J. VAN DE WITTE
Wegens verbouwing
OPRUIMING
Stadsnieuws
Waar gaan heen?
Donderdag 8 April 1937
Heldersche Courant
Tweede Blad
De terugkomst
van Hr. Ms. „Hertog Hendrik"
Nieuwe telefoonaansluitingen
Inschrijvingen Handelsregister
Propaganda-avond der
R.K. Staatspartij
afd. Den Helder
van alle voorradige goederen tegen abnormaal
lage prijzen» Gelooft U het? Niet
K Keizerstraat 103
Licht op voor alle voertuigen
Toelating van adelborsten
Helders R.K. Gemengd Tooneel-
gezelschap
Burgelijke Stand van Den Helder
F euilleton
pONIO S BOUILLONBLOKJES thans **6 voor 8 cl. en 25% zwadrder clan de meeste andere.
Hr. Ms. pantserdekschip „Hertog Hen
drik" wordt, zooals door ons gisteren nog
gebullitineerd, hedenmiddag om half vier
in onze haven verwacht. De „Hertog Hen
drik" zal direct naar de werf varen.
Naar wij vernemen, zal de „Hertog Hen
drik" 26 April weer naar de Spaanrche wate
ren vertrekken en daar blijven tot het schip
wordt afgelost door de „Johan Maurits van
Nassau", die, zooals men weet, uit W.-Indië
komt.
De „Hertog Hendrik is hedenmorgen te
kwart voor negen op de reede gekomen.
Het uur van binnenkomst blijft half 4
hedenmiddag.
De bemanning en familie van de vletdie een
hachelijk avontuur meemaakte.
(Zie voor het verslag pag. 3 van het 2e blad).
Opgave nieuwe telefoonaansluitingen over
de maand Maart '37.
36 F. C. H. Schlamilch, Singel 87.
715 Hotel Nat. Chr. Geheel Onth. Vereen.,
Spoorgracht 40.
782 P. A. Boer, Singel 137.
784 P. A. de Wit, De la Reystraat 35.
777 Diaconie Ned. Herv. Gem., 2e Vroon
straat 2.
179 J. Hoogenbosch, Koningstraat 89.
785 G. A. v. d. Blom, Polderweg 33.
783 P. Meyer, Spoorstraat 21.
800 Corrie Kossen, Laan 60.
787 J. van Straaten, Breestraat 53.
160 J. van Dam, Gravenstr. 87.
654 Bata, Keizerstraat 22.
788 J. J. M. A. Rombout, Violenstraat 95.
779 A. Laan, Spoorsraat 96.
780 Th. Kroonstuiver, Keizerstraat 7.
Wijzigingen
Callantsoog:
J. Koegelberg, Dorpstraat A 58, kruideniers
winkel; overgegaan aan S. Vogelzang.
Den Helder:
H. G. Breeuwer, Keizerstraat 44; fil. Den
Helder, Keizerstraat 47, opgeheven.
Opheffingen
W i e r i n g e n:
J. Doesburg. Beltstraat 9, Hippolytushoef,
winkel in kruidenierswaren.
HERMAN NYPELS'
KLEDINGMAGAZIJNEN DEN HELDER
Toonaangevend en niet duur.
Vraagt onze prijscouranten.
Vertegenwoordiger te ontbieden.
Felle critiek van Pater Borromaeus
de Greeve op de N.S.B.
In het gebouw van den R.K. Volksbond
was gisteravond een vergadering uitge
schreven door de plaatselijke afdeeling van
de R.K. Staatspartij, een bijeenkomst, die
een zeer druk bezoek ten deel viel, iets
wat waarschijnlijk voor een belangrijk
deel toe te schrijven was aan de keuze
van den spreker, den bekenden pater
Borromaeus de Greeve O.F.M.
Het was de voorzitter van de afdeeling, de
heer D. J. Snel, die een kort woord van wel
kom sprak, in het bijzonder tot den spreker
van den avond. Men weet het: zijn naam is
nog steeds voldoende om een volle zaal te
trekken, hetgeen ook dezen avond wederom
bewezen is. Toen het bestuur dan ook een plan
de campagne opmaakte, werd er reeds dade
lijk besloten, dat het deze Pater moest zijn,
die in Den Helder zou komen spreken.
Wat de verkiezingen voor de Tweede Kamer
der Staten-Generaal betreft, deze staan voor
de deur en ze zijn van zeer groote politieke
beteekenis. Het is noodzakelijk, dat de R.K.
Staatspartij zoo sterk mogelijk uit den strijd
te voorschijn zal komen; men rekent daarbij
op een grooter aantal vertegenwoordigers dan
de laatste maal het geval was.
De heer Snel deelt hierna nog mede, dat het
vooral hier ter plaatse zoo populaire Kamerlid
Ch. L. v. d. Bilt zijn plaats in de Kamer niet
meer zal vervullen, iets, wat men zeer betreurt.
Er is in Noord-Holland een proefstemming ge
houden, waaruit bleek, dat zijn plaats door een
ander zal worden ingenomen. Naar alle waar
schijnlijkheid zal de uitslag der officieele ver
kiezingen dezelfde blijken te zijn, hoewel dit
niet de keuze van Den Helder is.
Eveneens vestigt spr. er de aandacht op, dat
bij de verkiezingen zij, die op dien dag niet in
hun eigen woonplaats zijn, hun stem in een
andere plaats kunnen uitbrengen, indien zij
hiervan minstens twee weken van te voren
opgave gedaan hebben bij de betrokken in
stantie.
Hierna wordt het Woord gegeven aan
Pater Borromaeus de Greeve.
Deze begint zijn gloedvol betoog, hetwelk
diverse malen onderbroken werd door blijken
van adhaesie van het auditorium, met er op
te wijzen, dat sedert eenigen tijd de groote
actie begonnen is. De actie, die zoozeer noodig
is. De tijden zijn ernstig, overal ziet men de
spanningen, de crises en tevens ziet men de
elementen, die thans trachten in troebel water
te visschen. Méér dan ooit is het thans noodig,
dat de juiste waarden aangetoond worden en
dat is de taak die de R.K. Staatspartij op zich
genomen heeft: de partij die steeds nog als
een onwrikbare rots in de branding van het
politieke leven staat. Mag ik mij als priester
op dit terrein begeven?, aldus $lepater. Tal
van malen hoort men, juist in dese dagen, dat
het verboden zou zijn, dat de priester buiten
de politiek behoort te staan.
Ik eisch echter het recht voor mg op
een oordeel te hebben in deze dingen. Ik
ben een vrg burger in een vrij Nederland.
En met het volste recht, deel te nemen
aan den strgd, die een mgn dierbaar volk
op het oogenblik te strgden heeft.
Kiezenhet is verplicht in Nederland,
maar hoe men kiest, dat is voor den Katholiek
een gewetensplicht.
Verscheidene prominenten der N.S.B. hier te
lande zouden mij, aldus spr., reeds nu gaarne
doen verdwijnen in een concentratiekamp,
maar voor en aleer het zoover is, voor ik ge
muilkorfd ben, zal ik zeggen wat ik te zeggen
heb en ik doe dat met de volle sanctie van
mijn oversten, met de geheele goedkeuring
van mijn Bisschop.
Eenigen tijd geleden is het de N.S.B. hier
te lande gelukt, in casu bij de verkiezingen
voor de Provinciale Staten, een succes te be
halen (10% van het stemmenaantal), stem
men die evenwel op rekening van wanhopigen,
van politiek verdwaalden te schrijven zijn. En
de leider van deze beweging, Mussert, heeft
gezegd, dat hij 8 jaar noodig zal hebben om
„klaar" te komen. Acht jaar van zijn tactiek
dus van bombarie, groote woorden, van
insinuatie en van bluf.
Komt U dan even kijken naar onze etalage. Door de enorme
voorraad goederen kunnen wij U onmogelijk prijzen noemen
Op alle niet apart geprijsde goederen (Gero-artikelen
uitgesloten) IS °/0 korting
Mussert: man van reclame.
Mussert is de man van de reclame, van
opruien, van dictator-spelen. Mussert, de
man die eischt: kadaver-gehoorzaamheid. De
Katholiek is evenwel verplicht zich voor dit
kwaad te hoeden, op straffe van eerverlies en
erger.
Daar zijn, volgens den pater, een drietal
hoofd-factoren aan te wijzen, die den Katho
liek verbieden, zich met dit streven in te laten:
en wel het Katholiek inzicht, de verplichte
gehoorzaamheid aan het episcopaat en het
persoonlijk fatsoen.
Stel voor, dat het de N.S.B. inderdaad ge
lukte verandering in den algemeenen toe
stand hier te lande te brengen, iets wat men
evenwel als uitgesloten mag beschouwen. Dan
zou dat tengevolge hebben voor ons Katholie
ken, het slaaf-worden van een principe, dat
niet het onze is, dan zal alles ten offer vallen
aan de staatstotaliteit; dan zal het met het
Katholicisme hier gaan als in Duitschland.
Wat te wachten is.
Aan de hand van de beginselen van de
N.S.B. (partij-Mussert) gaat spr. na, wat er
te wachten is bij een aan de macht komen
van deze beweging. Een tijd van staatsabso-
lutisme, een tijd, waarin de eigendom ver
laagd zal worden tot een „leen" aan den
Staat, een tijd waarin opvoeding en onderwijs,
historisch gegroeide waarden, verlaagd zul
len worden tot paskwillen.
Er zal godsdienstvrijheid zijn, belooft de
leider, maar een vrijheid, waarbij noch de
kerk, noch de geloovigen over een enkel recht
zullen kunnen beschikken, daar de overheid de
normen zal bepalen naar haar eigen opvat
tingen.
Anti-papistisch.
De normen van den waren Katholiek
zijn andere: wat God wil is goed en wat
Hij niet wil is niet goed. Dét is de wet
waaraan men zich te houden heeft. Wij
bezitten de levensbeschouwing van Jezus
Christus, wij bezitten Zijn evangelie.
Daarboven en daarbuiten geldt niets.
Még niets gelden.
De N.S.B. zal zich niet aanpassen aan ons
volk... maar kijk naar Duitschland. Met
voorop Rosenberg, de grootste antipapist, die
officieel beschermd wordt door den Staat.
Maar ook in de Nederlandsche N.S.B. woe
kert het antipapisme welig. Wie vond ooit in
„Volk en Vaderland" één woord van protest
over datgene, wat thans den Katholieken in
Duitschland ondervinden? En zijn niet tal
van vooraanstaande personen in de N.S.B. ver
woede papistenhaters?
Beslist en pertinent heeft de Katholiek dit
alles af te wijzen, evenals het geheele Neder
landsche episcopaat dit afwijst, dat reeds in
1934 het lidmaatschap voor priesters en lee-
ken verbood, en in 1936 het doctrinaire stuk
publiceerde, waarin medegedeeld werd, dat
Katholieken, die toch aan deze beweging
deelnamen, niet meer tot de Heilige Sacra
menten toegelaten konden worden.
Een afgrond
Toch wordt er nog gezegd, dat de bis
schoppen op politiek gebied niets te zeggen
hebben, maar het is de Paus, die eveneens ge
zegd heeft, dat de Kerk niet kan en mag
toelaten, dat de politiek zich niet stoort aan
de moraal. Hier moet de Kerk spreken. Het is
haar recht en haar plicht. Voor kort heeft
de leider der N.S.B. gezegd, dat er tusschen
de Katholieken en zijn aanhangers een af
grond gaapt. Inderdaad, aldus de pater, een
afgrond. En hij noemt tal van excessen,
waaraan de beweging zich z.i. heeft schuldig
gemaakt. Over de wijze van polimiceeren, hun
brochures, en hun verdachtmakingen.
Mussertis hij een man, die zich zelf
bedriegt? Is hij in wezen een comediant? Is
hij een bewuste leugenaar? Of wellicht een
gehallicuneerde Hij is de man, die doet voor
komen of het Nederlandsche volk in dit land
aan den afgrond leeft. Dat het land den on
dergang nabij is, maar volgens spr., die een
goed deel van de wereld bereisd heeft, zou
hij niet willen ruilen, met welk ander land
ook.
Géén N.S.B. en géén communisme.
Nimmer zal de ware Katholiek met dezen
man mee kunnen gaan. Steeds zal de Kerk
zich tegen zijn principen keeren: men wil
hier noch den knoet van een Wijnkoop, noch
de zweep van Mussert, men verlangt niet de
sikkel en hamer van Rusland, noch het Duit-
sche Hakenkruis; men wil geen mythe van
Blut und Boden aanvaarden, noch de mythe
van Moskou. Men wil vrij zijn, een vrij Hol
lander in een vrij Nederland. Een krachtig
gezag met een gezonde volksinvloed.
Er wordt gemompeldde R.-K.
Staatspartij zou fouten gemaakt hebben.
Natuurlijk zijn er fouten gemaakt, maar
welke politieke partij maakte deze
niet? En vergat men het vele, het zéér
vele goede, dat zij bracht?
Ook tegen andere politieke partijen waar
schuwt spr. Tegen het liberalisme, tegen de
S.D.A.P.
Stemmen is een gewetensplicht, maar bij
dat stemmen straks, zal men voor oogen heb
ben te houden, dat er méér zonden zijn dan
moord en diefstal alleen. Spoedig is de dag
daar: men zal zijn stem uitbrengen. Dat men
nu wete hoe daarbij te handelen. Er is voor
spr. maar één keuze: zijn Koning, Jezus Chris
tus, zijn Heer en Koning, aan Hem alleen
alle glorie.
Na deze, met een donderend applaus onder
streepte rede, is het de heer Snel, die den
pater dankt voor zijn warm betoog. Even
eens dankt hij de aanwezige leden van de
K.M.J.V. en de St. Josephgezellen en doet in
het bijzonder een beroep op de jongeren als
de dag van stemming aangebroken zal zijn.
Tenslotte deelt hij nog mede, dat 23
April a.s. zal spreken Mr. Dr. van Haar
van den Bond van R.-K. gemeenteraads
leden.
Natuurhistorisch Museum. Elke week:
eiken Woensdagmiddag van 36 uur, eiken
Zaterdagavond van 710 uur, den eersten
Woensdag van elke maand van 810 uur,
den eersten Zondag van elke maand van
35 u.
Donderdag 8 April.
Casino8.30 u. Vijfde abonnementsvoorstel
ling „Een vrouw in haar bloei".
Musis Sacrum, 8 u. Feestavond Vrijz. Chr.
Jongerenbond.
Vrijdag 9 April.
Kegelhuis, 8 u. (benedenzaal). Nationaal
Herstel. Feestelijke jaarvergadering.
Zaterdag 10 April.
Casino. Held. Boys.
Musis Sacrum. Speeltuinvereeniging „Oude
Helder".
Zondag 11 April.
R. K. Volksbond, 'smid. 3 u. (kinderen) en
's av. 8.15 u (volwassenen). „De Graal"
filmvertooning.
Maandag 12 April.
Musis Sacrum, 8.15 u. Feestavond „Frissche
Morgen".
Donderdag 8 April19.16 uur
's-Gravenhage, 7 April. De minister van
Staat, minister van Defensie a. i„ brengt ter
kennis van belanghebbenden, dat in 1937 tot
het Koninklijk Instituut voor de Marine te
Willemsoord kunnen worden toegelaten op de
voorwaarden, vervat in het reglement voor
dit instituut, 35 adelborsten voor de 3-jarige
opleiding voor den zeedienst, 2 adelborsten
voor de 3-jarige opleiding voor het korps ma
riniers, 12 adelborsten voor de 3-jarige oplei
ding voor den marine-stoomvaartdienst en 4
adelborsten voor de 2-jarige opleiding voor de
administratie.
De aanmelding moet geschieden vóór 2
Juni 1937.
Voor inlichtingen wordt verwezen naar het
reglement voor genoemde inrichting, waarvan
een uittreksel kosteloos verkrijgbaar is bij het
departement van Defensie (lilde afdeeling A)
te 's-Gravenhage en bij den commandant van
het Koninklijk Instituut voor de Marine te
Willemsoord, Den Helder.
Naar men ons mededeelt zal 2 Mei a.s. de
tweede donateursuitvoering plaats vinden door
het Helders R.-K. Gem. Tooneelgezelschap.
Opgevoerd zal worden het Amerikaansche
blijspel in drie bedrijven „Haar andere man",
door Larry Johnson, bewerkt voor het Neder
landsche tooneel door Adn. v. Deenen.
Bovengenoemd stuk is met groot succes op
gevoerd door het Schouwtooneel en laten wij
U onderstaand een critiek van de Prov. Gro
ningen Crt. volgen:
„Een vuurwerk van gecompliceerde situa
ties. Een echte klucht, maar een, die goed
in elkaar zit en niet al te onlogisch is."
van 7 April 1937.
ONDERTROUWD: J. Bregman en W. H.
Kolhorn; J. C. van den Aakster en E. van der
Made; J. P. Heijblok en J. C. Wolters; J. van
Brederode en M. Moree; L. Broekhuizen en A.
van Die; J. Post en J. Rensmaag.
BEVALLEN: J. L. v. Overloop—de Jong, d.
doof
Annie de Hoog—Nooy
23)
Nu, ze was maar blij, dat het kind iemand
had, anders was het iederen avond om zeven
uur, als zij weg moest, al alleen. Nu was
Doortje meestal nog een uurtje bij haar, als
ze tenminste van d'r moeder mocht. Want ze
had uit verschillende gezegden van Marry op
gemaakt, dat die vrouw, sinds ze begreep,
dat de kinderen dat prettig vonden, Doortje
's avonds zooveel mogelijk in huis hield. Neen,
erg sympathiek vond ze haar niet.
Vanavond had ze Marry eens extra vroeg
in bed gestopt. Het kind hoestte al een paar
dagen en was het dus wel eens goed, als ze
eens een avondje vroeg onder de wol kroop.
Het had haar, toen ze weg moest, zoo'n vei
lig gevoel gegeven, dat ze het kind in haar
bedje wist. Zelf had ze haar lekker toege
stopt en toen ze zag hoe het kind al bijna
direct de oogen sloot, had ze haar, toen ze
haar goedennacht kuste, zachtjes toegefluis
terd: i,
„Droom maar heerlijk hoor, Marjoleintje..."
Toen had het kind heel even de oogen
geopend en op slaperigen toon gezegd:
„Nu klinkt die naam niet gek, Mammie."
XVI.
De doffe klank van acht diepe slagen
dreunde zwaar na in de verlaten straat van
Marry's woning. Huiverend stond het kind
tegen een der deurposten van het Kleine
bofeohtns.
Het was een donkere, druilerige October-
avond. De fgne motregen van dien middag
bleef maar aanhouden en hield de menschen,
die op dit uur niets meer op straat te maken
hadden, in huis.
De flauwe schijn van een dichtbij staande
lantaarn belichtte vaag Marry's klein en scha
mel figuurtje.
Ze stond daar als een toonbeeld van een
zaamheid. Steeds opnieuw werden haar oogen
getrokken naar het licht van den lantaarn,
dat door den nevel glansde als een vreemde
phosphoriseerende bloem.
Dat was móói... Ze zou daar uren naar
kunnen kijken als ze zich maar niet zoo koud
en klam voelde. Ze stak haar vuistjes wat
dieper in de zakken van haar manteltje.
Dan stond ze weer onbewegelijk. En toch
was ze een en al spanning, want de straat
deur, hoewel niet in het slot, werd angst
vallig door haar in het oog gehouden. Tel
kens als de wind haar een weinig verder dan
een kiertje open deed gaan, trok Marry haar
voorzichtig weer dicht, darbij zorgend, dat ze
niet in het slot viel.
Ze durfde nauwelijks te denken aan de
griezelige donkere trap, die zij daarachter
wist.
Kwam moeder toch maar eens. heelemaal
onverwachts, wat vroeger naar huis
Dat was de gedachte, die steeds weer bo
ven alle andere uitkwam, gedurende den lan
gen tijd, dat zij daar te wachten stond. Haar
groote grijze oogen tuurden onafgebroken
door de straat. Zou er nu niemand voorbij
komen, die ze kende? Iemand die haar even
naar boven zou willen brengen?
Soms meende ze plotseling een bekende ge
stalte den hoek van het pleintje om te zien
komen. Dan had zij nieuwe hoop
Onbewust trok ze dan de spieren van haar
rechteroogje krampachtig tezamen, zooals ze
dat vaker deed wanneer ze in onzekerheid
verkeerde of ergens scherp naar tuurde. Bij
het passeeren van het verlichte raam van
«het melkwinkeltje kreeg ze dan zekerheid.
Maar steeds werd ze opnieuw teleurgesteld.
Zoo wachtte ze nu al bijna een uur. De an
dere kinderen uit de buurt waren reeds lang
naar binnen geroepen. Achter alle ramen
brandde licht, alleen de hunne bleven donker.
Zou ze nog lang moeten wachten? Ze kon
hier toch niet blijven staan tot moede kwam,
dat duurde misschien nog heel, heel lang,
dan was het bijna nacht. Zou het dan nog
donkerder zijn Een rilling van angst liep
haar over den rug nóg donkerder, ver
beeld je!
Als ze maar niet zoo alleen was. Als er
buiten haar nog maar een paar kinderen op
straat waren. Al was het Doortje alleen
maar
Zou ze gaan vragen of die nog even
mocht...? Het zou best kunnen, want Doortje
was al zoo groot, al bijna negen... Toch lief
van d'r, dat ze haar vriendinnetje wou zijn,
ze was toch twee jaar ouder, dat was een
groot verschil. Maar Doortje zei daar nooit
wat van, dat was juist zoo aardig van d'r.
Andere kinderen schepten altijd op als ze
ouder waren dan jezelf was, maar dat deed
haar vriendinnetje niet. Die lachte haar ook
nooit uit, wanneer ze iets mooi vond, een op
geraapte bloem of een mooi veertje. Dat de
den de anderen wel, die scholden haar dan
uit voor „malle", het was toch niet mal als
je iets mooi vond.
Wat bleef het toch akelig stil in de straat.
Ze moest maar weer net als straks, tot hon
derd gaan tellen en dan zien of er in dien tijd
weer iemand den hoek omkwam. Maar hon
derd was zooveel, zou ze tot vijftig gaan, of
tot vijf en twintig? Dat was ook wét lang,
als je maar langzaam telde.
Ze telde, telde nog eensEr kwam nie
mand. Toen dacht ze weer aan Doortje. Als
ze nu wou gaan vragen of ze nog even bui
ten mocht, moest ze het meteen doen, anders
vond juffrouw Smit het vast niet goed.
Voorzichtig liet ze de deurknop los. Ver
beeld je, dat de deur eens dichtviel, wat zou
ze dan moeten beginnen? Ze durfde er haast
niet bij vandaan... Maar het was toch eigen
lijk maar voor een oogenblik. Wat zou Mam
mie eigenlijk boos zijn als ze wist dat ze nu
nog op straat was. Ze was anders ook altijd
al binnen voor ze wegging, maar dat was
vandaag ook zoo erg vroeg geweest. Alleen
naar boven durfde ze niet, o nee miS'
schien nog wel met Doortje, als zij dan ach
ter haar mocht loopen
Ineens schoot ze, als een pijl uit een boog,
naar het pleintje. Ze trilde over haar geheele
lichaam. Ze had daar geen oogenblik langer
durven blijven staan, nu de deur, nadat ze
haar losgelaetn had, langzaam openviel en de
donkere trap haar aangrijnsde...
En nog vóór ze Doortje's woning bereikt
had, riep ze, met een blik op de verlichte ra
men, die haar als het ware een gevoel van
veiligheid gaven:
„Dóórtje!"
Het verlaten pleintje gaf even de klank
van die schelle kinderstem terug, dan was
het weer stil, nog stiller dan tevoren, vond
Marry. En daarom riep ze nog eens, haar
mond nu vlak voor de opengeduwde brieven
bus, waar van de klep bij iedere beweging in
zijn hengsel knarste:
„Dóórtje!"
In de rommelige woonkamer van juffrouw
Smit, zaten de twee oudste kinderen, Doortje
en Chris aan de, met een groezelig wit zeil
doek bedekte tafel. Tusschen hen beiden in,
vanwege de ruzie, die ze maakten, stond de
moeder, een slordig uitziende vrouw van on
geveer veertig jaar, brood te snijden. Het
ronde tafelblad wiebelde onder den druk van
haar handen.
Chris, een sproetige jongen, iets ouder dan
Doortje, die er altijd op uit was zijn zusje
op een of andere wijze te hinderen, zocht met
zijn voet onder tafel naar haar beenen.
..Au, verdikkeme, nog toe, wie houdt z'n
beenen daar weer niet bij zich?" riep de
moedér toornig uit.
„Doortje, moe! De mijne heb ik We», lqjk
maar." Chris schoof z'n stoel een eind achter
uit.
„Wat een leugenaar!" riep Doortje veront
waardigd uit. „Een van jullie moet het toch ge
daan hebben."
„Hij!'
„Nee, hoor Moe, zij," hield hij vol.
„Je liegt het. Laat moe zelf zeggen welk
been het was, dat aan jouw of aan mijn kant.
Welk was het, Moe?" vroeg z'n zusje, die het
er op gezet had haar onschuld te bewijzen.
„Dat weet ik niet meer. Ik weet alleen, dat
het gemeen zeer doet."
„En U weet niet eens meer, welk been het
is, hu, die Moe!" lachte de jongen.
„Hou je brutale mond, aap, of ik zal je..."
riep de moeder dreigend uit. Maar haar aan
dacht werd op hetzelfde oogenblik afgeleid
door een klagend kindergehuil vanuit een
aangrenzend kamertje.
„Vertroost me nog toe, hebben jullie, dat
kind ook weer wakker gemaakt met jullie
geschreeuw, is het misschien voor den halven
nacht weer uit z'n slaap... ja wacht maar,
m'n jongen, moeder komt," riep ze den kleine
toe en toen tot de anderen: .vooruit, begin
nen jullie vast te eten."
Ze schoof de kinderen ieder een bordje met
vier boterhammen toe.
,,'k Wou d'r maar twee hebben, Moe," zei
Doortje bedeesd.
„Waarom maar twee, wat zijn c'at nou
weer voor kunsten?"
„Ik heb geen trek in meer," zei het kind
onwillig.
„Geen poppekast. je eet er vier en daarmee
uit."
De moeder liep op het kleine bedje toe,
waarin de kleinste van het gezin nu vervaar
lijk lag te schreeuwen en kwam even daarna
met het kind op den arm de kamer weer
binnen
„Wéér nat. verdikke nogtoe, je kan nét aan
den gang blijven."
Ze lei het kind in haar schoot en begon het
de natte luier af te doen. (Wordt vervolgd).