TRIUMPH Hartelijke ontvangst van Z.K.H. Prins Bernhard fel triomfeert De Heldersche bevolking uit haar sympathie door spontane ovaties mei de Oude, 9,aA.de Zaterdag 10 Juli 1937 Heldersche Courant Tweede Blad IO IOc Langs de geheele route die de Prins rijdt wordt druk gevlagd Op het Helden der Zeeplein Het vertrek met Hr. Ms. O. 16 Aan boord van Hr. Ms. „O 16" (Zie vervolg op de volgende pagina) 500 Zwitsersche jongens bezoeken onze stad GEMBERBROOD VIRGINIA C\GAW' ÈTttS VOOR :-fe' De eerste hartelijke, spontane en blijde begroeting van Z.K.H. Prins Bernhard als zee-officier had gisterenmorgen op het Havenplein plaats, waar duizenden zich hadden geschaard rondom het ruime plein, waar in het hart is opgericht het Monument „Voor hen, die vielen". Sober en toch sprekend, in een grasgazon, waar l een omlijsting van roode geraniums het geheel omzoomt. Uit alle huizen was feestelijk de vlag ge stoken en uit de vensters, tot twee, drie hoog puilden de menschen. De zon scheen plezier te hebben in dit aardige tooneel en overgoot het geheel, uit pure uitbundigheid, met een zee van glans. Om half elf ging van het Paleis de Prinse lijke Standaard omhoog en even daarna zwaaiden de hofauto's het Havenplein op. De groote, prachtig gestroomlijnde Maybach- Zeppelin, het huwelijksgeschenk van Hare Majesteit de Koningin, trok veel belangstel ling. De chauffeurs, in grijs livrei, met veel goud, stonden als mummies. „Heeft de Prins zelf gereden?" wilden de journalisten weten. „Weten we niet, meneer, 't gaat zoo gauw moet u denken", was het diplomatieke ant woord. Om elf uur precies klinkt gejuich van den kant van het Paleis. De Prins is in aantocht, het gejubel plant zich voort en wordt over genomen, door de menschen op het plein, door de bewoners van de huizen, die uit de ramen hangen, door kinderen, die met oranje-lam pions zwaaien. „Leve de Prins, leve Prins Bernhard!", het klinkt uit duizend monden tegelijk. De Prins groet vriendelijk terug, lachend, zooals wij hem kennen van duizend foto's, eenvoudig, voornaam. f De kranslegging. De Prins is vergezeld van den commandant der Marine, vice-admiraal T. L. Kruijs, van diens adj., luit. ter zee le kl. B. J. Velder- man, van zijn adjudant jhr. W. G. Roëll, die in de uniform van de huzaren is, en van den van den luit. ter zee der le kl. Jhr. E. J. van Holthe, adjudant van H. M. de Koningin, en van den garnizoenscommandant, Overste J. H. C. Bentz van den Berg. Voor het monument staat bootsman Van der Linden, van Hr. Ms. Wachtschip, met de krans. Een krans van laurierbladeren, met twee toefjes anjes en wat oranje-bloemen. Een wit lint met gouden kroontje, waaronder het initiaal B. Zijne Koninklijke Hoogheid neemt den krans in ontvangst en legt hem neer aan den voet van het monument. De officieren staan in de houding en brengen stram het militair saluut. Dan treedt de Prins een paar passen naar achter en groet... een minuut lang. De stilte is tastbaar. Dan vertrekt Z.K.H. naar het Helden der Zee-plein. Het is half elf en wij bevinden ons op het Helden der Zeeplein. Ofschoon het nog ruim een half uur zal duren vóór de Prins hier ver wacht wordt, zijn reeds tientallen personen aanwezig, die de beste plaatsjes uitzochten en ingenomen hebben om straks den Prins goed te kunnen zien. Zij verdringen zich voor het prikkeldraad, waarmede het plantsoen afge sloten is of klimmen op de rupsbaan, waar van de directie blijkbaar goed gevonden heeft, dat men van deze unieke gelegenheid af de komende plechtigheid gaat overzien. Zij. die hier een plaatsje gevonden hadden, hebben wel geboft! In afwachting. „Het plein" is thans in afwachting. De oud redders kuieren wat heen en weer en zijn ken nelijk niet heelemaal op hun gemak, nu zij straks van aangezicht tot aangezicht met den Echtgenoot van Prinses Juliana zullen staan! Beiaardier Dito treft een laatste regeling met een brigadier en verdwijnt daarna in het monument. Links daarvan staat een aantal verpleegsters van de burgerafdeeling van het Marine-Hospitaal, onder leiding van zuster Willems, die met hun hagelwitte kappen en schorten een vroolijke toon aan het toch al opgewekte en stemmige beeld toevoegen. De geluidswagen van Polygoon zorgt voor een komisch intermezzo door over een gedeelte van het houten plankier van de rupsbaan- installatie te rijden. De schrik van de directie dezer vermaaksinrichting bleek niet heele maal ten onrechte te zijn, want een paar planken moesten er aan gelooven. Het was even een harde toon, die de overigens wel dadig aandoende stemming verbrak, maar een mannelijke handdruk maakte een eind aan het woorden dispuut tusschen den cftauffeur van den filmwagen en een der knechts van de „rups". Steeds meer menschen stroomden toe, daar was ook bode De Ruyter, die straks een ge wichtige taak te vervullen zou krijgen. Alles was nu in spanning.... daar sloeg het 11 slagen van den Westertoren, die hoog boven het vroolijk tooneel uitstak en waarvan de vlag rustig In het frissche zeewindje wapperde. Een pierement zette het Wilhelmus in De Prins komt! Alle turen in de richting van de Postbrug. Daar komt een politioneele motorrijder den hoek om, even later gevolgd door onze motor brigade. Nu moet de Prins elk oogenblik komen! Luttele seconden verloopen en dan stijgt uit de menschenmenigte, welke intusschen zéér aangegroeid is, een luid „Hoera!" op. De fraaie Maybach is om den hoek ver schenen en nadert thans het Plein der Zee helden, In een minimum var tijd heeft de 16-paards Maybach het kleine stukje, dat haar nog van het doel dezer rit scheidde afgelegd en dan stopt zij voor den ingang van het fraaie plantsoen, dat rond het Monument gelegen is. Een slanke, glim lachende, lenige jongeman stapt, nadat hjj de juichende menigte met een vriendelijk wuiven begroet heeft, uit den wagen en wordt vervolgens welkom geheeten door onzen burgemeester, den heer G. Ritmeester. Ook de Vice-Admiraal en de heeren van het gevolg, te weten 's Prinsen adjudant, jhr. Röell en de adjudant van H.M. de Koningin, jhr. van Holthe, stapten uit en dan schrijdt het gezelschap, de Prins en de Burgemeester voorop, naar het Monument. De eerste ontmoeting met de oud-redders. Onder de zilveren tonen van het carillon stapt de Prins, op wien natuurlijk aller aan dacht gevestigd is, voort. Geïnteresseerd be kijkt Hij het monument, dat zoo rijzig en stoer zijn contouren in de van zonnewarmte trillende lucht verheft. Het bouwwerk boeit Hem. Hij beschouwt het met kennelijk welgevallen. Dan ziet Hij naar rechts, waar de mannen staan, voor wie dit Monument opgericht is en Hij begrijpt. Dat zijn de helden der zee, dat zijn kerels naar Zijn hart. En hij loopt langs hen en kijkt naar de verweerde koppen en naar de in het zonlicht blinkende medailles De kranslegging. Intusschen staat onze gemeentehuisbode met een fraaie krans in de handen gereed. Als de Prins hen nadert heffen de verpleeg sters plotseling een „Leve de Prins" aan. Zichtbaar verrast is de Prins en een vriende lijke groet de dank der verheugde zusters De Prins neemt dan de krans van De Ruiter over en begeeft zich naar den voet van het monument, waar hij de bloemen hulde neder legt. Hij treedt drie stappen terug en neemt daarna eerbiedig de houding aan. Het is thans stil rond het schoone monument. Daar staat de Prins der Nederlanden in stille wijding voor het Eere-monument, de witgehandschoende rechterhand aan de uniformpet, den blik gevestigd op het eenvoudige bouwwerk. Zoo staat hjj daar gedurende meer dan een halve minuuteen treffende hulde van een Koningskind jegens den eenvoudigen, ruwen zeebonk. Ook zij, die den Prins vergezellen, bren gen het saluut en staan stram in de hou ding Dat waren plechtige oogenblikken, welke zij, die er getuigen van waren, nimmer zul len vergeten! WERKVERSCHAFFINGSPOSTZEGELS. Het Vorstendom Lichtenstein heeft onlangs de hier afgebeelde fraaie postzegels uitgegeven. De meerdere opbrengst van deze zegels komt weder nieuwe werkverschaffing ten goede. Een sympathieke gedachte! Langs de Buitenhaven stroomt de men- schenmassa naar de aanlegplaats van Hr. Ms. „O 16" of naar het Havenhoofd, vanwaar men de onderzeeboot de haven kan zien uit varen. Alle marineschepen zijn rijk gepavoiseerd, behalve de „Java", die buiten dienst is. Aan stuurboord kant staat de bemanning reeds, straks zal het paradesein ze in de houding roepen. De „Dorus Rijkers" voert op het ach terschip de vaderlandsche driekleur, in top de vlag van de N.- en Z.-Holl. Redding-Maat schappij. Van de H.D. 5, een oud beestje, wap pert het dundoek, op de andere visscherssche- pen, die in bijna vergeten rust aan den steiger liggen te droomen, hangen traag de bruine netten, die eens het zeebanket in groote hoe veelheid opvingen en nu 'gedoemd zijn tot werkloos wachten. Vlak voor de „O 16" liggen de „Jan van Brakel" en de „Van Meerlant", nieuwe aan winsten van de Koninklijke Marine, in hun glanzend kleed van grijze verf en daarvoor, bijna neus aan neus met de onderzeeboot, de „G 15". Een eskader watervliegtuigen, in V- vorm, komt over de haven daveren. Dan kilnkt het paradesein van de schepen. Hier het slaan van de trom, verderop het hoorn signaal. De manschappen van de marine-sche pen springen in de houding en joelen. „Leve de Koningin, hoezee, hoezee, hoezee!!" Het davert langs de haven en de honderden be langstellenden bij de „Atjeh"-loods juichen den Prins weer hartelijk toe. Het gaat zoo ongedwongen, zoo spontaan. De Prinselijke onderscheidingsvlag wordt aan boord van de onderzeeboot geheschen. Een hoornblazer brengt Zijn Koninklijke Hoogheid het eerbewijs. Bij den valreep wordt de Prins ontvangen door den commandant van de onderzeeboot, den luit. ter zee le kl. J. C. v. Waning. De schroeven wentelen zich in het water en stuwen het langs de flanken van het schip, dat door eenige journalisten als de „potvisch" wordt gedoopt. De bevelen vo.or het losgooien van de tros sen klinken. De manschappen aan wal kwijten zich van hun taak. Het gaat alles snel en dan maakt zich het slank gevaarte los van den wal. Een laatste groet naar de haven en de „O 16" vaart weg. De Haven uit! Snel nadert de „O 16" thans het einde der haven. Een leuk moment was het, toen de onderzeeër de vroolijk gepoiseerde „Dr. Wa- gemaker" passeerde. Aan boord daarvan be vond zich een muziekgezelschap uit Bergen, dat ter opluistering met een aantal aanne mers op reis wasToen de „O 16" langs voer, zette het orkestje spontaan het Volks lied in. Met het gevolg, dat iedereen aan boord van de onderzeeboot de houding aan nam en het saluut bracht. De Prins, die dui delijk op de brug te onderscheiden was, even zeer. Zoo naderde men den havenuitgang, «raar vele menschen samengekomen waren om van den uittocht getuige te zijn. Weer ge juich en gejubel, gezwaai met zakdoeken en hier en daar met een vlag. En toen was de „O 16" op zee. RADIOGRAFISCHE FOTO van de groote autorennen in de Ver. Staten. De Duitsche coureur Bernhard Rosemeier wint met een Auto-Union wagen. Links de toren van den kamprechter. (Van een specialen medewerker aan boord). Z. K. H. had een filmtoestel medegenomen en maakte vele opnamen. Ter reede stoomde Hr. Ms. „Mercuur" met gasten van de Kon. Marine Jacht Club aan boord langs. Van dit schouwspel maakte Z. K. H. wederom verschillende opnamen. Ter reede werd het sein gegeven „klaar maken voor onder water" en werd aan dek alles opgeborgen en vastgesjord. De Chef d'Equipage, schipper E. Plug, werd op ver zoek van den Prins aan Z. K. H. voorgesteld. Door het Molengat stoomde Hr. Ms. O 16 naar diep water, dat even buiten de licht- brulboei van de Noorderhaaks bereikt werd. Voordat de boot onder water ging, maakte Z. K. H. een rondgang door het schip, waarbij de commandant van Hr. Ms. O 16 de be doeling en werking der toestellen verklaarde. Onder water. Nadat Z. K. H. een overzicht van de boot had gekregen, werd het snelduiksignaal ge geven en ging het schip onder water. Z. K. H. sloeg' de manouevres in het Centraal station gade. Nadat de boot onder water afgetrimd was, begaf Z. K. H. zich naar den commando toren, waar Z. K. H. door de periscoop keek en met aandacht het afvuur systeem gade sloeg, dat door den conmmandant gedemon streerd werd. Vervolgens begaf de Prins zich naar de kajuit van den commandant, genoot daar van de marine-koffie en toonde zeer veel belangstelling voor het gastenboek van de onderzeeboot. Lunch onder water. Vervolgens gebruikte Z. K. H. de lunch in het officiersverblijf, waarbij de bekende „Raasdonders" op tafel verschenen. De maaltijd werd even onderbroken, om Na de kranslegging bij het Helden der Zee Monument wendt Zijne Koninklijke Hoogheid zich tot de zeeveteranen Stram staat zij aangetreden, de garde van Moed-Volharding-Zelfopoffering; een 21-tal, waaronder het bestuur en de oudste redders. Het is burgemeester Ritmeester, die voor het voorstellen aan den Prins zorgt: eerst den heer J. v. Dok, de voorzitter. Dan vraagt de Prins: „Hoe lang bent u al lid van uw vereeniging, mijnheer v. Dok?" En de gevraagde: „Ik zit al 28 jaar in het bestuur Hoogheid." Prins Bernhard schijnt dat een opmerkelijke prestatie te vinden en steekt Zijn bewondering dan ook niet onder stoelen en banken. De volgende is de heer Kl. Roetman. De medailles ziende informeert de Prins of hij reeds langer in de vereeniging is. „Neen, Hoogheid", aldus de heer Roetman, 27 jaar, waarvan 25 als penningmeester. De derde wasJanus Kuiper. Diens vele medailles werden aan een nauw keurig onderzoek onderworpen, en met name het eere-metaal, verkregen bij de heldhaftige reddingen b(j de schipbreuk van de „Renown". Naast Kuiper staat Jan Sturk, een der laatste Kraton-medaille dragers en ook deze valt de eer te beurt door den Vorsteljjken bezoeker aangesproken te worden Voor het borstbeeld van wijlen Prins Hendrik. Als de Prins de hand van den laatst op gestelde, in dit geval den heer F. Winter, gedrukt heeft, schrijdt hij langs het monu ment en vervolgens dicht langs de samen gepakte menschenmassa naar het Oostelijk gedeelte van het Plein, waar zich het borst beeld van wijlen Z. K. H. Prins Hendrik be vindt. Hier blijft de Prins wederom staan en hij bekijkt eenigen tijd vol aandacht het zoo treffend gelijkende borstbeeld van den Vader Zijner Echtgenoote. Dan wendt hij zich tot Zijn gezelschap en geeft van zijn bewondering blijk voor de sereenheid van dit plekje. Inderdaad het borstbeeld staat hier wel in een heerlijke omgeving van jeugdig groen en fleurige bloemenpracht en dat het de goedkeuring van Zjjne Koninklijke wegdroeg was dan ook eigenlijk geen wonder Het verblijf op het Helden-der-Zeeplein is nu spoedig ten einde. Onder luid gejubel van de menigte gaat de Prins en gevolg naar de gereed staande auto's. Het instappen was het werk van een oogenblik, de 16 P.K.'s werden aangezet en daar ging het reedsHet naar de Buitenhaven, naar de O. 16... Het gejuich van de achterblijvenden verstomde... alleen de klokken van het carillon hadden hun zang hervat en de tonen, meegedragen door den wind. zullen den Prins op zijn weg naar de haven, geruimen tijd vergezeld hebben... een passeerend koopvaardijschip door de periscoop waar te nemen, terwijl Z. K. H. per soonlijk het schroefgeruisch beluisterde in de radiohut. Om half twee werd leeg gemaakt en sloeg Z. K. H .deze manouevres nauwlettend gade in het centraal station. Nauwelijks was Hr. Ms. O 16 weder boven water, of Z. K. H. begaf zich weder op de brug. Z. K. H. bleef gedurende den terugtocht voortdurend op de brug en liet zich het vaar water verklaren. Ter reede gekomen toonde Hij groote belangsteling voor de terug- keerende diverse wedstrijdjachten. Hr. Ms. O 16 was juist op tijd, om de aankomst van de eerste twee jachten mede te maken. Op 5 Augustus zullen een 500-tal Zwitsersche jongens, die de Jamboree bijwonen, een bezoek brengen aan onze stad. De jongens zullen o.m. Hr. Ms. „Gelderland" bezichtigen en vermoede lijk ook een tocht maken naar de Donkere Duinen. Via den Afsluitdijk gaan ze daarna naar Wieringen en Friesland. Nog drieduizend jongens van de Jamboree naar Den Helder? De mogelijkheid bestaat, dat nog een drieduizendtal jongelui naar Den Helder komen en wel op 10, 11 en 12 Augus tus, dagelijks duizend jongens, eveneens bezoekers van de Jamboree. Onderhan delingen hierover zijn nog gaande. DE „TOUR DE FRANCE" Hier ziet men hoe de Belg Vervaecke en de Italiaan Bartoli den Col des Aravis bereiken. Alléén bij COR KRIGEE, VAN GALENSTR. 71 Telefoon 399. lafs aperts, buitengewoon smakelijk Probeert U ook eens I Prijs f 0.26. Aanbevelend

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 5