Es Noordelijke IJszee als militaire weg Cordell Huil Straatjesromantiek N-I-E-T-N-A-A-ST-E-L-K-A-A-R lie. Generaal Vlücher's leger kan onbevreesd zijn. De economi sche beteekenis van den nieuwen zeeweg. Hoog in het Noorden van Europa en Azië van de Oostkust van Groenland tot aan de Beringsstraat strekt zich de Noordelijke IJszee uit. Zij draagt haar naam niet met onrecht. In het bijzonder in den winter krijgt men hier veel meer ijs dan water te zien. In den zomer biedt zich ech ter de mogelijkheid tot 'n eenigsz. regelmatig scheepsverkeer en dat in dien tijd b.v. de haven van Archangel te gebruiken is, weet men al veel langer, dan over het algemeen wordt aangenomen. Toen Peter de Groote den toegang tot de Oostzeer geopend had, geraakte de beteekenis van deze haven echter spoedig in het vergeetboek. Zij kwam eerst weer tot eenig aanzien, toen in het jaar 1897 de spoorweg MoskouJaroslaw- WolodgaArchangel in gebruik werd ge nomen en in den wereldoorlog, toen Oost zee en Dardanellen door de strategische maatregelen van de Centrale Mogendheden voor Rusland waren gesloten, heerschte er in deze haven zelfs groote bedrijvigheid. Wladiwostock kwam indertijd wegens den grooten afstand, die deze stad van het oor- logstooneel scheidde, nauwelijks in aanmer king. De beteekenis van den warmen golfstroom. Wij hebben reeds gezegd dat Archangel slechts een deel van het jaar ijsvrij is. Dit is een gevolg van het feit, dat Archangel aan een baai ligt, waarin de warme golf stroom niet kan doordringen. Ten Noord westen van Archangel echter bezit Rusland een kuststreek, die vortdurend, door dezen golfstroom bespoeld wordt en derhalve het geheele jaar door voor zeeschepen te be reiken is. Op die feit is Rusland in den we reldoorlog door Engeland opmerkzaam ge maakt. Men legde in het jaar 1915 de haven van Moermansk aan en verbond de nieuwe haven door middel van een spoorweg met St Petersburg. Reeds in 1916 kon deze spoorweg gedeeltelijk in bedrijf genomen worden. In den eersten tijd van de bolsjewis tische revolutie, toen de Engelsche troepen de Wit-Russische regeering steunden, wer den de aan de Noordelijke IJszee grenzende gebieden tot oorlogstooneel. De groei van Moermansk. Nadat de communisten de macht aan zich hadden gebracht, zijn zij met veel energie tot de uitbreiding en verbetering van de ijsvrije haven van Moermansk overgegaan. De haven dankt zijn groote beteekenis op het oogenblik in de eerste plaats aan de vischvangt. Maar ook de uitvoer van hout en mineralen, waaraan Carelië zoo rijk is, heeft aan belangrijkheid gewonnen. Het Stalinkanaal, dat evenals de bovengenoemde spoorweg Moermansk met Leningrad ver bindt, opent den natuurlijken schatten van het land uitgangspoorten naar het noorden en het zuiden. De groote beteekenis, die Moermansk reeds op het oogenblik bezit, zal echter binnenkort nog reusachtiger worden, wijl Sovjet-Rusland van plan is, Moermansk tot het westelijke steunpunt van een zee- verkeer langs de Aziatische noordkust te maken. De z. g. noord-Oostelijke doorvaart is in de laatste jaren uit het stadium van het wetenschappelijk onderzoek in het stadium van het practisch bruikbare ge treden. Nordenskjöld had in 187879 met zijn schip „Vega" eenmaal in de noordelijke ijswoestijn moeten overwinteren alvorens het hem gelukte, zijn doel te bereiken. De Russische ijsbreker „Sibiriakow" legde den weg van Archangel naar Wladiwostock in den korten zomer van 1932 af. In het jaar 1934 legde een andere ijsbreker der Sovjets den weg omgekeerd af, n.1. van Oost-Azië naar Moermansk. De Sovjets- hebben drie jaren geleden een instituut in het leven geroepen, dat tot taak heeft, de voorwaarden tot het ge bruik van den nieuwen zeeweg en voor de exploitatie van de enorme bodemschatten van NoordSiberië te scheppen. Dit instituut heeft in het hooge noorden reeds talrijke observatieposten, radiostations en depots laten inrichten. Het heeft een ijsbreker- dienst georganiseerd en de ijsbrekers zelf met vliegtuigen uitgerust. Siberië's natuurlijke toegangspoorten zijn de uitmondingen van de groote rivieren, vooral die van Ob., de Jennissej, de Lena en de Kolima. De haven Nowij-Port,' aan de uitmon ding van de Ob, komt intusschen wegens een natuurlijken dam, die voor de haven ligt, voor groote schepen niet in aanmer king. Daarentegen biedt de haven Igarka, aan de Jennissej liggend, de gunstige vooruitzichten. Daar in het meest oostelij ke deel van de Noordelijke IJszee de warme golfstroom weinig invloed meer heeft, is de ijsblokkade voor de uitmondingen van de Lena en de Kolima moeilijker te door breken, dan in de Karische Zee, maar de Russen beweren, dat zij ook deze moeilijk heden spoedig zullen overwinnen. De bodemschatten van Noord Siberië. Het is algemeen bekend, dat het noor delijke deel van Siberië tot de landen be hoort, die door de natuur het rijkst van bodemschatten zijn voorzien. Nog afgezien van de onmetelijke voorraden hout, biedt het land aan de menschen niet slechts goud, platina en andere edele metalen, maar ook ijzererts, naphta en andere grondstoffen in enorme hoeveelheden. De opbrengsten van vischvangst en jacht, speciaal op waardevolle pelsdieren, zijn groot. Bovendien kan men al deze produc ten langs de volle rivieren op goedkoope wijze naar de havens aan de Noordelijke IJszee transporteeren. Intusschen ligt het voor de hand, dat de Russen niet slechts uit economische overwegingen in 't hooge noorden zoo druk in de weer zijn. De zaak is bovendien van zeer groote militaire beteekenis. Langs den nieuwen zeeweg zal men in geval van nood het Oost-Siberische legegr van generaal Blucher van al het noodige kunnen voor zien. De trans-Siberische spooi-weg is zoo- alsc bekend zeer kwetsbaar, maar hier in het Noorden heeft men geen aanvallen op de transporten te vreezen. „STAATSSECRETARIS DES VREDES". NAAR EEN ECONOMISCHE WERELDCONFERENTIE? In de laatste dagen kon men steeds weer hooren vertellen, dat de Vereenigde Staten uit hun isolement zouden treden en dat Roosevelt het initiatief tot een wereldcon ferentie zou nemen. Aan de reis van Nor man Davis naar Europa knoopte men vele combinaties vast en hoewel deze officieel ge dementeerd werden, behoeft men de hoop nog geenszins op te geven. Verder doet het gerucht de ronde, dat Cordell Huil, die zoo juist een opzienbarende rede heeft gehouden, CORDELL HULL, de schaduw van Roosevelt. reeds een plan voor een internationale eco nomische conferentie heeft uitgewerkt en aan president Roosevelt heeft voorgelegd. Ook dit gerucht is ietwat voorbarig, maar er blijkt toch wel uit, dat men op het oogen blik in Washington de gebeurtenissen in Europa zoowel op politiek als economisch gebied intensief volgt. Cordell Huil, leider van de bui- tenlandsche politiek. De man, die in den schaduw van den groo ten president het geheele onmetelijke gebied der economische verbindingen der U.S.A. en de daaruit voortspruitende politieke conse quenties bewerkt, is staatssecretaris Huil. In Amerika pleegt men te zeggen, dat op het oogenblik aan het hoofd van de Ver eenigde Staten drie mannen staan: Roose velt, die het volk, Morgenthau, die het geld en Huil, die de buitenlandsche politiek in handen houdt. En van deze formule is een ding zeker, n.1. dat Cordell Huil de geenszins „grijze", maar herhaaldelijk in het openbaar optredende eminentie van het Witte huis in alle buiten landsche politieke vraagstukken is. HulI'g levensloop. Hij is op het oogenblik een rustige zes tiger. Het fijngesneden gezicht, met de ietwat RIE MUSKETIERS 101. SPELEN MET VUUR. D'Artagnan behoorde tot die jongelui, die het bijzonder prettig vinden, als een rijke en voorname dame zich voor hen interesseert. Dat streelt hun ijdelheid. Bovendien was d'Artagnan heelemaal niet blind voor de schoonheid van Mylady. Hij kon bijkans niet leven zonder in haar nabijheid te zijn. Bovendien zeide zijn scherpzinnigheid hem, dat het beeld dezer vrouw door een sluier omgeven werd, welken hij koste was kost, wilde verwijderen. Hii wist immers reeds met zekerheid, dat ze een spionne van den kardinaal was. Hij kwam en op dien avond kuste d'Ar tagnan Mvlady voor het eerst. De avond zou echter eindigen op een manier, die geen van beiden had verwacht. 102. DEGEN EN DOLK. Plotseling zag d'Artagnan tot zijn groote ontzetting, op den linkerschouder der schoone dame het roode vlammenteeken van een lelie, het brandmerk van den beul. Als een panter sprong de vrouw op het zelfde oogenblik op, greep een dolk en wierp zich op den jongen man, die echter even snel zijn degen had gegrepen. Hier mee hield hij zich de razende furie van het lijf en trok zich langzaam achterwaarts terug, rukte op een gunstig oogenblik een deur open. sprong uit de kamer en schoof op hetzelfde moment een grendel voor de deur. Ijlings maakte hij zich uit de voeten, maar niet zoo snel of hij hoorde nog, hoe de woedende vrouw telkens en telkens weer met den dolk in de deur stak. DINSDAG 13 APRIL. Hilversum I. KRO-uitze ruling. 8.009.15 en 10.00 Gramofoonplaten. 11.30 Godsd. halfuur. 12.00 Berichten. 12.15 De KRO-Melodieten, solist en gram.pl. 2.00 Vrouwenuur. 3.00 Modecursus. 4.00 Gramofoonplaten. 4.30 KRO-Orkest en gramofoonplaten. 5.456.00 Felicitatiebezoék. 6.05 Gramofoonplaten. 6.40 Esperantocursus. 7.00 Berichten. 7.15 „R.K. Jeugdwerkloozenzorg", causerie. 7.35 Sporthalfuur. 8.00 Berichten ANP. Mededeelingen 8.15 KRO-Orkest. 8.45 Jodelzang. 8.55 Vervolg KRO-Orkest, 9.20 Vervolg jodelzang. 9.30 Gramofoonplaten. 9.45 Bela Kiss' orkest. 10.15 Gramofoonplaten. 10.30 Berichten ANP. 10.40 KRO-Boys, solist en gramofoonplaten. 11.4012.00 Gramofoonplaten. Hilversum H. AVRO-uitzending. 8.00 Gramofoonplaten. 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gramofoonplaten. 10.30 De Minstreels. 11.00 Huishoudelijke wenken. 11.30 De Minstreels. 1.00 Omroeporkest, 1.45 Declamatie. 2.10 Omroeporkest en soliste. 3.00 Kniples. 4.00 Zang en piano. 4.30 Kinderkoorzang. 5.00 Kinderhalfuur. 5.30 AVRO-Dansorkest. 6.10 AVRO-Aeolian-orkest. 7.00 Voor de kinderen, 7.05 Vioolvoordracht. 7.30 Engelsche les. 8.00 Berichten ANP. Mededeelingen, 8.10 Gramofoonplaten. 8.20 Bonte Dinsdagavondtrein. 9.30 Vocaal concert. 10.00 Vervolg Dinsdagavondtrein. 10.45 Actualiteitsflitsen. 1.00 Berichten ANP, hierna tot 12.00 Gram.pl, droomerige oogeii en den toegeknepen mond wordt door een hoog voorhoofd en grijze, gol vende haren omlijst. Hij ziet er eigenlijk uit als een geleerde en niemand zou vermoeden, dat zijn eerste sprong in het leven hem op een oorlogstooneel bracht: hij heeft als zeer jonge man een afdeeling vrijwilligers in den SpaanschAmerikaanschen oorlog aange voerd. Daarna studeerde hij in de rechten en op zijn 24ste jaar was hij indertijd de jongste rechter van de Vereenigde Staten. Ondanks zijn jeugd steeg hij snel in aan zien en op nauwelijks 30-jarigen leeftijd werd hij als lid van het congres gekozen. In Washington wijdde hij zich voornamelijk aan fiscale vraagstukken en hij is ook de schepper van de belastingwet van 1913 en de groote belastinghervorming van 1916. Zijn persoonlijke studie leidde hem tot een bewerking der economische problemen van juridisch standpunt uit. In het bijzonder met tarievenkwesties hield hij zich zeer intensief bezig. Dit mag wat droog klinken, maar voor Huil was dit geenszins het geval. Want hij was reeds indertijd, lang voor de crisis, de tegenwoordige meening van de leidende mannen van Washington toegedaan, dat het in den wereldoorlog verloren evenwicht slechts kon worden hersteld door het econo misch leven te bevrijden van alle banden der autarchie. Op het oogenblik is deze over tuiging in de formule gekleed: Eerst econo mische ontwapening, daarna militaire ont wapening. Het hart van den VTedesarbeid. Dit is de taak, die Cordell Huil op zich nam, toen hij na de eerste verkiezing van Roosevelt de functie van staatssecretaris kreeg. Deze titel is wat verwarrend, want tenslotte heeft een staatssecretaris het zelfde werk te verrichten als een minister van buitenlandsche zaken in Europa. Maar het congres, dat indertijd dit ambt instelde, vermeed het zorgvuldig, een anderen naam te kieaen, daar volgens Amerikaan- sche opvatting de president voor de buiten landsche politiek verantwoordelijk is. De voorganger van Huil, Charles E. Hughes, heeft het staatssecretariaat eens het „mi nisterie des vredes" genoemd en thans wordt ook Huil, die een vurig aanhanger van alle vredesbewegingen is, in Washing ton kortweg „staatssecretaris des vredes" genoemd. „Huil", heeft Roosevelt gedurende de ver kiezingscampagne eens verklaard, „is niet slechts het hoofd, maar ook het hart van ons werk voor den vrede." „Roosevelt en IIull, antwoordde Landon, „zullen U in den oorlog voeren." Het resultaat van de ver kiezingen heeft aangetoond, dat het Ame- rikaansche volk den weg van Roosevelt en Huil voor den juisten houdt. Wat reedg bereikt werd. Sinds het begin van zijn ambtelijke werk zaamheid heeft Huil in de eerste plaats het principe van de „goede nabuurschap" prac tisch ten uitvoer gebracht, door met Ca nada en Cuba met alle staten van het Ame nkaansche continent z.g. meestbegunsti- gingsverdragen te sluiten. Tevens bereidde liij de groote pan-Amerikaansche vredes conferentie in Buenos Aires, die zijn oer- eigen werk is, met behulp van den Nobel prijswinnaar Lamas voor. Daarna heeft Huil zich moedig aan de oplossing van de internationale economi sche problemen gezet. Op zijn initiatief kwam de monetaire overeenkomst tusschen de Vereenigde Staten, Engeland en Frank rijk tot stand. Of Huil thans inderdaad het voorstel tot een economische wereldconferentie zal doen dan wel, dat dit aan den Belgischen minis ter-president Van Zeeland, die eveneens met dergelijke plannen rondloopt, zal wor den overgelaten, kan eerst de toekomst leercn. Uiterst htadertfffc *a vol ge varen H het. wonneer n*«er don twee fietsen naast eflcoor rijden. (Op smalle wegen en paden Is zeKs twee nog te veel Een typische vondst nit de mld- deleeuwen. In IJsselstein heeft men kort geleden een straatje uit de veertiende eeuw opgegraven, lees ik in de N. R. Ct. Men stuitte op dit oude Straatje, bij hei blootleggen van de fundamenten der kapel, die deel uitmaakten van het Cisterciënser» klooster „Onze Lieve Vrouwenberg", dat in 1394 door Johan van Egmond aan de stads gracht van IJsselstein gesticht werd en bijna een eeuw later bij een krijg tusschen Hol land en Utrecht verwoest. Het straatje moet om het klooster heen hebben geloopen en bevindt zich nog in goe de conditie. Het is geplaveid met donker* roode steenen; langs den kant loopt een goot, terwijl het midden der straat wordt aangegeven door een steen, welke dwars op de richting der overige is ingezet Het is typisch, dat men bij het vermelden der resultaten van allerlei opgravingen een speciaal bericht wijdt aan de vondst van een oud straatje Wat is. nu gewoner dan een straatje Kloosterfragmenten, scherven van antieke kannen, gemummifiëerde konijnen zijn on getwijfeld voor de historische wetenschap interessanter dan een stukje straat. Er kleeft echter een zeldzaam intieme bekoring aan deze vondst. Ze brengt ons een oogenblik als toeschouwster bij de dagelij ksche wandeling van middeleeuwsche vrouwen en mannen door een kleine stad. Als het waar is, dat de heilige klooster- grond door wereldsche voeten betreden werd, liggen er op de roode steenen van het oude; straatje honderden voetstappen. Het straat je heeft sfeer, zooals straten met kleine steentjes hebben. We vinden die sfeer ver eeuwigd op de schilderijen van de groote Hol- landsche meesters en verinnigd door een stoffeering van simpele huisjes, een aard appel-schillend vrouwtje. De verkeers-boulevards van tegenwoordig, de steeds ruimer wordende stads- en dorps- wegenbouw mogen opgeld doen, de schoon heid van kleine straten schijnt er slechts te zeldzamer door. De intimiteit wordt er beter bewaard, het leven der bewoners persoonlijker getint. Straat, straatje, steeg, steegje, slop, slopje, t zijn immers allemaal kronkelgangen, waar in het menschelijk leven zich vertoont of verbergt. Het aspect van een stad, is het aspect van haar straten; het karakter van haar straten is de ziel der bewoners. Als je langs een huis loopt, bespeur je iets van wat daar binnen leeft. Het uitzicht van een huizenrij zegt je iets- De kleur en vorm van de gevels, de aan kleeding der ramen, de ruimte tusschen de huizenrijen, het ademt alles iets eigens. In den eersten ochtendnevel zijn de huizen toe; met witte venstergezichten, droomen zij den droom van stilte en voorbereiding tot den beweeglijken dag. Later leeft het straatje op; een heldere gloed doorlicht de ruimte tusschen de huizen en koel en proper ligt het Hollandsche straatje in dag's werkelijkheid. Zijn kleur verandert met het dalen van de zon. s Laten middags verdoezelen de gevel lijnen in den naderenden schemer, 's Avonds vallen over de vensteroogen de leden lang zaam toe. Duitsternis is in het straatje. Het straatje uit IJsselstein is zes eeuwen slapen gaan. Geen op- en nedergang van lichte en donkere kleuren; geen rumoer van kinderstemmen, geruchten uit kleine behui zing; geen voetstap-klikken op de koele keitjes. Zacht ademde het straatje meters diep onder den grond; ving van verre de luiden op uit het stadje. Tot de gravers de geluiden dichterbij brachten en plotseling zonnestralen vielen op het dek van besmeu rende aarde over de roode steentjes. Straks, als het klooster wellicht gerestau reerd wordt, krijgt ook het straatje weer doel van bestaan. Maar het zal niet gerept worden door de sporen van alledaagsch menschengedoe; 't zal een bezienswaardig heid blijven, nauwelijks met een oogen-blik door den modernen mensch beroerd, laat staan met den tred der voeten. „Afgesloten voor het verkeer", „Verboden toegang', „Entree 50 ct.", welk vaandel zal uw heiligheid bschermen, o, middeleeuwsch straatje van IJsselstein?

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 12