IBIS SHAG
Raadsreflexen
Stadsnieuws
tobbe fmcmn
lebber... man?
Waar gaan we heen
Vrijdag 30 April 1937
Verjaardag
HJCH* Prinses Juliana
Trawlers in gebruik bij de
Marine?
Heldersche Courant
Tweede Blad
Helders Belang V/V-V*
Een nieuw winkelhuis
voor den heer v, d. Witte
De heer Boogaard in het strijdperk
Het telefoonkantoor en de weinige
soepelheidvan deNederlandsche Spoor
wegen •De werkverschaffing
De Privé-Verpleegster
TA VENU boekt wederom
een succes
Er wordt druk gevlagd.
Na dagen van grauwe luchten en scherpen
wind, stond vanmorgen in de vroegte de zon
te glanzen aan een hemel, die wel niet egaal
blauw was, maar toch beloften inhield voor
den feestdag van heden.
Br werd vanmorgen reeds druk gevlagd, in
alle straten hingen al tientallen vlaggen,
vóór zeven uur, en later op den morgen klap
perden steeds meer dundoeken van de gevels.
Ben ouderwetsche Oranje-dag, met een in
feesttooi gestoken stad.
Het was de stadsbeiaardier, Tj. Joh. Dito,
die voor de eerste feestklanken zorgde. Om
acht uur galmden vroolijk de klokkenklanken
uit het hooge monument op het Helden der
Zeeplein. Ze werden gedragen tot ver de
stad in.
Om half elf marcheerden de adelborsten,
voorafgegaan door de Kon. Marinekapel, van
de Buitenhaven. De stoet trok veel belang
stelling. De heele ütad werd doorgemarcheerd
in kranige houding en flink tempo.
Wij vestigen nog de aandacht op het Kin
derfeest, in Musis Sacrum, dat hedenmiddag
drie uur aanvangt. Om half drie vertrekken
de jonge feestgangers, voorafgegaan door de
Oranje-garde, van de Marinewerf; langs West
straat, Keizerstraat, Spoorstraat, marcheeren
zij naar de feestzaal.
De middag is georganiseerd door de Chr.
Oranjevereeniging, die, zooals men weet, van
avond om 8 uur een feestavond organiseert
in Casino.
Wij vestigen voorts nog de aandacht op het
concert van het Stedelijk Muziekkorps, dat in
de muziektent in het Julianapark van 89.30
u. gegeven wordt, en op de beiaardbespeling
op het klokkenspel van het Ned. Redding
wezen, hedenavond van 89 u.
Er wordt een proef genomen.
Het Dagblad voor IJmuiden weet te ver
tellen, dat evenals in het buitenland, bij de
marine gebruik zal worden gemaakt van
trawlers.
Voorloopig zal met een der IJmuider
trawlers een proef worden genomen, om te
zien in hoeverre deze schepen voor dat doel
dienstig zijn te maken. We meenen te weten,
dat in den mobilisatietijd ook van zij het
dan omgebouwde trawlers is gebruik ge
maakt en wel als mijnenvegers.
Misschien, dat bij het slagen van de proef,
er meer belangstelling bij de overheid zal
ontstaan om te bevorderen, dat moderne
schepen op stapel zullen worden gezet.
Waarschijnlijk dat ook in België (en
elders) de groote aanbouw van de visschers-
vloot, gesteund door de regeering, aan dit
doel ten grondslag ligt.
Zoo bekeken, kan dit tweeërlei doel waar
schijnlijk bevorderlijk zijn voor de vernieu
wing van de visschersvloot.
Algemeene ledenvergadering, die
weinig belangrijks bood. Succes
met de reclame naar buiten!
Gisteravond heeft in de bovenzaal van het
Kegelhuis een Algemeene Ledenvergadering
van de V.V.V. .Helders Belang" plaats ge
vonden, welke, zooals de meeste van deze
vergaderingen, zeer slecht bezocht was.
Het is toch maar «en merkwaardig
iets, dat de plaatselijke Middenstand zoo
weinig oog heeft voor zijn eigen belang.
Het gaat dien Stand toch waarlijk niet
zóó goed, dan dat er geen wenschen meer
te vervullen zouden zijn; wij hebben de
menschen tenminste wel eens anders
hooren verkondigen... Maar hoe wil men
nu verbetering in den toestand brengen,
anders dan door overleg, samenwerking,
plannen beramen en wat dies meer zij
Het zal een ieder toch duidelijk zijn, dat
er in dit opzicht individueel niets,
maar dan ook niets te bereiken is. En
toch blijft men weg van vergaderingen
als deze, welke daardoor kennnelijk aan
bloedarmoede lijden en zonder eenige be-
teekenis zijn, omdat er altijd dezelfde
menschen zijn, met dezelfde ideeën, met
dezelfde inzichten. Heusch, op deze wijze
komt de V.V.V. er niet en wat erger is,
de Middenstand zéker niet. Het moest
toch eigenlijk zóó zijn, dat élke midden
stander lid van zijn belangenvereeniging
was, temeer omdat de contributie 1.
per jaar...) daarvoor geen bezwaar be
hoeft te zijn. Maar wat zien we? Nog
niet de helft heeft zich aangesloten! En
nu heeft de Middenstand wellicht reden
tot klagen, maar waar men de grond
beginselen van het zakenleven verzaakt,
daar mag toch óók wel eens aan „eigen
schuld" gedacht worden. Genoeg daar
over: laat ons hopen, dat men toch nog
eens tot een ander inzicht komt!
Over de vergadering van gisteravond dan
het volgende. Aanwezig was o.m. de burge
meester, die het bijzonder lidmaatschap van
de V.V.V. aanvaard heeft; de bijeenkomst
werd geleid door den voorzitter, den heer M.
H. Klerk.
Nadat de notulen van de vorige vergade
ring gearresteerd waren, deed de heer H. C.
M. Nypels voorlezing van zijn jaarverslag.
Hieraan ontleenen wij het volgende:
Ook in het jaar 1936 heeft de V.V.V. veel
pogingen aangewend om de trek naar onze
gemeente te bevorderen, door gestadig de
aandacht op Den Helder en Huisduinen te
vestigen, en het verblijf van vreemdelingen
hier zoo aangenaam mogelijk te maken.
In de drie grootste Ned. Dagbladen hebben
wij gedurende vijf achtereenvolgende maan
den propaganda gemaakt. Verschillende tijd
schriften plaatsten beschrijvingen en uitnoo-
digingen voor een bezoek aan onze gemeente
en de badplaats, in het V.V.V.-blad „Ons
Nederland" Verkregen wij een speciaal „Den
Helder"-nummer, met tal van foto's en een
vlotte beschrijving. Een zomerdienstregeling
stelden wij in ruime mate voor de aanvragers
beschikbaar, en werden aan de leden van de
V.V.V. toegezonden. Een nieuwe hotel- en
pensiongids is in grooten getale verspreid,
terwijl een drieduizend stuks beknopte gid
sen voor uitstapjes in en om Den Helder
Huisduinen voor vreemdelingen en stadge-
nooten beschikbaar werden gesteld. Door de
medewerking van verschillende bedrijven hier
ter stede verspreidden wij 5.000 V.V.V.-sluit-
zegels in den lande, wij namen deel aan de
V.V.V.-tentoonstelling te Amsterdam, waar
ons reclame-materiaal voor vele bezoekers
ter inzage heeft gelegen en is verspreid.
Wij zijn in correspondentie getreden met
de Ned. Spoorwegen voor het inleggen van
extra diensten, in 1937 zullen wij ons deel
daarvan bekomen.
Met de plaatselijke pers bereikten wij we
derom goede samenwerking, onze berichten
werden bereidwillig opgenomen en, naar de
groote bladen toegezonden. Wij beschouwen
deze samenwerking van veel invloed voor de
bekendheid van Den HelderHuisduinen,
vooral ten aanzien van de naaste omgeving,
welke méér dan voorheen onze gemeente als
een centrum van inkoopen gaat beschouwen.
Bestuursmutaties en ledental.
Ons bestuurslid, de heer A. ten Klooster,
is ons door den dood ontvallen, zijn functie
als penningmeester heeft de heer J. Delgorge
op zich genomen. Opnieuw werden wij dit
jaar ernstig getroffen door het onverwacht
overlijden van den heer P. C. de Boer, beide
bestuursleden, die veel voor de V.V.V. heb
ben tot stand gebracht, verdienen daarvoor
onze volle waardeering, hun nagedachtenis
zullen wij in eere houden.
Het ledental der vereeniging is gelijk ge
bleven, enkele bedankjes die inkwamen, wer
den door nieuwe leden weer hersteld. Op
nieuw vestigen wij de aandacht van de
plaatselijke handel op onze V.V.V., omdat
het in de eerste plaats deze handel is, die
voordeel heeft van een veelvuldig vreemde-
lingenbezoek. Onze vereeniging heeft 300
leden, doch kan er tenminste 600 tellen. De
inkomsten zouden dan in gelijke mate stij
gen, waardoor, behalve een beter meeleven
met deze voor de gemeente nuttige instel
ling, »veer middelen beschikbaar komen om
de zoo noodzakelijke propaganda naar buiten
op te voeren.
Uit het finantieel overzicht van penning
meester Delgorge bleek, dat er een klein
nadeelig saldo over 1936 was: mede een ge
volg van de weinige contributies! In de vaca
tures in het bestuur, ontstaan door het ver
trek van den heer J. Kamman en door het
overlijden van den heer P. C. de Boer, wer
den met vrijwel algemeene stemmen be
noemd de heeren Mr. Arn. Veldman en H.
W. Zegel. De aftredende bestuursleden Van
Gessel, Bijvoet, Kreuger en Nypels werden
na eenige discussie bij acclamatie herbe
noemd. De burgemeester heeft in dit ver
band eenige waardeerende woorden aan het
adres van den heer Nypels geuit.
Mededeelingen.
Vervolgens heeft de voorzitter eenige me
dedeelingen gedaan. Het bestuur is van mee
ning, dat samenwerking met het gemeente
bestuur van groote importantie is. In dit
verband stemt het tot verheugenis, dat bur
gemeester Ritmeester zoo bereidwillig is ge
weest het bijzonder lidmaatschap van de
vereeniging te aanvaarden. Spr. bracht den
magistraat daarvoor dank.
In verband met het succes, dat de Boltha II
opgeleverd heeft, is er sprake van geweest
om een Dahliatentoonstelling te organisee-
ren. Het bestuur vond het echter wenschelijk
om daarmede nog even te wachten; wellicht
zal deze volgend jaar gehouden kunnen
worden.
Tenslotte heeft de heer Klerk de aanwezi
gen aangespoord om propaganda voor de
V.V.V. te maken, opdat meerderen zich als
lid zullen opgeven en... de vergaderingen
zullen komen bezoeken.
VOOR DE PIÜP
Rookt IBIS bij voorkeur uit een IBIS-pijp.
Bij Uw winkelier verkrijgbaar.
Verheugend was het uit den mond van
den heer Nypels te vernemen, dat er uit
den lande steeds meer aanvragen komen
om propagandamateriaal van Den Hel
derHuisduinen. Den Helder bestéét
tegenwoordig, er wordt over gesproken.
Dit is al een heele verbetering in ver
gelijking met eenige jaren geleden en
mag geweten worden aan de geregelde
reclame naar buiten. Voor het komende
seizoen zijn al verscheidene aanvragen
voor pensions enz. binnengekomen.
Na de rondvraag, welke niets bijzonders
opleverde, sloot de voorzitter om ca. 10 uur
de vergadering.
De aanbesteding gehouden.
Gisteren is in het Kegelhuis door den archi
tect S. Krijnen, voor rekening van den heer
J. v. d. Witte, Keizerstraat alhier aanbesteed
het afbreken van perceel Keizerstraat 103 en
het aldaar bouwen van een winkelhuis met
bovenwoning.
De uitslag was als volgt:
C. Th. Kwak 6.600.—
G. Groot 7.224.—
Modder en Cuperus 7.250.
W. F. Labout 7.260.
P. Vermeulen en W. A. Ran 7.268.
K. Venema 7.285.
J. W. Schuit, Alkmaar, 7.400.
R. Noppert en G. Oordt 7.495.
G. H. Geus 7.497.—
C. Bot 7.600.—
C. Goes 7.600.
H. Doorn 7.900.—
S. van Scheijen, Koegras, 8.040.
J. Steen 8.083.
Gebrs. Riemers 8.195.
J. Roomeijer Jr. 8.250.
P. van 't Hoog, Texel, 8.700.
M. C. v. d. Plas 8.992.
Zie pagina 2, le blad
Zeer belangrijk voor U
Een agenda-punt, dat de kampioen-voor-
vechter van de arbeiders, de heer R. Boogaard
(S.D.A.P.), in het geweer heeft gebracht,
was dat betreffende de verbetering van een
der H.R.C.-terreinen. Waarschijnlijk door de
„stille" toejuichingen van een aantal suppor
ters op de publieke tribune, liet hij zich echter
in zijn ijver te ver gaan en debiteerde enkele
onjuistheden, die hem een scherpe terecht
wijzing van den burgemeester bezorgden.
De heer Boogaard oefende critiek op dit
voorstel, omdat dit werk in werkverschaf
fing uitgevoerd zou worden, tengevolge waar
van de arbeiders niet aan een normaal week
loon zouden komen. Het hoogste loon in werk
verschaffing is 16.32, een bedrag dat door
het rijk is bepaald, en waaraan het gemeente
bestuur zich heeft te houden, omdat het rijk
ongeveer 76 procent van het loonbedrag, voor
werken in werkverschaffing, bijdraagt. Wan
neer het werk in eigen beheer wordt
voerd, bedraagt het minimum loon 22.56.
Maar... de gemeente-financiën laten de uit
voering in eigen beheer niet toe.
Een van de grieven van den heer Boogaard
Was, dat dit werk niet voor uitvoering in
werkverschaffing in aanmerking mocht ko
men omdat het z.i. onderhoudswerk was.
Voorts maakte hij het college het verwij
dat het 't argument, dat een bepaald werk
niet gedaan zou worden, als de raad besloo
het niet in werkverschaffing te willen ui
voeren, als een stok achter de deur gebruikte.
Tenslotte beweerde hij, dat in onze s ad e
lage loonen in werkverschaffing werden be
taald. In Zaandam zou men 42 cent ontvangen.
In zijn ijver voor de arbeiders sloeg
opposant hier lichtelijk de plank mis. Hem
werd door den voorzitter en ook door zij
mede-partijgenoot, wethouder v. d. aar
duidelijk gemaakt, dat het hier geen onder
houdswerk, maar een nieuw werk betrof, n.
de omlegging van een terrein en als dit werk
niet in werkverschaffing uitgevoerd zou
worden, zou er in het geheel niets van kunnen
komen. De burgemeester zette voorts de
onjuiste voorstelling van den heer Boogaar
recht, als zou men in Zaandam hooger uur
loon in werkverschaffing betalen dan in Den
Helder. Het is niet waar, dat men daar 42
cent betaalt, men betaalt in Zaandam niet
meer dan 35 cent, tegen 34 cent in onze stad.
Dit is een regeling, die door den Rijksinspec
teur voor de werkverschaffing getroffen
wordt.
De heer Boogaard had van deze argumen
tatie niet terug. Wij willen gaarne aannemen,
dat hem het uurloon in Zaandam niet bekend
was, maar dan had hij ook geen cijfers moeten
noemen, want dat werkt misleidend.
Het college verdient voor zijn arbeid voor
onze werkloozen geen onrechtvaardige critiek,
vooral van den kant waar men weet, althans
kan weten, dat er op het Raadhuis een open
oog is voor de werkloozen en noodlijdenden in
onze gemeente.
Het waren de heer Ran (R.K.) en Feenstra
Kuiper (Gem. Bel.) die er nog op wezen, dat
die sportterreinen een duur paardje voor de
gemeente waren.
Het voorstel ging er door, met 12 tegen 7
stemmen.
Hetzelfde ging het met de verbetering van
een terrein voor lichamelijke oefeningen bij
school I, te Julianadorp.
De verkoop van grond aan het Rijk, voor
dt stichting van een telefoongebouw, was een
agenda-punt, dat voor onze stad van groote
beteekenis is. Niet alleen omdat hierdoor de
automatiseering van de telefoon binnen af-
zienbaren tijd (Augustus 1938) een feit zal
zijn, maar ook omdat hierbij het vraagstuk
van de verplaatsing van het rangeerterrein
op het tapijt kwam. De Burgemeester heeft
in deze raadsvergadering mededeeling gedaan
van zijn besprekingen met de autoriteiten in
Den Haag.
Het hoofd van den Rijksgebouwendienst,
die Den Helder kent, voelde voor het plan om
een nieuw post- en telefoonkantoor te plaat
sen op het nu bestaande rangeerterrein. Het
was een concessie aan de gemeente Den
Helder, omdat men de telefoon, om technische
redenen, minstens 150 meter van den dijk
verwijderd moet hebben en deze plaats dus
niet de meest gunstige is,
Voor de gemeente had een en ander belang
rijke financieele offers gekost, doch het had
de oplossing gebracht van een vraagstuk,
waarvoor men al jaren lang een oplossing
zoekt, n.1. de verbinding van twee stadsge
deelten, die door dezen wig van elkander
gescheiden zijn. Edoch, toen de zaak zoover
was, kwam er een kink in den kabel door een
schrijven van de Ned. Spoorwegen, waarin
medegedeeld werd, dat de belangen van de
Spoorwegen zich tegen den verkoop van het
rangeerterrein verzetten.
We blijven dus zitten met dit obstakel voor
een goede verbinding, voor de bewoners achter
spoor, met de binnenstad en het probleem,
luchtbrug of tunnel, wordt hierdoor weer
actueel.
De heer Kraak (SDAP) kwam in oppositie
tegen de wijze van toekenning van grond voor
den bouw van het telefoonkantoor, dat ge
plaatst zal worden aan de Boerhaavestraat,
in aansluiting aan de laatste huizenrij, op
het weiland „De Ton". Hij had den indruk
gekregen dat de zaak reeds in kannen en
kruiken was, voordat de commissie van de
grondbedrijven advies was gevraagd, terwijl
hij de meening was toegedaan, dat de grond
te goedkoop van de hand ging en de verkave
ling onvoordeelig was.
De burgemeester zette een en ander recht
en toonde aan, dat èn wat de plaats èn wat
de prijs betreft, geen andere beslissing geno
men had kunnen worden. Het voorstel werd
dan ook z.h.s. aangenomen.
De heer Boogaard, die Dinsdagavond
regelmatig in de oppositie was, deed bij de
rondvraag nog een uitval naar de bestuurs
tafel, in verband met de door hem aan het
college gestelde vragen, betreffende de loon-
b„palingen, geldende bij het uitbaggeren van
het Heldersche kanaal. Men herinnert zich,
dat de heer Boogaard in deze vragen het
college verwijten heeft gemaakt, dat de raad
bij de behandeling van dit onderwerp niet
voldoende zou ingelicht zijn, over bepalingen,
die later toegepast zijn. In hoofdzaak ging
het om het feit, dat de arbeiders, die een
eigen woning, of een klein bedrag aan gezins
inkomsten hadden, toegestaan was slechts
eenige weken in werkverschaffing te werken
en dan een week wachten zonder steun, ter
wijl kostgangers slechts drie weker in werk
verschaffing zouden mogen werken en dan
twee weken uitgesloten zouden worden,
zonder steunuitkeering, terwijl er voorts een
ongunstige bepaling was betreffende regen-
verzuim.
Wethouder Sn..ts heeft eerst een en ander
recht gezet en gewezen op het feit, dat door
den Rijksinspecteur verbeteringen zijn aan
gebracht.
De burgemeester erkende, dat er eenige
fouten gemaakt waren, maar die waren her
steld. Zoo was men er b.v. niet van op de
hoogte geweest, dat het wachten beteekende:
buiten den steun staan.
„Dat wist ik wel", zei de heer Boogaard.
„Dan had u dat behooren te zeggen", ver
weet hem de burgemeester.
Aan de hand van tal van cijfers toonde de
burgemeester voorts aan, dat de werkver
schaffing den. menschen wel degelijk finan
cieel voordeel gebracht had. Het is wellicht
goed dat we die cijfers, voor hen, die ze niet
in het raadsverslag gelezen hebben, nog eens
laten volgen.
De burgemeester had van 116 personen
nagegaan, wat zij in deze regeling meer dan
hun steun verdienden.
Twee gulden kregen er 6, van 24 gulden
16, 45 gulden 24, van 56 gulden 32, van
67 gulden 23, van 78 gulden 14 en 10
gulden 1.
Een sterk argument was voorts van den
raadsvoorzitter het moreele voordeel voor de
menschen. „Leegloopen is des duivels", zoo
zei de burgemeester en dus beteekent voor
deze menschen de werkverschaffing meer dan
een extra verdienste van 5 6 gulden per
week.
De heer Boogaard was niet gelukkig met
zijn aanval, want behalve dus dat de regeling,
zooals die was ontworpen, van den Rijksin
specteur kwam, waren de grieven voor een
groot deel verholpen en dus sorteerde de
interpellatie geen effect.
Bij de behandeling van de tarieven van het
gemeentelijk zwembad, werd door verschil
lende leden critiek geoefend op de tarieven,
wat betreft de lessen voor kinderen. Men
vond die te hoog (2 gulden per seizoen), zeer
zeker te hoog als men er drie seizoenen over
doet om het zwemmen te leeren, zooals de
heer Uithol van zichzelf getuigde, of als men
het in drie lessen kan, zooals de burgemeester
meende, dat er gevallen waren.
De heer Feenstra Kuiper (Gem. Bel.) stelde
voor leskaarten voor een week verkrijgbaar
te stellen, welk voorstel de heer Mulder (a.r.)
ondersteunde.
Het college wilde geen bindende voorschrif
ten, doch mocht de practijk uitwijzen dat de
tarieven, in het bizonder voor de kinderen,
te hoog zijn, dan kan daar wijziging inge
bracht worden.
De burgemeester deelde nog mede dat
overwogen wordt op de scholen, bij de licha
melijke oefening „droog zwemmen" in te
voeren, om door dit „droog zwemmen, het
natte zwemmen te bevorderen".
De overige agendapunten leenen zich niet
voor een bespreking. En nu wachten we op
de begrootingsdiscussiesgoe lang nog?
Natuurhistorisch Museum. Elke week:
eiken Woensdagmiddag van 35 uur, eiken
Zaterdagavond van 710 uur, den eersten
Woensdag van elke maand van 810 uur,
den eersten Zondag van elke maand van
3—5 u.
Vrijdag 30 April.
Casino, 8 u. Chr. Oranjevereeniging. Fees
telijke bijeenkomst.
Muziektent (Julianapark)8 u. Eerste
Zomerconcert Sted. Muziekcorps.
Musis Sacrum. Cursusbal. Dansinstituut
Zaterdag 1 Mei.
Casino8 u. 1 Mei-viering S.D.A.P.
Zondag 2 Mei.
Casino, 8.15 u. „De Czardasvorstin",
Noblesse obligeen als deze waarheid
óóit gegolden heeft, dan is dit wel voor onze
plaatselijke Tooneelvereeniging „TAVENU",
die in den loop van reeds een respectabele
rij van jaren bewezen heeft, op geregelde tij
den met iets goeds voor den dag te komen,
met iets, dat op frappante wijze uitstrekt
boven het gemiddelde niveau, waarboven het
doorsnee-dilettanten-tooneel bijna nimmer
vermag te komen.
Evenwel, men heeft terdege rekening met
zijn publiek te houden en dan met name met
het TAVENU-publiek, dat kennelijk een hang
naar het tragische bezit, gezien althans de
gesprekken in den foyer, tijdens de pauzen.
En ondanks het feit, dat men het gebodene
klaarblijkelijk op prijs stelde, en men zich-
gedurende de 4 bedrijven van deze „Privé-
Verpleegster" hoogelijk geamuseerd had.
Het is het oude probleem van de Kunst, die
érnstig moet zijn en waardig, om wéér
te zijn, waarbij men vergeet, dat Molière en
Aristophanes ook blijspelen componeerden,
die men so wie so toch ook tot Kunst zou
mogen kwalificeeren...
„De Privé-Verpleegster" dan is een blijspel
van A. den Hertog en dat in een 4-tal be
drijven zich waarlijk als „blij-spel" doet
kennen.
Het is niet zwaar op de hand, verre van
dat: het is allemaal zeer licht van allure, het
is geestig zonder vulgair te worden (op een
enkele passage na) en bezit een serie dialogen,
die eenige spelers een voortreffelijke gelegen
heid boden hun dramatische antecedenten ten
volle te demonstreeren.
Wat den inhoud betreft: in een nutshell be
vat deze de geschiedenis van het, in de too-
neelliteratuur van de twintigste eeuw reeds
haast tot cliché geworden, zelfstandig door
het barre leven gaand meisje, dat, ondanks
het feit, dat het een vermogende ruggesteun
in een oude tante bezit, zelf haar kost wil
verdienen.
De eerste poging, bij een fabrikant, zou via
een beiderzijdsche liefde al spoedig tot een
ontijdig einde gekomen zijn, had meerge-
neemde tante niet vrouwelijk ontactisch roet
in het eten gegooid, waardoor het zelfstandige
meisje er van door gaat en op een andere
wijze haar brood tracht te verdienen.
Na diverse mislukte pogingen wordt zij
verpleegster (zij het zonder eenige praktische
ervaring) bij 'n gepensionneerden oud-scheeps
kapitein, oogenschijnlijk het prototype van
den bruut, doch die in wezen nogal meevalt.
Via een serie obstakels en conflicten vinden
tenslotte beiden (wie zou er aan getwijfeld
hebben?) elkander en zullen waarschijnlijk
verder lang en gelukkig geleefd hebben. Zie
daar de story, die iedere zweem naar het
zwaar-op-de-handsche mist.
De vertolking was in groote lijnen voortref
felijk, waarmee TAVENU dus wederom be
wezen heeft, dat het ook in het lichtere genre
kan excelleeren, en het heeft een goedbezette
zaal een 4-tal uren van voortreffelijk amuse
ment geschonken. Zóó zelfs, dat aan het einde
ook de klassiek-geschoolde Tavenuërs met het
vuur van 't enthousiasme geïnfecteerd bleken.
Hetgeen wat zeggen wil...
Bij een beschouwing van de spelers, aller
eerst de voorbeeldig vertolkte rol van den
kapitein-in-ruste, die ons gebracht werd door
den heer J. Schokker, ongetwijfeld een der
sterkste figuren van het huidige TAVENU.
Daar was een plastiek, die verre boven de
middelmaat verheven was, een plastiek, die
wonderen deed. Een prachtige kop, waarop de
verbetenheid haar stempel gedrukt had, en
een kracht van zeggen, die waarlijk fascinee-
rend was. Na hem is daar direct Mevr. Schel-
lingerPasman als de „zelfstandige vrouw".
Een geestige verschijning, in enkele taffeelen
woekerend met een aangeboren charme en
boeiend door haar groote mate van vitaliteit.
De heeren Prins en Ekkers beelden beiden
de jeune premiers uit en ook zij hebben op
lofwaardige wijze gewerkt: zij het met uitzon
dering van de „aangeschoten" scène, die o.i.
belangrijk bekort had kunnen worden. G. Ko
ning als de tuinjongen bleek een uitstekende
kracht te zijn, die van een bij-rolletje iets
wist te maken. Van hem zal TAVENU zeker
nog pleizier beleven.
De heer Van Diest was een aannemelijk ge
neesheer en de heer Govers als butler qua
type uitstekend. Minder voldeed hij als de
boekhouder. Hierin werd het caricatuur te
veel gecaricaturiseerd. Tenslotte waren daar
nog de dames Van Hoek, Bels en Van Steen
bergen, waarvan met name Mej. Bels als
huishoudster aardig spel leverde.
Uit den aard der zaak was dit alles niet
zonder gebreken: daar waren diverse dialo
gen, o.a. in het vierde bedrijf, die te veel uit
gesponnen waren om interessant te blijven,
daar was een eerste bedrijf, dat aanvankelijk
wat slap aandeed en daar was een souffleur,
die zich wel eens te buiten ging. Maar dit
alles doet niets af aan den algemeenen indruk:
een indruk van frisch gezond tooneel, een
blijspel van kwaliteiten, dat zeker een eere
plaats verdient naast het „zware" repertoire,
dat TAVENU in den loop der jaren haar
goodwill schonk.
Een woord van waardeering voor de regie
van den heer Schokker, die tot in detail ver
zorgd bleek, voor het kapwerk, dat als steeds
aan hooge eischen voldeed en voor de meubi
leering van de Bühne, welke door de firma
Govers verzorgd was.
Een opvoering van een comedie alzoo, die
zoo niet volmaakt, toch zeker tot de beste
behoort, die deze tooneelvereeniging bracht
öe 100 procent filosofische incluis.