Huisduinen
en het naderende badseizoen
ABDIJSIROOP
Feestelijke opening met de
Pinksterdagen
Oud worden
Waar gaan we
Het dorp maakt zich op voor de ontvangst der badgasten
ONZE SCHEERMESJES
De kleurwedstrijd
„Piepneus en Bibbersnoet"
Tegen verstopping.
Hebt Gij '1 telkens
op de luchtpijpen
AKKER' S verstèrkte
Migot-avond
Licht op voor alle voertuigen
Licht op voor alle voertuigen
Vergoedingen aan
Bijzondere Scholen over 1934
Feuilleton
n i -ïrtlrn »rnwvio1/Qtl do AlldPrPH UfimPTl
De ouderen van onze lezers en lezeres
sen en dan natuurlijk zij, die in de dagen,
waarover we het nu gaan hebben, hier
woonden, herinneren zich ongetwijfeld,
dat een jaar of 40 geleden Huisduinen
elk jaar haar eigen feest had. Een feest
van drie dagen, dat trouw elk jaar terug
keerde. Dat feest, dat was de Huisduiner
Kermis op lsten, 2den en 3den Pinkster
dag. Dan trokken de Huisduiners en de
Helderschen gezamenlijk op en maakten
zij een pleizier, dat het een aard had. De
goede, oude Huisduinerweg zag er dik
wijls uit, als een oude heir-weg, waarop
een onafgebroken rij menschen af en aan
trok
Het is lang geleden, voorwaar. Stil en nog
niet geheel uit zijn winterslaap ontwaakt ligt
daar thans ons mooie dorp met zijn oude
kerkje, met zijn huisjes boven op de duinen
en met zijn zomerverblijven. Maardie
winterslaap, dat is maar een fabel. Die hou
den ze daar niet, geen sprake van. U heeft
kort geleden nog kunnen lezen, hoe de Huis
duiner jeugd zich vermaakte in Huize „Den
nenheuvel", hoe zij daar tooneel ten beste
gaven, dat men in de stad niet te zien krijgt.
Maar niet alleen de jeugd heeft zich doen
gelden, de ouderen, dë verantwoordelijken
voor den goeden gang van zaken in de kleine
samenleving daar, zij hebben dezen winter op
plannen zitten broeden om de bevolking en
vooral de neringdoenden zooveel mogelijk van
de a.s. zomerdagen te doen genieten. Zij heb
ben dat met des te meer élan gedaan, omdat
zij begrepen, dat er dezen zomer heel wat
zal moeten geschieden, wil Huisduinen als
badplaats haar plaats, die zij zoo moeizaam
verworven heeft, behouden. En dat is niet
voldoende: het welbegrepen streven is om het
dorp steeds meer onder de aandacht van
Nederland te brengen, opdat er steeds meer
zullen zijn, die aan het rustige strand en de
mooie duinen hiér de voorkeur zullen geven
boven die van elders.
Huisduinen gaat dus dezen zomer „wat
doen", dat staat als een paal boven water.
Om te beginnen: bij de opening van het bad
seizoen. Onze inleiding was niet zonder meer
een herinnering aan dagen, die geweest zijn,
maar om een verklaring te geven voor het
feit, waarom de opening van het badseizoen
gevierd zal worden als op de wijze, waarvan
wij nu gaan vertellen. Men heeft n.1. aan die
Kermis van voorheen gedacht, toen vorig
jaar besloten werd om een proef te nemen
met een kermis in het klein. Nu zal men op
Huisduinen bezwaar maken tegen het woord
„kermis", want dat mag het feest niet zijn.
Goed, het wordt dus geen kermis, maar wat
wordt het dan? Welnu, we verwijzen daar
voor naar de seizoenopening in het vorige
jaar. Hetzelfde karakter als toen zal de
seizoenopening dit jaar dragen. Maar het ge
heel wordt iets grooter, iets ruimer en iets
beter.
De bedoeling bij „Huisduiner Belang" zit
voor om de menschen van Den Helder en
Huisduinen een paar gezellige Pinksterdagen
in eigen omgeving te verschaffen. Daartoe
zal Huisduinen zich een feestkleed aantrek
ken en zullen de zakenlieden en anderen hun
best doen om het geheel zoo goed mogelijk
te doen slagen. De vermaaksinstellingen zul
len hoofdzakelijk ingesteld zijn op de jeugd.
Zoo komen er een kinderdraaimolen, een
speelgoedkraam, een fietsenmolen, terwijl
groot en klein hun hart zullen kunnen op
halen aan oliebollen en andere lekkernijen.
worden in steeds grootere mate het gesprek
van den dag, wegens hun onovertroffen goede
eigenschappen en de lage prijs. Pakje van
10 stuks slechts f 0.24
DROGISTERIJ STEINBERG
KEIZERSTRAAT 47/9 TELEFOON 522
Specifieke vermaken voor de ouderen komen
er eveneens, zooals een zweefmolen en een
schiettent, vliegtuigbomsporttent, enz. Er is
nog plaats voor een palingkraampje, zoodat
we ook dét wel op het feestterrein zullen
aantreffen.
Wanneer het seizoen geopend wordt? Wel,
der traditie getrouw met de Pinksterdagen.
Vorig jaar gooiden de standhouders eerst den
tweeden Pinksterdag hun tenten open, dit
jaar zullen zij het reeds op den eersten Pink
sterdag doen. De opstelling van de verschil
lende tenten zal zijn in het centrum van het
dorp, dus ongeveer van Dennenheuvel af,
rond de kerk. Mocht de deelname zoo groot
worden, dat hier ruimte te kort komt, dan
zal tegenover Dennenheuvel een daar aan
wezige open ruimte als feestterrein ingericht
kunnen worden.
Zoo ziet men, dat de Huisduiners niet
bij de pakken gaan neerzitten en dat zij zich
met hand en tand zullen verdedigen tegen
het isolement, waarin hun dorp anders dreigt
te geraken.
We wijzen er nog op, dat tijdens de drie
Pinksterdagen het feestterrein voor het ver
keer gesloten zal zijn, terwijl we ten over
vloede even herinneren aan de uitstekende
busverbindingen, welke er tusschen Den Hel
der en Huisduinen bestaan. We zullen hopen,
dat het met de Pinksterdagen mooi weer zal
zijn en dat Huisduinen al dadelijk van een
groot bezoek zal kunnen profiteeren. Dat
zou geen overbodige luxe zijn, want er zullen
heel wat mooie dagen moeten komen, willen
zij goed maken, wat Huisduinen in den loop
van de laatste jaren te kort gekomen is!
Veel succes, Huisduiners!
Lezing van den heer E. H. Bos voor
den Chr. Vrouwen Bond.
Gisteravond heeft de heer E. B. Bos, Hoofd
van de Chr. M.U.L.O.-school alhier, een lezing
gehouden over de psychologie van den ouden
dag voor de plaatselijke afdeefing van den
Ned. Christelijken Vrouwenbond. Deze lezing,
welke zooals elke lezing van den heer Bos,
uitstekend verzorgd was en duidelijke ken
merken droeg van een gedegen voorbereiding,
werd met groote aandacht door de aanwezi
gen, meest dames, gevolgd. Alvorens de heer
Bos het woord verkreeg, werd de bijeenkomst
door zijn echtgenoote, die presidente is van
genoemde afdeeling, met gebed geopend. Ge
zongen werd psalm 92 8, waarna Mevr. Bos
eemge verzen van psalm 9u voorlas. Toen
ving de heer Bos aan met zijn causerie „Oud
worden". Wij citeeren uit deze lezing het
volgende:
Oud worden, dat is het schrikbeeld van vele
ouderen, die o, zoo graag den ouden dag wil
len verschuiven. Er zit in dien afkeer van het
stervende leven een natuurlijke weerzin tegen
den dood. De dood, die zich niet verdraagt
met ons wezen, dat tot het Leven geschapen
werd. De natuurlijke reactie tegen het ster
ven ligt heel diep in den menschenziel; wij,
gewone menschen, vóélen dat slechts.
Het valt niet te ontkennen, dat de ouder
dom, die aan het sterven normaal vooraf gaat,
een zeer belangrijk gedeelte van het menschen-
leven uitmaakt. Zeker niet minder belangrijk
dan de jeugd en den middelbaren leeftijd. Maar
over de jeugd is veel geschreven, over den
ouderdom niet. Is het omdat men over dat
laatste deel van het menschenleven liever het
zwijgen wil bewaren'; Of vindt men den
mensch in zijn neergang niet de moeite van
het bestudeeren waard? Ouderdom kan toch
zooveel verklaren. Het kan zeker het conser
vatisme in de kerk, in den staat en in de
school rechtvaardigen. Het kan er ook den
grond van zijn. Jeugd en ouderdom, zij houden
elkander in evenwicht. Dat is harmonie
van God gewilde en zelf geschapen harmonie.
Toch is zooveel nog vaag te noemen, tot zelfs
in de aanduiding nog vaag te noemen, tot zelfs
dom, in de leeftijdsbepaling van den aanvang
vanden ouderdom. Spreker sprak in dit ver-
0
De animo voor den kleurwedstrijd voor het
laatste kinderverhaal is niet 'zoo groot geweest
als die voor het vorige, al was ook nu de deel
name bevredigend. Het resultaat was in ver
houding tot het aantal deelnemers. Het was
niet moeilijk een drietal prijswinnaars aan te
wijzen en voor de troostprijzen kwamen drie
jongens en één meisje in aanmerking. Verder
waren er kinderen, die vol goeden moed begon
nen waren, maar die het niet verder dan b.v.
tien goed gekleurde plaatjes hadden gebracht
en de rest, óf heelemaal niet, öf slechts ge
deeltelijk hadden gepenseeld.
Voor de zomermaanden willen we de kinde
ren niet aan den slag zetten en dus wordt de
volgende kleurwedstrijd uitgesteld tot het na
jaar en dan zal het gaan ommaar dat
verklappen we nog niet.
Hier volgen de namen van de prijswinnaars:
die hun prijsjes tot vanmiddag vijf uur op kan
toor af kunnen halen. De kinderen die geen
prijs hadden gewonnen, kunnen hun schrift
afhalen.
1. H. Tjittes, Oude Kerkstraat 9 2.50
2. Cathariena Dekker, Emmastraat 35
meisjesboek.
3. Johanna de Koster, Reigerstraat 84
kinderpost.
Troostprijzen:
Louis Daniël Labohm, Soembastraat 19.
Marinus Zoons, Weezenstraat 20.
Jannie Lagerveld, Lorentzstraat 112.
Tom de Roo, Timorlaan 27.
band van oude menschen, die niet zoo heel
zeldzaam zijn in onze dagen en die de jeugd
willen vasthouden, „met zichtbare en onzicht
bare middelen". Ouderdom is niet alleen psy
chologisch, maar natuurlijk ook somatisch
lichamelijk te verstaan. Spr. wil zelfs het
somatisch element voorop stellen, omdat het
voor het verstaan van verschillende psycho
logische kenmerken van den ouderdom van
belang is.
Onjuist is de voorstelling van het ouder
worden als een opgang van de jeugd tot den
rijpen mannelijken en vrouwelijken leeftijd, om
dan na zijn topprestaties te hebben verricht
bergafwaarts te gaan en in seniebele aftake
ling zijn levensavond tegemoet te gaan. Ons
licham is een verzameling van cellen; biolo
gisch staat vast, dat in iedere cel het ver
ouderingsproces plaats grijpt. Reeds in het
embryonale leven grijpt afsterving plaats en
reeds tusschen den 20 en 25-jarigen leeftijd
doen zicht ouderdomsverschijselen voor. Lorand
schrijft het ouder worden toe aan een vermin
derde werking van den schildklier. Spr. toonde
vervolgens aan, dat uit de onderlinge verhou
ding van den „aanmaak" en den „afbraak" de
energie van de cel bepaald wordt. Oorpspron-
kelijk heeft de aanmaak de overhand, later
de afbraak en... de ouderdom zet merkbaar in.
Uit de harmonie tusschen aanwas en afbraak
is het welbevinden van den mensch in sterke
mate afhankelijk. Hoe krachtiger de afbraak,
de arbeid, hoe meer de aanwas daardoor be
vorderd wordt, waaruit blijkt, dat hoe harder
de mensch werkt, hoe beter het voor zijn wel
zijn is. Na aan de hand van enkele voorbeel
den geschetst te hébben, die merkwaardige
overeenkomst welke er bestaat tusschen den
zuigeling en den grijsaard, ging spr. over tot
het bespreken van de psychologische ver
schijnselen van den ouderdom, tusschen welke
en de lichaamsverschijnselen een verband, een
correlatie bestaat. Spr. toonde daarna aan,
welk een groote psychologische beteekenis de
regressie van de geslachtsfuncties hebben en
maakte duidelijk hoe correlatief de lichame
lijke en de psychologische eigenschappen aan
elkander verbonden zijn.
Vervolgens gaf de heer Bos een aantal ver
schijnselen aan, welke zich bij den ouden
mensch voordoen en welke allemaal psycho
logisch zijn te verklaren, zooals het zonder
eenige critiek roemen van het verleden en
daardoor geen belangstelling meer hebben in
het nieuwe. Voorts de zucht om de meerdere,
de meer ervarene over den jongere te spelen.
De slanke lijn is modern. Verstopping en darm
traagheid veroorzaken lusteloosheid en maken
dik. Het gebruik var, Leo-Pi'ien brengt orde en
regelmaat in den stoelgang. In doosjes vanaf 20ct.
neem dan bij het eerste verschijnsel,
hoe gering ook, dadelijk de nieuwe
verstèrkte Akker's Abdijsiroop en Ge
zult ondervinden, dat deze voor Uw
aandoening hèt aangewezen middel is.
Abdüsiroop is een natuurlijk kruiden-mid
del. onschadelijk voor maag en hart en deze
oude beproefde „genees-cruyden" heelen.
verzachten en verstekken de ontstoken en
gevoelige slijmvliezen van Uw ademhalings
organen goed en giondig. Bovendien bevat
de nieuwe verstèrkte Abdijsiroop de krach
tig hoest-bedwingende stof: „codeïne''
welke snel Uw verkoudheid doet „rijpen",
de slijm doet verdwijnen, de hoestprikke
verdrijft en die prikkelende hoest stopt en
bedwingt. Volmaakt onschadelijk voor oud
en jong. Daarom noemt men Akker s Ab
dijsiroop ,,'s Werelds beste Hoest-siroop".
tegen Hoest, Griep, Bronchitis, Asthnia.
Verlaagde prijzen» 75 ct., 1.25, f 2.-, f 3.50 p. flacon
He': zijn maar heel weinigen onder de oude
ren, die zulk een soepelheid blijven behouden,
dat ze hun tijd kunnen waardeeren en het
jonge geslacht kunnen begrijpen. Naast het
kenleven openbaart zich ook een ommekeer in
het gevoels- en gemoedsleven. Over het alge
meen wordt het minder levendig, minder
prikkelbaar, wat labie'.et. Gevolg: een over-
geprikkelde emotionaliteit, welke oorzaak
wordt van een stelselmatige vereenzaming.
De algemeene tendenz bij den ouden dag blijft
du3 involutie, regressie, hetgeen ook blijkt in
het wilsleven.
We kunnen ons indenken, aldus de heer
Bos, dat men zich naast de eubiotiek, de
kunst om te leven, zich zelfs gewaagd heeft
aan een macrobiotiek, de kunst om het leven
te verlengen. De Christen zoekt het niet in
maat en harmonie zonder meer. Bij hem is
het, onder Gods genade, een inkomen in het
rhythme der eeuwigheid.
Er zijn ouden, die het niet hebben gevon
den, het Leven met God, in hun jeugd niet,
ook in hun grijsheid niet. Moge God de zielen
dezer ouden nog genadig zijn. Daar zijn ook
anderen, bij wie de scheiding tusschen de ge
wone sfeer van het leven van allen dag en
de godsdienstige sfeer min of meer opgeheven
is. Zij zijn als Henoch, zij wandelen al met
God. Dat is de schoone avond van een lan
gen dag, dat is Dood en Leven en Dood in
één greep. Dat is afbraak en opbouw tevens.
Nadat de heer Bos gesproken had zijn
toespraak was met vele citaten verlucht
heeft de secretaresse, mevrouw Van Leeu
wen, hem den dank van de dames van den
Chr. Vrouwenbond betuigd en hem verblijd
met een fraai boek. Daarna werd gezamenlijk
gezongen Gezang 28 2, waarna de heer Bos
voorging in dankgebed.
Op Dinsdag 27 April a.s. zal door de Con
certzangeres Corry van StaaBeversluis een
concert in het Casino-zaaltje worden gegeven,
waarvan het programma bestaat uit werken
van den Franschen componist Georges Migot.
Waar deze zangeres, die o.a. in Frankrijk,
Zwitserland en België als soliste optrad, ge
durende dit seizoen alhier veel succes oogstte
in „Die Schöpfung", zal dit voor den muziek
liefhebber zeker een aansporing zijn dezen on
getwijfeld interessanten avond niet te verzui
men. Deze avond maakt deel uit van een serie
muziekavonden ter propagandeering van het
werk van bovengenoemden componist, welk
werk in Nederland o.a. voor het eerst werd uit
gevoerd door het Amsterdamsche Bachorkest
o.l.v. Theo v. d. Bijl. In het komende seizoen zal
deze tournée op grootere schaal worden her
haald, waartoe reeds nu in verschillende groote
steden voorbereidingen zijn getroffen. Begelei
der is de heer W. Meeuwisse, die tevens als
solist zal optreden. De componist zal den avond
niet zijn tegenwoordigheid opluisteren.
Voor nadere bijzonderheden verwijzen wij
naar de advertentie in het blad van heden.
Natuurhistorisch Museum.
eiken Woensdagmiddag van 3—6 Week'
Zaterdagavond van 7—10 uur, den elk«t
Woensdag van elke maand van 8—
den eersten Zondag van elke
3—5 u.
waarici
au,,
van
Zaterdag 2b April.
Casino, 8 u. Eddy Meenk's band.
Zondag 25 April.
Casino, 3.30 en 8 u. Eddy Meenk's band
R. K. Volksbond, 8.15 u. R. k. Tonn„
eeniging „Excelsior". eelver.
Maandag 26 April.
Casino, 8 u. Concert „Helders Mannenkoor"
Dinsdag 21 April.
Casino, 8 u. Lezing over muziek.
Op- en ondergang van Zon
en tijd van hoog- en laag Wafer
Wintertijd.
April
Z 25
M 26
D 27
W 28
D 29
V 30
Mei
Z 1
Zon
op: ond.:
4.42
4.40
4.38
4.36
4.34
4.32
19.14
19.15
19.17
19.19
19.21
19.23
Hoogwater
7.15 19.15
7.40
8.10
8.40
9.10
9.35
19.45
20.15
20.50
21.25
22.00
4.30 19.25 10.00 22.35
Laagwater
1.10
13.10
1.45
13.50
2.15
14.25
2.40
14.55
3.10
15.25
3.35
15.55
3.55
16.35
Zaterdag 24 April19.42 uur
Zondag 25 19.44 uur
Maandag 26 April19.45 uur
HERMAN NYPELS'
KLEDINGMAGAZIJNEN DEN HELDER
Toonaangevend en niet duur.
Vraagt onze prijscouranten.
Vertegenwoordiger te ontbieden,
B. en W. stellen voor:
16. de vergoeding, waarop de bijzondere
Schoolbesturen krachtens art. 101, le lid, der
L.O.-wet 1920 over 1934 recht hebben, vastte
stellen:
a. voor de Protestantsche Vereeniging; tot
Stichting en instandhouding van een School
met den Bijbel te Koegras op 653.13;
b. voor de Vereeniging „Laat de Kinderkem
tot Mij komen" (na aftrek van de school
gelden)
voor de school aan de Koningstraat op
1346.49;
voor de school aan de Kolensteeg (U.L.0.)
op nihil;
voor de school aan de Kolensteeg (gew. l.o.)
op 133.42; en
voor de school aan de Keizersgracht op
2159.21;
c. voor de Vereeniging van de H. Catharina
van Senen te Voorschoten op 3055.91;
d. voor de Stichting „Het R.K. Onderwijs":
voor de school voor gew. l.o. aan den Pol
derweg op 3085.11;
voor de school voor U.L.O. aan den Polder
weg op 1100.94;
e. voor de Heldersche Schoolvereeniging op
nihil;
2e. de vergoeding, krachtens art. 101, 9e lid,
der L.O.-wet 1920 over 1934 vast te stellen;
a. voor de Vereeniging „Laat de Kinderkens
tot Mij komen" op 765.86;
b. voor de Stichting „Het R.K. Onderwijs" op
604.36.
Annie de HoogNooy
38.
„De juffrouw op school heb me alle
woordjes geleerd," zei ze bedremmeld.
„Daar heb je het weer. Hééft me alle
woordjes geleerd, is het."
„Dan ken ze het zeker zelf niet, denkt U
wel?"
„Kén ze het niet..." verbeterde hij gedul
dig.
Het kind keek hem bewonderend aan.
„Praat U altijd zoo netjes?" vroeg ze.
„Dat is niet netjes praten, dat is gewoon..."
„Gewoon is dan wel erg moeilijk," overwoog
ze ernstig.
,,'t Zal wel wennen," zei hij lachend. Hij
moest het haar den eersten rvond den besten
maar niet zoo zwaar maken.
Berta kwam met een blad vol heerlflkheden
binnen. Boterhammen met ham en op een
apart bordje een spiegelei. En een schaal vól
met fruit.
Marry klapte in haar handen van blijd
schap toen ze dat allemaal zag. Berta kreeg
er schik in. Dankbaar was dat kind in ieder
geval. Maar wat meneer er mee aanhaalde, dat
begreep ze niet goed. Op zulke oogenblikken
miste ze Stevens toch echt, die zou er allang
meer van geweten hebben.
Marry sprong op van plezier toen ze op een
diep bord een groot, vet been zag liggen.
„Voor den hond," zei Berta. „k Had het al
weggegooid, het was van de soep van
gisteren." De hond stoof er op af.
O, Bobby," riep Marry, „wat heerlijk!
Kluif maar lekker..." en toen met een
schalksch gebaar haar vingertje naar Paul
opheffend, zei ze:
„Nou heb u dan toch wèl gejokt, want u zei
dat-ie dat morgen pas kreeg." En toen tot
Bobby:
„Of heeft het baasje zich alleen maar ver
gist? Natuurlijk heeft-ie dat, hij jokt nooit
hep-ie... eh... hééft-ie zelf gezegd."
Paul schoot in den lach. Bijdehandje toch,
wat had ze alles direct door.
Toen ze flink gegeten had, was ze ineens
door en door warm en kon ze niet langer in
den stoel uithouden.
Ze danste vroolijk de kamer in het rond met
Bobby achter haar aan en toen ineens, zonder
dat hij er een oogenblik op bedacht was, was
ze met een sprongetje op zijn schoot.
„Ik wil nooit meer van u weg," zei ze. „En
Mammie moet ook hier komen." Ze sloeg de
beide armpjes om zijn hals.
Wat moet dat nu? dacht hij. Hij voelde
zich een beetje houterig. Wat kon hij nu doen?
Het kind van zich afstooten, dat ging toch
niet.
„Mammie komt ook, hè?" vleide ze.
„Jij commandeert maar..." zei hij, een beetje
met zijn figuur verlegen. „We zullen wel eens
zien."
Op dat moment begon Bobby een rondedans
door de kamer te maken. Hij had zich blik
baar tot taak gesteld zijn eigen staart te
pakken. Marry gierde het uit.
„O, kijk-es, wat lollig!"
Paul lachte ook, maar zei toch:
„Je moet niet zeggen „wat lollig", je moet
zeggen „wat leuk."
Ze keek een beetje bedremmeld.
„Ja, maar... leuk is lang zoo lollig niet."
Hij kneep haar in d'r neusje, keerde zich
toen lachend om.
Opeens rinkelde de telefoon. Marry schrok
geweldig van dit ongewone geluid. Zij zag zijn
blik ernstig worden. Zij volgde met gespannen
aandacht zijn bewegingen.
„Hallo... ja. die ben ik... Wat zegt u,
politie,,. ja, dat kind is hier... ik had u
direct op moeten bellen, een taxi-chauffeur,
dat klopt... wat zegt u? Ja, ik kom zelf wel
even..."
Marry was in den stoel teruggekropen. Haar
blik werd angstig, het ging over haar, dat
hoorde ze. Zou ze hier weg moeten? Kwam de
politie haar halen of werd ze daar heen ge
bracht Ze had een uitdrukking in haar oogen
als van een dier dat in benauwdheid zit. Wét
zou er met haar gebeuren Wat had die stem
aan den anderen kant gezegd?;
Ze zag hoe Paul zich naar haar toekeerde,
de spieren van haar rechteroogje trokken
krampachtig tezamen...
Op dat oogenblik gebeurde er iets wonder
lijks in hem. Hij zag het vertrokken gezichtje
van het kind... Het was of de tijd terug ging,
hij was niet meer in dezelfde kamer, maar als
kleine jongen in het huis zijner ouders. Hij
zag zichzelf weer, bij een onweer, gespannen
luisteren naar een harden donderslag die
volgde op die angstaanjagende bliksemstralen,
hij hoorde zijn moeder, die hem beschermend
bij zich nam, weer vermanend zeggen:
„Niet zoo met je oogje trekken, Paultje."
Een waas kwam voor zijn oogen. Een warm
gevoel doorstroomde hem.
„O God, zou het dan tóch waar zijnzei
hij zacht. En wat Dir.y met al haar argu
menten niet had kunnen bereiken, dat deed
de r.atuur in één seconde.
Hij snelde op het onthutste kind toe en het
in z'n armen nemend en kussend, fluisterde hij:
„Marjoleintje... m'n eigen kleine Marjo-
leintje..."
Dan herstelde hij zich.
Hij moest weg. Hij was verplicht ze op het
politiebureau van een en ander op de hoogte
te stellen, anders kreeg hij daar moeilijk
heden mee. Maar eerst moest hij het kind
de waarheid zeggen.
Marry luisterde naar hem, heel stil en heel
aandachtig, als naar een mooi verhaal. En
toen hij uitverteld was en haar vroeg of ze
het niet heerlijk vond, dat ze nu een pappie
had. antwoordde ze ernstig:
„Ik wel, als Mammie het maar gelooft.
Maar dat zal wel, want tante Lottie zei
altijd, dat ze haar van alles wijs konden
maken.
„O, jij kleine wijsneus, kom hier," lachte
hij, het kind opnieuw in zijn armen nemend.
Dan keek ze hem een oogenblik scherp aan
en zijn gezicht tusschen haar beide handjes
nemend, riep ze eensklaps uit:
„U bént mijn pappie, ik zie het!"
„Zie je dat, kleine schat Zeg eens gauw
waaraan?" vroeg hij het kind lachend in de
oogen kijkend.
„Aan uw oogen. Mammie heeft mij eens
verteld, dat daar lichtjes in dansten als u
lachte. O, daar zie ik ze weer!"
Dat had Diny haar dus verteld... Ze had
het kind dus deelgenoote willen maken van
haar herinnering.Een verlangen naar haar
beving hem. Hij kon nauwelijks het oogen
blik afwachten dat ze hier met z'n drieën bij
elkaar zouden zijn.
„Laat ze nog eens dansen pappie, het was
zoo loll... zoo leuk."
Hij lachte blij en gelukkig en de lichtjes
dansten.
„Wat zullen we het heerlijk hebben, Marry."
„U moet Marjoleintje blijven zeggen
„Marry" zeggen alleen de straatkinderen
„Wou je nu mij een lesje geven?" vroeg hii
Marry zag de lichtjes verdwijnen.
„U bent toch niet boos?"
„Op jou nooit."
„Ik op U ook niet."
„Wil je wel bij me blijven, Marrv
Marjoleintje, bedoel ik."
„Mooi onthouden," prees ze en knikte
lachend met het hoofd.
„Voor altijd?"
Even weifelde ze. Ze zat blijkbaar te over
leggen.
„Als ik altijd van die lekkere boterhamme
tjes krijg... en gebakken eieren en Bobby van
die fijne kluiven..." zei ze met een on
deugend lachje.
„Zoo dik als je arm..." beloofde hij
dikker."UW arm' 261 26 ",Want di° is veel
„Ik beloof het je. En taartjes krijg je ooK
en chocolade..."
„En pannekoeken...?"
„Die óók."
„Heusch?"
„M'n woord er op."
„En mag Doortje dan een keertje komen.
„Wie is Doortje?"
„M'n vriendinnetje, die is dol op panne
koeken." Onwillekeurig dacht ze aan
dien
avond waarop ze de hare voor Doortje M'
waard had. Wat leek haar dit nu lang
geleden...
„Natuurlijk mag dat," gaf hij toe.
„Ja?" riep Marry verheugd uit. „O papP11
dan blijf ik!"
„Prachtig," zei hij. „Maar nu moet ik ^ve
weg, schat. Ik stuur Berta wel bij je.
Maar nog voor de oude vrouw binne j
kwam, had Marry even een apartje M
Bobby en het dier naast zich in den s
trekkend, vroeg ze, met haar mondje
dicht bij zijn oor:
„Vind je hem ook niet reuze-lief Bon 7;,
En nu wil-ie nog onze Pappie worden oo
Voor Diny was de volgende dag de
kigste in haar leven. Ze had nauwelijks k
nen begrijpen wat Paul haar vertelde. Ze
maar steeds het gevoel, dat het een m°
droom was waaruit zij straks zou ontwa
Maar als het allemaal waarheid was, dan
alle leed geleden zijn. Was er eigenlijk
ooit leed geweest? Wat beteekende het a
gemaakte tegenover dit wonderlijke
wonderlijk was het. Ze had niet durven nop
dat haar gebed ooit verhoord zou woupen
Toen Paul uitverteld was, hadden zeeigen
poosje zonder te spreken, ieder in zijn
gedachten verdiept, bij elkaar gezeten.
Hoe vaak had zij er naar verlangd
zoo in haar onmiddellijke nabijheid te de mSt
Had haar groote verlangen hem on
naar haar toegedreven? Wat was toe
groote, dat machtige, wat twee mensche
innig tezamen bond? ,„a\
(Wordt vervolgd;-