De Marine-begrooting
Teleurgesteld
Internaat Zeevaartschool
De vloot-manoeuvres
Cursus machincschrijven
Met Hr. Ms. divisie-
mijnenvegers naar Ned.
Oost-Indië
Vischafslag Den Helder
(Van onzen Marine-medewerker).
Alhoewel de troonrede op twee plaatsen be
loften inhield voor een stevig aanpakken van
's lands defensie, zoo moet het ons toch van het
hart, dat, voor zoover betreft de Marine, de op
de troonrede aansluitende defensie-begrooting,
ons eenigszins heeft teleurgesteld.
Wij hadden verwacht dat onze nieuwe defen
sie-minister „het ijzer gesmeed zou hebben ter
wijl het heet was". Nog immer waait er over
Nederland een pro-defensie wind, nog steeds is
het grootendeels gedaan met défaitisme en be
kijkt men, onder drang der omstandigheden
daartoe gebracht, de defensie-vraagstukken
van een meer practischen kant. Men accepteert
het als een noodzakelijk kwaad en schijnt be
reid zich daartoe financieele opofferingen te ge
troosten. Wij meenden dan ook dat thans het
oogenblik gekomen zou zijn, waarop de mari
tieme defensie krachtiger dan ooit zou worden
aangepakt m.a.w., dat eindelijk eens gebroken
zou worden met het vlootplan-Deckers, een
vlootplan wat eigenlijk geen vloot- maar een
aanbouwplan was. Een schema volgens hetwelk
een „uiterst minimum" moest worden gebouwd
en onderhouden. Een „minimum", als resultaat
van een lofwaardig streven om in tijden dat de
Marine er bij de volksvertegenwoordiging nog
,heel slecht instond", toch nog iets te bereiken.
In het teeken van het vlootplan-
Deckers.
Onze verwachtingen zijn echter niet bewaar
heid, integendeel de geheele maritieme begroo
ting staat in het teeken van het vlootplan-
Deckers, een schema uit den jare '30, dat nu na
7 jaar eindelijk eens in zijn geheel afgebouwd
zal worden. Eindelijk zal dan het „uiterste mi
nimum" van zeven jaar geleden bereikt wor
den, een lofwaardig resultaat, wij echter had
den meer verwacht! Zeker ook aan afbouw van
het Deckers-schema, maar wij hadden ver
wacht, dat nu, profiteerende van den practischen
geest van ons volk, een begin zou worden ge
maakt met het slagwapen van onze vloot een
kern van enkele groote gevechtseenheden,
waaromheen of liever waarvóór zich het
lichte materieel zou kunnen groepeeren.
Wij hoopten op een werkelijk volkomen har
monische vloot, waarbij de harmonie niet alleen
gevonden wordt tusschen de eenheden van het
lichte materieel, maar waar achter de kruisers,
nóg een stok achter de deur staat, een kleine
slagvloot. Wij aanvaarden niet het argument,
dat men in Holland niet in staat zou zijn enkele
kleine pantserschepen financieel te bekostigen.
De Zuiderzeewerken, de onderwijs- en steunre
gelingen bewijzen het tegendeel en wij zijn er
van overtuigd, dat zelfs thans een dergelijke
financieele krachtproef binnen ons bereik ligt.
Tot op den huidigen dag viel voor ons alleen
maar een klein materieel vloot te onderhouden,
maar wij achten thans de volksvertegenwoordi
ging bereid om over te gaan tot den aanbouw
van een vlootkern, waardoor de preventieve
waarde van onze weermacht ter zee hooger
gestegen zou zijn als nu, nu een vervangende
kruiser op stapel gezet zal worden.
We moeten een schip met „incas-
seeringsvermogen" hebben.
Onze kruisers het mogen nog zulke mooie
schepen zijn en zjj mogen nog zulk een groote
gevechtswaarde hebben, zij zullen in een con
flict en meer speciaal een Pacific conflict
slechts in zooverre preventief werken, dat een
vijand enkele kruisers zal moeten afzonderen
om ons te binden. Steeds door zullen onze
schepen, willen ze eenige preventieve waarde
houden, het gevecht met iederen sterkeren
tegenstander moeten ontwijken, om ergens an
ders te trachten eenig voordeel te behalen. De
noodzakelijkheid van het blijven bestaan van
onze drie zoo kostbare eenheden dwingt
tot het vermijden van ieder risico.
Hoeveel meer zal een eventueele vijand
ter zee echter aan zijn eigen slagvloot moe
ten onttrekken wanneer daar in onze kolo
niën een schip bestaat dat eenige risico's
kén loopen. Een schip dat „incasseerings-
vermogen" bezit van vijandelijke treffers.
Een schip, dat, naast een redelijke vaart
ook een goed pantser heeft en een aantal
kanonnen van groot kaliber (28 cm b.v.).
Dan kan de vijand niet meer komen met
Washington-kruisers, in hoe groote getale ook,
dan moet ook hij komen met de kern van zijn
vloot en aleer hij daartoe beslist b.v. in een
dreigend Pacific conflict zal hij zich, gezien
de andere tegenstanders welke hij te wachten
heeft, nog wel eens bedenken.
Wij haasten ons hieraan toe te voegen,
dat wij geenszins betoogen dat onze vloot
van enkel licht materieel, zonder die kern
waardeloos zou zijn. Het tegendeel is waar,
echter meenen wij wel, dat de preventieve
waarde onzer marine grooter is met een
slagkern, dan door een voortdurende aan
bouw van licht materieel.
Het gunstige getij verloopen?
Efjoch, het heeft niet zoo mogen zijn en wij
zijn thans bevreesd, dat het gunstige getij zal
verloopen zonder dat er voldoende van zal zijn
geprofiteerd. Want geprofiteerd werd er wel,
ook het afbouwen van het vlootplan '30 acht
ten wij, nu de „kern" niet komt, toch een alles
zins gelukkige beslissing, het stelt ons slechts
teleur dat er buiten dien afbouw om niet meer
gevraagd is geworden.
Wij zullen de lichtpunten in het marinedeel
der defensiebegrooting nog eens nader toelich
ten.
De lichtpunten.
In de eerste plaats blijkt dan door het aan
vragen van een eersten termijn aanbouw van
een nieuwen kruiser, dat de beslissing in het
vraagstuk „kruiser of vliegtuig" is gevallen.
De minister heeft zich thans o.i. duidelijk uit
gesproken. Wij achten dit een zeer gelukkige
omstandigheid, omdat ten onrechte de marine
wel eens in de schoenen geschoven werd, dat
zij in eigen boezem het daarover niet eens was.
Dit vraagstuk is thans van de baan.
Dat de marine de enthousiasten toch
de waarde van dit wapen volmondig erkent,
blijkt uit de aanvraag van 12 groote en 12
kleine zeevliegtuigen, waardoor ten aanzien
van de groote zeevliegtuigen het getal van 72
weer iets meer benaderd wordt. Wij betwijfelen
echter of dezen aanbouw van 12 per jaar snel
genoeg zal zijn om aan de behoeften van den
Marineluchtvaartdienst te voldoen.
De nieuwe kruiser zal blijkens de verstrekte
gegevens „iets grooter" worden als de te ver
vangen „Sumatra" en slechts 8 kanonnen van
15 cm aan boord hebben. Dit wijst gelukkig in
de richting van een goede pantserbescherming,
waardoor deze „ersatz Sumatra" zeker aan ge
vechtskracht zou winnen en eenigszins ons
zooeven bepleite pantserschip als vlootkern
zou benaderen.
Of wij zooals op het oogenblik veel ge
beurd in de pers uit de vervanging van juist
Hr. Ms. „Sumatra" de conclusie mogen trek
ken, dat dit schip nimmer goed voldaan zou
hebben, trekken wrj in twijfel. Het schip heeft
in zijn levensduur onfortuinlijk gevaren, dat
geven wij toe. Hier viel één der twee twintig
jarige kruisers te vervangen. Hr. Ms. „Java"
wordt geheel gerestaureerd, men vervange de
niet gerestaureerde kruiser.
Het nieuwe schip een prachtig schip.
Het schip wat nu gebouwd zal worden
belooft een prachtig schip te worden, het
welk zeker in ons defensiesysteem past,
wij zijn verlangend daaromtrent nadere ge-
gegevens te vernemen. Wij hopen, dat 't het
begin vormt van een „klasse" schepen,
want ons kruiseraantal is nog steeds ge
ring.
Er is nog iets wat ons ten aanzien van dezen
kruiser van het hart moet:
Wij krijgen nu een nieuwen kruiser en zijn
geneigd den Hollanders toe te roepen: „Be
schouw het als iets heel gewoons dat er een
nieuwen kruiser aan uw marine toegevoegd
wordt. Hoeveel outsiders zijn er niet geweest
die uit het adoreeren en feteeren van Hr. Ms.
,,De Ruyter" de conclusie hebben getrokken,
dat, nu de marine er best voor stond, dat nu
de gevechtswaarde van de vloot, blijkens ge
toond enthousiasme, voldoende was. De marine
defensie was in orde, daar bleef nu niets meer
te wenschen over!'
Het mag, geachte lezer, geen bijzonderheid
zijn voor ons Hollanders als er een nieuw schip
op stapel komt. 30 tot 40 jaar geleden stond er
welhaast ieder twee jaar een nieuw pantser
schip van 5000 ton op stapel. Schepen, waar
van we nu nog de „Soerabaja" noemen, een
schip, dat door zijn groot kaliber geschut en
zijn zware pantsering nog steeds de aandacht
verdient.
Nog een verheugend feit.
Een ander verheugend feit bij deze begroo
ting is, dat de minister thans de sterkte van
de vloot stelt totaal op: 3 kruisers, 12 torpedo
jagers, 2 flottieljeleiders, 3 flottieljevaartuigen,
1 artillerie-instructieschip, 6 bewakingsvaartui
gen, 8 mijnenleggers, 12 mijnenvegers.
Geen vlootsterkte dus zooals het vloot
plan-Deckers van 2 kruisers, 8 jagers en 12
onderzeebooten, met een 50 pet. materieel-
reserve. Neen een vlootsterkte van 1% maal die
als minister Deckers zich had voorgesteld.
Geen materieel-reserve die, zonder pei
reserve immers toch onvolwaardig was Thans
krijgt ieder schip zijn bemanning en wij prijzen
ons daarmede gelukkig. -
Er is ook materieel voor Holland uitgetrok
ken zoowel voor jagers als onderzeebooten.
Derhalve behoeven deze schepen ook niet
Indië hier naar toe te komen om hier Pers°"
neel op te leiden, een omstandigheid welke
minister Colrjn naar voren bracht. Hoogstens
zal één der kruisers voor opleiding van de be
manning naar Holland moeten komen.
Ter informatie van onze lezers willen wij
thans nog even een nominatieve sterkte-staat
van onze marine geven. Wij nemen daarvoor
wederom als grondslag het staatje hetwelk
hierboven werd gegeven. De vloot zal dan uit
eindelijk moeten bestaan uit:
3 kruisers, n.1. Hr. Ms. „De Ruyter", „Java
„Sumatra" en straks diens vervanger.
12 torpedoboot jagers: Hr. Ms. „Evertsen",
Kortenaer", „Piet Hein", „Van Ghent", „Witte
de With", „Van Galen", „Banckert" en „Van
Nes"; 2 jagers zijn reeds op de begrooting-
1937 aangenomen, maar nog niet aan een
scheepsbouwwerf gegund. Jager 11 en 12 zul
len thans op de begrooting-1937 worden aange
vraagd.
2 flottieljeleiders: Hr. Ms. „Tromp" de eerste
zal begin 1938 proefstoomen; flottieljeleider 2
is per begrooting-1937 toegestaan.
3 flottielje-vaartuigen: Hr. Ms. „Flores" en
„Soemba", beide in Indië; Hr. Ms. „Johan
Maurits van Nassau" voor de West bestemd.
1 artillerie-instructieschip: Hr. Ms. „Van
Kinsbergen". De aanbouw verkeert 'nog in een
begin-stadium, het schip zal mettertijd Hr. Ms.
.Gelderland' vervangen.
6 bewakingsvaartuigen: Hr. Ms. „Friso",
„Gruno" en „Brinio" vormen de eerste serie;
3 bewakingsvaartuigen staan op de begrooting-
1938.
18 onderzeebooten: Hr. Ms. ,,K 7" tot en met
„K 18", Hr. Ms. „K 19" en „K 20" in aanbouw.
4 booten van dit type eveneens in aanbouw.
8 mijnenleggers: Hr. Ms. „Jan van Brakel",
„Douwe Aukes", „Medusa", „Hydra" en „Van
Meerland" hier te lande en Hr. Ms. „Prins van
Oranje", Gouden Leeuw" en „Krakatau" in
Indië.
12 mijnenvegers te verdeelen in 3 divisies van
4 schepen: de eerste bevindt zich in Indië, de
tweede op weg er naar toe, de derde welke
eerst kortgeleden van de werf kwam, heeft
haar oefenterrein nabij Vlissingen.
Waarschuwing voor te groot
optimisme.
Zoo moge dan naar voren gekomen zijn, dat
het aanbouw-plan-Deckers langzamerhand
na bijna 8 jaar zijn voltooiing nadert. Wij
waarschuwen echter voor te groot optimisme,
dat de marine „er nu zou zijn". Wij waarschu
wen tegen te groot optimisme en chauvinisme
Vooral ook in verband met den aanbouw van
een nieuwen kruiser. En als dan het vloct-
plan-1930 binnen niet al te langen termijn vol
tooid zal zijn, zoo hopen wij, dat er dan nog een
gunstigen wind waait ten aanzien van onze
martieme-defensie en dat er begonnen zal kun
nen worden de marine ook dét deel te geven,
wat ze sedert lang ontberen moest, een „stok
achter de deur' 'een slagwapen, te midden van
en zich passende aan yde harmonie met het
lichte materieel.
gaat en tot slot verschillende tactische
""ufTeiding der oefeningen berust bjj den
commandant der zeemacht, den schout-be
nacht H. Ferwerda, die zich met zijn stat,
bestaande uit 4 officieren, heeft ingescheept
aan boord van het gouv. s.s. „Arend.
Commandant van de blauwe partij is de
eskadercommandant, de kapittein ter zee C. JE.
L. Helfrlch, commandant van de roode ParH)
is de kapitein ter zee A. C. van de Sande
Lacoste, commandant van Hr. Ms. De Ruyter.
In totaal nemen 18 schepen en 15 vlieg
tuigen (w.o. 12 groote) aan de oefeningen
deel. Vermoedelijk zullen Banda, Ambon en
Makassar worden aangedaan.
Gedurende de oefeningen is de vloot geheel
op oorlogstoestand ingericht.
Over de vloot-manoeuvres, die van 27 Sep
tember tot 23 October tusschen Soerabaja en
Nieuw-Guinea zouden worden gehouden, lezen
wij nog het volgende in de Indische bladen:
Nagenoeg al het in dienst zijnde materieel,
behoudens Hr. Ms. Van Galen te Sjanghai en
Flores (bestemd voor Sjanghai), n.1. 4 groepen
groote zeevliegtuigen, enkele kleine zeevlieg
tuigen en verschillende hulpschepen, zullen aan
de oefeningen deelnemen. Enkele schepen der
gouvernementsmarine, welke bij eventueele
mobilisatie der strijdkrachten ter beschikking
van marine komen, zijn eveneens ingedeeld.
De oefeningen betreffen allereerst een stra
tegische situatie in tijden van spanning, voorts
een strategische phase waarin een tegen
stander tot den aanval op ons gebied over-
Huur vierde gebouw.
Tengevolge van den toeloop van leer
lingen tot het internaat der Zeevaart
school bij den aanvang van den nieuwen
cursus, is het wederom noodig om over
te gaan tot uitbreiding van de gelegen
heid tot huisvesting. Het aantal interne
leerlingen bedraagt thans 75 en het is
niet mogelijk om in de drie bestaande
internaatsgebouwen dit aantal behoorlijk
te huisvesten.
B. en W. zijn in de gelegenheid het leeg
staande perceel Binnenhaven 46 te huren;
tegen den prijs van 390.per jaar. Welis
waar ligt dit perceel niet direct in de onmid
dellijke nabijheid van de school en van de
andere internaatsgebouwen, doch er was geen
ander perceel beschikbaar. B. en W. zouden
dit gebouw dan ook willen huren voor onbe-
paalden tijd, doch onder voorwaarde, dat op
zegging van hun zijde te allen tijde met
inachtneming van een termijn van een week
kan plaats hebben en van de zijde van den
eigenaar met inachtneming van een termijn
van drie maanden. Indien de gelegenheid zich
zou voordoen, dat een perceel aan het Anker
park kan worden gehuurd, kan daarvan dus
spoedig gebruik worden gemaakt.
De begrooting van hetgeen noodig zal zijn
om bovenbedoeld perceel te meubileeren is
dan ook opgezet, rekening houdende met een
zoo kort mogelijk verblijf aldaar. Voor de
inrichting is een bedrag geraamd van
2.530.Bij eventueele verhuizing blijft het
allergrootste gedeelte van wat voor dit be
drag werd aangeschaft, vanzelfsprekend ook
in het nieuwe gebouw in gebruik.
De gestadige groeid van het aantal leer
lingen brengt voort mede een uitbreiding van
de administratieve werkzaamheden. Deze
worden tot nog toe door een der leiders ver
richt, doch zij worden langzamerhand zóó
uitgebreid, dat die leider voor ander werk
niet voldoende meer beschikbaar is. Vanzelf
sprekend is dit niet de bedoeling. Het komt
B. en W. dan ook noodzakelijk voor, om voor
deze werkzaamheden een administratieve
kracht in dienst te nemen. Deze zou kunnen
worden bezoldigd naar de normen van het
salaris van een typist-schrijver in gemeente
dienst. Daarbij ware hem tevens om toer
beurt de leiding van een tafel op te dragen
bij de dagelijksche maaltijden, terwijl hij, ter
ontlasting van de leiders van het internaat,
met hen, eveneens om toerbeurt, wachtdienst
op Zaterdag en Zondag zou kunnen doen.
Tevens is voor het gebouw Binnenhaven
een huisknecht noodig, terwijl, ter assistentie
van den kok, de aanstelling van een koks
maatje niet kan uitblijven.
Ondanks de uitgaven, welke aan een en
ander zijn verbonden, zal een behoorlijke
winstmarge blijven bestaan.
B. en W. verzoeken den raad in dien geest
te besluiten.
De Directeur der Gemeentelijke Handels
avondschool deelt aan B. en W. onder meer
het volgende mede.
Voor het onderwijs in Machineschryven
aan de Handelsavondschool zal m.i een an
dere regeling moeten worden getroffen.
Tot nu toe werden de leerlingen voor dit
vak beschouwd als leerlingen van de Handels-
avondschool, ongeacht de omstandighed of ze
al dan niet meerdere vakken vol0den
Od erond van de wijziging in de wet op het
M O kan dat nu niet meer, dat de leerlingen
minstens één der verplichte vakken moeten
volgen In het vervolg is het dus met meer
mogelijk om als leerling van de Handels
avondschool alleen les te nemen in machine-
S°NaIr mijn meening is het daarom beter om
een afzonderlijken cursus te vormen voor
deze lessen. Ieder kan er dan aan deelnemen,
daar de cursus niet zou vallen onder de be
palingen van de wet op het M.O.
B en W stemmen volkomen in met het
voorstel van den Directeur en stellen voor:
a. het vak machineschnjven als leervak
van de Handelsavondschool te doen vervallen;
b. een afzonderlijken cursus voor machine-
schrijven in te stellen;
c het cursusgeld te bepalen op 5.— per
maand met dien verstande, dat door on- en
minvermogende leerlingen geheele of gedeel
telijke ontheffing kan worden verleend;
d de vergoeding voor het geven der lessen
voor den leeraar vast te stellen op 8.per
avond per maand;
e. ons te machtigen een leeraar in tijde**
lijken dienst aan te stellen.
UIT HET POLITIERAPPORT.
Aanrijding.
Een autobestuurder, uit Wieringen afkom
stig, deed aangifte, dat hij in de Keizerstraat
door een tweetal fietsers is aangereden, zoo
dat zijn auto is beschadigd.
Rijwieldiefstallen.
Een bewoonster van de Gravenstraat en
een Marineschepeling deden aangifte van
ontvreemding van hun rijwiel.
Een gevaarlijk spel.
Een paar jongens, die met steenen aan het
gooien waren, pikten een steen door de voor
ruit van een auto, die voor een garage stond.
Hond achter schapen aan.
Een bewoner van de Doggersvaart deed
aangifte, dat in den afgeloopen nacht een
hond achter zijn schapen heeft aangejaagd.
Een tweetal dieren werd gewond.
Van den openbaren weg een
speelhol gemaakt.
Een drietal jongelui, die op de straat aan
het dobbelen waren, werd met een proces
verbaal aan het verstand gebracht, dat derge
lijke dingen niet geoorloofd zijn.
Diefstal van een regenjas.
Een bewoner van de Bassingracht deed
aangifte, dat uit een verlofslocaliteit zijn
regenjas werd ontvreemd.
Ruw weer in de Middellandsche
Zee. Een bezoek aan Napels en
Capri.
Men schrijft d.d. 24 September uit Alexan-
drië aan -de „Nw. Rott. Crt.":
In dezen tijd van snelheid en gejaagdheid
is het een verademing, wanneer men in de
gelegenheid is de reis naar Ned. Oost-Indië
niet te doen in zes dagen door de lucht, niet
in drie of vier weken met een onzer mail
booten, neen, maar in ruim twee en een halve
maand met een schip, waarvan de grootte nu
niet bepaald zoodanig is, dat men hiermee bij
voorkeur de wereldzeeën zou willen bevaren.
Toch zijn zij alleszins zeewaardig, deze vier
mijnenvegers, tezamen vormende de divisie,
die op 30 Augustus uit Vlissingen naar Indië
is vertrokken. Ongelooflijk, zooals Vlissingen
ons uitgeleide deed; het deed ons Nieuwediep
vergeten. Vlissingen, gij toondet uw mede
leven met de marine op een onvergetelijke
wijze!
Ja, het had in de kranten gestaan, dat bij
slecht weer, Hr. Ms. „Jan van Amstel", „Pie-
ter de Bitter", „Abraham Crijnssen" en
„Eland Dubois", de Golf van Biscaye niet zoo
maar zouden oversteken, maar betere weers
omstandigheden zouden afwachten in de
Fransche oorlogshaven Brest.
Dit zegt u wellicht reeds iets omtrent de
grootte van deze schepen, die pl.fn. 500 ton
bedraagt; maar dat ze volkomen in staat zijn
een onstuimige zee te weerstaan, dat hebben
zij bewezen, toen de Middellandsche Zee tus
schen Gibraltar en Napels haar golven, op
gelijke hoogte met de brug van het schip, op
ons afstuurde.
Er zit iets genoegelijks in dat varen op zoo
een klein schip met totaal 45 man aan boord.
Het duurt niet lang of men kent hen alle
maal, door hun werk en hun grappen onder
elkaar. En de vroolijkheid en goede stemming
namen toe, naarmate bleek, dat deze mijnen
vegers toch heusch niet zoo erg slingerden
en stampten, als sommige „nurksen" wel had
den beweerd.
Als men buitenstaanders ontmoet, men
schen dus, wien een oorlogsschip een volkomen
raadsel is en wien men na een rondgang door
het schip dit raadsel eenigszins opgehelderd
heeft, dan blijft tenslotte altijd nog één vraag
over: „Wat doen al die menschen den ge-
heelen dag?" Onbegrijpelijk lijkt het, dat op
een schip, dat een voorbeeld van netheid en
zindelijkheid is, zooveel te doen is, dat eigen
lijk iedereen eiken dag tijd te kort komt.
Want, dat schoonhouden gebeurt eiken dag,
evenals hier en daar bijschilderen, repareeren,
aardappelen schillen, kleeding wasschen en
herstellen, repeteeren van de z.g. „rollen"
wat iedereen heeft te doen in geval van
alarm, brand, enz. gymnastiekoefeningen,
enz., enz.
Een dag aan boord van een schip vliegt
dan ook om, en wij waren te Gibraltar zon
der ons een oogenblik verveeld te hebben. Het
aanloopen van deze haven had de bedoeling
om eenige dagen de convooidiensten in de
Straat van Gibraltar door de divisie mijnen
vegers te laten verrichten, een werkje, dat
voor ons een „verzetje" was en voor het
schip, dat dezen dienst nu al zoolang waar
neemt Hr. Ms. „Johan van Maurits van
Nassau" een welkome aflossing.
Daar deze convooidiensten telkens door
twee mijnenvegers gezamenlijk geschiedden
en de andere twee dan in de haven van
Gibraltar lagen, was er toch nog gelegenheid
om deze onneembare rotsvesting nader te be
zien. Echter, het feit, dat practisch deze ge
heele rots als enorme vestingwerken in ge
bruik is, maakt de omgeving van het stadje
Gibraltar grootendeels tot verboden terrein,
en het speet den meesten dan ook niet, dat
wij dit uitertje puntje van Europa waar
het bovendien al tropisch warm was ver
lieten en koers zetten naar Napels.
Het naderen van Napels van zee uit, zooals
de stad daar ligt, amphitheatersgewijze ge
bouwd tegen de hoogten rondom, met aan de
andere zijde van de Golf de sluimerende
Vesuvius, maakt een prachtigen indruk.
Een bezoek, dat steeds aan boord gebracht
wordt, dat nooit ontbreekt in buitenlandsche
plaatsen, is dat van de in die stad wonende
Nederlanders. Zoo'n bezoek draagt altijd van
weerszijden een bijzonder karakter en is voor
de mannelijke leden van de Nederlandsche
kolonie steeds weer een welkome gelegenheid
hun geheugen op te frisschen, wat betreft het
prachtige schuimen van het Nederlandsche
bier en de krijtwitte asch van de Neder
landsche sigaar, waarbij men zich natuurlijk
wel kan voorstellen, dat het bij den aanblik
van genoemde kwaliteiten van de Neder
landsche producten niet blijft! Eigenaardig
overigens, dat een millioenenstad als Napels
slechts zoo weinig Nederlanders onder haar
inwoners telt.
Als men te Napels is, bezoekt men ten
minste een van de opgegraven oude steden en
op twee achtereenvolgende dagen hebben de
Nederlandsche matrozen hun braniekragen
dan ook in het oude Pompei vertoond en hun
bewondering kunnen uiten voor de groote
materieele en geestelijke beschaving, die hier
reeds vér voor het begin onzer jaartelling
aanwezig was. Ook de in het Nationale
Museum te Napels verzamelde beelden en
voorwerpen uit de bedolven steden en het be
kende aquarium werden door de bemanning
bezocht.
Toen wij 's Zaterdagsmiddags de haven van
Napels verlieten, waren er slechts weinigen
onder de opvarenden, die wisten, dat wij hier
mee Europa nog niet vaarwel gezegd hadden:
het lag n.1. in de bedoeling van den divisie
commandant om 's avonds en den volgenden
dag Zondag de bemanning in de ge
legenheid te stellen dit wondermooie eiland
te bezichtigen. Met eigen motorsloepen zou
dan van elk schip de wal bereikt worden
Echter, ook de Italianen weten maar al te
goed hoe mooi hun Capri is. Zij zijn daar
terecht trotsch op. Deze overtuiging gaf hun
den moed er bij den divisiecommandant op
aan te dringen niet vóór het eiland ten anker
te gaan, maar de haven van Capri binnen te
loopen.
Wij gelooven niet, dat het den divisiecom
mandant kwalijk te nemen is, dat hij voor
dien herhaalden aandrang van Italiaansche
zijde is gezwicht.
En zoo deed zich de door niemand ver
wachte en ook nog nooit vertoonde gebeur
tenis voor, dat Capri's haventje op Zaterdag
avond gevuld werd met een divisie Neder
landsche mijnenvegers. Onnoodig te zeggen
dat dit ongewone fèit talloozen naar den
havenkant lokte.
Echter conform zijn oorspronkelijk plan,
stond de divisiecommandant niet toe, dat er
dien avond gepassagierd werd en moesten wij
dus tot den volgenden dag wachten, aleer wij
het land van San Michele konden betreden.
Na het vele, dat er over dit eiland geschre^
ven is, zullen wij niet trachten daaraan nog
iets toe te voegen.
Na het bezoek aan het wonder-schoone
eiland werd de reis naar Alexandrië voort
gezet.
Den Helder, 2 October.
Aangebracht door korders:
Tongen
Slips
Tarbot
Schol le soort
Schol 2e soort
Schar
Wijting
Bot
per kg 0.960.90
0.88—0.78
0.70—0.65
per kist 8.107.00
4.95—2.00
2.40—1.70
1.801.20
4.40—3.25
Aangebracht door garnalenvisschers:
Levende garnalen
Gekookte garnalen
1.35 p. Lit
0.15 p kg.
kon. ned. stoomb. maatschappij.
Agamemnon, u., 1 Oct. te Guiria.
Amazone, 1 Oct. v. New-York.
Aurora, 2 Oct. v. Rotterdam.
Bacchus, 2 Oct. v. Sunderham.
Bodegraven, u., 30 Sept. te Cristobal.
Boskoop, 1 Oct. v. Curagao.
Costa Rica, u.. 29 Sept. v. Barbados.
Deucalion. pass. 1 Oct. Gibralta"
Euterpe, 1 Oct. v. Bordeaux.
Hebe, 2 Oct. v. Amsterdam.
Mars, 2 Oct. v. Rotterdam.
Oberon, 1 Oct. te Sfax.
Odysseus, 2 Oct. te Kopenhagen.
Orpheus, 2 Oct. v. Amsterdam.
Perseus, 1 Oct. v. Aarhus.
Pluto, 1 Oct. v. Kopenhagen.
Saturnus, 30 Sept. te Granton.
Theseus, 2 Oct. te Amsterdam.
Venus, 2 Oct. te Amsterdam.
holland-west-afrikalijn.
Amstelkerk, 2 Oct. v. Amsterdam.
Crijnssen, 2 Oct. v. Amsterdam.
Reggestroom, u., 2 Oct. v. Lagos.
java—new york-lijn.
Adrastus, 30 Sept. te New-York.
Glaucus, 1 Oct. v. New-York.
Kota Inten, 2 Oct. v. Singapore.
Kota Pinang, 29 Sept. v. St. Vincent.
Tanimbar, 2 Oct. te Batavia.
holland—amerika-lijn.
Büderdijk, 29 Sept. te Boston.
Boschdijk, 2 Oct. v. Rotterdam.
Burgerdijk. 1 Oct. te Havana.
nf™,l"?.lJkó,,2 °ct' v. Rotterdam.
Dinteldijk ,30 Sept. v. Bermuda.
End""' °Ct' 12 U' 50 m' nm' 80 m^' W' v' Lan<, s
RntSrt?™1 ?C^'.7 28 m- vm- 81 N- V. Land's End.
Rotterdam, 1 Oct. te New-York.
Veendam, 2 Oct. v. Rotterdam.
rotterdamsche lloyd.
Baloeran, u„ 1 oct. v. South.
Kedop0,1 °ct',v' Li«abon.
ÏCn?? a pass 1 °ct- K. Bon.
Kota Agoeng. 1 Oct. v. Batavia
Palembang, u„ 2 Oct. v. Londen.
«otterdam—zuid-amerika-lijn.
Alcyone, t., 30 Sept. v. Montevideo.
A he„fai v' Rotterdam.
Alhena, 2 October v. Rotterdam.
kon. paketv. maatschappij,
??°t«koe- 80 Sept. te Hongkong.
Lematang. 1 Oct. v. Bangkok
Swartenhondt, 30 Sept. v. Singapore.
silver-java pacific-lijn.
Hoegh Merchant. 30 Sept v Batavia
Silverpalm, 30 Sept. te Bellwan
vereenigde nederl. scheepvaart mij.
(Holland—Afrika Hin.)
3 °ct- te Amsterdam.
Nitkèro i' jwS'. 0ct- Vlissingen van Antwerpen.
«uaerK. u.. 1 Oct. te Beira.
Spnngiontcin, t., l oct. v. Djeddah.