111II liüllJM! I jpü——.-«~?5spy
De Paas
eieren
Raadsels
Beste Jongens en Meisjes
Kindervriend
Nieuwe Raadsels
De Paashaas had aan alle
vogels in het bos om een ei
gevraagd, omdat hij met Paas-
morgen bij Hans en Grietje,
twee kinderen, die in het bos
woonden, wat Paaseieren zou
kunnen brengen. Bijna alle vo
gels gaven aan deze oproep
gehoor en kwamen een paar
dagen later met een van hun
eieren aandragen, zelfs de on
gevaarlijke kleine slang, die
ook eieren legt, besloot er een
aan de Paashaas te brengen.
De dieren brachten hun eieren
en de Paashaas nam vlug zijn
kwast en potten verf en ging
aan het schilderen, waarna de
dieren de eieren zolang weer
bewaarden. Eindelijk was de
avond voor Pasen aangebro
ken aangebroken, de haas ver
zamelde nu al die prachtige
eieren en sloop voorzichtig het
kleine huisje in het bos bin
nen, waar hij de eieren overal
in het rond verstopte. Maar,
lieve help, toen de kinderen
's morgens wakker werden
hoorden zij toch zo'n leven be
neden in de kamer, dat zij be
sloten te gaan kijken wat er
aan de hand was, en daar wa
ren al de eieren in die nacht
uitgekomen.
Allerlei vogels liepen en
sprongen door elkaar, terwijl
het kleine slangetje bang weg
wilde kruipen, toen hij ook de
hond binnen zag komen. Maar
de hond was veel te verbaasd
en deed de dieren niets.
Het kleine struisvogeltje, dat het brutaalste
van al de jonge vogeltjes was, kwam hard
naar de kinderen toegelopen en maakte 'n ka
baal, alsof het zeggen wilde, „toe, maak gauw
de deur voor ons open." Dat deden de kinde
ren dan ook en alle dieren renden nu weg, het
bos in, waar hun ouders hen reeds opwacht
ten. Zo had de Paashaas de kinderen pleizier
gedaan en de ouders kregen hun kleintjes
weer terug.
Wat slim van die Paashaas, vinden jullie
niet? Deze plaatjes zijn mooi om te kleuren.
Ik kom tegenwoordig niet meer bij met de
briefjes. De stapel groeit iedere week weer
aan, tot een rijstebrij-berg. Dat komt door
het voorjaar, 't Is ieder jaar weer m'n erva
ring, dat zodra de crocusjes ons goeie dag
komen zeggen, de ribes de eerste groene
blaadjes laat zien, de leeuwerik daar hoog
boven ons tiereliert en de mussen formele
straatjongens-gevechten houden, midden op
de openbare weg, jullie pen van louter vreug
de over het papier vloeit. Ik zal dus m'n best
doen jullie, voor zover me dat mogelijk is, met
spoed te antwoorden. Maar eerst natuurlijk
de epistels van de vorige week.
Het boek is gewonnen door:
A. DE BRUIN, Goversstraat 43.
Ik weet waarlijk niet of je een meisje of
jongen bent, A., want dat vergat je maar
helemaal te schrijven, maar daar staat me
nog zo iets voor van Ali. Als het Arie moet
zijn is er ook nog wel een boek voor je. Maar
denk er toch om, dat mijn hoofd geen ijzeren
pot is en dat ik meer te onthouden heb dan
jullie namen.
Rens Nieuwenhuizen. O nee, je hebt nog
lang niet hard genoeg gezegd dat jij het was,
Rens, ik herinner me alleen maar dat ik je
eens met je moeder tegengekomen ben, maar
toen waren jullie geloof ik met z'n vieren en
was het dus nog een puzzle voor me.
A. Trieling. Hè, weer zo'n vriendje of
vriendinnetje, waarvan je niet weet of het Ali
Ben Kali of Arie Bombarie heet. Wees jullie
toch niet zo zuinig met je inkt, en schrijf je
naam voluit. Je mag een schuilnaam gebrui
ken als je dertien bent, dus jij valt onder die
groep.
Aldert v. d. Kuyl. Ik heb dat sneeuw-
natte briefje van jou niet gezien, Aldert,
anders had ik het natuurlijk beantwoord.
Theun Kroonstuiver. Wat een gezellig
briefje, Theun, je bent een journalist in de
dop. Ja 't is vreeselijk jammer dat die gulzige
zee, zo'n stuk van de duinen heeft opgehapt
en het ziet er niet naar uit dat ze straks weer
een stukje uitspuwt ook, want de laatste jaren
heeft ze niets anders gedaan dan opgegeten.
Er is van ons fijne strand, voor het badhotel,
niets meer over, daar zingen alleen de golven
een treurig deuntje.
Grietje Blokker. Ik krijg zo langzamer
hand je hele familie in 't kinderhoekje, Grietje.
Eerst jij, toen Henny, daarna Nely. Nu volgen
vader en moeder straks zeker nog?
Meintje Bruinsma. Je mag je raadsels op
hetzelfde velletje papier schrijven waarop je
briefje voorkomt, Meintje, tenzij je me eens
zóveel te vertellen hebt dat het niet op één
velletje kan, maar het spreekt vanzelf dat je
dan een tweede moet nemen.
Gretha v. Twuyver. Fijn, dat je nu vacan-
tie hebt, hè, en de dagen zijn nu al zó lang
dat je bijna buiten kunt spelen tot je naar bed
moet. Als nu de zon maar niet wegkruipt en
die koude wind plaats maakt voor een wind
uit warmere richting.
Piet Dienaar. Ik vind het aardig van je,
Piet, dat je me wat eigengemaakte raadsels
stuurt, want die kan ik best gebruiken. Als
jullie, dat geldt ook voor m'n andere vriendjes
en vriendinnetjes, eens zelf wat aardige raad
sels kunnen maken, kleine kruiswoordraad
seltjes b.v., dan houd ik me daarvoor aanbe
volen.
Neeltje Blokker. Leuk hoor, Neeltje, dat
je me een versje over de lente zal sturen.
Houd je net zo van de lente als ik? Maar
natuurlijk, wie zou het niet fijn vinden om
de hele dag z'n neus buiten de deur te kun
nen steken, zonder dat je bang behoeft te zijn,
dat hij bevriest of er afwaait?
Marietje Weeda. Dat schrijven van enkel
die voornaam, Marietje, komt omdat daardoor
heel wat ruimte bespaard wordt. Als ik er
nog 75 achternamen aan toe zou moeten
voegen, dan zou dat weer meer plaatsruimte
vragen en die besteed ik liever aan een aardig
versje of een leuk verhaaltje. Snap je? Je
vindt het zeker wel fijn dat je zes jaar in Indië
geweest bent en je hebt daardoor een hele
massa voor op andere kinderen van je leef
tijd, vooral aardrijkskundig.
Sjaantje Hulmer. Wat een vooruitzicht,
Sjaantje, van de zomer een nieuwe fiets, 't Is
om er geen oog meer van dicht te doen. Kom
je eens langs kantoor rijden met je glanzend
stalen paardje?
Gretha v. Twuyver. Ja, dat raport dat
heeft van de week weer heel wat hartjes op
de derde versnelling gezet, Gretha. Ik zou al
die cijfers van jullie wel eens willen zien. Denk
er om, de moed niet opgeven, hoor, ook al
was het puntenlijstje een teleurstelling. Ik ken
iemand en die had op haar rapport eens 11
onvoldoendes en toch ging ze nog over, om
dat ze niet wilde blijven zitten, de tanden op
elkaar heeft gezet en al die rare cijfers naar
boven gewerkt, Dat kan bij jullie ook. Hoe
was het jouwe?
Jo Vermeulen. Ik hoop dat je beter bent,
Jo, want het is niet prettig om ziek te zijn
als je naar school moet, maar het is nog veel
akeliger als je vacantie hebt en als je vrien
dinnetjes je naar buiten roepen en de zon
lokt met lente-warmte.
Marietje Wouters. Nee, jij wilt het hele
maal erg maken, Marietje, ik heb maar twee
Marietjes W., hoor, dus jü stond bij de goede
oplossingen.
Piet Rietvink. Als je eens wist, Piet,
hoeveel nieuwe vriendjes en vriendinnetjes ik
er van de week bij gehad heb, zou je er met
ogen als theeschoteltjes van staan te kijken.
Ik krijg soms meer vriendjes in één week
dan de gemiddelde jongen in z'n hele leven.
En nu kom jij me vandaag ook je vriendschap
aanbieden. Nu, graag, hoor.
Cris I.ukassen. Ook al zo n gelukkig
vriendje met een nieuwe fiets. Ik kan me be
grijpen dat jij extra naar de mooie dagen
verlangt, want dat is natuurlijk een feest om
op zo'n nieuw karretje rond te rjjden.
Theo v. d. Vlis. Wat een grote brief,
Theo. Je moet niet denken dat ik boos zou
zijn als je een weekoverslaat, hoor. Ik be
grijp best, dat je het wel eens vergeten kan,
of dat je zoveel buiten speelt, dat er van
schrijven niets komt. Ik hoop dat je de taart
nog eens wint, Theo, maar dat kan je nooit
vooruit weten. Dat wordt nu echt door het
lot beslist en dat is erg wisselvallig, zoals je
begrijpt.
Loeki en Leon v. d. Wal, Den Haag. Wat
een heerlijk lange vacantie, Loeki. Veertien
dagen. In Den Helder zijn ze niet zo royaal
als in Den Haag, dat komt natuurlijk omdat
ze daar bij jullie op groter voet leven. Ja,
sjoelen kan ik ook, hoor en dat doen we nogal
eens met de kinderen. Fijn dat je zo'n klein
neefje er bij gehad hebt, maar erg jammer,
dat je tante zo ernstig ziek geworden is. Volg
de raad maar van je Mama op en bid maar
dat je tante behouden wordt. Schrijf me vol
gende week maar eens gauw hoe of het met
haar gaat.
Annie Moor. Dat is een verjaardag ge
worden. waar je nog lang aan zal denken,
Annie. Wat leuk dat ze je ook op school wat
gegeven hebben. Je hebt zeker veel vriendin
netjes in de klas zitten. Ja, ik zou die stekel
tjes straks maar weer de vrijheid geven,
Annie, want in een flesje of in een aquarium
kan je ze toch nooit het fijne leven geven, dat
ze tussen het kroos en de slootplantjes heb
ben. En jij houdt ook van je vrijheid, is 't niet?
Elly Souter. Wie heeft je dat wijs ge
maakt, Elly, dat als je veertien bent, je niet
meer mee mag doen? Dan mag je nog best
meedoen, hoor.
Corrie Bijl. Ik herinner me je naam nog
van vroeger, Corrie, maar je bent me minstens
een paar jaar ontrouw geweest en ik ben be
nieuwd hoelang je nu je voornemen nakomt.
Jongens en meisjes, ik zou nog wel wat
door kunnen babbelen, maar de ruimte, die
ik voor de briefjes gereserveerd had, is vol,
dus moet ik stoppen. Zenden jullie nu volgen
de week eens alleen je oplossingen en geen
briefjes, behalve m'n vriendjes van buiten de
stad, die mogen ook een briefje schrijven. Ik
beantwoord dan, hoop ik, de briefjes, die van
daag moesten blijven liggen. Dan ben ik
weer bij.
Nu, jongens en meisjes, een fijne zonnige
Paasvacantie. Heel veel plezier. Geniet maar
van de buitenlucht, daar kan je nooit tevel
van krijgen.
Oplossingen raadsels vorige week:
1.
Baars Laars Kaars.
2.
Stratenmaker.
3.
De getallen samen optellen.
6 6 12 8 20 9 29 3 32.
Goede oplossingen ontvangen van:
Sientje H., C. van D., Hugerientje van S„
Sjaan van S„ Neetje B., Grietje B., Adriaan
Nicolaas K., Marietje W., Maria W., Corrie v.
B., Sjaantje H., Gretha v. T., Jo V., Mientje
F., Lucie F., Marietje W., Tea G., Ali G., Piet
R., Chris L., Mientje B„ Piet D., Reinhard K.,
Annie M„ Elly S„ Elly K., Trijntje Jan J.,
Reier J., Mien H., Wim O., Frida de B., Theo
B., A. de B., Winnetou, Hendrika v. O., B. v.
d. W., Jopie v. d. R., Tinie en Beppie V.,
Fritsje C„ Leontine C,. Neeltje C., Coentje
C„ Gerrit D. van P., Loesje F., Nellie M.,
Jo M., Mienje v. A„ Henriëtte v. A., Jan B.,
Jan D., Grietje v. d. W., Adriana G., Joosje D.,
Bertha en Gilles H., Aldert v. d. K„ Rens N„
Rika v. B., Koba v. B., Teetje B., Piet H.,
Theun K., Rietje F., Annie V., Jacoba V.,
Henk D., Annie D., Jan W., Albert B., Nettie
H., Stien B., Gijsbertha Maria V., Christina
M., Nelly V., Sieni V.
Ik ben geel en sta op één pootje.
2.
Mijn eerste is een toestemmend woord, mijn
tweede is iets wat men dagelijks in de keuken
gebruikt en mijn geheel is een land in het
Oosten van Azië.
3.
1 is een dier met een zacht vel; 2 is voor den
bakker onmisbaar; 3. wat de overwinnaar be
haalt. 4. wat je met een mes in je hand snijdt.
Paaschfeest in het hazcnbosch.
S. SalomonsSouget.
Wat was het druk in 't Hazenbosch,
Ze werkten, wat ze konden,
want... duizend mandjes eiertjes
moesten worden verzonden.
De groote Paaschhaas nam het woord
en sprak: „Nu, hoort eens. vrinden,
als alles klaar is, geef ik feest,
hoe zoudt ge dat wel vinden?"
Maar, eerst moet alles keurig net
verpakt zijn, en... niets breken,
dan gaan we, als 't werk is gedaan,
een prachtig vuur ontsteken."
,,'kTracteer op nootjes enzoovoorts,
we zulen heerlijk smullen
en gaat nu vlug maar aan het werk,
je mand met eitjes vullen."
Het werd een prachtig Hazenfeest,
toen 't vuurtje was ontstoken.
„Gelukkig", riep de Paaschhaas uit,
„geen enkel ei gebroken."
UIT KINDERMOND.
(Historisch)
Marietje komt uit den tuin de kamer binnen
met een bloem van een crocusje, dat afge
knapt is en zegt:
„Vader, ik wil deze graag drogen. Hoe kan
ik dat 't beste doen?"
Vader (grappig)„Hang ze aan een draadje
aan den zoidefr."
Kind: „Hé, vader, Het crocusje is al ont
hoofd, moet het nu nog opgehangen worden
ook?"
EEN PAAR AARDIGE NATUURKUNDE-
PROEVEN.
De dansende wijzer.
Door de warmte zetten de voorwerpen uit.
Dit hoort men heel dikwijls vertellen, maar
men denkt er nooit aan met wat voor een
voudige middelen men de waarheid hiervan
kan onderzoeken. We hebben voor deze proef
niets anders nodig dan een kleine naald, een
breipen, twee evengrote glazen, twee lucifers
en een dik boek of een ander zwaar voorwerp.
De glazen zetten we zo op de tafel als de
tekening laat zien, met de bodem naar boven,
terwijl wij ze zo ver van elkaar afzetten, dat
de breipen juist over de beide glazen heen
steekt. Op het ene eind leggen wij het dikke
boek, onder het andere vrije eind schuiven wij
de naald, waaraan wij, over de rand van het
glas heen een wijzertje hebben bevestigd. De
punt van deze wijzer moet bjj het begin van
onze proef precies naar boven wijzen. Het
wijzertje kan van een gewoon gepunt luci
fertje gemaakt worden. Als wij nu de tweede
lucifers aansteken en de vlam tussen de beide
glazen tegen de breipen aanhouden, dan is
deze geringe warmte reeds genoeg om de uit
zetting van het ijzer der breipen te veroor
zaken. Door deze uitzetting gaat de naald
die daaronder ligt draaien, zodat de wijzer ook
gaat draaien. Jullie zult er verbaasd van
staan hoe goed deze eenvoudige manier het
doet en dat enkele ogenblikken na het ver
warmen de wijzer zich gaat draaien.
Wetenswaardigheden,
Het komt vaak voor, dat dieren en vooral
huisdieren, zich over andere dieren ontfer
men, Zoo was er enige jaren geleden in de
Haase Dierentuin een raaf, die steeds het
vlees uit haar eten in de grond verstopte.
Wanneer dan enige tijd later een kat naar
de kooi kwam, haalde de raaf telkens een
stukje vlees te voorschijn, dat zij de kat toe
schoof.
Ook vriendschap tussen honden en paarden
papegaaien en vinken, een aap en een her
dershond, en zelfs tussen een aap en een
varken komt voor.
Wanneer een bij wil mededeelen, waar zij
honing kan vinden, dan voert zij', Wanneer zjj
met honing in de korf terugkeert, daar een
rondedans uit, waarop de andere haar naar
de gezochte plaats volgen.
DE DRIE MUSKETIERS
77.
HET AFSCHEID VAN
BUCKINGHAM.
Een uur later werd afgekonldgd, dat geen
enkel schip in het geheele koninkrijk naar
Frankrjjk mocht uitvaren, zelfs de postboot
niet. Algemeen beschouwde men dit als een
oorlogsverklaring aan Frankrijk. Twee dagen
later waren de beide gespen klaar en zelfs de
beste kenner zou deze twee niet van de an
dere tien hebben kunnen onderscheiden.
Bjj het afscheid zei de hertog: „Gjj jonge
man, wees mijn getuige, dat ik alles gedaan
heb, wat in de macht eens menschen ligt, om
de koningin van dienst te zijn. En zeg mij
thans, hoe ik Uw dienst zal kunnen vergel
den?"
„Mylord", antwoordde d'Artagnan, „alles
wat ik deed, deêd ik voor Hare Majesteit de
koningin".
78.
ZAG HIJ MYLADY?
„Welnu, Uw reis is zoo voorbereid, dat ge
waarschijnlijk zonder moeilijkheden in Parijs
zult komen. Geef me dan nu een hand jonge
man. Dat het geluk met U zij".
In de haven vond d'Artagnan het schip, dat
de hertog hem had aangewezen. Hij bracht
den schipper een brief mee, die onmiddelljjk
door den havenmeester werd onderteekend,
waarop het schip direct de zeilen heesch en
de haven verliet. Minstens vijftig schepen
wachtten tevergeefs op een vergunning om
uit te loopen. Toen het schip een ander vaar
tuig van dichtbij passeerde, meende d'Ar
tagnan op het dek de dame uit Meung te her
kennen, die door den vreemdeling met „My-
lady" was aangesproken. Volkomen zeker
was hij echter niet.