Heimelijke
de
strijd
Behandeling Gemeentebegrooting
(vervolg)
Vergadering van Dinsdagavond
Openfeare verkoof>ing
HERMAN NYPELS'
door Michael Corvin
We verheugen ons er over dat zonder aan
tasting van vitale stadsbelangen, zonder be-
iastingverhooging, het College kans heeft ge
zien de begrooting sluitende te kunnen aan
bieden.
Zondagsviering en Zondagsheiliging-
Kan dus een en ander onze goedkeuring
wegdragen, er zijn toch enkele zaken die wij,
in verband met Zondagsviering en Zondags
heiliging gaarne anders hadden gewild.
Dan denken wij allereerst aan de opening
van het seizoen te Huisduinen, dat op den
lsten Pinksterdag plaats vond. Kon dit, reke
nende met gevoelens van anderen, niet op
den 2en dag zijn geschied? We zouden dan
ook het College willen verzoeken zooveel
mogelijk rekening te willen houden met ons
en onze geestverwanten en zeer sober te zijn
met het toestaan van dergelijke festifiteiten,
vooral op den Zondag.
In de tweede plaats de feestweek, ook daar
van zouden we, wat de Zondagfeestviering
betreft, ons willen aansluiten bij het vóór
gaande, hoewel we hierbij willen verklaren, op
't standpunt te staan van algeheele afschaf
fing. We meenen nog steeds, naast de prin-
cipieele bezwaren, die we hebben, dat een
zoodanige feestviering „uit den tijd".., af-
tandsch is.
Het moge dan waar zijn, dat we financieel
hierdoor een zeker verlies hebben te boeken,
daar staat tegenover een bedrag van 3 i 4
maal zoo groot,, dat onze gemeente uitgaat
en waarvan niemand onzer plaatsgenooten
eenig voordeel heeft. De zedelijk-moreele ver
liezen zijn echter ernstiger, 't Is nu in 't leven
eenmaal zoo, dat vele menschen tegen zich
zelf moeten worden beschermd.
Wij kunnen ons met de mede door ons ge
stelde vraag in verband met verlaging rente
percentage van de Rijksverzekeringsbanklee-
ning en of die post niet te speculatief is, ons
met het gegeven antwoord volkomen vereeni
gen, waaruit blijkt dat deze post dus zeker
is. Wij zijn er voor, dat zal worden aange
steld een meterijker-instrumentmaker, opdat
de gemeente ook tegenover de gemeentenaren
volkomen verantwoord zij in het verzorgen
van de wederzijdsche controle.
M. de V. Hoewel ook wij gaarne een voor
stel tot verlaging van den gasprijs, verminde
ring of opheffing meterhuur zouden willen
steunen, meenen we toch dit niet te mogen
doen en stellen ons op 't standpunt, gezien
't aanvankelijk resultaat van de gevoerde re
clame, dit jaar nog maar eens rustig 't ver
loop van een en ander af te wachten,
We willen de hoop uitspreken dat het ge
geven antwoord op de algemeen gestelde
vraag: hoe 't staat met het Centraal dienst
gebouw Centrale boekhouding? en voor ver
betering van de huisvesting van deze en an
dere diensten is in voorbereiding, dit
moge beteekenen, dat ons binnenkort voor-
Stellen daartoe bereiken.
Dat het College de positie van een opzich
ter 2e klasse zal verbeteren en die van klerk
ibjj de Gemeentewerken en Water- en Licht-
bedrijven zal herzien en daartoe voorstellen
zal doen als antwoord op een mede door ons
voor laatstgenoemde vraag heeft onze volle
instemming.
Mochten de onderhandelingen en het over
leg in verband vernieuwing Keizersbrug een
gunstig resultaat hebben, dan meenen we
tpch, dat alvorens tot den bouw van een
nieuwe (vaste) brug worde overgegaan, ge
tracht zal worden, het verkeer te water aldus
te leiden, dat van de aangelegde steigërs aan
de Binnenhaven door hen, die zich gedupeerd
2ouden gevoelen, gebruik kan worden ge
maakt, opdat de daaraan verbonden kosten
voor de gemeente zoo laag mogelijk worden
gehouden.
Mocht een betere verbinding tot stand kun
nen worden gebracht tusschen de twee stads-
tgedeelten door middel van een tunnel of
luchtbrug, zoo zouden ook wij in beginsel
daaraan onze medewerking verleenen.
Wat de salarieering betreft van den typist
schrijver, M. de V., wij wisten zeer wel dat
die plaats heeft overeenkomstig de salaris-
verordening. Iets anders is of de salarieering
wel in overeenstemming is met de gepres
teerde en opgedragen arbeid. Wij meenen van
miet, vandaar onze vraag. We zouden het Col
lege in overweging willen geven, deze zaak
nauwkeurig te bezien, evenals we dit zouden
willen vragen omtrent de salarieering van
de typiste-schrijver, voorheen werkzaam bij
den Armenraad.
Wat betreft de Openbare Leeszaal zouden
we willen verzoeken zoo spoedig mogelijk
daar te helpen en we herhalen onze gestelde
vraag: Is het niet mogelijk aan de Leeszaal
tijdig een voorschot op de jaarlijksche subsi
die te verstrekken.
De heer Terra (K.K.) aan het woord.
De heer Terra wijst op de wenschelijkheid
van het gunstiger beschikbaar stellen van
electrischen stroom, vooral voor de waterbe
maling, waarvoor hij een tarief van maximum
5 cent wil stellen. Hij verwacht daarvan meer
aansluiting voor bemaling.
Spr. is niet vcoor de aanstelling van een
meterijker-instrumentmaker. Hij bepleit het
door de R.K. fractie, het vorig jaar ingeno
men standpunt van herziening der meterhuur
voor gasmeters, waardoor meer abonné's ge
worven hadden kunnen worden.
Spr. bestrijdt het antwoord van het College
over de rioleering te Huisduinen, met steun
van het Werkfonds. Hij dringt aan op de uit
voering van dit werk, dat noodzakelijk is, in
werkverschaffing.
Ik zou het wenschelijk vinden om de riolee
ring niet uit te voeren in de bestaande straat,
zegt spr. Laat men dan dat gedeelte van den
weg voor straat benutten, dat tusschen de
slooten ligt, dus nog niet op de breedte bren
gen als het gedeelte van den weg binnen de
linie. Laat men met verbreeden van den weg
en aankoopen van grond daarvoor afwachten
hoe de ontwikkeling van Huisduinen is.
Spr. dringt voorts aan op een grondig on
derzoek naar de kwaliteit van de goedkoopere
olie. Voor de verbetering van de straten geeft
hij het College in overweging meer straten
door middel van aanbesteding te doen verbe
teren. Spr. acht het een groot bezwaar dat
er 's nachts ten huize van den veldwachter
op Huisduinen geen telefoon aanwezig is. Hij
vraagt voorts of het niet op den weg van het
College ligt een subsidie te verleenen voor de
werkzaamheden, verricht door het Wit-Gele
Kruis.
Ten aanzien van de school te Huisduinen
vértrouw ik, dat het College alles zal doen
om deze school te doen blijven bestaan.
Omtrent de schoolvoeding bij vraag 354,
zal toegejuicht worden, wanneer merkvoeding
wordt toegepast. In verschillende gemeenten
wordt dit reeds gedaan en naar mij bekend is
met zeer weinig kosten en succesvol.
De heer Hoornsman sluit de alge-
meene beschouwingen in eerste
instantie.
De heer Hoornsman dringt op spoed aan
voor het uitbreidingsplan van Julianadorp,
waarvan het eigenaardig is dat dit plan, dat
nog in den Raad behandeld moet worden, met
den betrokken autoriteit van Gemeentewerken
reeds besproken is, die reeds aanwijzingen
heeft gegeven, wat er moet gebeuren. Toch
zal dit plan in den Raad bestrijding krijgen,
daar het, naar spr. inzicht een stadsplan is
en geen plan voor een dorp.
Ten opzichte van de v. d. Veerstraat blijft
spr. van meening, dat de eigenaar, door een
of andere onbekende reden, gedupeerd is. Spr.
dringt bij het College op soepelheid aan.
De vergadering wordt hierna verdaagd tot
's avonds half acht.
Bij de avondzitting, welke precies half
acht aanving, begon het College van B. en W.
dadelijk met de replieken.
De burgemeester opent de replieken.
Het was de burgemeester, die het eerst het
woord nam. Deze begon met namens het Col
lege de verschillende raadsfracties zijn erken
telijkheid te betuigen voor de wijze, waarop
de besprekingen waren gevoerd en voor de op
h^t College geleverde critiek.
De verkiezingsreclames.
Ten aanzien van het te berde gebracht over
de verkiezingsreclames deelde de heer Rit
meester mede, dat het College van de voor
opgezette bedoeling was uitgegaan Om het be-
kalken en op andere wijze bekladden van de
straten enz. tegen te gaan. Vandaar dat het
de gelegenheid gegeven heeft aan de verschil
lende partijen om verzoeken in te dienen tot
het doen aanbrengen van pamfletten op ver
schillende punten van de stad. Deze handel
wijze zal consequent doorgevoerd worden,
zoodat verzoeken van andere politieke par
tijen, welke binnen gekomen zijn, eveneens
ingewilligd zullen worden. Spr. gaf toe, dat
het misschien beter was geweest, als het Col
lege vaste punten had aangewezen, maar'over
het algemeen is het van meening, dat het in
deze materie goed gehandeld heeft. Het Col
lege zal geen „politiek" plegen, maar het is
wel goed als er geconstateerd wordt, dat door
zijn handelwijze het College de democratie het
meest gediend heeft.
„Politiek" zijn wel de vragen van den heer
Uithol over den 1-Mei-dag, vandaar dat
spr. die vragen niet zal beantwoorden, mede
onder referte naar de houding van den minis
ter, die in een soortgelijke aangelegenheid
precies zoo gehandeld heeft.
Wat de aanbesteding van de „Hygiéa II"
betreft, deze is wel degelijk in openbaren
Raad besproken, aldus maakte spr. Dr. F.
Kuiper duidelijk.
De heeren Schoeffelenbergér en Boogaard
hebben het over de schoolreisjes gehad, maar
hoe gaarne het College er weer een post voor
uitgetrokken 'zou hebben, de gemeentefinan-
tiën laten dat momenteel niet toe.
Voorts betoogde spr., dat het College bij
het samenstellen van de begrooting volkomen
gerechtigd was om rekening te houden met
de conversie van de 6 leening: de wet .dien
de daarbij zelfs tot steun. Inderdaad is er
weinig bezuinigd op openbare werken, het
geen maar gelukkig .is ook, want dan zou
elke uitvoering stop gestaan hebben. Het is
merkwaardig, dat verschillende raadsleden
het lied der bezuiniging zingen, terwijl zij aan
den anderen kant aandringen op uitvoering
van werken. Het een kan met het andere niet
samen gaan. Het College is van goeden wille,
het wil .gaarne vooruit, maar helaas kan dat
momenteel niet. B.v. de boomganplanting:
spr. is van meening, dat er nog veel meer
boomen moeten komen, maar daar kan slechts
geleidelijk iets van komen.
Het internaat aan de Zeevaartschool.
Spr. geeft den heer F. Kuiper gaarne toe,
dat er een nieuw internaat voor de Zeevaart
school moet komen, alsmede een Lyceum. De
grond waarop het internaat gebouwd moet
worden, kan slechts in erfpacht verkregen
worden tot wederopzegging, zoodat het daar
op zetten van een duur gebouw een te ris
kante onderneming is. Spr. gelooft, dat het
verstandiger is om nog wat te wachten,
temeer daar met dit object een bedrag van
ongeveer 80.000 gulden gemoeid is. Wat het
Lyceum betreft, er is een aanvraag naar den
Minister om de Handelsschool te mogen om
vormen in een H.B.S. a. Als daarop goed
gunstig antwoord binnengekomen zal zijn,
kan de kwestie van het Lyceum eerst beke
ken worden.
Sprekende over de boventallige onderwij
zers, deelde spr. mede, dat bij vacatures in
de eerste plaats rijkswachtgelders benoemd
worden.
De luchtbrug.
Spr. staat niet sympathiek tegenover het
plan tot aanleg van een luchtbrug over het
spoor. Gaat eerst eens de luchtbruggen elders
bekijken, adviseert spr., dan zult U zien, dat
ze heel weinig gebruikt worden, terwijl ze nog
diverse nadeelen bezitten ook. Bovendien geeft
spr. den moed ten opzichte van de houding der
spoorwegen nog lang niet op: na de begrooting
hoopt hij opnieuw op deze kwestie in te gaan.
De schoolgelden en de groote ge
zinnen.
Op een bijeenkomst van een katholieke orga
nisatie, waar ook wethouder Smits aanwezig
was, is gezegd, dat de verordening op de
schoolgelden destijds op „slinksche wijze" in
gevoerd geworden was. Spr. laakte het in den
wethouder, dat hij tegen deze uitlating niet
geprotesteerd had. Spr. betoogde vervolgens,
dat naarmate het kindertal in een gezin groo-
ter is, de kinderaftrek eveneens grooter is. Dit
beteekent al een groote ontlasting voor die ge
zinnen. Spr. heeft cijfermateriaal geraadpleegd
en daaruit is hem gebleken, dat er maar wei
nig-gevallen zijn van meerdere (3, 4 en 5) kin
deren uit groote gezinnen, die op school gaan.
Het college heeft de verordening welbewust
ingediend, maar het is bereid deze opnieuw te
bekijken. Nog maakt spr. een vergelijking met
de schoolgelden van de Fröbelscholen en toont
aan, dat die in vergelijking met de lagere
scholen aan den hoogen kant zijn.
Afschaffing „emmerstelsel".
Hte „emmerstelsel" is inderdaad onge-
wenscht, maar aan het aanleggen van een rio
leering zijn vele bezwaren verbonden. Spr. is
echter van meening, dat verbetering alleszins
gewenscht is.
Korte repliek van weth. Smits (r.k.).
Op de afdeeling van wethouder Smits zijn
maar weinig bemerkingen of vragen binnenge
komen, reden waarom wethouder Smits (r.k.)
zijn repliek kort kan houden. Nadat ook hij den
Raad een compliment gemaakt had over de
zakelijke wijze, waarop de beschouwingen
waren gehouden, gaf spr. de verzekering, dat
het college het vraagstuk van de werkverschaf
fing coulant uit zal voeren, terwijl voor de
jeugdige werkloozen plannen in bewerking zijn,
welke aan een groot aantal werk zullen ver
schaffen.
Repliek van weth. v. d. Vaart (s.d.).
De repliek van wethouder v. d. Vaart (s.d.)
was hoofdzakelijk bedoeld als verweer op de
critiek van dr. Feenstra Kuiper. Wat het niet
volledig ter inzage leggen van stukken be
treft, blijkt het, dat er maar sprake was van
1 overigens weinig ter zake doende, circulaire,
terwijl de heer F. Kuiper het andere stuk over
het hoofd had gezien.
Sprekende over de te late indiening van de
begrooting, zeide spr., dat het niet verstandig
is de wettelijke voorschriften altijd letterlijk
toe te passen: de praktijk kan in deze een
woordje meespreken. B. en W, zagen geen kans
om eerder een sluitende begrooting aan te
bieden. En nu had, hangende het verschil van
meening met het Ged. Staten, de begrooting
wel door den Raad behandeld kunnen worden,
maar dan zou de Raad toch voor moeilijkheden
gestaan hebben, waarvan hij thans geen last
heeft. B. en W. hebben het oponthoud geheel
voor eigen rekening genomen: de betrokken
ambtenaren hebben hun werk op tijd inge
leverd.
Er is gesproken over speculatieve posten;
welke, van de geraamde posten der begrooting
is er niet speculatief als men dit woord, zoo
als dr. F. Kuiper wel zal bedoelen, interpreteert
als „niet geheel zéker?" Vervolgens gaat spr.
over tot een finantieel-technisch betoog, waar
bij tot uiting komt, dat het college wel degelijk
de finantieele positie van de gemeente ook
in den toekomst heeft overzien.
Het voorbeeld, dat de heer F. Kuiper over
de wegenbelasting aangehaald heeft, acht spr.
geheel onjuist. Wil men dergelijke percentages
vergelijken, dan moet men ze in de totale ver
houdingen zien. De belastingcijfers van Roozen-
daal bij den kop nemend, vraagt spr. hoeveel
een inwoner van die stad in totaal minder
betaalt dan een inwoner van onze stad.
Dat verschil zou hij wel eens willen zien. Ver
andering aanbrengen in de belastingen acht
spr. onmogelijk: van verhooging kan zeker
geen sprake zijn, terwijl in dezen tijd van ach
teruitgang een vermindering van belasting zou
beteekenen, dat de kans op verhooging het vol
gend jaar zeer groot zou zijn. En dat is zeker
een onjuiste politiek.
De bedrijven.
In de laatste jaren heeft er heel wat ver
sobering bij de bedrijven plaats gevonden, ook
bij derzelver administratie. Naar spr.'s mee
ning is er dan ook te weinig personeel bij ver
scheidene diensten. Wat de verliespost betreft,
spreekt de heer v. d. Vaart de verwachting uit,
dat deze in de toekomst wellicht weer opge
haald zal worden.
Diversen.
De heer Schoeffelenberger moet
het antwoord van B. en W. inzake de wegen
belasting niet begrepen hebben. De wegenbe
lasting is niet ingesteld op de huurwaarde
van de huizen.
De typist-schrijver bij Sociale Zaken. Toe
stand moet voorloopig gehandhaafd blijven.
Voorschot op subsidie van de Leeszaal. Na
de begrooting zal dit punt nader overwogen
worden.
Uitbreidingsplan Julianadorp. Voorstel daar
toe zal in den Raad komen. Inzake de v. d.
Veerstraat kan men verzekerd zijn van de soe
pele houding van het College.
Meterhuur gas. Er valt een sterke stijging
van het gasdebiet te bespeuren (in vergelijking
met elders), hetgeen eenige perspectief biedt.
Onderhoudswerken. In het algemeen is aan
besteding hiervan niet juist. In eigen beheer
uitgevoerd, behoeven deze zeker niet duurder
te zijn, maar wel beter.
Subsidie Wit Gele Kruis. Deze kwestie zal in
de eerstvolgende Raadszitting aan de orde ge
steld worden.
Duplieken.
Van de duplieken kan gezegd worden, dat de
raadsleden zich ook in déze zeer beperkt heb
ben.
De heer Ran (r.k.) was verheugd, dat het
college bij de schoolgeldenkwestie de doör zijn
fractie aangevoèrde cijfers niet aangevallen
had. Deze kwestie is niet zoo onbelangrijk als
voorgesteld wordt. Spr.'s fractie zal zich alsnog
ernstig beraden om eventueel met een voorstel
te komen tot herziening van de verordening op
de schoolgelden.
De heer Uithol handhaaft zijn punten.
De heer Uithol (nat. herstel) bleef op het
standpunt staan, dat de verschillende commis
sies van bijstand samengesteld dienen te wor
den aan de hand van de geloofsbrieven der
raadsleden. Nog steeds is hij voor een onder
zoek inzake de „oliekwestie", ook al gaat die
slechts om een „dooie honderd gulden". Spr.
noemde de nationale taak van Helder's Fan
farecorps niet groot, terwijl hij het niet met
den burgemeester eens is, dat het spreken over
de onderwijzers meeloopend met den 1 Mei-op
tocht en het niet-meewerken van het genoemde
corps aan de feestelijkheden ter gelegenheid
van de verloving en het huwelijk van Prinses
Juliana „politiek" is. De verkiezingsreclame
van de s.d. vindt spr. een ontsiering van de
stad, terwijl de gemeente goedkooper uit ge
weest zou zijn als de Hygiéa II na openbare
inschrijving gegund geworden was.
Dr. Feenstra Kuiper weer aan het
woord.
Nadat dr. Feenstra Kuiper (gem. be
lang) verklaard had, dat hij het eens was met
den heer Uithol inzake het meeloopen van on
derwijzers in optochten op 1 Mei en inzake de
oliekwestie, deelde hij mede, dat, als het Lyce
um eerst volgend jaar September in werking
Tegen verstopping. Tengevolge ven een zittend
leven lijden veel menschen aan verstopping
slechte spijsvertering. Hun levensgeluk lijdt er
onder Verhelp het euvel voordat het chronisch
wordt, met Leo-Pillen, het zuiver plantaardige,
zacht werkende laxeermid-
del. In doosjes vanaf 20 cent.
treedt, hij met een voorstel zal komen tot her.
ziening van de schoolgelden. Spr. is van mee-
ning, dat bij vacatures het gemeentebestuur
moet bljjven trachten om met behulp van een
dispensatie van den minister kweekelingen met
acte te plaatsen.
Na op het finantieel-technisch debat van
wethouder v. d. Vaart te zijn ingegaan, waarbij
spr. van meening was, dat men goed deed de
finantieele constellatie iets somberder in te
zien, dan thans het geval was, heeft spr. be-
toogd, dat het voorbeeld van de wegenbelasting
diende om aan te toonen, dat het grootste ge.
deelte van de belasting uit de wegenbelasting
komt. Z.i. is het beter de druk van de belasting
meer over alle inwoners te verdeelen.'Wat zijn
vraag over het menu van het internaat van de
Zeevaartschool betreft, hiermede heeft hij be-
doeld, mede naar aanleiding van klachten, die
hij gehoord had, een inzicht te krijgen in de
verdeeling van het voedsel aldaar.
De heer Boogaard (s.d.) was niet te
spreken over de houding van de Ned. Spoor
wegen, van wie nu letterlijk niets gedaan ge
kregen wordt, terwijl de gemeente al veel kos-
ten aan plannen tot verbetering van den be.
kenden toestand heeft besteed. Spr. voelt er
veel voor om werkzaam te blijven in de rich
ting van een brug.
Tot den heer Uithol richt spr. het verwijt,
dat deze nog critiek heeft op het college van
B. en W. omdat dit zijn voorstel tot het benoe
men van een commissie, welke bemoeiingen
veel meer zouden kosten dan de bezuiniging,
welke eventueel bereikt zou worden, tot onder
zoek in de oliekwestie niet overgenomen heeft,
De heer Uithol heeft destijds met veel bombarie
gewag van deze kwestie gemaakt en gesug
gereerd, dat er sprake was van corruptie, ter
wijl het slechts om een geringe bezuiniging
gjng-
De heer Van L o o sprak er zijn voldoening
over uit, dat de heer Uithol tot de overtuiging
gekomen was, dat tegen het beleid van B. en
W. maar heel weinig is in te brengen.
Voor de beantwoording van B. en W. In
tweede instantie, zie men ons nummer van
morgen.
De vergadering van den gemeenteraad
wordt hedenmiddag om 2 uur voortgezet.
In „Musis Sacrum" werd gisteravond een
aantal huizen en erven publiek verkocht, ten
overstaan van notaris A. M. Engelmann.
Er werd als volgt verkocht:
Het kapitale gebouw, bekend en gebruikt
geweest als „Marine-Bondsgebouw", aan het
Julianapark no. la, met bijbehoorenden grond,
ter grootte van 4 aren 72 centiaren, voor
20.950.—.
Kooper de heer F. H. Nypels q.q.
Het woon- en winkelhuis met erf aan de
Binnenhaven no. 12 groot 67 centiaren, voor
1500.
Kooper de heer H. van Pelt c.s. q.q.
Het huis en erf aan de Achterbinnenhaven
no. 9, groot 43 centiaren, voor 890.
Kooper de heer R. N. van Os q.q.
Het woon- en winkelhuis met erf aan den
Polderweg no. 14, groot 1 are 2 centiaren,
voor 2425.
Kooper de heer C. G. F. M. Winter.
Het woonhuis met erf aan den Kanaalweg
no. 83, groot ongeveer 292 centiaren, en een
gebouw met erf, waarin gevestigd de N.V,
Heldersche Uitgevers-Maatschappij, aan den
Kanaalweg no. 84, tezamen voor 4900.
Kooper de heer J. Nelis. t
Het fotografisch atelier met grond aan de
Weststraat no. 80, groot 72 centiaren; opge
houden.
Het huis en erf aan de Hoogdwarsstraat
no. 6, groot 88 centiaren, voor 1340.
Kooper de heer C. Veerman.
Het huis en erf aan de Hoogstraat no. 136,
groot 31 centiaren, en het huis en erf aan de
Hoogstraat no. 138; groot 72 centiaren; opge
houden.
Het huis en erf aan de Keizersgracht no.
46. groot 57 centiaren, voor 1510.
Kooper de heer W. de Groot.
KLEDINGMAGAZIJNEN DEN HELDER
Uniform-lakens per Meter. Voor
wederverkoopers engrosprjjzw».
12)
Misschien nog niet. Maar binnen weinige we
ken of dagen zal alles haar duidelijk zijn. Zjj
zal erkennen, dat zij op een post staat, waar
zij in een moment van onvoorzichtigheid prijs
gegeven wordt of zou u de „Welt" in een
Bpionnageproces laten wikkelen?"
Burg keek naar buiten, naar de rumoerige
Straat, en zweeg een oogenblik, terwijl Mers-
heim zonder te antwoorden de glazen van
zijn bril opwreef. Toen richtte de oude op
nieuw het woord tot hem.
„Ik heb zooeven van juffrouw Raleigh een
bijzonder gewichtig telegram ontvangen, dat
ik u wilde laten zien, hoewel het eenigszins
persoonlijk aan mij is gericht. Zij meldt, dat
men van den kant van den United Service
probeert haar medewerking te verkrijgen. Die
menschen werken snel en zeker. Zij moet,
zooals zij dadelijk reeds zelf ontdekte, ge
paaid worden door de verzekering, dat men
van haar slechts inlichtingen vraagt, die
voor de „Welt" onbruikbaar zijn. In werke
lijkheid moet z(j, naar juffrouw Raleigh ook
reeds vermoedt, voor die Amerikanen eenige*
kastanjes uit het vuur halen. Ik voor mij
neem nog iets anders aan, namelijk, dat zij
zullen probeeren ons door haar het een of
andere smakelijk opgedischte verhaal te laten
slikken. Zij doorziet het spel ten halve. Dat
zij het geheel zou doorzien is bij haar oner
varenheid in deze soort zaken niet mogelijk.
De vraag is nu slechts, of we haar móeten
aanraden met Mr. Hardley, dien we zeer goed
kennen, samen te werken of niet. Het zal
echter wel beter zijn dit op het Departement
van Buitenlandsche Zaken te bespreken. Als
het onze uwe disposities niet schaadt,
wilde ik u wel verzoeken mij liefst zonder
uitstel uw beslissing te laten weten, daar juf
frouw Raleigh mijn antwoord wilde afwach
ten voor zij zich tot iets zou binden.
Burg keek weer op de klok voor Mersheim
nog geantwoord had. De hoofdredacteur was
door de onrust van Burg aangestoken. De
gebeurtenissen te Londen schenen zich waar
lijk sneller te ontwikkelen, dan hij voor mo
gelijk gehouden had. Het was hem even dui
delijk als Burg, dat Esther Raleigh aan Dr.
Linden weinig houvast zou hebben, om van
bescherming nog maar niet eens te spreken
en bovendien mocht Londen niet verder dan
bepaald onvermijdelijk zou zijn in deze zaak
gemengd worden. Dit bondgenootschap zou
den toestand niet weinig moeilijker en gecom
pliceerder doen worden, maar de vijandschap
van den United Service, die door het weige
ren van medewerking zou ontstaan, zou het
uitvoeren van Esther Raleigh's taak onmoge
lijk maken.
Mersheim keek langs Burg heen naar een
vlek op het behang.
„U hebt gelijk. Burg, we kunnen weinig
doen, maar als juffrouw Raleigh inderdaad is,
waar u haar voor aanziet, zal haar niets ge
beuren. Ik behoef niet iemand op te bel
len. U vergist ,zich werkelijk. Het is voldoen
de, als wrj het eens zijn, beste Burg., Ik ben
er van overtuigd, dat de berichten van juf
frouw Raleigh goed zullen zijn. Ik geloof na
melijk ook aan haar flinkheid. Anders had
ik ook zoo'n jong meisje niet naar Londen
laten gaan. En wat den weg betreft, waar
van wij de duidelijke beschrijving zoo zorg
vuldig vermeden, gelooft u nu werkelijk,
Burg, dat het daartoe moet komen? Als zij
haar taak goed vervuld- heeft, beloof ik u,
dat ik haar hier een mooie en loonende po
sitie zal verschaffen en haar niet opnieuw
aan een dergelijk gevaar zal blootstellen. U
hebt mij een beetje bang gemaakt en daar
om geef ik u mijn
„Doctor Mersheim, we zullen elkander geen
last veroorzaken en geen eerewoorden geven.
Nog slechts enkele dagen geleden had u het
lot van Esther Raleigh nog in de hand
maar nu is het zoowel voor ons beiden als
voor haar te laat. We mogen ons over onzen
toestand geen valsche voorstellingen maken.
Overigens klaag ik u volstrekt niet aan en
het komt mij doeltreffender voor, als wij
beiden aan één zijde eensgezind stand houden.
Aan de andere zijde beschikt men toch reeds
over meer intensiteit en wil om door te zet
ten. En wat al die goede bedoelingen van u
met haar betreft van nu af aan mogen wij
geen Promotheus meer spelen, althans niet in
de zaak Esther Raleigh. Het is reeds bekend,
dat de brand uitgebroken is en toch speelt
men nog even onvoorzichtig met het vuur."
Dr. Mersheim keek naarden vloer, terwijl
hij op het einde van Burg's uiteenzettingen
wachtte, maar voor hij opkeek hoorde hij de
deur dichtvallen de oude was vertrokken.
Deze geschiedenis was nu een tweesnijdend
zwaard geworden, maar, mijn hemel! Mers
heim begon, na zichzelf een energieken ruk
gegeven te hebben, de kamer op en neer te
loopen.Alles .bijeengenomen kon Burg hem
toch onmogelijk voor deze verwikkeling ver
antwoordelijk stellen. Ieder mensch, die een
nieuw arbeidsveld betreedt, komt aan een
wegensplitsing, die zijn lot bepaalt, maar
geeft hem dat het recht anderen voor. zijn
besluit aansprakelijk te willen maken? Hij
bleef staan voor den lessenaar, waar zijn be
gonnen artikel lag en las de eerste zinsneden
nog eens over. Zijn gelaatstrekken werden
weder glad; hij genoot van z£jn vloeiende,
sierlijke phrasen; hij ging er geheel en al in
op, sprak hier en daar een woord halfluid
uiten was na een paar minuten ijverig in
de weer het artikel te voltooien. Een, twee
maal dreigde de herinnering aan de scène
van zooeven hem te storen, maar hij be
dwong zich en zijn pen gleed verder over de
blanke vellen.
Burg was nog steeds gloeiend in zijn hol
teruggekeerd en barricadeerde zich tegen
ongewenschte bezoekers achter juffrouw Co-
hen om een telegrafisch antwoord voor Esther
gereed te maken.
Nadat de nevelsluiers den geheelen avond
en nacht Londen in een geheimzinnig moeras
veranderd hadden, was er tegen den morgen
een dichte regen gevallen, die de onderste
lagen van de atmospheer schoon wiesch. Toen
Esther wakker werd en de gordijnen voor de
vensters wegschoof, schemerde er buiten een
bleekblauwe winterhemel boven de daken.
Onmiddellijk na het ontwaken was zij onge-
staan. De herinnering aan de gebeurtenissen
van den vorigen dag stonden haar dadelijk
voor den geest en zij huiverde even. Onder de
douche moest zij aan Burg denken. Of zijn
antwoord er al zou zijn? Zij had onrustig
geslapen en vreemd en soms drukkend ge
droomd; maar nu zij frisch en met heldere
oogen haar toilet voltooide, was al het som
bere weer vergeten. Zij belde een kamer
meisje en vroeg of er post voor haar was.
Het telegram was juist aangekomen. Men zou
het haar op de kamer brengen, maar zij gaf
te kennen, dat zij het wel zelf zou komen
halen, daar zij toch juist naar de ontbijtzaal
wilde gaan. Zij snelde naar beneden. Bet
bleek voor het leven in een Engelsch hotel
nog erg vroeg te zijn en zij ontmoette behalve
de kellners en kamermeisjes geen levend we
zen. Ook in de hal was niemand, .toen zij
haar depêche afhaalde. In de kleine zaal, waar
het ontbijt geserveerd werd, zaten drie of vier
menschen, zoo op het oog rijzende kooplieden,
die zeker vroege afspraken hadden. Niemand
keek bij haar binnentreden op, wat haar niet
onaangenaam was.
Zij deed haar bestelling en opende haar
telegram. Het was teleurstellend kort, maar
daarentegen toch wel hartelijk. Burg seinde
haar slechts, dat zij vrij was te besluiten en
te doen, wat zij gewenscht achtte om haar
taak te vervullen. Hij had met Dr, Mersheim
gesproken, die nu op de hoogte was en haar
handelingen, .wanneer zij succes opleverden,
goedkeurde. Dit was, behalve een persoon
lijke groet en de wensch haar spoedig terug
te zieii, alles. Het was geen rebus, maar toch
was er iets in dit telegram, dat haar niet be
viel. Zij las het nog eens over en bleef bij dat
kleine zoo onschuldig schijnende voorwaarde
lijke zinnetje steken. „Wanneer zij succes op
leverden". Beteekende dat, dat alle middelen
voor het doel geoorloofd waren? Dat slechts
de eenige voorwaarde was het te bereiken?
En "wat zou er gebeuren, als zij het ondanks
deze middelen niet bereikte?
(Wordt vervolgd)