pre
staties in staat, die het dier zonder denige
moeite levert. De dieren zelf hebben besef
van de schoonheid en doelmatigheid hunner
bewegingen. Tusschen lichaamsbouw en
functie bestaat een innig verband. De luiaard
b.v., een behendig klauteraar, is op den grond
geheel hulpeloos; de albatros, die een reus
achtige vlucht heeft, kan dagen lang rond
vliegen, zonder ook maar éénmaal zwemmend
uit te rusten.
In het eerste stadium van hun jeugd is het
vermogen om doelmatige bewegingen uit te
voeren bij de onderscheidene dieren ver
schillend, b.v. de slang, die pas het ei ver
laten heeft, kan zich onmiddellijk met ge
mak bewegen, terwijl het pasgeboren veulen
slechts met moeite bij de uiers van de merrie
kan komen en het leeuwenwelp, wiens moeder
werd neergelegd, zich in de steppe hulpeloos
en verlaten voelt.
Dat het instinct bij de dieren overheerscht,
blijkt o.a. uit het feit, dat vele vogels zonder
kompas en kaart in den herfst zuidelijke
landen opzoeken.
Aan de bewegingen ligt in de eerste plaats
de zorg voor het dagelijksch voedsel ten
grondslag. Zeer fijne werktuigen en merk
waardige methoden worden vaak instinctief
gebezigd om voedsel te verkrijgen en te ver
werken. Door lagere diersoorten wordt reeds
een schijnbaar weloverwogen krijgslist aan
gewend, doch bij de rat nemen wij de eerste
sporen van overleg waar, als de honger haar
plaagt.
Het instinct om zich te voeden met het
eene dier brengt het andere in gevaar; daar
om werkt de drang tot zelfbehoud als veilig
heidsmaatregel, waartoe het vluchtinstinct
gerekend moet worden.
De hoogere dieren kunnen aan bepaalde
regelen gewend en gedresseerd worden. Het
vermogen, om voorstellingen met elkaar te
verbinden, onderscheidt de hooger bewerk
tuigde dieren van de lagere. De menschapen
kunnen zelfs van een hulpmiddel op zelfstan
dige wijze gebruikt maken, een bewijs, dat
in hen het begrip voor samenhang ontwaakt
is. Doch al komen de menschapen den mensch
het meest nabij, ook bij deze dieren speelt
het instinct de voornaamste rol.
Over het bovenstaande moet deze film een
zeer klaar beeld geven.
In onze foto-pagina van gisteren is door de
clichéfabriek in Amsterdam, een storende fout
gemaakt in den kop en het onderschrift, bij de
foto van het inladen van torpedo's aan boord
van een van de onderzeebooten. Hierin werd
n.1. gesproken over onderzeeërs, die reeds ver
trokken zouden zijn. Wij konden de fout niet
meer herstellen, doch betreuren haar, omdat ze
een misleidenden Indruk maakte, daar in wer
kelijkheid de booten nog in Den Helder zijn.
Fijne kleedjes, vitrage
en kant
worden soepel ge
steven en geheel
als nieuw met
Crackfree edel-
stijfsel.
Gistermorgen is Hr. Ms. „Koningin
Emma der Nederlanden", door twee sleep-
booten en een lichter, wederom op haar
oude plaatsje, vóór het Instituut, terug
gebracht, zoodat aan het 3-maandelijk-
sche uitstapje van deze oude gediende
wederom een einde is gekomen.
Om 9 uur bleek het tij gunstig te zijn, om
met het verhalen een aanvang te maken. De
wind was Z.West, en er stond een klein tikje
vloed, zoodat men niet langer wachtte.
Dus ging aan het Havenkantoor de blauwe
vlag in top, en lustig klappend in den feilen
Zuid-Wester, waarin zich nog haast onmerk
baar de lentelijke streelingen manifesteerden,
verkondde zij aan alle schepen in de haven,
dat de vaart gestremd was.
Er wordt vastgemaakt door de sleepboot
„Utrecht" van het bureau Wijsmuller, en
door den Marine-Sleepdienst 6, die zich even
wel achter een lichter opstelde.
Het is een aardig gezicht, dit schouwspel.
Deze oude schuit, die eenige generaties aan
schouwd heeft, daar te gaan zien spele
varen. Hoe ze van den wal afzwenkt en daar
ligt in het midden van de haven als een eer
biedwaardige vertegenwoordigster van een
voorbije periode in de historie van onze
Nederlandsche Marine.
Hoog en zwart en imponeerend ligt ze in
het helblauwe havenwater, waarin de schuch
tere voorjaarszon blikkerende facetten werpt
en glinsterende lichttrillers.
Een stel vroolijke matrozen, die het vaar
tochtje meemaken, staan over de verschan
sing geleund en zien critisch toe naar het
versieepen.
Op het zwarte bovendek zitten meeuwen.
Ze kijken nóg diepzinniger dan anders en
men zou gaan wenschen te weten te komen
wét er in die witte meeuwenkoppen omgaat
En de „Utrecht" trekt en de lichter houdt
af en meter bij meter schiet de reis op
Steiger B 6 ligt al verlaten, uitgezonderd
een hoop „eindjes" en trossen.
Steigers No. 4 en 5 naderen, en hier is het,
dat de groote drukte zich concentreert. Tien
tallen Jantjes demonstreeren een werklust,
die typeerend voor de Marine is. Ze hebben
er zelf plezier schijnbaar in, om de ouwe
„Emma", een echt Marine-meubel, waarop
6ijna ieder Nieuwediepsch Marineman bekend
is, te verhalen en terug te brengen op honk.
Op den lichter ratelt de winch, de „Utrecht
woelt met haar schroef het water aan flarden,
zoodat het schuimend en bruischend opspat,
Nog een paar meter... één meter... en
langzaam schuift Hr. Ms. „Koningin Emma
der Nederlanden" aan den kant.
Bootslui brullen commando's, matrozen
hollen zich in het prille voorjaarszonnetje
in het zweet...
De meeuwen zitten nog steeds op het
zwarte dek.
Ze zijn er niet af geweest.
Op het Havenkantoor haalt de beambte
de blauwe vlag in, en als was het een af
gesproken teeken, zoo sputteren direct erna
een zestal botters de haven uit.
Rookt IBIS bij voorkeur uit een IBIS-pijp.
Bij Uw winkelier verkrijgbaar.
N atuurhistorisch Museum. Elke week:
eiken Woensdagmiddag van 36 uur, eiken
Zaterdagavond van 710 uur, den eersten
Woensdag van elke maand van 810 uur,
den eersten Zondag van elke maand van
35 u.
Vrijdag 19 Maart.
Zeevaartschool, 8 u. Heldersche Weer- en
Sterrenkundige Kring. Spreker: H. Keyser.
Onderwerp: Maritieme Meteorologie.
Casino, 8 u. Openbare vergadering Rijks
personeel. Sprekers: Perdok en Steketee.
Vrijdag 19, Zaterdag 20 en Zondag 21 Maart.
Café tfrins Hendrik", Julianadorp. Fancy-
fair ten bate Harmonie „Kunstzin", van
5—12 u.
Zaterdag 20 Maart.
Casino, 8 u. Uitvoering Marine Sportver-
eeniging.
HERMAN NYPELS'
KLEDINGMAGAZIJNEN DEN HELDER
UITRUSTINGEN VOOR DE TROPEN
Witte Costumes 6.50-8.50-10.50
Vraagt prijscourant.
F AB Rl K A AT I
N.V. „ONDER ONS" DE KRIM (O.)
We kunnen hieraan nog toevoegen dat
het niet de bedoeling is, dat Hr. Ms.
Kruiser „Java" gemeerd zal worden voor
de exercitieloods op de Buitenhaven,
iets wat velen schijnen te veronder
stellen.
Vóór de plaats, waar zich thans weer
de „Emma" bevindt, wordt een nieuwe
uithouwerstoel gebouwd, en hier zal het
zijn, waar de „Java" gemeerd wordt.
Vrijdag
19 Mrt18.38 uur
Interessante lezing
Supinator-zuster.
Het is een bekend feit, dat men aan de
voeten over het algemeen te weinig aandacht
besteedt, althans niet in die mate, die zij eigen
lijk behoeven als organen, waarop het geheele
lichaamsgewicht drukt. Het zal velen vreemd
in de ooren klinken, en wij zelf waren eerlijk
gezegd ook verbaasd, toen wij het hoorden, dat
ongeveer 80 pet. van de menschheid aan voet
euvels lijdende is! Verreweg de meesten dezer
lijders zouden de pijnen en ongemakken aan
deze euvels verbonden, niet behoeven te ver
dragen, als zij zoo verstandig waren méér aan
dacht aan hun voeten te besteden.
Gisteravond heeft in Musis Sacrum een
Supinator-zuster van de gelijknamige Centrale
in Den Haag in een interessante lezing den
velen aanwezigen, die aan de uitnoodiging van
deze Centrale gevolg gegeven hadden, er na
drukkelijk op gewezen, dat euvels als eeltknob-
bels, likdoorns, doorzakkingen, ingegroeide
nagels e.d. te verhelpen zijn, alsmen er
vroegtijdig bij is. Mocht de verwaarloozing in
een vergevorderd stadium zijn, dan zal er óók
nog wel wat aan te doen zijn, maar men be
denke wel, dat de genezing dan veel langer
zal duren! Pijnloos kunnen genoemde euvels
verholpen worden, maar ook de oorzaken kun
nen opgespoord worden, zoodat het kwaad eens
en voor altijd uitgeroeid kan worden. De meeste
voeteuvels ontstaan door verzwakking van de
spieren; bij kinderen wordt dikwijls de kiem
voor een voetkwaal gelegd. Door middel van
duidelijke lantarenplaatjes liet de zuster ons
zien, dat zoowel de doorgezakte als de spreid-
voet ontstaat doordat tengevolge van te zwak
ke voetspieren de natuurlijk gewelfde voet
bogen inzakken.
Men kan den vervormden of doorgezakten
voet in den normalen stand terugbrengen, door
na een nauwkeurig onderzoek door een voétver-
zorgingsinstituut een steunzool te laten ver
vaardigen met veerende werking, waarbij de
zool de taak van de spieren niet overneemt,
maar zoodanig daarmede samenwerkt, dat dé
zwakke spier van zijn overlast wordt ontheven
en daardoor langzamerhand kan aansterken.
De hakken van de schoenen behooren niet hoo
ger dan 41^ cm te zijn (dames!) en in het al
gemeen niet lager dan 2\/2 cm. Spataderen
kunnen mede ontstaan, uit niet krachtig ge
noeg werkende voetspieren. Het waren deze^en
meerdere goede wenken, die de Supinator-
zuster het aandachtig luisterend auditorium
gaf.
Voor hen, die meer van de voetkwalen en
hare genezing willen weten, zij hier herinnerd
Bijzonderheden over den solist en
Liszt's „Les Preludes".
Ferdinand Helmann.
Ferdinand Helmann is naast Louis Zim-
merman als concertmeester en solo-violist
aan het Concertgebouw-orkest verbonden.
Hij heeft een zeer groote reputatie als
solist. Met alle gangbare concerten is hij
bij alle Nederlandsche- orkesten tallooze
malen opgetreden.
Bovendien heeft hij heel wat noviteiten ten
doop gehouden; door zijn souvereine beheer-
sching van zoowel de technische als de men
tale zijden van het vioolspel, zijn natuurlijke
muzikaliteit, wordt hij zoo langzamerhand de
opvolger van wijlen den beroemden en alom
bekenden violist Alexander Schmuller, die ook
op de bres stond voor de oudere en jongere
eigentijdsche componisten. Met Henk van We
zel en George van Renesse vormt Helmann
een trio, dat nog pas onlangs van een kunst
reis door West-Indië is teruggekeerd.
Uit de vele opgegeven ter keuze gezon
den vioolconcerten is de keuze gevallen
door het Comité op het Vioolconcert van
Max Bruch op. 26.
„Les Preludes", van Franz Liszt. Sympho-
nische dichting.
I. Voorspel: De mensch als sterfelijk wezen.
II. Het geluk van de liefde. III. Levensstrijd.
IV. Terug naar de natuur. V. Overwinning.
Terugkomende van een concertreis door
Spanje en Portugal logeerde Liszt bij den
dichter Lamartine, dien hij, evenals bijna alle
persoonlijkheden van zijn tijd, kende. Hij las
daar uit de „Meditatins poétiques" en geïn
spireerd ontwierp hij toen een eerste schets
voor de latere muzikale weergave van een
gedeelte er uit, „Les Preludes", die hij in 1850
voltooide. Het gedicht was in 1822 door La
martine geschreven en opgedragen aan Victor
Hugo. Gelukkig bepaalde Liszt zich tot dat'
gedeelte, want als hij begonnen was aan de
zes en vijftig „langweilige" overpeinzingen...!
Hij maakte er een „symphonisch gedicht"
van, dat is de naam bedacht Liszt zelf
een stuk programma-muziek voor. orkest. In
aan de advertenties van de fa. Koppen, Spoor- totaal schreeef hij er zoo twaalf op de uiteen
straat, alhier, in onze courant, waarin 1JT
zt)
loopende onderwerpen. Maar „Les Preludes"
mededeelt, dat de Supinator-zuster vandaag en 's het gaafste geworden en de groote popu-
morgen nog kosteloos in de zaak van genoem- 'ariteit die het heeft verworven, berust op het
de firma is te raadplegen. Wij vernamen nog,
dat reeds zeer velen van deze gelegenheid ge
bruik gemaakt hebben. Zooals bekend is, zijn
aan de firma Koppen permanent 2 Supinatoren
verbonden.
prachtige evenwicht van zijn bouw, op de
scherpe plastiek der motieven, die bijna alle
uit dezelfde kiemmelodie zijn gegroeid en den
rijkdom aan melodische vinding.
Het fragment, dat Liszt ontleende, is de
door
Annie de Hoog—Nooy
7)
Beneden werd de straatdeur met een for-
schen ruk dichtgetrokken. Het gaf Diny een
schok, maar het kalmeerde haar tevens. Het
scheen of er plotseling iets uit haar leven
weggeslagen was, iets dat ze met alle kracht
had trachten vast te houden, maar dat nu
toch aan haar handen ontglipt was. Het
kwam haar voor dat een onzichtbare macht
Paul gedreven had om zoo te handelen, alleen
om haar gelegenheid te geven, haar, nu onom-
stootelijk vaststaand plan ten uitvoer te
brengen.
Ze wist nu dat zij zichzelf maar wat wijs
gemaakt had, daarstraks, toen ze meende,
dat alles veel beter zou afloopen dan ze ver
wachtte. Diep in haar hart was ze er immers
van overtuigd geweest, dat het gevreesde
oogenblik komen zou... Maar dat ze zóó van
hem weg zou gaan, in boosheid, dat had zij
zich geen oogenblik kunnen voorstellen. En
toch maakte dat het afscheid misschien min
der zwaar...
Zij staarde met groote oogen recht voor
zich uit. Ze bepeinsde hetgeen haar te doen
stond alsof het niet haarzelf betrof. Het was
alsof ze over een anders lot besliste. Met een
vreemde kalmte bewoog zij zich door de ka
mers, pakte hier en daar iets uit een kast of
een lade en legde het in de kleine openge
slagen koffer. Ze deed dit met een zekerheid,
die aantoonde dat zij hetzelfde al meerdere
malen in gedachten gedaan had. Totdat ze uit
het kleine kastje de half-afgewerkte baby
kleertjes te voorschijn haalde... Toen was ze
zichzelf niet langer meester en brak ze op
nieuw in een zenuwachtig snikken uit.
Ergens in de buurt deed een torenklok zes
slagen hooren. Diny richtte zich op, nu niet
zwak worden, dacht ze. Ze was immers vast
besloten, dan moest ze ook weg zijn vóór
dat Paul terugkwam. En dat kon al heel gauw
zijn. Gehaast zocht ze tusschen een stapeltje
lakens naar een envelopje met een paar op
gespaarde guldens. Die had ze, hoe hard zij
ze de laatste weken ook noodig gehad had,
niet aan willen breken, wetend dat ze haar
eens, op het beslissende moment, tot reisgeld
moesten dienen. Een oogenblik dacht ze er
aan, iets van het geld achter te laten, zoodat
Paul tenminste wat te eten kon halen, maar
al spoedig verwierp zij die gedacthe. Hoe
eerder hij gedwongen werd naar zijn vader
terug te keeren, hoe beter het was. Daarvoor
bracht zij immers het offer, dat haar zwaar
der viel dan hij ooit zou kunnen beseffen.
En ofschoon ze het aanvankelijk wou, kon
ze toch niet zonder een woord van afscheid
vertrekken. Paul mocht haar niet verkeerd
begrijpen en vooral niet denken dat ze in
boosheid van hem ging...
III.
Na een tjjdlang doelloos door de buitenwij
ken der stad geloopen te hebben, belandde
Paul eindelijk in het Park, dat in het late
middaguur een verlaten indruk maakte. Even
troosteloos als hijzelf was, stonden de boomen
daar tegen den steeds donkerder wordenden
avondhemel. Hij voelde zich moe en ellendig.
Waarom was hij eigenlijk zoo tegen Diny uit
gevaren? Wat kon zij er tenslotte aan doen
dat zijn vader zich zoo onhandelbaar toonde?
Hij had haar geen verwijt gemaakt over dat
gene, waardoor iijj zich zoo vaak gesteund en
getroost gevoeld had, de kalmte, waarmee ze
alles verdroeg. En dat ze was gaan huilen...
Het kon haar toch ook wel eens een oogen
blik te machtig worden. Hij had zich aange
steld als een bruut. Arme Diny. Hij had er
sPijtj oprechte spijt van en dat zou hij haar
zeggen ook. Ze moest hem maar stil laten
razen als hij het op z'n heupen had en zich
er maar niet zenuwachtig over maken. Ze
zouden het er best doorhalen, al moest hij
taxichauffeur of desnoods schoenpoetser wor
den...
„Het is maar goed, dat vader m'n gedach-
tengang niet kan volgen," mompelde hij voor
zich heen, terwijl hij op een leege bank
plaatsnam om even z'n beenen uit te kunnen
strekken. Als je zat, dan voelde je pas, hoe
moe je was. Z'n knieën wrijvend trok hij z'n
beenen een paar maal op en neer. De hakken
van zijn schoenen groeven in den zanderigen
grond. Zijn blik volgde loom de bewegingen
van zijn voeten. Dan werd hij opeens opmerk
zaam. Een glinsterend randje stak plotseling
boven het dunne zandlaagje uit. Zijn hak
groef wat dieper in den grond. De rand van
een geldstuk werd zichtbaar. Hij boog zich
voorover om het op te rapen. Het was na
tuurlijk niets anders dan een of ander stukje
blik, dat in het schemerdonker op een geld
stuk leek. Maar neenhet was een rijks
daalder, een echte rijksdaalder, een kapitaal
voor iemand, die zonder een cent op zak
loopt. Hjj sprong verheugd op, z'n moeheid
was plotseling verdwenen.
„Dat kon wel eens geluk brengen," lachte
hij, het geldstuk nauwkeurig bekijkend.
Overmoedig balanceerde hij er een paar
maal mee, wreef er dan de laatste zandkor
rels af en stak het behoedzaam weg.
Wat zou Diny daar wel van zeggen Zou zjj
het ook als een voorteeken kunnen zien van
naderend gelukAls ze nu maar niet
mokte als hij thuiskwam, dat zou z'n hoop
volle stemming heelemaal bederven. Maar
neen, dat zou ze niet doen. Diny was veel te
verdraagzaam en ze zou in d'r hart wat blij
zijn, dat z'n kwade bui zoo spoedig overge
dreven was. Zou ze nog lang gehuild heb
ben...? Hij zou haar, als hjj thuiskwam de
heele rijksdaalder geven. Geen cent zou hij
voor zichzelf houden, alleennu ja, één
klein doosje sigaretten mocht er toch wel af.
En hij zou voor Dinyja, waar hield ze
ook weer zoo veel van Daar wist hjj het,
croquetjes, hij zou voor haar twee warme
croquetjes meebrengen.
Wat een mensch bezit wordt zelden ge
waardeerd, maar als het van je weggaat, dan
weet je pas wat je mist en niet meer terug
krijgen kan
Waar hij die woorden gehoord of gelezen
had wist Paul zich niet meer te herinneren,
hij wist alleen dat de inhoud er van ineens
beteekenis voor hem gekregen had. Diny was
weggegaan... wèggegaan. Dat zooiets zou
kunnen gebeuren, was geen oogenblik in zijn
gedachten opgekomen. Het was ook pas tot
hem doorgedrongen toen hij, na haar ver
geefs in de kleine woning gezocht te hebben,
haar briefje op de tafel vond...
Ik wil je niet langer tot last zijn, Paul.
-zec.1 j„
Verzoen je met je vader en wijd je weer
aan je studie.
Marjoleintje.
Totaal verslagen was hij met het briefje in
de hand op een stoel neergevallen. Hij kon
niet realiseeren waarom ze dat gedaan had.
Was dat alleen omdat hij kwaad het huis uit-
geloopen was? Had haar dat zoo diep ge
schokt? Maar daar ging je toch niet voor
weg, voorgoed van iemand weg... Er moest
een andere oorzaak zijn, maar welke Hij
kon niet aannemen, dat ze ineens niet meer
van hem hield. Een grootere eenheid dan tus
schen hen beide was imers nauwelijks denk
baar. Ze waren zoo volmaakt gelukkig ge
weest Alleen de laatste weken was er nu en
dan een kleine oneenigheid ontstaan doordat
hij kribbig werd omdat alles hem ook tegen
liep... En nu dat hjj thuiskwam, kinderlijk
blij om dat gelukje dat hij gehad had, nu was
ze wegHoe had hij zich er op verheugd
om haar gezicht te zien als hij dat door-
gevette zakje met die croquetjes voor haar
op tafel had neergelegd. Hij was heel zacht
de trap opgekomen om plotseling voor haar
te kunnen staan. De stilte in de leege kamers
had hem eigenlijk ineens al gedrukt. Hij was
zoo gewend dat ze hem direct bjj het binnen
komen kwam begroeten. Toen hij haar niet
zag, was hij, haar naam roepend naar het
kleine keukentje geloopen.
„Diny, vrouwke...!"
Maar ook daar was ze niet. Misschien In
zijn werkkamer... En naar het kleine zij
vertrekje gaande, had hij haar nog eens en
nog eens geroepen... doch er was geen ant
woord gevolgd.
Misschien is zij een boodschap gaan doen,
had hij toen gedacht, dat kon toch best, al
deed ze dat nooit op dezen tijd. Als ze dan
maar gauw terugkwam, anders werden de
croquetjes koud.
Toen plotseling zag hij het kleine briefje..»
Van welken kant hij het ook bekeek, hij kon
geen verklaring vinden voor haar plotseling
besluit. Als het was, zooals zij het zou doen
voorkomen, dat zij het deed om hem weer in
zijn oude positie terug te voeren, dan had ze
er beter aan gedaan die mogelijkheid eerst
met hem te overwegen. Ze kon toch niet we
ten of hij daar zelf wel iets voor voelde. Mis
schien was het ook maar een voorwendsel en
was het omdat ze er tegen opzag een zorge
lijk leven met hem te blijven leiden. Dan zou
zijn vader misschien tóch gelijk... maar neen,
dat was niet waar. Hij mocht zich niet door
den wrok, die z'n vader jegens haar koesterde,
laten beïnvloeden. Neen, veel aannemelijker
was het dat ze... hé, wat gek, dat hij daar
niet eerder aan gedacht had... Natüürlijk was
ze naar haar tante teruggegaan om daar zoo
lang haar intrek te nemen, totdat hij een
baantje gevonden had. Ze had wel geweten,
dat hjj het nooit goed zou vinden en daarom
had ze het stilletjes gedaan. Misschien vond
ze dat het geen kwaad kon als hij zich eens
een beetje ongerust over haar maakte. Nu,
erg rustig was hij er niet onder geweest, dat
moest hjj toegeven en hij zou haar, als hij
haar straks teruggehaald had. wel aan haar
verstand brengen, dat ze zulke dingen niet
voor den tweeden keer uit moest halen.
.(Wordt vervolgd.).
I