Stadsnieuws UNICUM Dobbelmaitn lekker... man! Het Wachtschip weer op honk Waar gaan we heen? SAFETY FIRST Het aanstaand Marine-concert Vrijdag 19 Maart 1937 Bezichtiging van het nieuwe Kantoorgebouw van de Nutsspaarbank. Hr*Ms* Jan van Amstel" in Nieuwediep aangekomen Het afscheid van den Commandant van het Veldleger „Krynica" in „Musis Sacrum" Burgelijke Stand van Den Helder Instinct en verstand Een storende fout Crackfree Heldersche Courant Tweede Blad Voetkwalen en hare genezing Licht op voor alle voertuigen ASTO-TAX TE LEF. 636 Ruijghweg38 Feuilleton Bij het laatst gehouden examen slaand* te VO°I het certificaat Radiotfle! graf is t 2e klasse de heer P. Blaauw - d® Gemeentelijke Handelsavond school slaagden voor het diploma Machine- schrijven de heeren: G. Bak, W. Esmiond H J. Rondel en S. L. v. d. Vaart. &mona- H- Elders in ons blad herinnert het Bestuur van de Nutsspaarbank er aan, dat het nieuwe gebouw van de Nutsspaarbank voor de Hel- dersche bevolking ter bezichtiging zal worden gesteld op Zaterdagmiddag a.s. van 2—4 uur. Gistermorgen verscheen op de reede van Nieuwediep, de nieuw aangebouwde mijnenlegger Hr. Ms. „Jan van Amstel". In het middaguur kwam het schip naar binnen, om te half drie ligplaats te nemen op de Marinewerf. Zooals men weet, is Hr. Ms. „Jan van Amstel" de eerste der groep mijnen- leggers, die in dit jaar naar Oost-Indië zal vertrekken. Hedenmorgen om half 11 heeft Luit.-Kol. Roëll afscheid genomen van het Regiment Kustartillerie. Hedenmorgen half 11 heeft de Comman dant van het Veldleger, Luitenant-Gene raal Jhr. W. Roëll, afscheid genomen op Fort Erfprins van de eerste Compagnie van het Regiment Kustartillerie. De geheele troep stond aangetreden, evenals de Koninklijke Marinekapel, on der leiding van kapelmeester L. Leistikow. Bij het afscheid had eveneens een inspec tie van den troep plaats. Voor bijzonderheden over deze plechtigheid leze men het verslag in ons nummer van morgen. Men schrijft ons: Zondag a.s. arrangeert de Directie van „Musis" weder een bijzonderen avond. Het zal aan variatie niet ontbreken, waarvan de „sneeuw-eport" een voornaam bestanddeel zal uitmaken. „Krynica", het land van Jan Kie- pura, de plek waar ons Prinselijk Paar de eer ste huwelijksdagen doorbracht, inspireerde de Directie tot dezen attractie-avond. van 18 Maart 1937. BEVALLEN: K. H. BuurmeesterSeijner, d. C. E. Risonvan Dam, z. J. Snijders Markus, d. OVERLEDEN: J. NobelsVisser, 32 jaar. GEHUWD: K. Bakker en J. M. Sepers. J. F. Fondse en J. Timmens. A. Wieringa en L. E. van den Blink. M. van Offenbeek en A. M. S. Kerkhoven. 2 OBLIGATIES de intellect-voorstelling van a.s. Zondag. Zondagmorgen gaat in het Rialto-theater de intellect-voorstelling, geüteld „Instinct en erstancT, een productie, vervaardigd door de afdeeling Documentaire Films der UFA, onder regie van Dr. Ullrich, K. T. Schultz en Wolfram Junghans. Uit de beschrijving der film citeeren wij het volgende: De handelingen der meeste dieren berusten niet op verstandelijke overweging, doch op instinct. Doelbewuste oefening, berekening en uitvindingen stellen den mensch tot pre staties in staat, die het dier zonder denige moeite levert. De dieren zelf hebben besef van de schoonheid en doelmatigheid hunner bewegingen. Tusschen lichaamsbouw en functie bestaat een innig verband. De luiaard b.v., een behendig klauteraar, is op den grond geheel hulpeloos; de albatros, die een reus achtige vlucht heeft, kan dagen lang rond vliegen, zonder ook maar éénmaal zwemmend uit te rusten. In het eerste stadium van hun jeugd is het vermogen om doelmatige bewegingen uit te voeren bij de onderscheidene dieren ver schillend, b.v. de slang, die pas het ei ver laten heeft, kan zich onmiddellijk met ge mak bewegen, terwijl het pasgeboren veulen slechts met moeite bij de uiers van de merrie kan komen en het leeuwenwelp, wiens moeder werd neergelegd, zich in de steppe hulpeloos en verlaten voelt. Dat het instinct bij de dieren overheerscht, blijkt o.a. uit het feit, dat vele vogels zonder kompas en kaart in den herfst zuidelijke landen opzoeken. Aan de bewegingen ligt in de eerste plaats de zorg voor het dagelijksch voedsel ten grondslag. Zeer fijne werktuigen en merk waardige methoden worden vaak instinctief gebezigd om voedsel te verkrijgen en te ver werken. Door lagere diersoorten wordt reeds een schijnbaar weloverwogen krijgslist aan gewend, doch bij de rat nemen wij de eerste sporen van overleg waar, als de honger haar plaagt. Het instinct om zich te voeden met het eene dier brengt het andere in gevaar; daar om werkt de drang tot zelfbehoud als veilig heidsmaatregel, waartoe het vluchtinstinct gerekend moet worden. De hoogere dieren kunnen aan bepaalde regelen gewend en gedresseerd worden. Het vermogen, om voorstellingen met elkaar te verbinden, onderscheidt de hooger bewerk tuigde dieren van de lagere. De menschapen kunnen zelfs van een hulpmiddel op zelfstan dige wijze gebruikt maken, een bewijs, dat in hen het begrip voor samenhang ontwaakt is. Doch al komen de menschapen den mensch het meest nabij, ook bij deze dieren speelt het instinct de voornaamste rol. Over het bovenstaande moet deze film een zeer klaar beeld geven. In onze foto-pagina van gisteren is door de clichéfabriek in Amsterdam, een storende fout gemaakt in den kop en het onderschrift, bij de foto van het inladen van torpedo's aan boord van een van de onderzeebooten. Hierin werd n.1. gesproken over onderzeeërs, die reeds ver trokken zouden zijn. Wij konden de fout niet meer herstellen, doch betreuren haar, omdat ze een misleidenden Indruk maakte, daar in wer kelijkheid de booten nog in Den Helder zijn. Fijne kleedjes, vitrage en kant worden soepel ge steven en geheel als nieuw met Crackfree edel- stijfsel. Gistermorgen is Hr. Ms. „Koningin Emma der Nederlanden", door twee sleep- booten en een lichter, wederom op haar oude plaatsje, vóór het Instituut, terug gebracht, zoodat aan het 3-maandelijk- sche uitstapje van deze oude gediende wederom een einde is gekomen. Om 9 uur bleek het tij gunstig te zijn, om met het verhalen een aanvang te maken. De wind was Z.West, en er stond een klein tikje vloed, zoodat men niet langer wachtte. Dus ging aan het Havenkantoor de blauwe vlag in top, en lustig klappend in den feilen Zuid-Wester, waarin zich nog haast onmerk baar de lentelijke streelingen manifesteerden, verkondde zij aan alle schepen in de haven, dat de vaart gestremd was. Er wordt vastgemaakt door de sleepboot „Utrecht" van het bureau Wijsmuller, en door den Marine-Sleepdienst 6, die zich even wel achter een lichter opstelde. Het is een aardig gezicht, dit schouwspel. Deze oude schuit, die eenige generaties aan schouwd heeft, daar te gaan zien spele varen. Hoe ze van den wal afzwenkt en daar ligt in het midden van de haven als een eer biedwaardige vertegenwoordigster van een voorbije periode in de historie van onze Nederlandsche Marine. Hoog en zwart en imponeerend ligt ze in het helblauwe havenwater, waarin de schuch tere voorjaarszon blikkerende facetten werpt en glinsterende lichttrillers. Een stel vroolijke matrozen, die het vaar tochtje meemaken, staan over de verschan sing geleund en zien critisch toe naar het versieepen. Op het zwarte bovendek zitten meeuwen. Ze kijken nóg diepzinniger dan anders en men zou gaan wenschen te weten te komen wét er in die witte meeuwenkoppen omgaat En de „Utrecht" trekt en de lichter houdt af en meter bij meter schiet de reis op Steiger B 6 ligt al verlaten, uitgezonderd een hoop „eindjes" en trossen. Steigers No. 4 en 5 naderen, en hier is het, dat de groote drukte zich concentreert. Tien tallen Jantjes demonstreeren een werklust, die typeerend voor de Marine is. Ze hebben er zelf plezier schijnbaar in, om de ouwe „Emma", een echt Marine-meubel, waarop 6ijna ieder Nieuwediepsch Marineman bekend is, te verhalen en terug te brengen op honk. Op den lichter ratelt de winch, de „Utrecht woelt met haar schroef het water aan flarden, zoodat het schuimend en bruischend opspat, Nog een paar meter... één meter... en langzaam schuift Hr. Ms. „Koningin Emma der Nederlanden" aan den kant. Bootslui brullen commando's, matrozen hollen zich in het prille voorjaarszonnetje in het zweet... De meeuwen zitten nog steeds op het zwarte dek. Ze zijn er niet af geweest. Op het Havenkantoor haalt de beambte de blauwe vlag in, en als was het een af gesproken teeken, zoo sputteren direct erna een zestal botters de haven uit. Rookt IBIS bij voorkeur uit een IBIS-pijp. Bij Uw winkelier verkrijgbaar. N atuurhistorisch Museum. Elke week: eiken Woensdagmiddag van 36 uur, eiken Zaterdagavond van 710 uur, den eersten Woensdag van elke maand van 810 uur, den eersten Zondag van elke maand van 35 u. Vrijdag 19 Maart. Zeevaartschool, 8 u. Heldersche Weer- en Sterrenkundige Kring. Spreker: H. Keyser. Onderwerp: Maritieme Meteorologie. Casino, 8 u. Openbare vergadering Rijks personeel. Sprekers: Perdok en Steketee. Vrijdag 19, Zaterdag 20 en Zondag 21 Maart. Café tfrins Hendrik", Julianadorp. Fancy- fair ten bate Harmonie „Kunstzin", van 5—12 u. Zaterdag 20 Maart. Casino, 8 u. Uitvoering Marine Sportver- eeniging. HERMAN NYPELS' KLEDINGMAGAZIJNEN DEN HELDER UITRUSTINGEN VOOR DE TROPEN Witte Costumes 6.50-8.50-10.50 Vraagt prijscourant. F AB Rl K A AT I N.V. „ONDER ONS" DE KRIM (O.) We kunnen hieraan nog toevoegen dat het niet de bedoeling is, dat Hr. Ms. Kruiser „Java" gemeerd zal worden voor de exercitieloods op de Buitenhaven, iets wat velen schijnen te veronder stellen. Vóór de plaats, waar zich thans weer de „Emma" bevindt, wordt een nieuwe uithouwerstoel gebouwd, en hier zal het zijn, waar de „Java" gemeerd wordt. Vrijdag 19 Mrt18.38 uur Interessante lezing Supinator-zuster. Het is een bekend feit, dat men aan de voeten over het algemeen te weinig aandacht besteedt, althans niet in die mate, die zij eigen lijk behoeven als organen, waarop het geheele lichaamsgewicht drukt. Het zal velen vreemd in de ooren klinken, en wij zelf waren eerlijk gezegd ook verbaasd, toen wij het hoorden, dat ongeveer 80 pet. van de menschheid aan voet euvels lijdende is! Verreweg de meesten dezer lijders zouden de pijnen en ongemakken aan deze euvels verbonden, niet behoeven te ver dragen, als zij zoo verstandig waren méér aan dacht aan hun voeten te besteden. Gisteravond heeft in Musis Sacrum een Supinator-zuster van de gelijknamige Centrale in Den Haag in een interessante lezing den velen aanwezigen, die aan de uitnoodiging van deze Centrale gevolg gegeven hadden, er na drukkelijk op gewezen, dat euvels als eeltknob- bels, likdoorns, doorzakkingen, ingegroeide nagels e.d. te verhelpen zijn, alsmen er vroegtijdig bij is. Mocht de verwaarloozing in een vergevorderd stadium zijn, dan zal er óók nog wel wat aan te doen zijn, maar men be denke wel, dat de genezing dan veel langer zal duren! Pijnloos kunnen genoemde euvels verholpen worden, maar ook de oorzaken kun nen opgespoord worden, zoodat het kwaad eens en voor altijd uitgeroeid kan worden. De meeste voeteuvels ontstaan door verzwakking van de spieren; bij kinderen wordt dikwijls de kiem voor een voetkwaal gelegd. Door middel van duidelijke lantarenplaatjes liet de zuster ons zien, dat zoowel de doorgezakte als de spreid- voet ontstaat doordat tengevolge van te zwak ke voetspieren de natuurlijk gewelfde voet bogen inzakken. Men kan den vervormden of doorgezakten voet in den normalen stand terugbrengen, door na een nauwkeurig onderzoek door een voétver- zorgingsinstituut een steunzool te laten ver vaardigen met veerende werking, waarbij de zool de taak van de spieren niet overneemt, maar zoodanig daarmede samenwerkt, dat dé zwakke spier van zijn overlast wordt ontheven en daardoor langzamerhand kan aansterken. De hakken van de schoenen behooren niet hoo ger dan 41^ cm te zijn (dames!) en in het al gemeen niet lager dan 2\/2 cm. Spataderen kunnen mede ontstaan, uit niet krachtig ge noeg werkende voetspieren. Het waren deze^en meerdere goede wenken, die de Supinator- zuster het aandachtig luisterend auditorium gaf. Voor hen, die meer van de voetkwalen en hare genezing willen weten, zij hier herinnerd Bijzonderheden over den solist en Liszt's „Les Preludes". Ferdinand Helmann. Ferdinand Helmann is naast Louis Zim- merman als concertmeester en solo-violist aan het Concertgebouw-orkest verbonden. Hij heeft een zeer groote reputatie als solist. Met alle gangbare concerten is hij bij alle Nederlandsche- orkesten tallooze malen opgetreden. Bovendien heeft hij heel wat noviteiten ten doop gehouden; door zijn souvereine beheer- sching van zoowel de technische als de men tale zijden van het vioolspel, zijn natuurlijke muzikaliteit, wordt hij zoo langzamerhand de opvolger van wijlen den beroemden en alom bekenden violist Alexander Schmuller, die ook op de bres stond voor de oudere en jongere eigentijdsche componisten. Met Henk van We zel en George van Renesse vormt Helmann een trio, dat nog pas onlangs van een kunst reis door West-Indië is teruggekeerd. Uit de vele opgegeven ter keuze gezon den vioolconcerten is de keuze gevallen door het Comité op het Vioolconcert van Max Bruch op. 26. „Les Preludes", van Franz Liszt. Sympho- nische dichting. I. Voorspel: De mensch als sterfelijk wezen. II. Het geluk van de liefde. III. Levensstrijd. IV. Terug naar de natuur. V. Overwinning. Terugkomende van een concertreis door Spanje en Portugal logeerde Liszt bij den dichter Lamartine, dien hij, evenals bijna alle persoonlijkheden van zijn tijd, kende. Hij las daar uit de „Meditatins poétiques" en geïn spireerd ontwierp hij toen een eerste schets voor de latere muzikale weergave van een gedeelte er uit, „Les Preludes", die hij in 1850 voltooide. Het gedicht was in 1822 door La martine geschreven en opgedragen aan Victor Hugo. Gelukkig bepaalde Liszt zich tot dat' gedeelte, want als hij begonnen was aan de zes en vijftig „langweilige" overpeinzingen...! Hij maakte er een „symphonisch gedicht" van, dat is de naam bedacht Liszt zelf een stuk programma-muziek voor. orkest. In aan de advertenties van de fa. Koppen, Spoor- totaal schreeef hij er zoo twaalf op de uiteen straat, alhier, in onze courant, waarin 1JT zt) loopende onderwerpen. Maar „Les Preludes" mededeelt, dat de Supinator-zuster vandaag en 's het gaafste geworden en de groote popu- morgen nog kosteloos in de zaak van genoem- 'ariteit die het heeft verworven, berust op het de firma is te raadplegen. Wij vernamen nog, dat reeds zeer velen van deze gelegenheid ge bruik gemaakt hebben. Zooals bekend is, zijn aan de firma Koppen permanent 2 Supinatoren verbonden. prachtige evenwicht van zijn bouw, op de scherpe plastiek der motieven, die bijna alle uit dezelfde kiemmelodie zijn gegroeid en den rijkdom aan melodische vinding. Het fragment, dat Liszt ontleende, is de door Annie de Hoog—Nooy 7) Beneden werd de straatdeur met een for- schen ruk dichtgetrokken. Het gaf Diny een schok, maar het kalmeerde haar tevens. Het scheen of er plotseling iets uit haar leven weggeslagen was, iets dat ze met alle kracht had trachten vast te houden, maar dat nu toch aan haar handen ontglipt was. Het kwam haar voor dat een onzichtbare macht Paul gedreven had om zoo te handelen, alleen om haar gelegenheid te geven, haar, nu onom- stootelijk vaststaand plan ten uitvoer te brengen. Ze wist nu dat zij zichzelf maar wat wijs gemaakt had, daarstraks, toen ze meende, dat alles veel beter zou afloopen dan ze ver wachtte. Diep in haar hart was ze er immers van overtuigd geweest, dat het gevreesde oogenblik komen zou... Maar dat ze zóó van hem weg zou gaan, in boosheid, dat had zij zich geen oogenblik kunnen voorstellen. En toch maakte dat het afscheid misschien min der zwaar... Zij staarde met groote oogen recht voor zich uit. Ze bepeinsde hetgeen haar te doen stond alsof het niet haarzelf betrof. Het was alsof ze over een anders lot besliste. Met een vreemde kalmte bewoog zij zich door de ka mers, pakte hier en daar iets uit een kast of een lade en legde het in de kleine openge slagen koffer. Ze deed dit met een zekerheid, die aantoonde dat zij hetzelfde al meerdere malen in gedachten gedaan had. Totdat ze uit het kleine kastje de half-afgewerkte baby kleertjes te voorschijn haalde... Toen was ze zichzelf niet langer meester en brak ze op nieuw in een zenuwachtig snikken uit. Ergens in de buurt deed een torenklok zes slagen hooren. Diny richtte zich op, nu niet zwak worden, dacht ze. Ze was immers vast besloten, dan moest ze ook weg zijn vóór dat Paul terugkwam. En dat kon al heel gauw zijn. Gehaast zocht ze tusschen een stapeltje lakens naar een envelopje met een paar op gespaarde guldens. Die had ze, hoe hard zij ze de laatste weken ook noodig gehad had, niet aan willen breken, wetend dat ze haar eens, op het beslissende moment, tot reisgeld moesten dienen. Een oogenblik dacht ze er aan, iets van het geld achter te laten, zoodat Paul tenminste wat te eten kon halen, maar al spoedig verwierp zij die gedacthe. Hoe eerder hij gedwongen werd naar zijn vader terug te keeren, hoe beter het was. Daarvoor bracht zij immers het offer, dat haar zwaar der viel dan hij ooit zou kunnen beseffen. En ofschoon ze het aanvankelijk wou, kon ze toch niet zonder een woord van afscheid vertrekken. Paul mocht haar niet verkeerd begrijpen en vooral niet denken dat ze in boosheid van hem ging... III. Na een tjjdlang doelloos door de buitenwij ken der stad geloopen te hebben, belandde Paul eindelijk in het Park, dat in het late middaguur een verlaten indruk maakte. Even troosteloos als hijzelf was, stonden de boomen daar tegen den steeds donkerder wordenden avondhemel. Hij voelde zich moe en ellendig. Waarom was hij eigenlijk zoo tegen Diny uit gevaren? Wat kon zij er tenslotte aan doen dat zijn vader zich zoo onhandelbaar toonde? Hij had haar geen verwijt gemaakt over dat gene, waardoor iijj zich zoo vaak gesteund en getroost gevoeld had, de kalmte, waarmee ze alles verdroeg. En dat ze was gaan huilen... Het kon haar toch ook wel eens een oogen blik te machtig worden. Hij had zich aange steld als een bruut. Arme Diny. Hij had er sPijtj oprechte spijt van en dat zou hij haar zeggen ook. Ze moest hem maar stil laten razen als hij het op z'n heupen had en zich er maar niet zenuwachtig over maken. Ze zouden het er best doorhalen, al moest hij taxichauffeur of desnoods schoenpoetser wor den... „Het is maar goed, dat vader m'n gedach- tengang niet kan volgen," mompelde hij voor zich heen, terwijl hij op een leege bank plaatsnam om even z'n beenen uit te kunnen strekken. Als je zat, dan voelde je pas, hoe moe je was. Z'n knieën wrijvend trok hij z'n beenen een paar maal op en neer. De hakken van zijn schoenen groeven in den zanderigen grond. Zijn blik volgde loom de bewegingen van zijn voeten. Dan werd hij opeens opmerk zaam. Een glinsterend randje stak plotseling boven het dunne zandlaagje uit. Zijn hak groef wat dieper in den grond. De rand van een geldstuk werd zichtbaar. Hij boog zich voorover om het op te rapen. Het was na tuurlijk niets anders dan een of ander stukje blik, dat in het schemerdonker op een geld stuk leek. Maar neenhet was een rijks daalder, een echte rijksdaalder, een kapitaal voor iemand, die zonder een cent op zak loopt. Hjj sprong verheugd op, z'n moeheid was plotseling verdwenen. „Dat kon wel eens geluk brengen," lachte hij, het geldstuk nauwkeurig bekijkend. Overmoedig balanceerde hij er een paar maal mee, wreef er dan de laatste zandkor rels af en stak het behoedzaam weg. Wat zou Diny daar wel van zeggen Zou zjj het ook als een voorteeken kunnen zien van naderend gelukAls ze nu maar niet mokte als hij thuiskwam, dat zou z'n hoop volle stemming heelemaal bederven. Maar neen, dat zou ze niet doen. Diny was veel te verdraagzaam en ze zou in d'r hart wat blij zijn, dat z'n kwade bui zoo spoedig overge dreven was. Zou ze nog lang gehuild heb ben...? Hij zou haar, als hjj thuiskwam de heele rijksdaalder geven. Geen cent zou hij voor zichzelf houden, alleennu ja, één klein doosje sigaretten mocht er toch wel af. En hij zou voor Dinyja, waar hield ze ook weer zoo veel van Daar wist hjj het, croquetjes, hij zou voor haar twee warme croquetjes meebrengen. Wat een mensch bezit wordt zelden ge waardeerd, maar als het van je weggaat, dan weet je pas wat je mist en niet meer terug krijgen kan Waar hij die woorden gehoord of gelezen had wist Paul zich niet meer te herinneren, hij wist alleen dat de inhoud er van ineens beteekenis voor hem gekregen had. Diny was weggegaan... wèggegaan. Dat zooiets zou kunnen gebeuren, was geen oogenblik in zijn gedachten opgekomen. Het was ook pas tot hem doorgedrongen toen hij, na haar ver geefs in de kleine woning gezocht te hebben, haar briefje op de tafel vond... Ik wil je niet langer tot last zijn, Paul. -zec.1 j„ Verzoen je met je vader en wijd je weer aan je studie. Marjoleintje. Totaal verslagen was hij met het briefje in de hand op een stoel neergevallen. Hij kon niet realiseeren waarom ze dat gedaan had. Was dat alleen omdat hij kwaad het huis uit- geloopen was? Had haar dat zoo diep ge schokt? Maar daar ging je toch niet voor weg, voorgoed van iemand weg... Er moest een andere oorzaak zijn, maar welke Hij kon niet aannemen, dat ze ineens niet meer van hem hield. Een grootere eenheid dan tus schen hen beide was imers nauwelijks denk baar. Ze waren zoo volmaakt gelukkig ge weest Alleen de laatste weken was er nu en dan een kleine oneenigheid ontstaan doordat hij kribbig werd omdat alles hem ook tegen liep... En nu dat hjj thuiskwam, kinderlijk blij om dat gelukje dat hij gehad had, nu was ze wegHoe had hij zich er op verheugd om haar gezicht te zien als hij dat door- gevette zakje met die croquetjes voor haar op tafel had neergelegd. Hij was heel zacht de trap opgekomen om plotseling voor haar te kunnen staan. De stilte in de leege kamers had hem eigenlijk ineens al gedrukt. Hij was zoo gewend dat ze hem direct bjj het binnen komen kwam begroeten. Toen hij haar niet zag, was hij, haar naam roepend naar het kleine keukentje geloopen. „Diny, vrouwke...!" Maar ook daar was ze niet. Misschien In zijn werkkamer... En naar het kleine zij vertrekje gaande, had hij haar nog eens en nog eens geroepen... doch er was geen ant woord gevolgd. Misschien is zij een boodschap gaan doen, had hij toen gedacht, dat kon toch best, al deed ze dat nooit op dezen tijd. Als ze dan maar gauw terugkwam, anders werden de croquetjes koud. Toen plotseling zag hij het kleine briefje..» Van welken kant hij het ook bekeek, hij kon geen verklaring vinden voor haar plotseling besluit. Als het was, zooals zij het zou doen voorkomen, dat zij het deed om hem weer in zijn oude positie terug te voeren, dan had ze er beter aan gedaan die mogelijkheid eerst met hem te overwegen. Ze kon toch niet we ten of hij daar zelf wel iets voor voelde. Mis schien was het ook maar een voorwendsel en was het omdat ze er tegen opzag een zorge lijk leven met hem te blijven leiden. Dan zou zijn vader misschien tóch gelijk... maar neen, dat was niet waar. Hij mocht zich niet door den wrok, die z'n vader jegens haar koesterde, laten beïnvloeden. Neen, veel aannemelijker was het dat ze... hé, wat gek, dat hij daar niet eerder aan gedacht had... Natüürlijk was ze naar haar tante teruggegaan om daar zoo lang haar intrek te nemen, totdat hij een baantje gevonden had. Ze had wel geweten, dat hjj het nooit goed zou vinden en daarom had ze het stilletjes gedaan. Misschien vond ze dat het geen kwaad kon als hij zich eens een beetje ongerust over haar maakte. Nu, erg rustig was hij er niet onder geweest, dat moest hjj toegeven en hij zou haar, als hij haar straks teruggehaald had. wel aan haar verstand brengen, dat ze zulke dingen niet voor den tweeden keer uit moest halen. .(Wordt vervolgd.). I

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 5