Agenda
Hebt U nog niet
„gevogelpiekt
Woensdag
Marine-Concert
Charles vd» Bilt
Dr.Garmt Stuiveling
herdenkt Vondel
Maandag 8 November 1937
^iadónituwJi
ff
Hedenavond en morgenavond
laatste speelgelegenheid
Levert Uw bonnen in
Tweede
De filmvoorstelling ten
bate van de behoeftige
moeders
Dc N.R.V. en de jeugd
Het leven der Eskimo's
Het moeilijke probleem
E en van de vele gevoeligheden, waarop
de barometer van onzen tijd sterk reageert,
is die van het koloniale vraagstuk. Hoe
veel pennen heeft het al niet in beweging
gebracht en hoeveel gemoederen bewogen
Sentiment en practische overweging spelen
hierbij een rol. Het gaat er om of Duitsch-
land zijn koloniën terug zal krijgen of dat
men, om de al of niet vermeende gevaren,
die aan die teruggave verbonden zijn, ze
zal weigeren over te dragen.
Ongeval op de „Sumatra"
Verzendt en ontvangt Uw
goederen per „ESONA"
Zaterdag is de topdag geworden voor de
vogelpiekers. Dat begon al direct bij de ope
ning, toen er tientallen nieuwe piekers in
afwachting stonden, met de spanning, die
lederen nieuweling kenmerkte. Hoe moet ik
gooien? Daar waren er werkelijk, die met
cynische onverschilligheid hun vogeltjes door
de lucht wierpen, zonder eenige berekening.
Er waren er die er ernstig bij keken, als bij
een wiskunstig vraagstuk. Er waren er, die
met bevende hand het pijltje afschoten en
anderen die „keihard" gooiden.
En 's avonds stond de toonzaal vol,
meer dan vol. Jong en oud, vooral veel
jong goed, dat gekomen was voor de lol.
Nu, daarvan hebben ze hun portie gehad.
Geestige opmerkingen en lawaaiende
muziek zorgden voor de stemming, die
dergelijke gebeurtenissen kenmerken.
In de bovenzaal puzzelden de heeren van
de Middenstandvereeniging en van de Hanze.
Er waren niet minder dan twee piekers, die
vier negens geworpen hadden. Het hoogste
cijfer dus, dat men kon werpen. Die twee
mochten overgooien, konden om den prijs loten
of „mudje bij mudje" doen en de buit ver-
deelen, zooals de heer P. Luyckx voorstelde,
Die had ook nu weer de prijsuitreiking op
zich genomen.
Piet Luyckx kon al spoedig constatee-
ren, dat de beide eerste prijswinnaars het
verder gebracht hadden dan de heeren in
Genève, want na één minuut was de
vrede al geteekend en hadden de heeren
besloten de buit te deelen, zoodat ieder
dertig gulden aan waardebons kreeg. Dat
was een goede dag.
Bij een van de andere prijswinnaars heette
het: „En nou Woensdag voor het motorrijwiel
gooien, mijnheer. Maar u bent wat voorbarig
geweest, want de motorjas hebt u al, terwijl
u nog maar af moet wachten of u het motor
rijwiel krijgt."
Toen de prijzen van tien gulden bekend ge
maakt waren, deelde de heer Luyckx mee:
„Nü zijn de vette koeien op en beginnen we
aan de magere beestjes. O, o, wat is die Hel-
dersche Middenstand toch goedgeefs. Straks
krijg je bij het koopen van een hoed, nog een
mantel cadeau."
Zoo kwamen alle prijzen met een grapje en
een gijntje aan hun eigenaars.
Een totaal-bedrag van zestig gulden aan
waardebons ontvingen:
Bon Worp Naam
1001 9999 G. Verwey.
1167 9999 Van der Jagt.
Bon Worp Naam
Een bedrag van 10.ontvingen:
1174 9992 G. A. Glym.
1159 9989 J. Kemna.
1299 9987 Wittebrood.
1188 9964 Tr. Kwast.
Een bedrag van 5.ontvingen:
Bon Worp
981 9963
1006 9949
1046 9946
1181 9912
1143 9900
Naam
Riemersma.
G. Menijn.
N. B. Jonkman.
Coelers.
C. v. Beveren.
Een premie (een wringer) werd toegekend
aan:
Bon Worp Naam
1024 2022 H. J. Burgen.
De laatste kansen.
En nu vanavond en morgenavond nog.
Wissel uw bonnen in, of als u nog geen
twintigtal bij elkaar hebt, doe uw in-
koopen nog. Misschien ontvangt u van
avond nog vijftig gulden. Wie weet, laat
deze kans niet voorbijgaan.
Nog niet ontvangen prijzen kunnen afge
haald worden bij den heer Zegel, Koningstraat.
Koopt kaarten!
Wij willen hier nog eens herinneren aan de
filmvoorstelling, welke a.s. Donderdagavond
11 November in de Rialto gegeven wordt. De
haten van deze voorstelling, welke belange
loos aangeboden wordt, komen geheel ten
goede aan het comité, dat onder leiding van
mevrouw Ritmeester op zich genomen heeft
steun te verleenen aan die moeders, welke in
behoeftige omstandigheden verkeeren. Wie
2°u niet willen medewerken aan zulk een
ideëele doelstelling? In de eerste plaatsnatuur
hjk alle moeders, die haar kind (eren) in ge
lukkiger omstandigheden mochten opvoeden
on verzorgen. Maar ook alle vertegenwoor
digers van het sterke geslacht, die in deze
hu eens met recht kunnen toonen, dat z jj
sterk zijn, sterk in het verleenen van
daadwerkelijke hulp aan een minder fortuin
lijke categorie van het zwakke geslacht.
Slechts als Rialto Donderdagavond vol
zal zijn, zal het Comité belangrijk werk
kunnen doen. Daar de heer v. Twisk een
prima voorstelling gegarandeerd heeft,
twijfelen we er niet aan, dat Rialto inder
daad uitverkocht zal zjjn. Niemand ver-
zuime dus een kaart voor de Donderdag-
ai endvoorstelling te koopen.
A.s. Woensdag, 10 November, wordt in
„Casino" het tweede Marine-Concert ge
geven door het symphonie-orkest van het
Stafmuziekkorps der Koninklijke Marine-
Kapel, onder leiding van kapelmeester
Louis Leistikow.
Git het programma blijkt wederom, dat
het de bedoeling van het Comité is zoo
veel mogelijk tegemoet te komen aan
ieders smaak: hetgeen wil zeggen, dat
zoowel de liefhebbers van uitgesproken
klassiek als zjj, die het lichtere genre
beter kunnen apprecleeren, ieder hun deel
krjjgen.
Wat het programma voor de pauze be
treft, na het spelen van het „Marche de
Concert" van den heer Leistikow staat
daar als eenigst nummer de Symphonie
No. 5 (Opus 64) van Tschaikowsky, een
werk, bestaande uit a. andante allegro
con anima; b. andante cantabilé; c. Valse
allegro moderato; d. Finale, andante
maestoso, allegro vivace.
Het betreft hier een van de meest ma
gistrale werken van den grooten compo
nist, een werk, naar de vertolking waar
van wij met belangstelling uitzien.
Na de pauze draagt het program een ander
karakter. Het begint met de welbekende
ouverture „Die Stumme von Portici" van
Auber, gevolgd door wederom een nummer
van den kapelmeester zelve, en wel een „Ro
mance".
Nummer 5 brengt van Louis Ganne een
„Fantaisie-ballet Terpsichoré", terwijl besloten
wordt met een fantasie op de Opera „Ham
let" van Thomas.
Zooals men ziet voorziet een dergelijk pro
gram inderdaad aan velerlei smaak, zoodat
wij wederom vertrouwen, dat een zoo groot
mogelijk aantal plaatselijke muziekliefhebbers
a.s. Woensdag „Casino" zal vullen.
Lezing in Musis Sacrum.
Teneinde de uitgebreide werkzaamheden,
die der reisvereeniging zijn, beter te kunnen
uitvoeren, heeft het bestuur van de Ned. Reis-
Vereeniging destijds verschillende commissies
in het leven geroepen. Een van de belang
rijkste is zeker wel de Commissie voor de
Jeugdreizen, voor welke een dankbare taak
is weggelegd. In de eerste plaats moeten de,
reizen voor de jeugd immers "leerzaam en;
boeiend zijn?
Zooals vele commissies maakt ook deze pro
paganda voor haar werk en doel. Zaterdag
middag j.1. had zij in Musis Sacrum de gele
genheid om zich bij de Heldersche jeugd en
haar ouders bekend te maken. Echter was er
dien middag ook een filmvoorstelling over
Eskimo's en dat bleek zoo'n geduchte concur
rente te zijn, dat slechts enkele tientallen de
zaal bevolkten, toen het bestuurslid van de
pl. afdeeling der NR-v-> de heer Van Scheyen,
den spreker, Drs. Melchior, met enkele woor
den inleidde.
Deze heeft de aanwezige jongens en meisjes
allereerst verteld van de Commissie van de
Jeugdreizen der N.R.V., om daarna het een
en ander van de jeugdreizen zelf te vertellen.
De N.R.V. heeft er al verschillende met
succes gemaakt en de heer Melchior sprak
dus uit de praktijk. Zijn verhaal werd uitste
kend geïllustreerd door een groot aantal lan
taarnplaatjes, waarvoor wel belangstelling
bestond. Of dat met de lezing zelf ook het
geval was, meenen we te moeten betwijfelen.
De spreker toch, wellicht onder invloed van
de geringe belangstelling, wist er geen boeiend
relaas van te maken en ten tweede ging hij
op allerlei bijkomstigheden in, waarvan hij
moest begrijpen, dat de jeugd daar geen be
langstelling voor heeft.
De middag werd besloten met de vertoo
ning van de film „lm Silberlicht der Blümlis-
alp" van het Zwitsersche Verkeersbureau.
Filmmiddag van het Nat. Historisch
Museum. Een uitverkocht theater.
Tegen een achtergrond van grauwe berg
gevaarten, waarop geen plant het leven
houdt, speelt zich Rasmussen's film „Het Le
ven der Eskimo's" af. Toch is het een film
geworden van een zeldzame bekoring, een
film, die het leven der Eskimo's doet zien in
zijn ongecultiveerden staat, in zijn primitie
ven vorm, maar benijdenswaardig door zijn
simpelheid, waarvan wij, menschen van de
beschaving en van de cultuur, nog heel wat
kunnen leeren.
Het is een zonnige film geworden, door
het zonnig humeur van de medespelers,
die zich gaven, zooals ze zijn, "vroolijk,
levendig en druk, eerlijk en goedmoedig.
Zonnig ook door de prachtige beelden van
trillend licht op bewogen water en zon-
doorlichte ijsbergen in hun kleed van
glanzend wit.
Het was den heer Nijkamp, voorzitter van
het Natuurhistorisch Museum, die met een
woord van welkom den middag opende en er
zijn vreugde over uitsprak, dat zoo velen aan
de uitnoodiging gehoor hadden gegeven, zóó
veel, dat er zelfs teleurgesteld moesten wor
den, omdat de zaal uitverkocht was. Hij
dankte de heer v. d. Stigghel, conservator aan
het Museum voor Onderwijs te 's-Graven-
hage, die de toelichting bij de film gaf en aan
wien het Heldersche Museum zooveel te dan
ken had.
Inleiding van den heer v. d. Stigghel.
Het is vier jaar geleden, dat in Kopen
hagen een man overleed, die z'n heele
leven in gevaar heeft geleefd, zoo zeide
de heer v. d. Stigchel. Dat was Rasmus
sen, een kenner der Eskimo's, zooals er
weinig ter wereld zijn. Hij kende de taal
en de dialecten, als geen tweede, en die
taal is verschillende van plaats tot plaats
en van nederzetting tot nederzetting.
Tot slot van zijn leven heeft Rasmussen het
mooiste document van zijn leven nagelaten,
dat mogelijk was: de sprekende film van het
leven der Eskimo's. Zelf heeft de groote
ontdekker zijn product niet meer gezien,
want eerst na zijn dood werd de film gemon
teerd.
De Eskimo's hooren den naam Groenlander
liever dan Eskimo, omdat dit eigenlijk een
scheldnaam is, die zij van de Indianen ge
kregen hebben. Eskimo beteekent: rauwe
vleescheters.
De Eskimo's hebben een zwaar en moeilijk
leven. Het klimaat is ruw. De z.g. Pool-
stroom, de wind die van' het Noorden naar
het Zuiden gaat, brengt een zoodanige koude,
dat er geen boomen kunen groeien. Nu is het
echter ook weer die koude golfstroom, die
het drijfhout meebrengt voor bouw van boo
ten en huizen. Metalen komen er practisch
niet voor. Alle voorwerpen worden uit steen
en been vervaardigd.
Dit alles heeft menschen gevormd, die
krachtig zich kunnen verzetten tegen
alle moeilijkheden. De Eskimo's zijn een
prachtig menschensoort.
Het leven van de Eskimo's is verdeeld in
een zomer- en winterleven, 's Zomers is het
een leven van zwerven en jacht op het water,
een jacht op walvisschen en walrussen en
vooral op zeehonden.
Het vet en de huid van de dieren zijn twee
voorname dingen. Het vet wordt in groote
hoeveelheden gegeten en de huiden dienen
voor de tenten en voor kleeding.
Het eenig plantaardig voedsel, dat de
Eskimo's hebben, zijn de bessen van
kraaihei en de veenbes. Men leeft in com
mune staat. Alle jagers brengen hun buit
's winters in een gemeenschappelijke
bergplaats en daarvan leeft men geza
menlijk, naardat ieder van noode heeft.
Spreker vertelt tal van aardige gewoonten
uit het leven dezer natuurmenschen, met hun
opgewekt karakter. Een twist wordt al op
heel gesetige wijze beslecht, doordat' men in
een grooten kring elkaar eens danig de
waarheid gaat zeggen en wie nu het scherpst
en geestigst is, wél die heeft het gewonnen.
De jonge vrouw moet de Eskimo met ge
weld uit haar huis halen om in haar bezit
te komen.
De film geeft daar een aardig beeld van.
Want natuurlijk is er een romantisch verhaal
tusschendoor gevlochten, het verhaal van
Palo's huwelijksvaart.
Deze film heeft opnieuw getoond, dat
een „goede film" wel publiek trekt. Zelfs
op Zaterdagmiddag en we z(jn het actief
bestuur van ons Nat. Hist. Museum
dankbaar, dat het deze wetenschappelijke
films brengt, moge het resultaat ook
merkbaar zijn in het groeien van het
ledental.
Oud-Kamerlid te Haarlem ge
huldigd.
Charles v. d. Bilt, het afgetreden Kamerlid,
is te Haarlem in tegenwoordigheid van ver
schillende autoriteiten gehuldigd op een
„bonten avond", door het Centraal Bestuur
van de R.K. Staatspartij te Haarlem aan de
R.K. propagandisten aangeboden als een be
wijs van dank en erkentelijkheid voor hun
vele werk, in den verkiezingstijd verricht.
Dr. Th. Koot heeft, na de R.K. propagan
disten voor hun veel en ondankbaar werk be
dankt te hebben, den
heer v. d. Bilt gehul
digd als een vriend,
den admiraal-propa
gandist, voorbeelcJïg
christen en goed af
gevaardigde, die altijd
klaar stond om te
helpen en goedge
humeurd was zelfs in
voor hem moeilijke
tijden.
Voor hem kloppen
nog de harten warm
yan de Katholieke en
Ch, v. d. Bilt.
niet-Katholieke visschers, wier belangen hij
zoo goed wist te bepleiten. Als deskundige in
marine-aangelegenheden heeft hij den tijd
tegen gehad, maar toch was hij een apostel
voor de zeelieden. Namens de kiezers bracht
spr. hem dank voor zijn trouwe plichtbetrach
ting in zijn 19-jarige loopbaan als Kamerlid.
Toen bij de candidaatstelling de jonge gene
ratie haar plaats opeischte, heeft hij opnieuw
zijn nobel hart getoond en met ijver propa
ganda gemaakt voor den nieuwen lijstaan
voerder, die in zijn plaats kwam. Spr. betrok
ook mevr. v. d. Bilt in de hulde en bood haar
een fraai bloemstuk aan.
Het lid van de Tweede Kamer, de heer
Loerakker, waardeerde het vooral in den heer
v. d. Bilt, dat hij het contact tusschen hem
en zijn kiezers zoo goed wist te bewaren.
Prof. Steger, lid van de Eerste Kamer,
huldigde den heer v. d. Bilt namens de propa
gandisten. Hij zeide, dat de propagandisten
gaarne hun werk deden, omdat de heer v. d.
Bilt zeer geliefd bij hen was en dat was dan
ook een zware slag, toen een ander lijstaan
voerder werd.
De talrijke aanwezigen beapplaudiseerden
't gesprokene en brachten den heer v. d. Bilt
een ovatie. De gehuldigde sprak op zijn beurt
een woord van dank.
Tenslotte zongen de aanwezigen den heer
v. d. Bilt een huldelied toe, waarna de R.K.
gemengde tooneelvereeniging „Ludamus" voor
een vroolijk slot van den avond zorgde. De
band van de St. Josephsgezellen heeft de
muziek verzorgd.
Boeiende beschouwing over den
dichter en z(jn tyd.
Op uitnoodiging van het „Instituut voor
Arbeidersontwikkeling" heeft gisteren
morgen in het Kegelhuis Dr. Garmt Stui
veling een beschouwing gegeven over
Vondel, diens tijd en werk.
Hoewel de belangstelling niet opvallend
gering was, hadden w(j toch gehoopt een
aantal minder onbezette stoelen te zien.
Met name waar het hier toch betrof de
eerste plaatselijke herdenking van onzen
grootsten dichter, en dat door een per
soonlijkheid van naam.
Het blijkt nog steeds moeilijk te zijn,
hier de sladgenooten warm te krijgen
voor iets van cultureele beteekenis. Ook
de jongeren, die in ontstellende mate ver
stek hadden doen gelden
Nadat door den voorzitter der plaatselijke
afdeeling, Dr. Ketner, woorden van welkom
tot den'spreker gericht waren, ving deze zijn
betoog aan met een kort releveeren van den
tijd, waarin de ouders van Vondel, vóór hun
vestiging in de Amstelstad, leefden. Een tijd
van onderdrukking der persoonlijke vrijheid en
geloofsvervolging, met name in het buiten
land, hetgeen de oorzaak was, dat de familie
zich in de hoofdstad vestigde. De vader be
gon hier de vermaarde kousen-handel, die be
ter floreerde dan in tal van schoolboeken
beweerd wordt, aldus Dr. Stuiveling.
Wie deze eeuw, waarin Vondel leefde en
schreef, wenscht te leeren kennen, kan dat
niet beter doen, dan kennis van zijn werk
te nemen. Niet alleen, dat onze grootste
dichter hem in zijn oeuvre weerspiegelde en
van commentaar voorzag, hij deed meer:
achter den schijn der dingen zocht (en vond!)
hij het wezen. Men ziet bij hem een eeuw
„van binnen uit", zij het niet altijd volkomen
objectief.
Reeds jong zocht de jeugdige Doopsge
zinde Vondel de muze en vond deze bij een
Brabantsche rederijkerskamer, waar echter
de poëzie, zooals toentertijd gebruikelijk, in
meerdere mate bedreven werd ter wille van
het rijm dan van de rhythmische schoon
heid. Veel van het werk uit die eerste ja
ren is dan ook voor hedendaagschen smaak
vrijwel ongenietbaar.
Het is dan echter Erasmus, die aan Europa
de Grieksche beschaving teruggeeft, en met
name de verdieping dezer cultuur die voor
tal van kunstenaars een verjonging bleek te
beteekenen.
In dien tyd trouwde Vondel, waarbij hij de
zaak aan zijn vrouw overliet en en zelf wijs
heid zocht in tal van takken der wetenschap.
Hij studeerde hard, hetwelk, in verband met
zijn onvoldoende opleiding, noodzakelijk was.
Vondel beleeft dan den tijd der godsdienst
twisten. Arminius en Gomarus voeren een
geestelijken strijd, die echter uitliep op
staatkundige verwikkelingen, waarvan o.a.
Hugo de Groot en Van Oldenbarneveldt de
slachtoffers werden. Vondel houdt het bij de
partij, die de nederlaag leed: de Remonstran
ten, hetgeen gezien zijn uitgesproken voor
liefde voor wilsvrijheid, verklaarbaar is. Uit
deze periode noemt spr. o.a. zijn „Palamedes",
waarin hij den vermoorden raadspensionnaris,
zij het in Grieksche entourage, recht doét. De
gevolgen bleven niet uit: Vondel kreeg het
aan den stok met de Staten van Holland, doch
dank zij de bescherming van Amsterdam, ont
sprong hij den dans.
Hekeldichten, waarin de dichter een mees
ter was, ontstaan er vele, ook groot werk.
Zijn geest omvat den tijd, begrijpt hem en is
in staat deze in wonderschoone of vlijm
scherpe rhythmen te verwoorden. Vondel's
ster klimt.
Maar het leven bespaart hem ook het ver
driet niet. Een zoontje en dochtertje, zijn
vrouw, met wie hij 25 jaar geleefd heeft, ver
liest hij, maar dit alles is niet in staat den
sterken geest te breken. Integendeel, veeleer
vindt hij nog meer verdieping en troost in zijn
werk, hetgeen o.a. tot uiting komt in zijn
meest monumentale schepping uit die jaren
„Gijsbrecht van Aemstel".
Dr. Stuiveling laat duidelijk uitkomen hoe
deze man, die in bijna al zijn werk het gezag
hooghoudt, tevens strijd voor de vrijheid.
Deze mag niet aangerand worden, het gezag
is er om haar juist te beschermen. Iedere
aantasting hiervan is reden voor Vondel hier
voor heftig op te komen. Gezag is vrijheid,
en alleen dén acceptabel. Met enkele voor
beelden uit het werk van den dichter toont
spr. dit aan.
Het meest magistrale werk wordt „Luci
fer", door Dr. Stuiveling het meest katho
lieke drama van Vondel genoemd. Ook hier
in trekt hij van leer tegen staatszucht en
machtswellust en vecht hij voor de geestelijke
vrijheid.
Veel in het leven verliest Vondel nog: maar
in den godsdienst (op la teren leeftijd ging
hij over tot de Katholieke Kerk) vindt hij
steun: hij vindt er in verdieping en verster
king.
Uit financieel oogpunt heeft het werk Von
del geen voordeel gebracht. Op hoogen leef
tijd was Amsterdam nog verplicht den Prins
onzer dichters een betrekking te geven in
een pandjeshuis, doch tot zijn laatste jaren
bleef zijn geest rijk en ontvankelijk.
Er op wijzend, dat het werk van Vondel
ook voor dezen tijd zijn waarde behouden
hooft, omreden dat dit van en voor alle tij
den is, besluit Dr. Stuiveling zijn boeiend
relaas, waarbij hij gelegenheid had tal van
gedichten en citaten op suggestieve wijze te I
declameeren.
Is er een oplossing in het koloniale
vraagstuk
Van groote beteekenis is hierbij de houding
van Engeland. Hoe denkt men daar nu over dit
actueele vraagstuk? De Londensche corr. van
de N.R.C. gaf er dezer dagen, in een zeer
lezenswaardig artikel, zijn meening over. Wij
nemen er enkele passages uit over.
Er zijn in Engeland drie verschillende rich
tingen te onderscheiden, zoo zegt hij. Er is ten
eerste de groep van goedbedoelende maar
naieve philanthropen, die geschokt zijn door
de onrechtvaardigheden van Versailles en een
dier onrechtvaardigheden door teruggave van
de Duitsche koloniën willen herstellen in het
vertrouwen dat „naties, zooals individueele
menschen, op «een edelmoedige en billijke be
handeling edelmoedig en billijk reageeren"
(Lord Astor). Lijnrecht daartegenover staat de
groep van „diehards", geleid door ex-minister
Amery en het parlementslid Sir Henry Page
Croft, die er geen doekjes omwinden, dat naar
hun meening van teruggaaf der koloniën om
strategische en andere redenen onmogelijk
sprake kan zijn.
Tusschen twee dezer groepen in staan
tenslotte al diegenen, zooals Lord Allen of
Hurtwood, die een herverdeeling der man
daten, of zelfs een teruggave in direct
eigendom van de onder mandaat gehouden
Duitsche koloniën, wel billijken maar al
leen als deel van een algemeene politieke
regeling, waarbij garanties worden ver
kregen, dat een concessie op koloniaal ge
bied niet als basis voor den eisch van ver
dere concessies zal worden gebruikt.
Engeland beheert maar één Duitsche kolo
nie: Tanganyika. (De door Engeland gehouden
grensstrooken van Kameroen en Togo zijn geo
grafisch en anderszins zoo nauw met het Fran-
sche mandaatsgebied verbonden, dat een onaf
hankelijke Engelsche beschikking over deze
strooken nauwelijks mogelijk is). Tanganyika
wordt vanwege zijn geografische ligging tus
schen Egypte en Zuid-Afrika terecht of ten
onrechte geacht groote strategische waarde te
hebben. Engeland zal dus nooit vrijwillig Tan
ganyika opgeven, zonder er iets van dezelfde
waarde tegenover te krijgen.
Dit zijn nuchtere feiten, die de correspondent
zakelijk stelt. Men begrijpt er opnieuw door,
hoeveel moeilijkheden de oplossing van dit nete
lige probleem nog zal brengen.
Nat. Hist. Museum, geopend
Woensdagmiddag van 35 uur. Zaterdagavond
710 uur. Eerste Woensdag in de maand
van 810 uur, en de eerste Zondag in de
maand 's middags van 35 uur.
Aquarium Zoöl. Station. Voor het publiek
geopend: dagelijks van 912 en van 13.30—
17 u. Zaterdags van 912 uur.
Lyceum, half negen. Lezing weth. v. d. Vaart
over gemeentelijke electriciteitstarieven.
Bioscopen:
Rialto-theater, Spoorstraat, aanvang half acht
„Illusie" en „Het lied van de leeuwerik".
Tivoli-theater, Spoorstraat: aanvang half 8:
„Het Slavenschip" en „Schooiertje".
Witte Bioscoop, Koningstraat, aanvang half 8:
„Vrijspraak..Levenslang" en „Gigolette".
Opgenomen om 8 uur hedenmorgen.
Licht op heden 16.47
Barometerstand Den Helder 765
GESLAAGD voor het examen Wiskunde
L.O. op Zaterdag 6 November te 's-Graven-
hage onze oud-stadgenoot H. Kiljan.
Inlandsch stoker gedood.
Zaterdagochtend gebeurde aan boord van
Hr. Ms. „Sumatra" in de machinekamer een
ernstig ongeval, waardoor de inlandsche stoker
le klasse A. Nagoan werd gedood. Het slacht
offer zal te Tandjong Pinang worden be
graven. Andere ongevallen kwamen niet voor.
(Aneta).
EVANGELIST SEVENSMA IN GEBOUW
VIJZELSTRAAT.
In een advertentie in dit nummer wordt in
dit nummer wordt bekend gemaakt, dat
de evangelist, de heer J. Sevensma, morgen
avond 8 uur in het Evangelisatiegebouw, in
de Vijzelstraat, hoopt te spreken.